AMSTERDAIÏÏSCHE KRONIEK.
Waar iedereen dus op verschillende wijzen zijn hart lucht
geeft en zijne wenschen uit, daar blijf ook ik niet achter,
die nu reeds geruimen tijd tot de lezers van deze courant
in eene zekere betrekking sta. Ook ik wensch welgemoed
dat het nieuwe jaar voor velen eene bron van zegen zij,
niet geheel zonder teleurstellingen, zonder rampen, want
dit zou een kwade wensch zijn, maar zoodanig, dat bij 't
einde, 't goede ruimschoots het kwade overtreft.
Den wakkeren uitgever, die gcene kosten noch moeite
spaart, om zijne courant meer en meer aan de eischen
des tijds te doen beantwoorden, wensch ik in dit opzicht
allen voorspoed en een steeds toenemend aantal abonnemen
ten toe. Duidelijk immers is de vooruitgang te bespeuren
in uitwendigen vorm en in gehalte. Daartoe een steentje
aan te brengen zal ook in 't nieuwe jaar mijn ernstig
streven zijn
Deutichem. P. van de Velde Mz.
Wordt Vervolgd.
V i/menlandsch ienws.
Gemengd Nieuws.
Veroordeeld door het Kantongerecht te
Schagen, gedurende December 1886.
Ziezoo, ondanks al den sneeuwlnst, waarmede wij sdert een
paar dagen te worstelen hebben, is ons toch een pak van het
hart gevallen Het waarborgfonds- voer de in 't volgende jaarf
hier te houden Tentoonstelling van Voedingsmiddelen is voltée-
kend, en nu de daarvoor gevraagde honderdduizend gulden bij
een zijn, heeft de zaak dus baar beslag gekregen en gaan de
plannen door. Ik noem dit in alle opzichten een verblijdend
feit voor Amsterdam, al nare het alleen slechts om den indruk
naar buiten. Wel stond nu onze toekomst er niet bij op 't spel,
maar onze eer was er toch wel een weinigje mede gemoeid
menigeen zou het althans niet vleiend voor de renommee onzer stad
gevonden hebben, indien zij zich, ik zal niet zeggen onmachtig
maar dan toch onwillig had betoond om een ton gouds bijeen
te brengen ter verzekering van het welslagen eener onderneming
van stoffelijk en zedelijk nut. Duizende handen zullen er dezen
winter en het aanstaande voorjaar werk door vinden, om alles
gereed te makpn en de verschillende getimmerten te doen ver
rijzen. En is de zaak eenmaal in gai.g gebracht, dan wed ik,
dat in den zomer van anno 1887 de bezoekers van heinde en
ver zullen toestroomen, om hier dit moderne Luilekkerland te
komen bewonderen. Een Luilekkerland zonder rijst-en-brijberg
Men is wel voor minder belangrijke zaken naar de terreinen
achter ons Rijksmuseum getogen.
Daarentegen is er door de plan 1191 tot overbrugging van het
IJ die ik in een der vorigen kronieken te sprake bracht
eens en voor goed een dikke streep gehaald. De ontwerper
van bet nieuwste ontwerp (met concessieaanvraag) had anders
wel zijn best gedaan om de zaak zoo mooi mogelijk voor te
stellen en er het gemeentebestuur Jekker" op te maken. Ook
de ontwerpeis der van vroeger aanhangige plannen zijn daarop
eensklaps uit hun zoete rust opgeschrikt en hebben de stede
lijke regeeriug herinnerd, dat zij ook nog in het land der
levenden waren. Maar zoowel de caudidaat brugleggers
van ouden als van nieuweren datum hebben nul op 't re-
quest gekregen. Men schijnt de hier al meer en meer toene
mende concessiewoede wat te willen temperen; en om daarvan
al dadelijk een doorslaand bewijs te geven, hebben de heeren
ontwerpers in ronde woorden ten antwoord gekregen, dat de
brug naar de Volewijk nooit of nimmer een onderwerp van
concessie zou worden en kwam het eenmaal tol den aanleg
dat dan de gemeente zelf wel de handen aan het werk zon
slaan. De Arosterdamsche moeders moeten dus voorloopig den
tocht naar de Volewijk nog maar op de gewone wijze blijven
doen en onze jeugdige medeburgers met gevaar van lijf en le
ven herwaarts voeren, tenzij ze, ijs en weder dienende, van
het besloten water gebruik mochten willen maken om den tocht
op schaatsen at te doen. Maar ijs ol geen ijs een brug komt
er vooreerst niet, en bij concessie komt zij er nooit; dat staat
nu vast.
Ik sprak daar van candidaat-brugleggers, gemakshalve, om
den langen omhaal te vermijden van: de ontwerpers der plannen
tot den aanleg van een brug over het IJ. Laat mij er echter
dadelijk bijvoegen, dat zulke candidaten even zeldzaam zijn
als hun naam. De heeren candidaat-onderwijzers daarentegen
hebben over gebrek aan vertegenwoordigers van hun achtbaar
tot mij wendende, voegde zij er aan toe ,/Laat eens zien,
hoe oud zijt gij nu
Ik zeide, dat ik veertien jaar oud was.
i/En weet gij nu bepaald, dat gij behalve die tante Martha
geen andere bloedverwanten bezit
Ik antwoordde, dat ik gedurende de verstreken vier dagen,
te vergeefs daarover had nagedacht en mij moede had gepeinsd.
z/Goed," zeide zij; „in ieder geval is tante Martha beter
dan volstrekt niemand. Zij schijnt een goedhartige vrouw te
zijn en is, evenals uw oom, gaarne bereid, u bij haar in huis
op te nemen. Te betreuren is het evenwel, dat gij van hier
moet, voor uwe opvoeding is voltooid; wanneer wij maar ie
mand anders wisten, die voor u zou kunnen zorgen, ware dat
beter. Ik wil nogmaals uwe tante schrijven, misschien dat zij
toch iemand weet, van uw vaders zijde wellicht; is dat niet
het geval, welnu, ga dan in Gods naam naar St. Gurlott."
Zoo geschiedde het, en wederom moest ik eenige dagen
wachten, na verloop waarvan een tweede brief van tante Mar
tha aankwam. Deze brief melddde evenwel niets gunstigers.
„Tante schrijft, dat zij van de zijde van uwe moeder de
eenige bloedverwant isvan uw vader's familie is haar niets
bekend," deelde Mrs. Munster mij mede. „Zij heeft den aan
staanden Dinsdag voor uw vertrek vastgesteld en hiermede,
mijn arme, goede jongen, blijft ons niet anders overgij
moet ons verlaten
Daarbij bleef het. Den volgenden Dinsdag aanvaardde ik
met mijn kleine koffertje de reis en verliet het huis, dat mij
zoo lief was geworden.
„Blijf eerlijk en braaf, mijn jongen, dan zal het u altijd
welgaan 1" zeide llr. Munsters, toen ik met bezwaard hart
afscheid namzijne goede vrouw wischte zich een traan uit
de oogen en legde haar hand op mijn hoofd God behoedde
u," zeide zij, „en zij met en bij u, ten allen tijde!"
gilde waarlijk niet te klagenGisteren waren er hier in het
Paleis voor Volksvlijt niet minder dan 209 bijeen, om zich te
onderwerp 11 aan hit vergelijkend is men voor de vervulling
van 209? neen, var. -I (z gue tier) vacatures van hoofd
onderwijzer aan openbare lagere scholen. E11 dat respectabele
cijfer van 209 had n«g- vrij wat honger kunnen wtzen, want
precies geteld hadden e{_zich 274 liefhebbers voor dezen pae-
dngogischen wedloop aangemeld doch de vrees voor natte voe
ten, voor verkoudheid (of voor iets anders) had 1 5 heeren on
derwijzers in het hoekje van den haard doen blijven. Zoo zij
bij het nemen van dit besluit gesteund werden door de
overtuiging, dat men, ook al schitterden zij door hunne afwe
zigheid, toch niet over gebrek aan keus zou hebben te klagen,
hebben zij gelijk gehad. De markt was in dit geval zelfs wel
wat al te rijkelijk voorzien, zou ik, met bescheidenheid gespro
ken, wel durven beweren. Het moet een zware taak zijn, om
uit zulk een talrijke s.-haar de vier bekwaamsten uit te
zoeken, en de overige 2C5 naar huis te zenden met teleurstel
ling tn wrevel in hun hart in met hut v„ste voornemen om
morgen of overmorgen weer elders de markt te gaan overvoe
ren. Ouders en voogden, bij wier voedsterlingen zich sporen
van geneigdheid voor de onderwijzers-loopbaan mochten ver-
toonen, zullen wèl dóén. als zij met dit verschijnsel rekening
houden. i 1 k
Intnsschen, hoe groot de aanvoer ook is op dit gedeelte van
de markt drs openbaren levens, kunnen we toch, in het alge
meen gesproken, van waarlijk knappe mannen nooit te voel
hebben. Dat gevoelen we telkens nis er een uit die niet al te
rijk voorziene categorie ons ontvalt. Zoo b.v. om mij slechts bij
Amsterdam en bij den allerlaatsten tijd te bepalen, toen wij
weinige weken geleden den alom geachten en bij velen geliefden
Dr. Heijnsius, lid van den gemeenteraad en m debestuurder van
verscheidene sociaal-philantropische inrichtingen, ten grave
zagen dalen. Hij was nog een volksman van den ouden stem
pel, dat wil zeggen, een man des volks in den besten zin van
het woord, die begreep dat een groot deel van den ongunsti-
gen toestand, waarin de «mindere man" verkeert, moet
worden toegeschreven aan de ongezonde, muffe en donkpre
krotten, waarin hij zijn leven moet doorbrengen. Van die volko
men juiste stelling uitgaande, stelde Dr. Heijnsius al zijn
invloed, geestkracht en volharding in 't werk, om den arbei
denden stand aan betere, lichte en luchtige woningen te helpen.
Heijnsius is eeu der eersten geweest, en een der ondernemend-
sten, die kloekmoedig de hand hebben geslagen aan de her
schepping van het oude Amsterdam. Vele ellendige wijken,
stegen en sloppeu zijn op zijn initiatief van de kaart der hoofd
stad verdwenen en door frissehe, luchtige buurten vervangen,
waarin de zon hare stralen kan doen spelen en de mensch geen
vruchtelooze pogingen behoeft nan te wenden, om versche
levenslucht in te ademen. Vele blokken arbeiderswoningen, met
tuintjes voor en achter, door werkmansgeziuneu bewoond, strek
ken thans Amsterdam ten sieraad, terwijl diezelfde gezinnen
vroeger waren gehuisvest in „woningen" waarin menige Noord-
llollandsche boer zijn vee niet zou willen stallen Dat hebben
we aan Dr. Heijnsius en zijne medestanders te danken en
het zal zijn naam met achting en liefde in de volkskringen
doen voortleven.
En zoo hebben we ook het overlijden ven een ander verdienstelijk
stadgenoot te boekstaven, van den hoofdingenieur llirks, den
hoogbegaafden man. wiens naam onafscheidelijk aan de zaak van
het Noordzee—kanaal is verbonden. Als onze afgevaardigde ter
Tweede Kamer heeft hij zich geen bijzonder grooten naam ge
maakt: de parlementaire sfeer was de zijne nief; toch deed hij
er zich door de degelijkheid zijner adviezen waardeuren. Maar
de water-bouwkunde, de sluizen en dijken en polders en kana
len, dat was het veld zijner werkzaamheid en op dat veld
heeft hij, ten onzent en in den vreemde, menigen welverdien
den lauwer geoogst.
En ten besluite, naar den goeden ouden trant van harte
een „zalig uiteinde" mijnen vriendelijken lezer gewenscht
29 Dec. '86. ijsbrcohl.
onder de saamgekomenen wekte. Elk greep zijn Bijbel, stoeD.
op van zijn zitplaats en onder groot gedrang vluchtten aller f
nsar buiten. "Werkelijk was er brand ontslaan tusschen ht
kerk plafond en het dak, en reeds sloeg de vlam uit na.-Dp
buiten. De kerkkachel, waarvan de pijpen door de zoldering,
loepen, schijnt vuur aan het houtwerk medegedeeld te hebben
De brandspuit, die zich in de onmiddellijke nabijheid bevondDp
was spoedig ter plaatse, en het mocht gelukken, den brand bf-
het uitbreken te blusschen. Persoonlijke ongelukken hebbcats
niet plaats gevonden.
Dinsdag waren te Amsterdam ongeveer 1100 personef,u'
bezig om de sneeuw op te ruimen. I*
Tn Den Haag is veel valsch geld in de wandeling. Ze
kere firma aldaar ontving reeds 10 valsche kwartjes. Men
ook elders op zijn hoede.
Eeu loodgieter te Hoorn, die de sneeuw uit de goten deete
Graote Kerk moest scheppen, had het ongeluk daarvan af 1
vallen, zonder evenwel ('enig letsel te bekomen, doordien VLat
in de sneeuw, welke des nachts was gevallen, is terechtgekrjndr
men. Het is wel een wonder, dat de man van zulk een hoogtJ.
Ongedeerd er is afgekomen. 5.—
Te Deventer wordt een werkman van eene fabriek, vad<
fvan drie,kiiujeren,^wegens ziekte verpleegd in het zitkeiihuij-^'1
De buren brachten uit, dat de moeder bijna geen voedsel a:Jsc'"
haar kinderen verstrekte, dat zij bijna naakt liepen en eo
legerstede hadden: niet geschikt voor inenschelijke wezenf
Men ging aan het onderzoeken en de uitslag was dat helgeel
de buren vertelden, niet overdreven werd bevonden. De vroui
had van een ziekenfonds, verbonden aan de fabriek, waaraa—
haar man werkt f 3 en van het ziekenfonds van 't Nut f gQp
per week, benevens nog eenige verdiensten van een der kind» g
ren, dat aan een hnlzenfabriek werkte Al dat geld verkwist
zij aan jenever. Een paar ingezeten trokken zich de zaak aa
Zij vroegen den vader toestemming oin vpor zijn kindere f
voorloopig te zorgen, die hij gaarne gaf. Twee kinderen (e{
van 1 jaren wilde de moeder niet verlaten weiden nu tijd
lijk uitbesteed en zij leg.len beslag op de gelden, die de vroii
uit beide fondsen kreeg.
Den 5 Januari 1887 zal vanwege de afdeelir.g Alkmaar
der Holhindschen Maatschappij van Landbouw, in hel Café
Central aldaar, des avonds te halfzeven uur, door den hee^M.
J. llengeveld, van Alkmaar, eene voordracht worden gehouden
over paardenfokkerij. Ook niet-leden der Maatschappij kunnen
daartoe kosteloos toegang bekomen. Met het oog op de belang
rijkheid van het onderwerp en de meer en meer zich openba
rende belangstelling in alles wat kan bijdragen, om het paar
denras te veredelen, is bijwoning van bedoelde voordracht aile-
zins aan te bevelen.
Iemand liet dezer dagen een advertentie plaatsen, waarin
hij f1000 ter leen aanbood 5 5 pcf, met drie maandelijksche
aflossingen t 50. Fraqco brieven, met ingesloten postzegel voor
antwoord werden ingewachtonder een opsiegeien motto. Hij
had voor deze annonce ongeveer f 125 betaald. Zooals te be
grijpen vall bleven liefhebbers, vooral op 't einde van het jaar,
uiei achterwege, ten minsteer kwamen 71 brieven aan zijn adres.
De man nam de 71 postzegels daar behoorlijk uit en legde die
bij de zijne, daar hij briefkaarten enz. verkocht. Yan de tlOOO
kwam natuurlijk niets, aangezien hij zelfs niets bezat en blij
was, op deze wijze weer wat verdiend te hi bben.
Dezer dagen kwam eeu vreemdeling in de prov. Fries
land eenige derdekallskoeien met een stier zoeken, die Diet
alleen in het Eriescli Rundvee—Stamboek moesten ingeschreven
zijn, maar waarvan ook de ouders, zoo mogelijk van" weerszij
den, ingeschreven moesten geweest zijn, en die onderling in
geen bloedverwantschap mochten bestaan.
Hoewel hij in den aankoop slaagde, zoo bleek toch dat de
keuze nog zeer beperkt was en slechts enkele leden der Vereen-
niging dergelijk vee bezitten.
Terwijl Zondagmorgen de leden der Hervormde Gemeente
te Alten (Maas en Waal) in hun bedehuis bijeen waren, waar
Ds. Vollenhoveu van Daalen uit üruten op dien mor»en de
vacaturebeurt vervulde, kwam er een man, zeer ontsteld, bin
nenstormen uitroepende „Brand boven in de kerk Er uit 1"
Men kan zich voorstellen, welk een schrik deze woorden
i II
-200
tio
25
Een jeugdige concertzangores wilde in Hamburg een rorrc
geven, en begaf zich daarom met een ii teekcnlijst persoon!;
lot de voornaamste ingezetenen van de stad. Zoo kwam zij
allereerst bjj baron Salomoti Heine die om zijn royaliteit en eig
aardigheden zei r bekend was. Zij overhandigde hem de inteekA
lijst, de baron teekerda voor 100 Marken gaf met een vriende1 jr
„als 't u blieft" do lijst weder tcrue. Yol gelukkige verhazi
riep de zangeres uit, nadat zij de lijst ierloops had ingekeke
O, baron U bent allerliefst, U bent om te kussen. Nu, antwoord'
de baron, kus mij eens, en ik plaats nog een nul achter do g
stelde cijfers. Met genoegen hernam de zangeres. De kus we
gegeven en de nul op de lijst achtergevoegd. Zoo zoo, zeide Hei
on lachte eens smakelijk. Do kus smaakt mij zoo goed, ging F®
voort, dat zoo u mij nog een durft geveD, ik nog een vierde
op de lijst zal plaatsen. Den moed voor een zoo hoogen piP^O k
nogmaals een kus te geven ontbrak de zangeres niet, en Hei
deed zijn woord gestand. j
Twaalf jonge Malgachen zijn van Madagasear naar Frar Klei
rijk vertrokken, om zieh op de hocgte testellen der Europecsc *05
beschaving. Naar aanleiding van dit feit schrijft een der red
teuren van den Consiitutionni 1 het volgende.
Da buitenlanders die voor hunna opvoeding naar Parijs korrn
nemen gemakkelijk de boulevard-zeden aan. Zcodra zij echter
hun land terugkomen, leven zij weer als vroeger. Indertijd, t( M
ik nog op het collega Rollin ging, zat er met mij in de kla
een zoon van den sultan van Dahomey. Die jonge Afrikaan w
zich zeer spoedig te gewennen aan liet Parijsche leven. De Franst
wijn scheen hem uitstekend te smaken, en ondanks zijn donki
tint was hij zeer in trek bij het sehoone geslacht. Toen hij z11 ^en
verbeelde dat zijne opvoeding voltooid was, ging hij naar 2
vaderland terug, eu volgde zijn vader in de regeeriug en in c
harem op.
Ik las toen in de Times dat op den dag der Legr.ifenis m
beminnelijke medescholier driehonderd slaven op het graf zi
vadeis had laten dooden. Zeker een vreemd rouwbetoon voor i
oud leerling van het Collego Rollin.
Scli:
m
O
Hele
Gedurende meer dan een half jaar werden Barmen en
streken verontrust door het geregeld voorkomen van inbraak jn
paard met diefstal. De onbeschaamde dief, die voor geen bezwa
terugdeinsde, zeebt zijn adres-en bij voorkeur oiider da eerste f
stad; rijke kooplieden, fabrikanten of renteniers, en de uitvoer
ging met zooveel zekerhei 1 en door/icht; dat alle politiconder z
kiepen niets tot opheldering brachlen. Door een mirkwoard
omstandigheid viel voor eenige dagen een der benden in hani
der poütie. Op een nacbt keerde zijmet een goede buit huiswaa ian
toen eeu nachtwacht, op het alarm van brand, hen naderde j]eeren
te vrageu waar deze tijn kon. De aangesprokene ontweek een
zins verlegen, maar herstelde spoedig. De achterdocht van
waker weid min of meer gaande gemaakt, eu nog verstuikt, ti
bij in de zak van den persoon, die tegenover hem stond 4
su ken een gedeelte van een afgebrande kaars. De naehtw
bedacht zich niet lang en nam den man die hem zeer verd
voorkwam, in verzekerde bewaring. Spoedig kwam aan het 1
dat hij houder van een bierhuis was en in zijn operatiën w'
geholpen door een kortgeleden ontslagen boef. De meeste ges
len voorwerpen waren artikelen van goud en zilver en wen
grootendeels nog bij hen gevonden.
Wegens openbare dronkenschap
P. M. te Zijpe, S. K. te Barsingerhorn, J. de G. Jzn. te Kolk
D. L. Czn. te Winkel, C. B. te Oude Niedorp, J. B. te Hari
carspel, H. B. te Schagen, W. Q. te Zijpe, P. B. te Warm
huizen, S. B. te Bergen, J. L. te Zijpe, P. K. te Schagi
J. van R. te Zijpe, J. de M. te Schagen, C. H. te Petten,'
eene geldboete van t 0.50. oi eene hechteuis van 1 dag.
1- S. te Zijpe, P. B. te Oude Niedorp, E. L. te Schag
tot eene geldboete van f 1.of eene hechtenis van 1
te Z'jpe, A. de Y. te Anna Paulowna, tot eene
boete van f 3.— of eene hechtenis van 1 dag.
S<
Bij
den hu
zoowel
Sc