ij Wordt Vervolgd. Itinnenlandsch Nieuws. door „het volk" zoo noemen zij de menschen waar ze dienen, niet bedrogen te worden. „Als u ergens komt zei het eene meisje moet u vooral afspreken, elke week een vrijen avond te hebben, en hoeveel het Nieuwjaars- en Kermisgeld is. En denk vooral om je verjaardag HeerejéAls ik ergens in betrekking kom, ben ik altijd veertien dagen daarna jarig 1 En de andere voegde er bij Vergeet niet, dat de schoon maakster de turf en cokes naar boven moet dragen. En toen de eerste weer: Ik moet altijd Zondags koek bij de koffie hebben, alle weken een half pond boter in de keuken, en 's middags bij mijn eten een glas bier. Kleine k.nderen kan ik niet uitstaanriep zij. Je moet nooit ergens gaan, waar kinderen onder de vier jaar zijn. En pas ook vooral op, dat je niet in een winkel gaat, want daar heb je nooit gedaan Neen, en ook niet waar ze hondjes hebben, want dan moet je den halven dag met zoo'n mormeldier aan een touwtje de straat op 1 Bij mij mag mevrouw niet in de keuken komen, zei de grootste; spionneeren en reprementen verdraag ik niet. En 's morgens niet voor zevenen je bed uit, anders verwen je het volk te veelZoo ging het beurt om beurt, wel een half uur langik heb er niet eens de helft van onthouden. Ge lukkig liep het kind een eindje verder in het gras te spelen. Nu, ik zal nog maar aan geen anderen dienst denken ik moet hier wel hard voort, maar er is overal wat. En ik werk nog liever hard, dan zoo te leven als de dochters van mevrouw. Zij voeren den ganschen lieven dag niets degelijks uit, en toch zien ze er meestal uit als vogelver- schriksters, met ongekamd haar en een gescheurde onder rok, als zij door het huis loopen. Maar wanneer zij naar den schouwburg gaan, wanneer zij op een bal mopten of een rijtoer doen, dan zoudt u ze niet meer herkennen, vaderDan worden de haren in elkaar gedraaid en de lij ven ingesnoerd, de muizenvalleu worden omgegespt en prachtige laarsjes met hakken zoo hoog als moeders kerk boek dik is dan roepen zij altijd auwvan de pijn en dan komt er over alles heen een japon, zóó prachtig o, vader als ik ook nog eens zulk een japon mocht aan trekken Maar hun papa blijft thuis en zit tot laat in den nacht te schrijven of loopt heen en weer door de kamer met een erg sikkeneurig gezicht. Ik weet nu wel waarom hij zoo tobt, want 's Zaterdags moet ik altijd zeggen dat meneer niet thuis is, omdat ze dan met kwitanties komen, weet u, moeder. Maar verschrikkelijk driftig wordt hij, letterlijk om er bang van te worden, wanneer mevrouw hem zegt, dat zij iemand ten eten gevraagd heeft. En toch geloof ik dat hij het haar niet ronduit durft verbieden, en ik weet ook wel waarom. Want laatst op een keer heb ik nog gehoord, dat zij woorden met elkaar hadden en dat mevrouw zeide Je kunt de wereld toch niet veranderen, de schijn is nu eenmaal alles. Wij moeten den schijn bewarendat is het eenige kruid, dat er voor ons gewassen is. Of heb je soms liever, dat onze kinderen uit bedelen gaan? En toen bromde hij op een nijdigen toon Als ze ordente lijk wat geleerd hadden en werken wilden, was het niet tier reeds kon mij leven of dood brengen Na verloop van ongeveer tien minuten keerden de gezwo ren terug, de rechter begaf zich weder op zijn plaats. Hierop deed de diensthebbende kroonbeambte den voorzitter de gebruikelijke vraag Heeft de achtbare Jury den aangeklaagde schuldig of on schuldig bevonden?" De voorzitter stond op, de grootste stilte heerschte in de zaal. „De Jury is het eens," antwoordde hij, „dat de aangeklaagde ingevolge onvoldoende bewijzen voor zijn schuld, moet worden vrijgesproken Dat is geen oordeelriep de rechter van staat op scher pen toon uit. „Gij hebt u te beslissen voor het een of het anderSchuldig of niet schuldig De voorzitter scheen een oogenblik te aarzelen, daarna on derhield hij zich met de gezworenen op fluisterenden toon. Na kort beraad keerde hij naar zijn plaats terug en deelde mede „Niet schuldig, mylord Ik was vrijgesproken maar op eene onaangename wijze. Hoe men tot dit oordeel was gekomen, lag duidelijk voor de hand eenig en alleen bij gebrek aan voldoende bewijzende verdenking bleef op mij rusten. In dit oogenblik stond mij dit niet zoo helder voor den geest, maar ik zou nog redenen ge noeg krijgen, om mij dit ten volle bewust te worden. Korten tijd hierna bevond ik mij, als vrij man, in de ach terkamer van een kleine herberg, waarheen John Eudd mij ge leidde en waar ik mijn oom en mijne tante aantrof. Ik kan niet zeggen, dat het een blijd wederzien waswij waren allen nog onder den indruk van het gebeurde Alleen John Rudd liet zich niet van zijn stuk brengenhij gaf zijn oprechte blijdschap luide uiting en ledigde glas op glas op ons welzijn, uit beleefdheid moesten wij hem wel bescheid doen. Mijn oom, anders een aartsvijand van geestrijke dranken, dronk haastig eenige glazen wijn, wat hem evenwel in plaats van vroolijk te stemmen, nog droefgeestiger maakte. Het was afgesproken dat oom en tante 's avonds met John Rudd naar huis zou den terugkeerenzij allen haalden mij over met hen mede te gaan. Ik gevoelde anders weinig behoefte om naar St. Gurlott terug te keerenvoor zoover ik er toe had kunnen komen, was het mijn plan, Engeland te verlaten en met een der ver trekkende schepen naar de koloniën te stevenen. Terwijl wij nog te zamen zaten, werd ik door een dienst meisje geroepenhet meisje volgende, vond ik Madeline, die in een aangrenzende kamer op mij wachtte. Toen onze blik ken elkander ontmoeten, stak zij mij hare hand tegen, die ik haastig greep. Voor de eerste maal overmeesterde mijn gevoel mij geheel en al, een stroom van tranen schoot mij in de oogen, bijna was ik voor haar op de knieën gevallen. noodig 's Zomers naar Artis, en 's winters naar de opera, dat is fil wat ze kunnen Maar als er dan 's avonds menschen komen swarree noemen ze dat hier - dan inoet u eens komen zien, dan gaat alles weer even voolijü toe! Dan wordt er gedronken en gegeten o zulk akelig goedje, dat ik niet luchten of zien kanstinkende visch is er bij, en wijn drinken zij, die er precies uitziet als slappe thee en toch hoidensch veel geld kost. En babbelen en lachen doen ze den heelen avond, de een nog harder dan de ander, en juffrouw Dora speelt altijd hetzelfde stuk op de piano, juffrouw Harrejet zingt er bij, en die kan wel twee stukken. Maar juffrouw Lise kan niets en daarom komt zij telkens beneden in de keuken en loopt er mij in den weg, en als zij dan binnen komt, zegt haar mama: Overspan je nu maar weer niet; mijn klein huismoedertjeDat schijnt goed gewerkt te hebben, want juffrouw Lise heeft nu sedert acht dagen een vrijer. Erg in hun schik zijn ze echter niet met hem, en mijn heer heeft laatst zelfs erg spottend tot mevrouw gezegd Niets beter dan een krantenschrijver heb je voor haar kunnen krijgen! 't Is wat moois! Maar mevrouw was het niet met hem eens en zeide, om hem te troosten We hebben nu tenminste in het ver volg alle entreékaarten om niet en een zorg minder Stel je maar eens voor, welke schitterende partijen Dora en Harrejet kunnen doen, wanneer zij in den schouwburg altijd in de staals of de losje zitten O wat ik in den korten tijd, dien ik nu hier in Amsterdam ben, al niet gezien en geleerd heb, kunt gij in de verste verte niet begrijpenIk ben ook reeds lang zoo verlegen en zoo gejaagd niet meer als vroeger, en bo vendien begint het zoo helder in mijn hoofd te worden, alsof ik alle menschen in het hart kan zien en niemand mij meer zand in de oogen kanstrooien. Maar nu moet ik u nog gauw iets vertellen, omdat de lamp lager begint te branden. Zij is toch wel een goed, wonderlijk meisje, die Lise. Vandaag sta ik in de keuken te wasschen en zing er een vroolijk liedje bijop eens doet zij halverwege de deur open en roept naar binnen Hoe leg je het toch aan, Kaatje, dat je altijd zoo vroo lijk hent, en je moet je toch den heelen dag zoo afslooven? En zoo heeft ze het niet gezegd, of zij valt mij om den hals en begint te huilen als een kind. Óch Kaatje, wat ben jij toch gelukkig En u dan, juffrouw Lise? vroeg ik daarop. O, ik ben een armzalig schepsel Wat? bent u dat nu? nu u geengegeerd is? Wat weet jij daarvanKan ik dan een man gelukkig maken? Is het nie* allemaal leugen en bedrog? En toen begon ze al weer luidkeels te schreien, totdat zij in eens ophield en uitriepKaatje, je moet me leeren koken Toen moest ik toch lachen, ofschoon ook mij de water landers in de oogen waren gekomen. Ik, juffrouw Lise? Ik weet er wezenlijk zelf niet heel veel van. Maar als u het verkiest van middag moet ik voor van avond eierenpannekoekjes bakken. Daarop gat zo mij onverwachts en erg gejaagd een paar zoenen, die klonken als een klok, en riep zij haastig: Dank je, beste Kaatje, ik kom Een wonderlijk meisje, niet waar, lieve Moeder Maar toen de middag kwam, is zij naar een concert gegaan, en ik heb mijne eierenpannekoekjes alleen moeten klaar maken. En nu eindig ik met de pen, maar niet met het hart (zoo hoort het immers onderaan een brief?) Ik hoop dat gij allen trisch en gezond zijt, lieve ouders en broers en zusters; weest allen van mij gekust en gegroet, en zorg vooral dat de roodbonte alle dagen versch water in den stal krijgt. Zeg ook den dominéé en den meester van mij goeden dag, en nog vele groeten en kussen, waarna ik verblijf Uw gehoorzaamde dochter, Kaatje Wilgeks. 11 Maart '87. Voor Copy Conform, C i ij si) -echt. lÜt deze aal) tij ving was genaderd, zeide hij van de zijde <1* listen <^een andere beoordeeling te hebben verwacht. Voorzeker heeft niemand zoozeer als ik, betreurd Wat schiedde onder de oranjelenze, maar daarom vond ,k f" den om eene interpoli ttie te richten tot den Minister van tie, die er niets aan kon veranderen, daargelaten of <fe voor een interpellatie geschikt was. Het is gewoon verschfia «el dat personen, in mijne omstandigheden, voor verrZ worden uitgescholden, en Fortuijn zelf zou, wanneer hij maal in de" Kamer zitting had, spoedig genoeg onderviiT dat velen zijner partijgenooten hem dien scheldnaam zooals ook in Frankrijk plaats heeft. Overigens laten mij scheldwoorden als deze, van de van Fortuijn en zijne vrienden, volkomen koud.* Een ingezetene van Hoogwoud heeft dezer dagen vele v men die gemeente verblijd door ruim 300 pond spek otj, hen te laten verdeelen. Bij den landbouwer Klaas Rijnen te Krommenie washg miltvuur onder de schapen uitgebroken. Een menigte der dict?' werd geslacht verbrand bij den slager. In het slachthuis ij ook het miltvuur uitgebroken, waardoor de man veel sc^ heeft. De vereeniging tot bestrijding van Knoeierijen m j, Boterhandel, zal op Woensdag 16 Maart 1887, 's midd.i* uur in het Hotel Krasuapolsky te Amsterdam, hare algem^ vergadering houden. Op de rooster der werkzaamheden ko®g o. a. voor: Voorstel tot het uitschrijven eener prijsvraag,B benoeming van 3 leden van het bestuur, in de plaats van Heeren H. D. S. Hasselman en P. Buis Jr., die met 31 a. s. volgens rooster moeten aftreden en van den Heer J. Beuyl Hz. die overleden is., Volgens art. 5, al. 3 van de Statuten, worden door hetb:- stuur de volgende dubbeltallen voorgedragen i. Herman F. Bultman te Haarlemmermeer. Joh. Schoonmr; Bruin men. 2. W. G. Bom te Amsterdam. K. A. Schenk Wieringerwaard. 3. J. J. van Weijdom Claterbos te J. E. Westerveld te Kampen. „Bamas" schrijft in het jongste nummer van zijn Haai- sche omtrekken" „We hebben hier in Den Haag de ergerlijke provoe: gezien, welke in de laatste weken van de socialisten uitgin» we hebben het bijgewoond hoe in de drukste onzer stmta waar het Oranjefeest zijn hoogtijd vierde, allervuilste sch; schriften werden rondgevent, wier bedoeling gansch niet ti:j felachtig waswe hebben bet gehoord hoe zelfs de wijk, k, „Oranje en Israël" tronen, niet veilig was voor schimp;»: bezoekers, die trouwens hun loon spoedig mee kregen; hebben liet gelezen hoe een inspecteur van politie te Lei lafhartig ten bloede toe werd mishandeld; we hebben datslt gezien of vernomen, en onze vingers hebbeu getinteld van c: geduld, maar we hielden ze als beschaafde mannen inden» Dat kon, dat mocht niet andersde leer ging bij ons bon de natuur. „Bij de onbeschaafde kLssen evenwel keert de natuur galop terug, wanneer ze is weggejaagd. En toen hier srebleh was, dat de politie niets vermocht tegen het luidruchtig porteeren van een schennend schotschrift, nam het volk schimp en den kaakslag voor zijn rekening, en besloot ziek wreken. Nu staat drieërlei gedrag tot iemands keuze, wan»; hij een slag heelt ontvangen. „Ten eerste: hij biedt zijn andere wang aan. Die dat fc is de braafste, zoo hij niet de lafste is. „Ten tweede: hij gaat met zijn klap naar den rechter. zoo handelt is de wijste, mits de rechter hem bescheid „Ten derdehij geett den klap met woeker terug. D#!- aldus vergrijpt is denatuurlijkste. „En nu wist het volk in de studie der rechten nog verder door te dringen dan tot het „jus-natnrale." „Ge wis, de zaak moet nu uit zijn, en de Amsterdam*1! inspecteur heett een waar woord gesproken, toen hij K'" „Jongens, naar huis; Oranje wil geen wanorde!" Maar ik ken met innige voldoening gezien te hebben, dat ditmaal lagere klasseu het voor de politie hebben opgenomen, et heb in mijn vuist gelachen toen ik ontwaarde hoe het op zijn eigenaardige handtastelijke wijze heeft willen Br werken tot de „verzekering des rechts"." „Zondagmiddag hield de Uaarlemsche afdeeling vau het Ned. Werkliedenverbond eene vergadering in het lokaal Weten en Werken, aldaar. Het kamerlid, de lieer B H. Heldt hield eene redevoering over het verbond, waarvan hij voorzitter is, en deed zijne om schrijving van doel en streven der Vereeniging voorafgaan door eene schets van den tegenwoordigen toestand der werklieden. De ontwikkeling van den werkman moest in de eerste plaats worden bevorderd. Men moest zich aaneensluiten tot een kalme geordende beweging en niet wachten tot anderen het werk dei- verbetering in handen zouden nemen. De spreker wekte de aan wezigen op lot deelneming aan de werkliedenverbond. Bij het debrt werd geruiraen tijd het woord gevoerd door den heer Fortuijn, met vele Amsterdamsche en Haarlemsche socialisten ter vergadering gekomen. Hij voerde een scherpe kritiek op het betoog van den inleider en zette het streven zijner partij uiteen, in tegenstelling met dat van den heer Heldt en zijne medestanders. Ten slotte de houding van den inleider besprekende, in zijne positie als Kamerlid, beweerde de spreker, dat Heldt in de laatste dagen niet had gedaan wat hij behoorde te doen, door den Minister van Justitie niet aan te spiekeu over de diep treurige feiten vau de laatste weken, de anti-socialistische op stootjes. „Nu hij dat niet deed" zeide Fortuijn „is hij geen volksvertegenwoordiger, maar een volksverrader Deze woorden werden gevolgd door langdurige bravo's en hoera's van de socialisten, door gesis en geroep van „stilte!" van de overige aanwezigen. Toen de heer Heldt, aan het eind zijner breede repliek, tot Eenige weken geleden kwam de heer H. uit C. waar hij den volke liet verkondigen, dat door hem <he" in een aangewezen koffiehuis een voordracht zou geJl worden over een zaak, die voor een ieder van het ko® belang is. Het entreegeld was bepaald op 55 cents. Een vijftien"1 woners der gemeente M., waaronder de voornaamst en, den lust niet weerstaan naar den spreker te gaan 'ul zoodat onze heer H. reeds vóór het begin zij tier rede daalders in zijn zakken kon doen glijden. Eindelijk zou hij beginnen en tot onderwerp zijner dracht had hij gekozen„de sigaar." Na in den breede te ben uitgeweid over de verschillende soorten van tabak, zijn meer of mindere goede qualiteit, over de versc^ plaatsen van herkomst, behandelde hij vervolgens hetei^ fabrikaat, bij trachtte het aandachtige publiek aan het e rengen, hoe het bij het vervaardigen van sigaren Na alles te hebben uitgelegd, natuurlijk met een P*1 omhaal vau woorden, kwam hij tot zijn slot, dat bestó"^ f in een aanbeveling van zijn waar, want onze spreker bene, memand anders dan een agent eener sigaren^ Noord-Brabant, die zoodoende zich bij de voornaam®1 ze tenen wilde mtroduceeren om 's anderendaags bij zijn opwachting te maken tot bekoming van kolossae nere orders. elk f 'Um is) zegt de historie niet. 1n net wat nieuws op het gebied van sigarenhaudel. laf iishI«nTi:i^ra,bbendijke (Z«e]an:l) had men dezen *'n' ijsbaan vlak langs de Scheldedijk. 9 mostuTi baa" bedorven door een mosselschelpen en memand wist hoe deze daar 1**»% p zekeren dag werd het raadsel opgelost dooi

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1887 | | pagina 2