Donderdag, 5 Mei 1887. Aliticcn lis- 31ste Jaargang. No. 2086. tlïÉ- k De mijn Tan St. Gurlott. MARKTWEZEN. Uitgever: J. WINKEL. Bureau: SCHAOEN. taan, B, 5. Gemeente Scha gen. Bekend m a k i n g. Aangifte van Verhuizing. SCHUTTERIJ. 87. Tot naricht der belanghebbenden dient: IRSE MEIJER. SCHUER COURANT. Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- Zater dagavond. Bij inzending tot 'a middags 12 ure, worden ADVEH- TENTEÈN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN èén dag vroeger. Prijs per jaar f3.Franco per post fS.0O. Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVEB.TENTIËN van 1 tot 5 regels fO.75; iedere regel maerfO.16 Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Burgemeester en Wethouders van Schagen, brengen voor zoo veel noodig, met het oog op het verzuim, betrekkelijk het doeu van aangifte ter Secretarie, bij verhuiziug binnen de gemeente, der ingezetenen in herinnering, de volgende artikelen van het politiereglement dezer gemeente, als: Art. 11. Ingeval van verhuizing binnen de gemeente, zal daarvan, binnen acht dagen, behooren te worden kennis ge geven, ter Secretarie der gemeente, op den voet als hierna is bepaald, te weten Voor een geheel gezin, inwonende dienst- en werkboden daaronder begrepen, door het hoofd van dit gezin. Voor afzonderlijk levende personen door hen zeiven. Art 12. Overtreding van het vorig artikel wordt gestraft met eene boete van een gulden. Schagen, 22 April 18S7. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. LANGENBEBG. de Secretaris, PENIJS. Burgemeester en W ethouders van Schagen, roep. n mits dc ze op, alle zoodanige ingezetenen, die op den len Januari 1887 hun 25ste jaar van ouderdom zijn ingetreden, benevens de zoodanigen, die zich van Buitenlandsch in deze Gemeente ge- vestigd hebben, voor zooverre zij nog in een der klassen van Roman naar het Engelsch van W. WANNA. Vier-en-clertigste Hoofdstuk. In de ternedergeslagen gemoedsstemming, in welke ik Re- druth s huis verliet, wilde ik niet bij mijne bloedverwanten terugkomen; het zou mij niet mogelijk geweest zijn, met hen om te gaan, zonder mij te verraden; daarom maakte ik eerst eene wandeling door het moeras, alvorens ik naar huis ging. Ik overpeinsde de zaak, zonder evenwel tot een besluit te komen, omtrent hetgeen nu moest worden gedaan. Er was geen tijd te verliezen, over twee dagen zou het huwelijk plaats vinden; wat er nog gedaan kon worden, moest dus terstond geschieden. De wijze, waarop Bedruth zich tegenover mij had gedragen, had mij geheel en al van mijn stuk gebracht; want JJ daadzaak beslist zou loochenen, daaraan had ik niet gedacht, doch wel zag ik zeer goed in, welk voordeel deze tiek voor hem opleverde. Hij had mij uitgedaagd, de waar- ei mijner beweringen door getuigen te staven. Hoe zou h*iUnnen J voor mij twijfelde geen oogenblik aan de waar ei van Annie's verklaringen, maar daarmede was alleen ms t beginnen. En vanwaar moest ik getuigen zoeken? o nson, die beter dan ieder ander bij machte zou zijn ge- i-S Ke,ulgenis af te leggen, was dood; den man die bet ijn uwelijk had voltrokken, kende Annie niet, en zelfs j.ne.er zij hem gekend had of mocht herkend hebben, hoe zij an m het korte tijdsbestek van twee dagen, diens vPr"t*3ats D?oe^en kunnen vinden? Mijn geheele recht van *erd \tCUn ^us a^een °P Annie's verklaring en zouder Ll' e*'Js-materiaal was er tegen George Bedruth niet ^gerechtelijk te beginnen. il m'^ "t er ^eze omstandigheden nu het eerste te doen; trots niet eken, kon ik het met mij zelve dienaangaande buiteeen]? W°r 'en' no°dzakelijkheid, om oom onvoorwaardelijk iVann ?aak *e houden, bond mij ook nog handen en voeten, schu 'vBedruth ten aanzien der wereld wegens zijne (jan r er-en aanklaagde en dus een publiek schandaal verwekte, ket hem bepaald ter oore komen; dat was niet te djt en ,wa^ er dan gebeurde zeker gebeuren zou m'J beven, wanneer ik er maar aan dacht. *el vr Wa?^e^e 'k uren achtereen, doelloos over het moeras; t°t as6611 einig kalmer geworden, doch ik was nog niet Haar T Paa'd besluit gekomen. Vermoeid keerde ik eindelijk bij h^uis te"ig. Oom, tante en Annie, allen waren tehuis eu 11 «as ook nog John Budd, die hun eenvoudig avondmaal de Schutterij vallen, om zich tusscheu 15 Mei en 1 Juni a. s., ter Secretarie dezer Gemeente voo rden dienst der Schuttterij te doen inschrijven, zullende tot ontvangst van hun aangifte te dier plaatse speciaal worden gevaceerd op alle werkdagen des voormiddags van 9 tot 12 ure. Dat als ingezetenen in deze worden beschouwd, alle Neder landers, in het Bijk hun gewoon verblijf houdende, en alle vreemdelingen, in het Bijk woonachtig, welke hun voornemen om zich aldaar te vestigen zullen hebben aan den dag gelegd. Dat de aangifte tot inschrijving in alle gevallen voor de ingezetenen van den hierboven bedoelden ouderdom behoeven gedaan te worden, ook dan zelfs, wanneer de belanghebbenden vermeenen tot de vrijgestelden of uitgeslotenen tot den schut terlijken dienst te behooren, dat zij, die bevonden zullen wor den zich niet vóór den len Juni 1887 te hebben doen inschrij ven, door het Plaatselijk Bestuur ambtshalve worden ingeschre ven, en ter zake van hun verzuim in een geldboete ver val Ie n terwijl dezelve daarenboven zonder loting zullen worden ingelijfd. Eti worden overigens de ingezetenen aangemaand om zich tijdig van een geboorte-extract te voorzien, en zich alzoo van hun juisten ouderdom te verzekeren, teu einde de inschrijving be hoorlijk geschiede, en zij alzoo niet komen te vervallen in de straffe bij de Wet bepaald. Schfigen, den 29en \pril 1887. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. LANGENBEBG, Burgemeester. DENIJS, Secretaris, Burgemeester en Wethouders van Schagen, brengen ter alge- meene kennis, dat, wegens den invallenden Hemelvaarts dag, de wekelijksche Donderdag sche marltt, zal met hem deelde. z/Nn is het weder als vroeger, master Hugh, wanneer gij zoo bij ons op uw oude plaats zit!" zeide de eerlijke man, toen ik aan tafel had plaats genomen. ,/Gij blijft toch zeker tot over de bruiloft hier?" //Dat is wel mogelijk, John." «Goed zoo," zeide hij, «gij zult dan wel genoegen hebben, want het zal er lustig van door gaan; mr. Redrutli zal heel wat laten springen, naar ik gehoord heb. Er zal in het park een tent opgezet worden en voor alle mijnwerkers een tafel aangezet worden. Niet waar, mr. Pendragon P' «Dat kan wel zoo wezen," antwoordde oom. «Ik weet er niets naders van, maar iets weet ik zeker: de jonge heer wil morgen met mij in de mijn naar beneden, om nog eenmaal alles na te zien en de hoogst noodige herstellingen bij de maatschappij voor te dragen, voor hij heen gaat." Toen ik dit vernam, dankte ik in stilte God, dat mijn oom niets wist van het ware karakter van George Bedruth. Annie was reeds al den tijd in de keuken bezig geweest, doch ik bemerkte spoedig, dat zij dit voornamelijk deed, om hare innerlijke ontroering te verbergen, dan wel uit werke* lijke noodzakelijkheid. Eenige malen ook trachtte zij van uit de keuken op mijn gelaat te lezen, wat er in Bedruth's huis was voorgevallen, doch ik zorgde er voor, haar blik niet te ontmoeten. Toen John Budd van de bruiloftsviering sprak, vul den hare oogen zioh met tranen en begonnen hare handen hevig te beven. Stelselmatig vermeed ik het, dien avond met haar alleen te zijn, want ik zag er waarlijk tegen op, haar te vertellen, wat er had plaats gehad, doch haar onrust was dermate toege nomen, dat zij den naoht niet in verdere onzekerheid mocht doorbrengen. Als John Budd ons verlaten had, en wij allen ons ter ruste hadden begeven, hoorde ik zachtkens tikken tegen de deur van mijn slaapkamer. Daarna werd ze voorzichtig geopend; Annie stond op den drempel. «Ilugh," fluisterde zij, «zijt gij reeds te bed Ik antwoordde ontkennend en zij trad binnen, behoedzaam de deur achter zich sluitende. Haar gelaat was zeer bleek, hare oogen ston den vol tranen. Daarop kwam zij naar mij toe, bij den rand van mijn bed, waarop ik zat, en keek mij met angstigen blik vragend aan, terwijl zij hare bevende hand naar mij uitstak. Ik greep dezelve en drukte die hartelijk. «Arme Annie zeide ik onwillekeurig. Zij scheen te begrijpen, wat er lag in den toon mijner stem, want onder het slaken van een smartelijken zucht zonk zij aan mijne voeten neder «Ween niet, Annie, ween niet!" zeide ik. «Hij is een geweten- looze schurk en niet één uwer tranen waard. Gij moet hem vergeten." «Hem vergeten?" snikte zij. «O, beste Hugh, het valt gehouden worden op Woensdag den 18en Mei a. s. Schagen, 3 Mei 1887. Burgemeester en Wethouders voornoemd. G. LANGENBEBG. de Secretaris, DENIJS. Burgemeester en Wethouders van Schagen, brengen teralge- moene kennis, dat vergunning voor de uitoefening van den kleinhandel in sterken drank is verzocht, door Pieter Raap, voor perceel No. 1, van Wijk H, aan de Nes alhier. Schagen, den 3en Mei 1887. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. LANGENBERG. de Secretaris, DENIJS. Burgemeester en Wethouders der Gemeente Schagen Gezien de Dispositiën van Zijne Excellentie. den heer Com missaris des Konings in Noord-Holland van den 21en April 1887 Nos 113/ü79i e'1 n,,/2792 (Provinciaal Blad No. 18/18); Gelet op onderscheidene bepalingen der Wetten op het recht van patent eu op de personeele belasting. Brengen door deze ter kennis van de. Ingezetenen dezer Gemeente 1. Dat de uitreiking van de Besehrijvingsbiljetten betrek kelijk de belasting op het personeel zal aanvangen op den 6eu Mei aanstaande 2. Dat, overeenkomstig 2 van art. 29 der wet op de personeele belasting, benoemd zijn om als tegeuschatters van de zijde der belastingschuldigen te dienen, ingeval van kerzienig, achtervolgens het bepaalde bij art. 32 2 der wet, van het aangegeven bedrag der huurwaarde of aautal deuren eu vensters of haardsteden, de heeren moeielijk te vergeten, want ik heb hem te zeer lief dat heb ik nooit zoo geweten, als juist nu. Zij trouwt niet met hem, Hugh, niet waar, of wel?" «Dat kan ik u niet zeggen." «Maar gij hebt met haar gesproken. Weet zij alles?" «Ook dat kan ik u niet zeggen." Zij keek mij met groote oogen aan. «Hugh, weet gij, wat gij zegt? Gij moet toch weten, of gij het haar gezegd hebt." „Ik heb haar niets gezegd en toch kan het wel zijn, dat zij alles weet. Het tafereel was zonderling genoeg, en ik weet waarlijk niet, wat verder nu te beginnen. Eens voor al, voor uw vader moeten wij alles ten strengste geheim houden. Hij en de jonge heer gaan morgen vroeg met elkander in de mijn; wanneer uw vader ook maar in het minste vermoedde, wat hij jegens u heeft misdreven, dan zou zeer zeker geen van beiden weder levend de mijn verlaten. Begrijpt gij mij „Ja," antwoordde zij zacht. „Maar, Hugh, gij hebt mij nog niet medegedeeld, wat hij zeide." „Dat zou ik heden liever niet doen, Annie. Hij wil het huwelijk doorzetten, zoo spoedig hij kan doch ik hoop nog altijd een middel te kunnen vinden, om hem dat te verhinderen. Nog is het tijd, ik moet alles nog eens overdenken en zien, wat er te doon valt. Doch kwel u niet langer, ik zeg u immers, dat hij het niet waard is, ook maar één haar van uw hoofd te bezitten." Den volgenden morgen, bij het ontbijt, sprak oom weder van het bezoek van den jongen heer in de mijn en scheen daarover ten zeerste verheugd; hij was er trotsch op, dat juist hij boven alle anderen er toe was uitverkoren geworden, om Uem rond te geleiden. „De jonge lieer is niet bijzonder ingenomen met den nieuwen opzichter,* zeide hij. «Ik verbeeld mij altijd, dat hij blijde zou zijn, u weder op uwe oude plaats te zien, mijn jongen.* Ik schudde het hoofd. „Dat zou geen goed meer doen, oom; het is beter dat ik blijf, waar ik ben.* Spoedig na het ontbijt ging hij naar de mijn, om aldaar op den jongen Redruth te wachten. Eenige uren later trad iemand de keuken binnen, waar ik nog zat, in diep gepeins verzonken. Opziende, ontwaarde ik tot mijne verbazing Madeline Haar gelaat was bleek, een uitdrukking van hevig leed zetelde op hetzelve, doch om den mond lag een trek van onwrikbare beslistheid, gelijk ik dat. nog nooit bij haar had opgemerkt. Als zij binnenkwam, bleef zij eerst aarzelend staan, besluiteloos, wat verder te doeu. Zij beantwoordde vriendelijk den groet mijner tante en keek t, naar Annie, die, bleek gelijk een doode, vóórhaar tern: 11 was. Geen groetend woord werd er tusscheu beiden go..isseid, maar ik meende te

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1887 | | pagina 1