Zondag, 11 September 1887.
31ste Jaargang. No. 2123.
IN HET ACHTERHUIS.
AMSTERDAMSCHE KRONIEK.
Uitgever: J. WINKEL.
Iturcau: N( II UsI Y. Laan, II, 5.
Gemeente Scha gen.
Bekend m a k i n g.
a. het is in het belang der openbare veiligheid op Dins
dag den 13 September a. S., verboden, in de kom der
gempente anders dan stapvoets te rijden.
b. de, rijtuigen welke op dien dag, de afgesloten harddra-
versbaan op de Gedempte Gracht moeten overgaan, zullen op
die baan steeds rechts aaa moeten houden. De bestuur
ders of geleiders gedragen zich verde.r stipt naar de aanwijzing
der aldaar aanwezige politie.
De bedriegers bedrogen.
SGHAGER
AIieieei Nieuws-,
COURANT.
AflïËilie- La
Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- Zater
dagavond. Eij inzending tot 's middags 12 ure, worden ADVER-
TENTIÊN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Prijs per jaar f3.Franco per post f3.0O.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVERTEN1IËN van 1 tot 5 regels fO.76; iedere regel meer f 0.16
Oroote letters worden oaar plaatsruimte berekend.
De Burgemeester der gemeente Schagen
Gezien art 23 en 29 van het Politie—reglement dezer ge
meente
Verleent vergunning aan de tappers, om op T>ins-Jtliig'
13 September a. s.s na bezetten tijd, te mogen
tappen, muziek te laten maken en danspartijen te doen plaats
hebben.
Schagen, 9 September 1887.
De Burgemeester voornoemd.
G. LANGËNBERG.
Burgemeester en Wethouders van Schagen, gelet op art
89a van het Politie-reglement dier gemeente, brengen ter alge-
meene keunis
Overtreding wordt gestraft, met eene boete van f 5.
Schagen, den 9en September 1887.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
G. LANGEN BERG.
de Secretaris,
DENIJS.
Roman van E. A. KOENIG.
32.
XVII.
«Neen, daartoe zijt gij niet de geschikte kerel," ging Schunk
voort, «gij brengt de zaak nooit in orde."
«Gelooft gij het beter te kunnen hoonde de ex-klerk.
*Ik raad u, ga het niet wagen, mij te bedriegen
»Wie spreekt daarvan viel het wijf hem in de rede. „Gij
hebt al dadelijk de geschiedenis verknoeid, hebt een grooten
mond opgezet en daarmede alles bedorven Wat moet er nu
gebeuren P Wij hebben er niets van, wanneer wij de papieren
overgeven aan den doctor of aan het gerecht; dat weet de
gierigaard even goed als wij."
«Moet ik de honderd gulden aannemen, die hij geboden
heeft Y' spotte Würfel.
«Mijnentwege," bromde de slotenmaker. «Maar wij geven de
papieren niet af!"
«Hebt gij ze nog wel eens Y'
«Daar in den hoek liggen ze onder den vloer."
«Maak er een einde aan," zeide het wijf nijdig, «wat moet
er gebeuren
«M anneer uw pleegkind het kind van zijn broeder is, dan
zal ik de geschiedenis spoedig gereed hebben,1 antwoordde de
schrijver. «Dus zeg mij de waarheid
Met een woeste kreet greep Schunk naar het mes, dat hij
"'J het avondeten gebruikt had en nn nog voor hem lagde
ontstelde schrijver, nu ook naar een wapen zoekende, trok de
tafellade uit, voor Welke hij zat.
Mat hij zocht, vond hij niet, maar zijn blik viel op een
klein stuk papier, en de woorden, die hij op hetzelve las, ver
dulden hem met onbeschrijfelijke woede.
Hij sprong van zijn stoel op en hield het papier omhoog.
«Wilt
gij nu nog langer ontkennen, dat gij mij bedrogen
hebt?" vroeg hij met heesche stem. «Voor tweehonderd gulden
hebt gij achter mijn rug om, de papieren verkocht, nu wordt
O J «UijU AUt, UUJj WW ww - -
het mij duidelijk, waarom ik de zaak niet in het reine
kon brengen!"
De slotenmaker was nu insgelijks van zijn stoel opgestaan;
hij wilde zich met het mes in de vuist op Würfel storten, om
hem het papier te ontrukken, doch het wijf stond nu dadelijk
en ®et beslissend gelaat tusscben beide.
«Maak geen ruzie," zeide zij waarschuwend, terwijl zij haren
®an een veel beteekenden blik toewierp, «wanneer de politie
&mt en ons gevangen neemt, dan is alles verloren! M ie spreekt
Een mooie geschiedenisalweer belastingverhooging in 't
zichtAlsof wij nog geen schot en lot genoeg be
talen Al hadden we hier huis aan huis een exemplaar
ontdekt van den verwoestenden Coloradokever op wel
ken sinjeur wij per openbare kennisgeving verzocht zijn,
een wakend oogje te houden had onze schrik, onze
ontsteltenis, onze verbijstering niet grooter kunnen zijn,
dan toen wij de gemeentebevrooting voor anno 1888 in de
courant vonden en daarop een nadeelig saldotje van maar
even vier ton gouds genoteerd zagen. En of we al moord
en brand riepen, of we van verbazing en ergernis onze
handen al in elkaar sloegen, het baatte ons geen zier
daar stond het zwart op wit gedrukt en „wat de heeren
wijzen, moeten de burgers prijzen." Een tekort van vier
ton, men zal moeten erkennen dat het toch waarlijk gran
dioos is. Amsterdam wordt meer en meer een wereldstad,
Amsterdam doet alles op groote schaal, zelfs op het stuk
van tekorten. Het gaat ons als de spelende kinderen, die
op de rijkdommen hunner respectieve papa's bluften
„Pa heeft een nieuwen windwijzer op ons huis laten zetten!"
«Zoo Mijn pa een torentje
„Bah Mijn pa een hypotheekzegt numero drie.
Is menig eerzaam dorpenaar er lier op, dat bij zijn ge
meente-huishouding de inkomsten en uitgaven elkaar altijd
tot op een halve cent dekken, die ouderwetsche be
grippen zijn wij hier reeds lang to boven. Wij pakken de
zaken flink en dapper aan, zonder altijd met die voorvader
lijke krenterigheid te vragen of het Amsterdamsche bruin
tje (dat wil zeggen de schatkist) de vracht wel trekken
kan. Is de schatkist leeg, is de vracht te zwaar, welnu,
dan zijn de belastingschuldigen er immers nog altijd, om
hier van bedrog?" vroeg zij den schrijver, terwijl zij de han
den in de zijden plaatste. «Wij hebben er niet aangedacht en
zullen er ook niet aan denken, dat stuk papier heeft niets te
beteek enen,"
«Dat weet ik beter," sarde Würfel, voor niets en niemendal
heeft de vrek dit schuldbewijs niet afgegeven. Waar zijn de
papieren
«Wanneer ik ze u laat zien, wilt gij mij dan gelooven?"
„Ik geloof alleen datgene, wat ik met eigen oogen zie!"
De vrouw ging nu naar den hoek der kamer en haalde de
cassette uit haar schuilplaats. Schunk, die de slimheid en ge
vatheid zijner vrouw volkomen vertrouwen schonk, bleef achter
de tafel staan en sloeg elke beweging van den klerk gade
Koenraad Würfel moest zich tevreden verklaren, toen hij
de papieren zag, maar in zijn brein woelden allerlei gedach
ten dooreen.
Wat had den wantrouwenden vrek bewogen, ja gedwongen,
dit schuldbewijs af te geven en in handen te laten van het
echtpaar Schunk
Waarom had hij den lieden niet dadelijk baar geld gegeven
in plaats van dit gevaarlijke bewijs Moest dit geld eerst dan
betaald worden, wanneer er een zekere voorwaarde was vervuld
Zoo moest het zijn, en het leed bij Würfel geen twijfel meer,
of die voorwaarde betrof het kind.
Uit zijn gepeins werd hij opgeschrikt, door de ruwe woorden
der vrouw, die het papier terug verlangde.
«Laat ons een verstandig woord met elkander spreken,"
zeide hij met afwerend gebaar. «Katernberg zal onder zekere
voorwaarden dit bewijs inlossenhem is er veel aan gelegen,
dat het kind uit de wereld geraakt. Is het niet zoo
«De kerel is gek," bromde Schunk, wiens strakke blik vol
onuitsprekelijke woede op M ürfel rustte.
«Het mag u ergeren, dat ik het zoo spoedig geraden heb,"
ging Würfel voort, «maar de waarheid zult gij moeten erken
nen. Nu, met dit bewijs in de hand zal ik den vrek dwingen
Verder kwam hij niet; het wijf, dat achter hem was ge
slopen, hield eensklaps met gespierde vuisten zijn hals omklemd;
de slotenmaker lachte hein uit, in het volgende oogenblik had
men hem het papier ontrukt.
«Gij zijt nog lang niet glad genoeg, om ons te slim af te
wezen," zeide de vrouw zegenvierend. «Vermoed nu, wat gij
wiltdreig, wanneer gij w iltdoch gij komt er toch niet mede
klaar, daartoe zijt gij te dom."
Koenraad Würfel zag wel in, dat hij langs den weg van
geweld hier toch niets kon uitrichten; het bewijs was voor hem
verloren, maar hij kende nu de misdaad, die hier beraamd werd,
en dat was hem voldoende.
Hij kruiste de armen over de borst en keek beiden met
onverholen verachting aan.
«Gij wilt dus alleen zaken doen?" vroeg hij.
een handje te helpen trekken Zoo gaat het ook dezen
keer weder. Vier ton gouds tekort, - in Godsnaam, dan
maar vier ton belasting meer uitgeschreven. Het gaat ge
makkelijk en gauw genoeg, veel gauwer dan Gijsbrecbt een
Amsterdamsche Kroniek kan schrijven. Een oogenblikje gede-
lebireerd, een oogenblikje gecijferd, een paar pennestreken, en:
klaar is KeesHet straatgeld, een der meest gebate belastin
gen, waarvan ook de wettigheid nog door vele knappe rechts
geleerden betwist wordt, tal voor 1888 maar even van drie op
zeshonderdduizend gebracht worden, dus precies verdubbeld.
En de inkomstenbelasting, waaraan het gros des mensch-
doms óók al een broertje dood heeft, zal dan verder het
ontbrekende tonnetje moeten helpen bijpassen. Drie ton van
het straatgeld en een ton van de inkomstenbelasting is
volgens Bartjes precies vier tonlaat nu nog eens iemand
zeggen, dat onze stedelijke regeerders niet knap ïekenen
kunnen Maar knap rekenen en knap huishouden zijn twee,
ziet u
Om ons een weinigje te troosten over die nieuwe en
pjjnlijke aderlating onzer beurzen, hebben Burgemeester
en Wethouders dezer goede stad Amsterdam tusscben de
bladen dezer colorado-begrooting, die aan onze dubbeltjes
knaagt als de gevreesde kever aan een aardappelstruik,
een aardige verrassing geschoven. Kleine geschenken onder
houden de vriendschap, hebben de heeren gedachtwij
zullen den Amsterdammers in deze traditioneele kermis-
maand eens een mooi kermiscadeautje thuis sturen, waar
mee ze wonder ir. hun schik zullen zijn, al moeten ze 't
ook zelf betalen. En zoo is ons dan toegezegd, indien we
namelijk vreedzaam en gewillig de vier tonnetjes komen
aanreiken, dat we dan niet alleen een gansch andere in
richting en indeeling der politie krijgen, maar dat er ook
een corps van veertien „bereden agenten" op het stads-
tooneel zullen verschijnen. Werkelijk een verrassing waar
van wij in de verte niet hadden durven droomenVeer-
«Neen," antwoordde de vrouw, «gij krijgt uw aandeel, ge
lijk het is afgesproken. Verkoop de papieren en wij zullen het
geld deelen, maar wat buiten deze zaak staat, zullen wij zei
ven bezorgen. Bezoek den vrek morgen of overmorgen nog
eens, wij kunnen wachten; wanneer wilt gij weder heengaan?"
«Morgen avond, heb ik hem gezegd, dat zou de laatste
maal zijn; laat hij mij dan weder onbevredigd heengaan, dan
zal ik de papieren oogenblikkelijk aan het gerecht overleveren."
„Nu, ga dan morgen avond heen," spotte zij, «ik vrees,
dat hij u wel weder met een lange neus zal laten aftrekken."
«Ditmaal niet," zeide Würfel, terwijl hij zijn hoed nam,
«ik ken nu een geheim, waarmede ik hem het angstzweet op
het voorhoofd kan jagen. En ik raad u aan, past goed op het
kinJ; ik heb u nu ook in mijne hand en houd u vast. Wan
neer het kind verdwijnt of sterft, zult gij geen vreugde van
uw zondeugeld beleven
Verschrikt hield hij op; de brandewijnsflesch was hem rake
lings voorbij het hoofd gevlogen; zij sloeg kletterend achter
hem tegen de deur in scherven.
In een oogwenk had hij de deur geopend en de kamer ver
laten; met rassche schreden snelde hij de straat op.
Eerst dan, als hij een zijstraat w as ingevlogen, bleef hij staan,
om adem te scheppen en te luisteren, of hij ook achtervolgd
werd.
Hij hoorde niets; gerust gesteld zette hij zijn weg voort.
Dat hij bedrogen zou worden, was hem duidelijkhij wilde
den volgenden dag nog eene poging doen, om den vrek te
dwingen tot betaling eener grootere somgelukte hem zulks
niet, dan was hij besloten, de rol van een eerlijk man te spe
len en de politie zijne ontdekkingen mede te deelen.
Met dit besluit bereikte hij de spelonk, waarin hij woonde
tot zijn groote verbazing vond hij hier den doctor, die hem
wachtte.
«Breng mij in uw kamer," beval de kleine man op een toon,
die geen wederspraak duldde.
«En wat wilt gij nu nog van mij, nadat gij mij in uw ei
gen woning de deur hebt gewezen Y' vroeg M iirlel barsch.
„Wie heeft u bovendien gezegd, dat ik hier woon Y'
«Wie? de politie? De waard dezer kroeg leeft u immers
bij haar moeten aangeven. Ik had voor de deur der sloten
makerswoning wel op u kunnen wachten; maar dat wilde ik
niet, want ik ken uw bijzondere manier, om een onaangename
vraag te ontwijken. Daarom moet men u vast in eeD hoek
drukken, opdat gij niet ontsnappen kunt -
«Waartoe zooveel strijkages Y' viel M ürfel hem spottend in
de rede. «Vraag slechts, ik zal antwoorden, wanneer het mij
belieft; ik laat mij niet dwingen, ook dan niet, warneer ik
in den hoek zit."
Zij waren intnsschen een stijle trap opgestegen, de ex-klerk
opende een deur, trad het donkere vertrek binnen en stak een