Zondag, 22 Januari 1883.
31ste Jaargang- No. 2161.
AMSTERDAMSCHE KRONIEK.
KIEZERS LI JSTEN.
TOCH VERLOREN.
Eerste Rcnnisgevin^.
LOT I N G
NATIONALE MILITIE.
Gemeente Schagen
Bekendmaking.
Wordt Vervolgd.
SGHAGE
URANT
Dit blad verschijnt tweemaal per week: Woensdag- Zater-
d agavond. Dij inzending tot 's middags 12 ure, worden ADVEE-
TENTIÊN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Uitceve": J. WINKEL.
Bureau: SCHAGEI, Laan, 15, 5.
Prijs per jaar f3.Franco per post f3.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVEBTEK1IÉN van 1 tot 5 regels fO.75; iedere regel meer fO.lS
Groote letters -worden naar plaatsruimte berekend.
POLITIE.
Ter Secretarie dezer gemeente zijn inlichtingen te bekomen
omtrent een alhier gevonden
portemonnaie met eenigf geld.
VERLOR EX
in deze gemeente tusschen 15 17 Januari j. 1., een bewerkt
bruin lederen portemonnaie van binnen met rood.
gevoerd,
en eene geldswaarde bevattende van ongeveer fti.
Inlichtingen hieromtrent worden verzocht ter Gemeentesecre
tarie alhier.
Burgemeester en Wethouders van Schagen brengen ter ken-
nisse der belanghebbenden, dat ter voldoening aan de wet op
het kiesrecht, door hen zijn vastgesteld de lijsten der kiesge
rechtigden van leden voor de Tweede Kamer der Staten-Gene-
raal, de Provinciale Staten en voor den Gemeenteraad, alsmede
van die, welke sedert de vaststelling der vorige kiezerslijsten
daarvan zijn geschrapt. Bat die aan het raadhuis zijn aange
plakt en bovendien van heden afgedurende veertien dagen (Zon
en Feestdagen uitgezonderd), des voonniddags van 9 tot 1 uur,
op het raadhuis ter inzage zullen liggen, binnen welken tijd
degenen, die daartegen eenige reclame mochten hebben, die bij
ongezegeld verzoekschrift, door de vereischte bewijsstukken ge
staafd, aan den Baad zullen behooren in te dienen, na verloop
Boman van G. BECKE,
XVII.
Sabine die intusschen gehoopt had, dat de bekentenis van
haren stervenden vader dadelijk een belangrijke steun zou zijn
bij de bestrijding der aanspraken van den valscben Arthur
White, gevoelde zich bitter teleurgesteld; de waardige geeste
lijke nam bet op zich, met haar naar het gerechtshof te gaan
en daar zijne getuigenis te laten verbaliseeren. Maar de officier
van Justitie scheen in hunne mededeelingen slechts zeer weinig
belang te stellen; zulk een vreeselijke gebeurtenis was immers
bij de uitstekende inrichting der politie der havenstad onmoge
lijk, bracht hij hiertegen in. Het was natuurlijk zijn plicht het
onderzoek in te stellen, maar dit moest op de meest voorzich
tige wijze geschieden, want er behoorde niet veel scherpzinnig
heid toe, om nu reeds te durven voorspellen, dat het geheele
onderzoek een belachelijk verloop zou hebben.
Eugenie nam de mededeelingen van het ongelukkige, jonge
meisje anders op, zij zag daarin een nieuw bewijs voor de
slechtheid van Arthur, en het leed bij haar geen twijfel, dat de
verklaring van den stervende werkelijk de zuivere waarheid be
vatte, al had ook alleen haat jegens zijne medeplichtige hem
tot eene bekentenis bewogen. Ook de handelsraad, die door
zijne dochter met dezen toestand in kennis werd gesteld,
schudde bezorgd het hoofdde geheele geschiedenis, die na
tuurlijk veel opzien moest baren, was hem hoogst onaangenaam
en in zijn hart gesteld voor de keuze, of Arthur te erkennen,
of hem als bedrieger te ontmaskeren, zou hij ongetwijfeld den
eersten uitweg gekozen hebben. Maar anderzijds bezat hij toch
nog te veel gevoel van recht en kwam zijn trotsch hart in
opstand bij de gedachte, dat een nietswaardige bedrieger het
had kunnen wagen, hem en zijn huis zulk een smaad te be
rokkenen, ja zelfs het te doen vallen.
Hij begon dus meer zich te scharen aan de zijde van Har-
ry. Van de weenende Sabine had hij vernomen, dat de onge
lukkige jonge man trots zijn verzet in een krankzinnigenge
sticht was gebracht geworden en aan zijn persoonlijken invloed
gelukte het hem met den jongen man, die zijn nieuwen
aanval van koorts gelukkig weder te hoven was gekomen, te
mogen spreken. Harry bezwoer hem onder tranen, dat hij het
offer was van schandelijke intrigues en dat zijn verstand even
gezond en helder was als van den beste.
De handelsraad Waldmann schudde het hoofd nog bedenke
lijker en reed van de inrichting terstond naar het Amerikaan
van welken tijd daarop geen regard meer zal kannen worden
geslagen.
Gedaan fe Schagen den 17 Januari 1888.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. LANGEN BEBG.
de Secretaris,
DENIJS.
Burgemeester en Wethouders der Gemeente Schagen.
Brengen, ter voldoening aan het tweede gedeelte van Art.
28 der Wet op de Nationale Militie van den 19den Augustus
1861 (Staatsblad No. 72.), voor de eerste maal ter kennisse
van de belanghebbenden, dat de loting van de in 1887 voor
de Nationale Militie ingeschrevenen, overeenkomstig de ont-
vangene aanschrijving van zijne Excellentie den Heer Commis
saris dezer Provincie, dato 2 Januari 1888 No. 8/8 M/S, zal
plaats hebben op den 18en Februari a.s. des voor
middags ten 9Yj ure, ten Baadhuize dezer gemeente en worden
zij, welke daaraan moeten deelnemen, gelast, om op den be
paalden tijd aldaar, tot dat einde aanwezig te zijn, of, bij
verhindering, zich aldaar door hun vader, moeder of voogd te
doen vertegenwoordigen.
Alsmede dat, overeenkomstig Art. 31 van gemelde Wet,
dadelijk na de trekking van het Nummer, de redenen van
vrijstelling, welke dé'ingeschrevene mocht hebben, moeten wor
den opgegeven.
Indien hij vermeent vrijstelling te kunnen erlangen
wegens BROEDERDIENST of op grond van te zijn
EENIGE WETTIGE ZOON, zal hij op 9Iiiiinthi£ den
sche Consulaat. Hier moest hij natuurlijk met de meeste voor
zichtigheid te werk gaan, om niet door een onvoorzichtigheid
reeds terstond den schijn van belachelijkheid op zich te laden.
De inlichtingen welke hij nu van deze heeren ontving, waren
volstrekt niet geruststellend. Er was nog geen antwoord inge
komen; door den vreeselijken brand waren de autoriteiten in
Chicago in groote verlegenheden geraakt en daarom duurde het
met het geven van inlichtingen langer dan gewoonlijk. Met
dit bescheid moest Waldmann zich tevreden stellen.
In het huis van Waldmann trad de Amerikaan nu met bui
tengewone driestheid op, hij brutaliseerde een ieder en liet on
bewimpeld de lage denkwijze van zijn karakter uitkomen;
vooral Eugenie had veel te lijden van den onuitstaanbaren
mensch en daarbij werd haar alle hoop ontnomen, aan de haar
bedreigende toekomst te ontkomen. Slechts met uiterst veel
moeite had zij het weten door te zetten, dat de trouwdag van
Paasch werd uitgesteld tot Pinksteren, maar nu stond dat leest
voor de deur en de handelsraad drong er op aan, toegevende
aan de bevelen van zijn stiefbroeder, dat alle aanstalten voor
het huwelijk werden getroffen. In het geheim zeide hij tot Eu
genie wel is waar, dat men Arthur niet te vroeg achterdoch
tig moest maken, want er was nog niets te bewijzen en onder
zekere omstandigheden kon de Amerikaan toch een zeer ge-
vreesden tegenstander worden.
Maar het was een schrale troost voor het door angsten ge
folterde hart van Eugenie. Van dag tot dag zag zii uit naar
de verlossende terugkomst van Richard, maar deze liet eens
klaps niets meer van zich hooren; zelfs was een brief van Eu
genie aan graat Löwenberg uit Chicago teruggekomen met de
opmerking van het postkantoor dier stad //Adressant uit zijn
hotel vertrokken onder achterlating van zijne goederen; waar
heen onbekend
Zoo waren dan in grooter mate dan ooit te voren in het
trotsche paleis van Ludwig Waldman de bange zorgen terug
gekeerd.
telegrammen naar Chicago hieven onbeantwoord. Zij hadden
alleen de uitslag, dat graat Löwenberg scheen verdwenen te zijn.
M at was er dan met Bichard gebeurd
De dag van het huwelijk naderde steeds meer en meer. Al
de talrijke voorbereidselen, die de uitrusting van een groot
huwelijksfeest eischen, werden gemaakt.
Eugenie stelde zich aan als eene vertwijfelde; zij had geweend
en gebeden en ten slotte in een aanval van wilde vertwijfeling
zich voor haar vader op de knieën geworpen, en dezen bezwo
ren, haar niet aan den afgrijselijke over te leveren. De han
delsraad had gedaan, wat hij onder deze omstandigheden had
kunnen doen. Hij had zijn stiefbroeder bij zich ontboden en het
W'as tusschen de beide mannen tot eene hartstochtelijke verkla-
ring gekomen. Ludwich Waldman was tegen zijn gewoonte in,
20P11 Februarie des voormiddags ten 10 ure, in he
gemeentehuis moeten verschijnen, vergezeld van twee tn
den Burgemeester bekende en ter goeder naam en faam
staande meerderjarige ingezetenen, die de vereischte ge
tuigenis kunnen afleggen en het aldaar op te maken,
getuigschrift onderteekenen. Wanneer hij aanspraak
maakt op vrijstelling wegens broederdiens t, zal
hij mede voorzien moeten zijn van zijne geboorteacte
en van de geboorte-acten van al zijne nog in leven zijn
de broeders, alsmede van de zakboekjes of paspoorten
van gediend hebbende broeders.
Bij overlegging van laatstgenoemde stukken zullen door den
Burgemeester bij den Kommandant van het korps waarbij zijne
broeders dienen of gediend hebben, worden aangevraagd de be
wijzen van werkelijken dienst of een uittreksel uit het Stamboek.
Schagen, den 20en Januari 1888.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. LANGEN BEBG.
de Secretaris,
DENIJS.
Sedert j. 1. Woensdag heerscht er in en om het Amster-
sche Stadhuis (tusschen twee haakjeseen ouderwetsch,
hokkerig gebouw, dat misschien voor alles geschikt is,
behalve om als Raadhuis in de hoofdstad des Rijks dienst
te doen) een voortdurend gewoel van jonggeborenen.
Ondanks gladde of smerige straten, ondanks sneeuw en
mist, komen zij in den stormpas aanrennen, naderen de
officieele verblijfplaats van het Gemeentebestuur, kijken
rond als een kat in een vreemd pakhuis, en komen na
hier en daar hun neus gestooten te hebben eindelijk
met behulp van eenige welwillende inlichtingen ter plaatse
tegenover zijn stiefbroeder vrijmoediger opgetreden; zijne ge
waagde speculatien waren allen gelukt en in het volle bezit
weder van zijn vermogen, gevoelde hij ook het oude zelfbe-
wustziju, en in hem was een sterke haat tegen den aanmati
genden man ontstaan. Maar de handelsraad vond in den
Amerikaan zijn meester; met steenen gelaat, het nauwelijks de
moeite waard achtende, om ook maar een spier te vertrekken,
hoorde de Amerikaan de beschuldigingen van zijn stiefbroeder
aan. Daarna haalde hij minachtend de schouders op; spottend
zeide hij, dat hij noch in eene herhaalde uitstelling van den
trouwdag, noch in iets anders toestemde. Hij maakte aanspraak
op niets meer, dan op zijn goed recht; de handelsraad mocht
kiezen, wat hij wilde; hij dacht, dat er ook wel in Duitschland
eerlijke en onpartijdige rechters waren, die hem in geval van
nood zijn rechten zouden helpen handhaven.
Zoo scheen dan een duister noodlot te willen, dat de snoode
plannen van den Amerikaan verwezenlijkt, en daardoor tevens
de hoop der minnenden vernietigd zouden worden. Had E"g:.;ie
nog altijd gehoopt op een wonder van den hemel, dat in het
laatste oogenblik haar nog redding zou brengen, zoo was, hoe
meer de dag der beslissing naderde, de vertwijfeling steeds toe
genomen. Ten laatste bevond zij zich in eene koortsachtige
opgewondenheid en de radeloosheid sprak uit hare oogeu.
Maar als de nood het hoogste is, is de redding nabij. Op
zekeren avond na een hartstochtelijk onderhoud, hetwelk had
plaats' gehad tusschen de jonge dame en Arthur "W hite en waar
bij deze laatste al de cynische ruwheid van zijn karakter had
geopenbaard, stormde het kamermeisje, Rosa, welke haar mis
slag door dubbele aanhankelijkheid aan haar meesteres trachtte
goed te maken, in hevige onroering binnen.
wMijn God, wat is er gebeurd?" riep Eugenie uit, terwijl zij
doodsbleek werd, want iu de vertwijfeling van haar hart ge
loofde zij aan geen geluk meer.
z/Hier, hier riep het meisje en drukte haar meesteres een
naamkaartje in de hand.
„Bichard graaf Löwenberg", las Eugenie en de letters be
gonnen haar voor de oogen te dansen, //niet mogelijk
hij
/Mijnheer de graaf staat in de voorkamer en wenscht drin
gend u heden nog te spreken," zeide Rosa.
Eugenie had zich aan een stoel moeten vasthoudenzij zo"
anders zijn omgevallen van den overweldigenden indruk, die dit
gelukkig bericht op haar maakte.
Een oogenblik later stond Bichard tegenover het bloozende
meisje, dat in dit heilige oogenblik van het wederzien alle
hinderpalen vergat en met, uit het hart ontspruitende jubelkreet
zich aan zijn borst wierp.