Donderdag, 26 Januari 1883. 31ste Jaargang. Ho. 2162. Het Museum van Alkmaar. lotTng TOCH VERLOREN. KIEZERS LI JSTEN. NATIONALE MILITIE. Uitgever: J. WINKEL. Rurean: SrHAGKA1, Laan, D, 5. 20eil Febiuniie des voormiddags ten 10 ure, in het gemeentehuis moeten verschijnen, vergezeld van twee bij den Burgemeester bekende en ter goeder naam en faam staande meerderjarige ingezetenen, die de vereischte ge tuigenis kunnen afleggen en het aldaar op te maken getuigschrift onderteekenen. Wanneer hij aanspraak maakt op vrijstelling wegens broederdienst, zal hij mede voorzien moeten zijn van zijne geboorteacte en van de geboorte-acten van al zijne nog in leven zijn de broeders, alsmede van de zakboekjes of paspoorten van gediend hebbende broeders. VI. No. 51 is een „afbeeldsel ten voeten uit" van Wolle- brandt Gleijms de Jonghe. Wie de werken van oczo beroemde „eerestadge- noote," Mevr. Bosboom, gelezen heeft, zal zich herinneren, hoe ze eene kleine novelle gewijd heeft aan „den Alk- maarschen Wees," een geliefd onderwerp als dat voor haar, de oud Hollandsche vrouw, moest zijn, in wier hart Alkmaar, onder alle Nederlandsche steden, eene eerste plaats innam. Mogelijk, dat zij daardoor de schets met misschien wat Gemeente Schagen Bekendmaking. portemonnaie met eenig g-elcl. Eerste Kennisgeving*. Indien hij vermeent vrijstelling te kunnen erlangen wegens BROEDER DIENST of op grond van te zijn EENIGE WETTIGE ZOON, zal hij op ^Saaildil"; den SEHAGER I iws- COURANT I i. AIieieei Dit blad verschijnt tweemaal per week: Woensdag- Zater- d agavond. Eij inzending tot 's middags 12 ure, worden ADVER- TENTIËN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Roman van G. RECKE. XVIII. Slot. Acht dagen later lazen de abonneuten der bladen in de havenstad het volgende nieuwsbericht, dat in alle kringen groot opzien baarde „Het zal voor onze lezers wel geen geheim gebleven zijn, welk eene hoogst betreurenswaardige gebeurtenis er heeft plaats gehad in het huis van een onzer meest geachte ingezetenen. Dezelve ontving ongeveer een half jaar geleden bezoek van zijn stiefbroeder, welk feit voor hem eene dubbelzinnige beteekeuis had, daar namelijk volgens vaderlijk testament bepaald was geworden, dat juist deze verdwenen gewaande stiefbroeder de voornaamste erfgenaam zou zijn. Nu is gebleken, dat de han- dalsraad V bijna het slachtoffer was geworden van een even fijn doordachte, als ongelooflijke bedriegerij. Aan de opofferende navorschingen van een ter dezer stede wonend jong officier, die vroeger tot mejuffrouw W. in intieme verhouding stond en in het vervolg ook wel weder zal staan, is het mogen gelukken het bewijs te leveren, dat de werkelijke stiefbroeder van mijnheer W de chef van het zeer bekende handelshuis Harry White en Co. in Chicago, daar eenige maanden geleden gestorven is, terwijl zijn eenige zoon Harry, verleden najaar in deze stad bijna was gevallen als het slachtoffer van een moorddadigen aanval, waar van de aanlegger insgelijks moet gezocht worden in den reeds vermelden bedrieger. W ij kunnen verzekeren, dat er een wel berekende schur kenstreek is afgespeeld, waarbij de hoofdrollen werden ver vuld door den zich noemenden Arthur White alias John Muddie, een verloopen sujet, en diens liefje Marv Price, die als huishoudster van den waren Arthur White, tot aan diens dood in White—Cottage br Chicago woonde. Wij kunnen on mogelijk hier de bijzonderheden vermelden van dit aangrijpend familie—drama; slechts zij hier vermeld, dat de vader van onzen alom geachten handelsraad W. tweemaal gehuwd is geweest en dat uit den eersten echt de nu overleden Arthur M hite sproot. Diens moeder was echter tot het huwelijk ge- dvsongen geworden en na een tweejarige echtverbintenis ont vluchtte zij haren man en keerde zij terug tot hare bloedver wanten, die destijds in Boston woonden. In vervolg van tijd was zij getrouwd met haren oorspronkelijken geliefde en verschei dene malen van woonplaats veranderd. Er werd geenerlei etrekking aangehouden tusschen haar en haar trouweloos ver aten manmaar deze moest, ofschoon hij later weder huwde, zijne eerste vrouw toch nog altijd iunig bemind hebben, want gelijk wij reeds hierboven vermeldden, hij liet een testament na ten gunste van den uit zijn eerste huwelijk ontsproten zoon. Als nu de stiefmoeder van den handelsraad W. op sterven lag, bekommerde zij zich om hare handelwijze, zooals dat meermalen in het leven geschiedt en zij droeg derhalve aan haren zoon Arthur White op, nadat zij hem hare levensgeschiedenis had medegedeeld na haar dood naar Duitshland te reizen en daar haar eersten man, wiens dood haar onbekend was gebleven, op te sporen. Maar mr. Arthur White was zelve een ziekelijk man, en toen hij zich kort 11a den dood zijner moeder, op de stoomboot Atlantica als passagier had laten inschrijven, kreeg hij eene bloedspuwing, die hem verhinderde zijn plan ten uitvoer te brengen. Na weinige dagen was zijn toestand nagenoeg weder verbeterd, en hij droeg nu zijn zoon Harry White op, in zijn naam den laatsten wil der grootmoeder 'te volbrengen en in zijn plaats den alom slecht befaamden John Muddie, een aan lager wal geraakten bloedverwant der familie White, wiens va der insgelijks over deze familie veel schande had gebracht, als reisgezel mede te nemen, opdat deze zoo mogelijk in Europa zich een bestaan zou verwerven. Maar de Atlantica was nog niet vertrokken, toen Arthur White door eene tweede bloedspuwing werd overvallen. Rekenende op de verpleging zijner trouw ge waande huishoudster Mary Pice, liet hij evenwel zijn zoou, die reeds intusschen met zijn reisgezel naar New—York was afge reisd, ongestoord vertrekken. Toen moet het schandelijk intrige- spel tusschen John. Muddie en Mary Price zich ontsponnen hebben. Een feit is het, dat het Muddie gelukte, door gebruik te maken van verschillende toevalligheden, zich als Arthur V hite voor te doen en den zoon van zijn weldoener door een welberaamde poging tot moord onschadelijk te maken. Ware zijn plan volkomen gelukt en was mijnheer Harrv White wer kelijk vermoord geworden, dan zou hij ongetwijfeld zijn schan delijk voornemen ongehinderd hebben kunnen ten uitvoer bren gen, want niemand dacht aan de mogelijkheid van een bedrog en hoe geraffineerd de misdadiger te werk ging, blijkt uit de omstandigheid, dat hij volgens verstrekte inlichtingen van het Amerikaansche Consulaat, meer dan vijftig brieven onder den naam Harrv W hite aan diens vader schreef, waarbij hij de kunst ver stond, de hand van den beklagenswaardigen jongen man zeer bedriegelijk na te maken. Alle brieven zond de procuratiehou der in Chicago natuurlijk aan den waren Arthur White op V hite—cottage; daar diens toestand evenwel met den dag ver ergerde en hij zijn huishoudster ten volle vertrouwde, gingen al de brieven door hare hand. Het was voor haar dus een ge makkelijk spel, om haren minnaar met den gang der gebeurte nissen op de hoogte te houden, en zoo gelukte het beiden hun snood 6pel door te zetten, dat wel eenig zal zijn in de jaar boeken der misdaden. Prijs per jaar f8.Franco per post f3.60. Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENHÉN van 1 tot 5 regels f0.75; iedere regel meer f 0.1» Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Bij overlegging van laatstgenoemde stukken zullen door den Burgemeester bij den Kommandant van het korps waarbij zijne broeders dienen of' gediend hebben, worden aangevraagd de be wijzen van werkelijken dienst of een uittreksel uit het Stamboek. Schagen, den 20en Januari 1888. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. LANGEN BERG. de Secretaris, DENIJS. Door de verklaringen van den jongen man, dien de misdadige Muddie ten laatste als een krankzinnige liet opsluiten, ont stond bij verscheidene personen, bij deze zaak betrokken, twijfel, en begon men John Muddie voor een bedrieger te houden, en daar hij ook storend ingreep in het gemoedsleven van eenige personen, maakte mijnheer de graaf R. L. korte metten en reisde zelve naar Amerika, om daar een nauwkeurig onderzoek in te stellen. Aan zijne onvermoeide werkzaamheid is het te danken, dat de draden van dit helsche weefsel zijn ontdekt. Yoor hem zelve zou deze reis evenwel niet zonder ernstige gevaren voorbijgaan, want door een ongelukkig toeval kreeg John Muddie kennis van de reis van den graaf en trachtte hij dezen nu door zijn liefje onschadelijk te doen maken. Het is een feit, dat graaf L., toen hij waande zijn doel bereikt te hebben, en hij de doodacte van den waren Arthur White reeds in handen had, arglistig in een val gelokt en in het huis van den afgestorvene weken lang gevangen gehouden werd. Slechts door een wonder is hij aan den hein dreigenden dood ont komen. Mary Price, de medeplichtige van den mooien John Muddie, vernam namelijk, dat deze haar insgelijks dacht te bedriegen en hier ter stede een jonge dame zou huwen. Dat gaf bij de wraakzuchtige vrouw den doorslag en nu verried zij outneedoogenloos haar medeplichtige. Het is den lezers bekend, dat John Muddie, uog voor de aardsche gerechtigheid hem straffend kon bereiken, zich door zelfmoord hieraan wist te onttrekken. Onder het dienstpersoneel in het huis zijns broeders moet hij zijn handlanger gehad hebben, want een uur na de komst van graat L., werden de bewoners van het huis W. door een schot opgeschrikt en vond men den bedrieger levenloos uitgestrekt op den grond van de door hem bewoonde kamer liggen. Ten gevolge van vertrouwbare inlichtingen zijn wij in de gelegenheid, onzen lezers te kunnen mededeelen, dat nu de harde slagen van het noodlot voor de zwaar beproefden ge ëindigd zijn. Weldra zal in het huis van den handelsraad het huwelijk plaats vinden, van diens dochter met graaf L erder vermoeden wij, dat ook de herstelde Harry V hite zijne zelf opofferende verpleegster nog voor zijn vertrek naar Amerika zal huwen. Harry White heeft ten gunste van den jongen officier, graat Richard Löwenberg, afstand gestaan van de geheele erfenis. Door den dood zijns vaders is hij zelve een rijk man geworden en meende nu door dezen afstand tenminste een bewijs van dankbaarheid te geven voor zijne wonderbaarlijke redding uit de handen van een schurkachtig tweetal, dat, hoe fijn zijn het net van logen en bedrog ook spon, dank zij de bestiering der Voorzienigheid, zijn spel toch heeft verloren. EINDE. POLITIE. Ter Secretarie dezer gemeente zijn inlichtingen te bekomen omtrent een alhier gevonden V E R E O UE\: in deze gemeente tusschen 15 17 Januari j. 1., een bewerkt bruin lederen portemonnaie van binnen met rood gevoerd, en eene geldswaarde bevattende van ongeveer f2. Inlichtingen hieromtrent worden verzocht ter Gemeentesecre tarie alhier. Burgemeester en Wethouders van Schagen brengen ter ken- nisse der belanghebbenden, dat ter voldoening aan de wet op het kiesrecht, door hen zijn vastgesteld de lijsten der kiesge rechtigden van leden voor de Tweede Kamer der Staten-Gene- raal, de Provinciale Staten en voor den Gemeenteraad, alsmede van die, welke sedert de vaststelling der vorige kiezerslijsten daarvan zijn geschrapt. Dat die aan het raadhuis zijn aange plakt en bovendien van heden afgedurende veertien dagen (Zon en Feestdagen uitgezonderd), des voormiddags van 9 tot 4 uur, op het raadhuis ter inzage zullen liggen, binnen welken tijd degenen, die daartegen eenige reclame mochten hebben, die bij ougezegeld verzoekschrift, door de vereischte bewijsstukken ge staafd, aan den Raad zullen behooren in te dienen, na verloop van welken tijd daarop geen regard meer zal kunnen worden geslagen. Gedaan te Schagen den 17 Januari 1888. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. LANGENBERG. de Secretaris, DENIJS. Burgemeester en Wethouders der Gemeente Schagen. Brengen, ter voldoening aan het tweede gedeelte van Art. 28 der Wet op de Nationale Militie van den 19den Augustus 1861 (Staatsblad No. 72.), voor de eerste maal ter kennisse van de belanghebbenden, dat de loting van de in 1887 voor de Nationale Militie ingeschrevenen, overeenkomstig de ont- vangene aanschrijving van zijne Excellentie den Heer Commis saris dezer Provincie, dato 2 Januari 1888 No. 8/8 M/S, zal plaats hebben op den 18en Febi-uari a.s. des voor middags ten 0'/2 ure, ten Kaadhuize dezer gemeente en worden zij, welke daaraan moeten deelnemen, gelast, om op den be paalden tijd aldaar, tot dat einde aanwezig te zijn, of, bij verhindering, zich aldaar door hun vader, moeder of voogd te doen vertegenwoordigen. Alsmede dat, overeenkomstig Art. 34 van gemelde Wet, dadelijk na de trekking van het Nummer, de redenen van vrijstelling, welke de ingeschrevene mocht hebben, moeten wor den opgegeven.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1888 | | pagina 1