Plattelandsche Bankvereeniging,
t
Bui tem landsch Nieuws.
Gemengd Nieuws.
BURGERLIJKE STAM).
Gemeente Seliagen.
Gemeente ZUpe.
M A R K T R E R I C H T E IV.
i!
Al km aar, 28 Juli 1888. Aangevoerd:
Alkmaar, 30 Juli 1888. Aangevoerd
I* ur merend, 31 Juli 1888. Aangevoerd
Advertentiën.
l
m
t
cKicuyp&Ue-n Jt'ofWo
bekroond op de Tentoonstelling' van Voedings
middelen te Amsterdam 1887, met Zilveren
Medaille, (hoogste onderscheiding).
Kraepelien en llolui, Zeist.
SPAANS Co.
te bevestigen, gelukte het den ongelukkige er uit te krijgen,
die echter reeds dood was. Het geheele lichaam was om zoo
te zeggen ééne brandwond en aan het hoofd boven het linker
oog was eene diepe indeukïng zichtbaar.
Vermoedelijk heeft zich het ongeluk als volgt toegedragen
In de fabriek moesten nieuwe bouilleurs onder den ketel worden
gemaakt en ten einde nu daarmede tijdig te kunnen beginnen,
Jiad men Zaterdagavond den stoom laten ontsnappen en den
ketel ter afkoeling geopend.
Schults had te voren tot een paar personen gezegd, dat hij
Elan had, als hij bondag moest waken, eens in den ketel te
limmen. Hij wilde zich overtuigen of de ketel, die ter oomke
van de ophanden zijnde verandering uiet op den gewonen tijd
was geboend, ook erg vuil was. Niemand had hem echter daartoe
last gegeven.
Zooals bekend is, blijft een groote stoomketel, nadat de stoom
er uit is, r.og geruimen tijd gloeiend heet, en nu schijnt het
dat Schults zich door het mangat, in den ketel welke nog niet
genoeg was afgekoeld, heeft gewaagd. Hij was een nogal zwaar
persoon en had den leeftijd van 56 jaren bereikt, en is waar
schijnlijk bij zijne pogingen om uit den ketel te komen, omlaag
gevallen, met het hoofd op een klinknagel, vandaar de
indeuking boven het oog, heeft toen zijn bewustzijn verloren
en later de kracht gemist om zich nog te kunnen redden.
De ongelukkige, een zeer oppassend werkman, was bijna 25
jaar bij de firma B. en Zn. werkzaam geweest.
Men schrijft uit Nijmegen
Zij, die jl. Dinsdagmorgen omstreeks 9 uur de Bezelstraat
alhier passeerden, waren daar getuigen van een dier menschon-
teerende tooneelen, waarvan de nieuwspapieren in den laatsten
tijd maar al te veel melding moesten maken. Een grijsaard
met gekromden r g en gebogen hoofd liep daar, evenals een
beschonkene zwaaiend, nu hier, dan daar weder tegen vooruit
stekende jalouziën, als anderzins zeer onzacht met het hoofd
aanbonzende, daar de ongelukkige het hoofd niet kon opheffen
wijl hij lam was, en moest dientengevolge, omdat niemand den
walgelijken man de behulpzame hand durfde bieden, op die wijze
zijns weegs gaan. Eindelijk viel hij uitgeput in een klein steegje
ter aarde, en geleek het wel alsof de man dood was. Medelij
dende menschen haalden spoedig eenig brood, vleesch en wat
drinken voor den tobberd, en gelukkig durfde iemand den moed
te hebben den man stukken brood in den mond te steken,
zoodat men den grijsaard als een kind of vogel zag voeden. Ik
zeg daar den moed, want die behoorde er inderdaad toe, wijl
men, zonder nu juist nauwkeurig te kijken, het walgelijkste
ongedierte met geheele gelederen over 's mans lompen zag
loopen.
Men verhaalde, dat de zwerveling zonder dak of brood was,
en reeds drie weken achtereen 's nachts op het kerkhof onder
den blooten hemel had geslapen. En dat in nachten als de
tegenwoordige. Men huivert immers reeds op het denkbeeld
daarvan.
Na eenigen tijd rekende de politie hem in. Nu doet zich de
vraag voor, wat er met den man zal gebeuren. Onder onze
tegenwoordige strafwet toch mag niemand wegens landlooperij,
of zonder vaste woon- of verblijfplaats rondzwervende, naar eene
rijkswerkinrichting worden opgezonden, indien hij niet in staat
is te werken. Dit schepsel verkeert iu dat geval, daar hij totaal
lam is, en men zal dus voortaan nog meermalen het schouwspel
van dergelijke ongelukkigen moeten gadeslaan, wijl de wet in
Nederland verbiedt, om ongelukkige arme menschen, niet meer
kunnende werken, op 's rijks kosten te verplegen.
O, bestuurders van den lande, voor dat ge wetten maakt,
gedenk toch immer en vooral den armen evenmensch
In eene particulier correspondentie uit Denemarken, voor
komende in de N. Rott. C., en handelende over de tentoon
stelling dezer dagen te Kopenhagen te houden, lezen wij
o. a. het volgende, dat zeer zeker voor onze Hollandsche land
bouwers kenschetsend is:
Men zal het mij hoop ik dank weten, dat ik hier geen sta
tistieke gegevens inlasch ten bewijze van de groote ontwikke
ling van den landbouw in Denemarken met name op het gebied
der zuivelbereiding. Iedereen weet dat de Deensche boter door
de gansche wereld beroemd is, en er alleen naar Engeland
jaarlijks voor een bedrag van 17 millioen gulden wordt uitge
voerd, dat als hier mede samengaand verschijnsel de veestapel
in 50 jaren schier verdubbelde. Tevens zal het voor niemand
een geheim zijn, dat Denemarken aan de spits staat der landen,
die het boereuhandwerk hebben verheven tot een methodisch
en welberedeneerd landbouwbedrijfdie de practijk de hand
hebben laten reiken aan de theorie, door rekening te houden
met de uitkomsten van het wetenschappelijk onderzoek met
betrekking tot het scheikundig bereidingsproces, waarmede de
zuivelaischeiding van de melk en hare verdere bewerking tot
boter, gepaard gaat. Ook wil ik niet vervallen tot de reeds zoo
dikwerf geslaakte klacht, dat Nederland in dit opzicht behoort
tot de lauden uit de achterhoede, en liever erkennen, dat er
de laatste jaren een beter geest over onze boerenstand is vaar
dig geworden. Ook de Dejien zeiven erkennen dit, en wijzen er
met eenigen trots op hoe de hekken te dezen verhangen zijn.
Ruim twee eeuwen geleden, waren het Hollandsche boeren,
die door Christian II naar Denemarken geroepen werden en op
het tot Kopenhagens gebied bchoorendc eiland Amager eene
landbouw-kolouie stichtten - thans zijn het Deensche boeren
dochters, die naar Holland gelokt worden om er de Deensche
*ijze van boterbereiding te instrueeren. Maar de Denen vreezen
de concurrentie niet ora de eenvoudige reden, zeggen zij, dat
het Hollandsche grasland datgene ontbreekt, hetwelk de
melk zoo bij uitstekgeschikt maakt om haar in geurige
deensche boter te herscheppen, terwijl daarentegen de Deensche
weiden met betrekking tot de kaasbereiding bij Holland weer
*erre in de minderheid zijn. Kaas wordt er dan ook in Denemar-
ien bijna niet gemaakt, maar des te meer gegeten, ook als ze
lt Holland komt.
'WekeLyks.ch JPolitiek Overzicht.
lerwijj algemeen aihn het uitstapje van den Duitschen keizer
fla« Stokholai alleen het karakter wordt toegekend van een
bloed verwantschappelijk beleefd'neidsverzoek, is men het evenzeer
algemeen er over eens dat hef bezoek van den jeugdigen monarch
aan het hof te Kopenhagen een politieke beteekenis heeft. Ziet
men eenerzijds in de begroeting der Deensche Koningsfamilie
eene politiek gevolg van het bezoek aan Czaar Alexander ÏÏI,
zoo geloofd met aan de andere zijde in het feit, dat keizer
Wilhelm II de gelegenheid te baat neemt om den overwonnenen
van 1861 de hand ter verzoening te reiken, eene bevestiging
te mogen zien van den stelregel, volgens welken de jonge
Duitsche keizer zich geheel en al beschouwt als het lid van
een nieuw geslacht, dat niets meer gemeen heeft met de
antipathiën van vroegere tijdvakken, die voor hem als geschied
kundig overleefd gelden. In dezen zin opgevat, zal de begroe
ting van den Deenschen Koning en het Deensche volk, dienen
tot verblijdend symbool, dat de strijdbijl is begraven tusscnen
beide volken, wier gemeenschappelijke oorsprong en wier ge
meenschappelijke belangen eene vreedzame verhouding juist
zeer mogelijk maken.
Toch moet het bezoek, hetwelk keizer Wilhelm op Deenschen
bodem aflegt, een door den jeugdigen monarch bepaaldelijk niet
voorzien gevolg hebben. Terwijl namelijk de Duitsche keizer
door zijn verschijning op de reede van Kopenhagen klaar en
duidelijk getuigenis aflegt van de vredelievende gevoelens, die
hem bezielen, terwijl hij in eerlijke vriendschap de hand drukt
van zijn koninklijken broederen neef van Denemarken, versterkt
hij tegelijk, zonder het te willen de politieke positie der Deensche
oppositiepartijen op duidelijk merkbare wijze- Het ministerie
Estrup, dat dit keizerlijk bezoek moest dulden en het met
alle inspanning der officieele wereld moest helpen medevieren,
weet zeer goed, dat de vriendschappelijke en sympathieke taal,
die de geheele oppositie-pers van Kopenhagen tegenover de
Duitsche gasten bezigt, aan het kabinet spoedig genoeg in
rekening gebracht zal worden. Want deze Deensche oppositie
joeg in den wederstand, dien zij iu Lansthing en Pers tegen de
militaire plannen van het ministerie Estrup wist te organiseeren,
plannen die maar eenen zin bezaten, wanneer men acht sloeg
op de geheime hoop op revanche, die nog kortelings, met het
oog op de mogelijke fransche verwikkelingen, de borst der
toon aangevende politici van Denemarken deed zwellen. Sedert
jaren reeds was de oppositie in Kopenhagen voor een eerlijke
aansluiting bij Duitschland, voor een loyal afzien van hetgeen
sedert 1861 verloren was. Om dien reden had zij zich verzet
tegen de Kopeuhaagsche vestigbouwplannen en was zij er niet
voor teruggeschrikt, de onaangenaamheden te dulden van een
regeeringsconflict tusschen kroon en parlement. Nu komt het
spontane bezoek van den Duitschen keizer, en geen verant
woordelijk minister van Koning Christiaan durft de in vriend
schap toegestoken hand terugslaan. Daardoor winnen natuurlijk
de oppositie-partijen, wier verzoeningsprograra door dit feit het
doel nader wordt gebracht, aan moreel gewicht en zoo kan het
gebeuren, dat keizer Wilhelm, die er natuurlijk in de verste
verte niet aan denkt, om hand aan hand met de Deensche
oppositie—partijen het ministerie Estrup in de engte te drijven,
dat keizer Wilhelm zal schijnen een onvrijwillig bevorderaar
te zijn van politieke handelingen, die zeer zeker in zijn eigen
rijk een groot deel zijner onderdanen tot vertwijfeling zou
brengen.
De zakdoeken der dames onderscheiden zich meer en meer
door weelde. Thans komt uit Parijs zelfs het bericht, dat de
zakdoeken hunnen gebruikelijken vorm verliezen en de gedaante
krijgen van bladeren. Zoo zjjn er smalle, lichtgroene batisten
doeken, die er uitzien als bet blad van een waaierpalm, witte
zakdoeken van batist, die op een eupheublad gelijken; zakdoe
ken in den vorm van een twintig maal vergroot laurierblad, we
der andere in den vorm van een notebhd, enz.
Natuurlijk is de steel dezer zonderlinge bladeren slechts zeer
kort, daarin worden ook de initialen geborduurd. Naar men zegt
is deze mode een uitvinding van de ex-koningin Isabella van Spanje.
Een zeer gevaarlijk en gewetenloos bedrieger is te Hamburg
in handen der politie gevallen.
Dat heer was in den laatsten tjjd werkzaam als impressario
van don bekenden gedachtenlezer Cumberl.ind. De misdaden, door
den man gepleogd, zijn de volgende Hij dong naar de band van
meisjes van goede, welgestelde familie, onder opgave een vermo
gend man te zijn. Hij ging daarna met zijn ongelukkig slachtoffer
naar Engeland en verdween met den bruidschat, de ongelukkige
in treurige omstandigheden achtcrlatonde. Verscheidene zijner
jonge vrouwen heeft hij naar Mtxico laten komen en ze daar aan
de ellende overgegeven. Een der slachtoffers is de dochter van
een geacht burger uit Bergedorf en Carlotta huwdo met haar in
Engeland. Na uitbetaling van den bruidschat ging de waardige
heer er van door en nu kwam het meisje tot de ontdekking, dat
de trouwplechtigheid slechts voor den schijn was geweest, dat
een helper van don bedrieger, als geestelijke verkleed, het huwe
lijk had voltrokken. De vader nam zijne dochter weder bij zich
aan huis en deed aangifte bjj de politie.
Toen Carlotta, die natuurlijk geen gevaar vermoedde, met Cutn-
berlnnd weder te Hamburg kwam, werd bij gearresteerd en men
vond bij hem polissen van levensverzekeringen tot hooge sommen.
Inderdaad, de macht van't kleine is groot. De overblijfselen
van billioenen koraal door den tijd opeengestapeld, vormen riffen
welke de zeeman met zorg vermijdt, gansche eilanden welhaast,
waarop tal van planten en gewassen gedijën; Albion's krijtrotsen
bestaan uit de schalen van dierlijke schepselen; lucht en water
zjjn met mikroskopische dieren bevolkt; in ons eigen spreeksel
leefd de bacil, die volgens Dr. Koch de oorzaak der cholera zou
zijn. Om ons en in ons - overal bewonderen wij den kwistigen
overvloed van de kleinere levende elementen des heclals.
Terwijl het rijk van de grooto verscheurende dieren uit is, blijft
de mensch nagenoeg machteloos tegenover de kleinere bewoners
der schepping. Een zwerm sprikhane vernietigt in een enkel uur
den oogst van onafzienbare akkers. De druifluis verwoest den
wijnstok.
De meelmot deed weinige jaren geleden onderscheidene fabrieken
haar bedrijf tijdelijk staken, o.a. te Maastricht.
En schrijven de geleerden .alle besmettelijke ziekten tot zelfs
de longtering niet op rekening van mikroskopische diertjes?
Woekerplanten en parasioten dooden de reusachtige boomen en
dieren.
Zoo stierfin den zoölogisehen tuin te Marseule een omstreeks
twee-jarige hippotamus (nijlpaard) een geschenk van den Khedieve
van Egypte aan de stad, aan trichinose. (Album der Natuur.)
Ingeschreven van 28 31 Juli 1888.
Geboren, Ondertrouwd, GetrouwdGeene.
OverledenAnna Maria Koopman, oud 30 jr., 6 md.
Ingeschreven van 20 27 Juli 1888.
Geboren Pieter, z. v. Cornelis Visser en Trijntje Sluis.
Ondertrouwd: Abraham Huijer, jm., vrachtrijder, 22 jr. en
Guurtje Zonneveld, jd., zonder beroep, 27 jr. beide wonende to
Zijpe.
OverledenGerrit Strui', 9 jaar, z. v. Jacob- en Geertje War-
tenhorst. Cornelis Jacobus Thomasz, 51 jr. weduwn. van Neeltje
Blaauboer.
Hoorn 28 Juli 1888. Aangevoerd
H. L. Rogge
5
129
30
25
74
4
25
1200
4000
200
300
8000
2000
Tarwe
Gerst
Haver
Witte Erwten
Groene
Grauwe
Vale
Bruine Boonen
Geele
Witte
Paarden
Karwijzaad
Mosterdzaad
Kalveren
Schapen
Lammeren
Varkens
Biggen
Bokken
Kippen
Koppen Boter, 5.2, lood.
Kipeieren
Eendeneieren
Mud Nieuwe Aardappelen f 1.90 a
N.P.
2.—
Aalbeziën (Z.) f 16.a p.
De handel was matig.
15 Koeien en Ossen
20 nucht. Kalveren
84 Schapen
65 Lammeren
34 magere Varkens
177 Biggen
3 Bokken en Geiten
4 Klein Bokje
Kipeieren per 100
Eendeneieren
Boter per kop ('s middags 12 uur)
225 vette Kalveren
13 Nuchtere Kalveren
395 Schapen
191 vette Varkens per P
34 Magere dito
Kaas. Aaugevoerd 331 stapels Kleine en stapels
Middelbare. Prijs Kleine f 31,50 a Middelbare f
per 50 KG.
Boter f 1.25 a 1.35 per KG.
Vette Runderen .72 a per KG. Handel vlug.
Vette Kalveren prijshoudend; f .70 a .80 per KG.
Handel vlug.
Nuchtere Kalveren f 12.a 18.Handel vlug.
Vette Varkons van --.36 a .40 per KG. Handel vlug.
Schapen, groote aanvoer, handel stug.
Kip-eieren f 3.a 3.50
E tl a m 28 Juli 1888. Aangevoerd:
Aangevoerd 117 stapols kaas, wegende 27001 P., hoogste prijs
f 30.50.
3.50
4.—
f
6.50
a
8.
f
3.50
a
5.
i
2.75
a
3.75
f
7.50
a
10.—
f
9.25
12.—
f
9.50
a
14.—
r
6.50
a
13.—
f
f
7.25
a
11.50
f
1 1
'1 1
I
f
12!—
a
13.75
f
15.25
a
16.50
r
8.-
a
12 -
f
23.—
a
28.—
f
9.—
a
11.—
f
7.—
a
15
i
3.—
a
5.50
f
2,—
a
8.—
f
-.50
a
1.20
f
—.60
a
—.65
f
3.25
a
f
3
a
per Mud.
100 N.P.
100 N.P.
f 140.—
a
210.
f
8.—
a
18.
f
10.—
a
18.
f
6.-
a
10.—
f
12.-
a
15.-
f
5.—
a
8.50
f
4.—
a
7.-
f
—.90
a
1.25
f
3.—
a
3.75
f
3.—
a
f
—.80
a
—.90
f
35.—
a
85.—
f
10.—
a
18.—
f
16.-
a
28.50
f
-.38
a
—.45
1
12.-
a
15.—
Alom verkrijgbaar in bussen a ï/3, l/t en 1/i K.G.
DE
gevestigd te Barsingerhorn, onder de firma SPAANS Comp»
geeft voortdurend gelden in deposito tegen 4, 41/,, 4*/4 pCt»
's JAARS, alnaar gelang der voorwaarden welke bij het deponeo-
ren der gelden worden overeengekomen.
Zij belast zich ook voortdurend met het koopen en verkoo
pen van BINNEN— en BUITENLANDSCHE effecten, coupons
enz., en disconteeren van handelspapier, het verschaffen van
voorschotten enz.
Het kantoor wordt gehouden te Barsingerhorn, eiken werk
dag van 10 tot 12 ure, en op den wekelijkschen marktdag te
Schagen, ten huize van CORNS. KOS, firma KNIKKER, van
10 tot 12 uur.
r