Donderdag, 17 Januari 1889.
33ste Jaargang. Mo. 2264.
UitgeverJ. WINKEL.
Hureaia: iCHAGülï, Laan, D, 5.
Gemeente Schagen
Bekendmakingen.
Hati <?ji a I e i i t i e.
Ei in n en landsch W ieuws.
SCHAGER
Alleman!
Dit blad verschijnt tweemaal per week: oensdag- Zater
dagavond. Eij inzending tot 's middags 12 ure, worden ADVEB-
TENTIËN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN" STOKKEN èén dag vroeger.
COURANT.
ie- k Lanlliiiaj
Prijs per jaar f3.Franco per post f3.00.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels f0.75; iedere regel meer f 0.15
Groote letters -worden naar plaatsruimte berekend.
Burgemeester en Wethouders der gemeente Schagen
Brengen, ter voldoening aan de derde alinea van Art. 26 der
Wet op de Nationale Militie van den 19den Augustus 1861 (Staats
blad No. 72), ter kennisse van do belanghebbenden, dat het overeen
komstig Art. 25 dier Wet afgesloten Inscbrijvings-Register van
1888, voor de lichting 1889, met de daaruit opgemaakte alpha-
betiscbe naamlijst, op heden ter Secretarie der Gemeente voor
een ieder ter lezing is nedergeiegd tot en met den 19en dezer
maand, van des morgens 9 tot des namidnags 4 ure.
Schagen, den llen Januari 1889.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. LANGENBERG,
de Secretaris,
DENIJS.
Plaatsgebrek verplicht ons, ditmaal geen
feuilleton te plaatsen. In het volgend num
mer zullen wij aanvangen met de vertaling van
den nieuwen, zeer boeienden roman: „Een Leugen,"
van de hand der Duitsche schrijfster, Ida B o y - E d.
Schagen, 16 Januari 1888.
Zeer talrijk was de opkomst, jongstleden Zondagavond in de
kolfbaan van den hr. C. Kos Pz., alhier, van hen, die, uitge
lokt door des sprekers naam en het door Z Ed. gekozen onder
werp, zich geschaard hadden onder het gehoor van Mr. H.
Goeman Borgesius, die zich ten doel had gesteld, te spre
ken over^Maatschappelijke beteeken is van
zeden, vormen en maniere n."
Onvrijheid is het wezen van elke maatschappij. Wij zijn
niet vrij, al meenen wij ons ook al vrij, in gewoonten, zeden,
zelfs niet in de voldoening aan de dringendste levensbehoeften,
als: eten en drinken bijv. De reden dier onvrijheid, meende
Spr., vloeit voort uit de maatschappelijke orde, waaronder wij
leven. Onze maatschappij is geen veelvoud van individuën,
evenmin als een hoop steen en hout een huis vormen; maar
steen en hout in orde verbouwd, vormen een huis, en zoo is
ook de maatschappij eene vereeniging door het gemeenschappe
lijke doel, in nauwe oiganische verbinding, met eigen doel,
eigen leven, waarvan een deel niet ziek kan zijn, zonder dat
de andern deelen daaronder lijden. Er moet dus orde zijn, en
daaruit vloeien voort de regelen, om die orde te bewerk
stelligen. Zulks gaat evenwel niet zonder dwang om tot op-
volging te dwingen, waartoe weder de wetten dienen. De
wet of liever het recht omvat niet alles wat tot den staat
behoort. Het recht vertegenwoordigt alleen de rechtsorde; maar
er bestaan ook zedelijke wetten. Dwang moet er ook zijn buiten
de wet en zulk een dwang heet zedelijke dwang, welke zich
openbaart door de publieke opinie of openbare meening.
Alleen de staats— en de moreele wetten te zamen verzekeren
de orde. De staatsdwang op zich zeiven is een onvolkomen
heid, die is te onbeholpen, te zwaar op de hand. De staats
dwang kan bijv. van een vrouw geen moeder maken, kan een
slechte moeder niet de liefde voor hare kinderen opdwingen.
De psychologische dwang daarentegen kan overal optreden in
huis en zelfs tot voor den troon. Doch staatsdwang ennnoreele
dwang, ieder heeft zijp. eigen politie. De staatsdwang straft de
schending zijner wetten, de moreele dwang straft en voorkomt
zoo mogelijk schending zijner wetten en wel door de publ.
opinie, in verband met de volkszeden, -vormen en -ma
nieren.
Evenwel bestaat er verschil tusschen" volkszeden en volksge
bruiken. Een volkszede of volksgewoonte wijst op h&t feit dat
bij zeker volk de gewoonte is zus of zoo te handelen. Volks-
ge rui en krijgen eerst dan het karakter van volkszeden, wan
neer de maatschappelijke omstandigheden ze vormen. Bijv. ge
woonte is, dat in een land waar veel venen zijn, men veel
turf stookt, in een boschrijkland wordt veel hout gestookt, in
een land rijk aan steenkolen stookt men veel steenkool. In het
eene land houdt men het middagmaal te 12 ure, in een ander
te 1, weer een ander te 3 uur enz. En die verschijnselen hoe
nietig oogenschijnlijk, zijn geen bloot toeval, maar hangen af
van de belangen, die er mede gemoeid zijn.
Zoo zijn er gewoonten, waarbij belangen van derden betrokken
zijn waarvan men niet kan afwijken donder nadeel voor die
"li die dit doet, wordt door de publ. opinie veroor
deeld. Dat een gebruik allengs een volkszede wordt, bewijst
o. a. het looienstelsel. Dat ook het omgekeerde plaats heeft en
wat vroeger volkszede was, door den tijd een gebruik wordt,
bewijst het toedrinken aan tafel, hetwelk in vroegere tijden eene
bijzondere sociale beteekenis had, doch nu slechts een beleefd
heidsvorm is geworden.
Tal van voorbeelden zijn er zoo, om aan te toonen, dat in
het maatschappelijk leven het terrein zeer groot is, hetwelk
wordt beheerscht door de volkszeden en waarvan men dage
lijks den dwang gevoelt, en zeker is het, dat schending der
sociale wetten nadeeh'ge gevolgen na zich sleept, waardoor be
wezen wordt, dat de beschaafde zeden practische waarde hebben.
Die sociale wetten, met betrekking tot het maatschappelijk
verkeer, den omgang in huisgezin, familie en maatschappij
vormen de veiligheidspolitie der zedelijkheid.
Zonder die vormen, die wetten van zedelijkheid, eer en fat
soen, is het maatschappelijk leven, de maatschappelijke omgang
ondenkbaar, onmogelijk, en de kracht dier sociale of moreele
wetten ligt vooral hierin, dat zij, daar, waar het den staats
wetten ten eenen male onmogelijk is door te dringen, zich
gebiedend doen gelden en afwijkingen en fouten tracht te voor
komen, voorkomt of straft.
In de vergadering der Liberale Kiesvereeniging //Schagen",
jl* Maandagavond gehouden in het Noord—Hollandsch Koffiehuis,
werden tot bestuursleden gekozen, de heeren Jb. Stammes en
P. Buis Jz., en als zoodanig herkozen, de heer A. W. v. Kluyve,
welke heeren hunne benoemingen aanvaardden.
Uit de rekening en verantwoording bleek dat de ontvangsten
beliepen f 65.en de uitgaven 63.44, terwijl volgens de
ledenlijst het nieuwe vereenigingsjaar met 66 leden aanvangt.
Naar aanleiding van eene mededeeling omtrent den ongun-
stigen toestand der Bondskas, werd besloten behalve het ver
plichte quotum nog f 10.over te storten aan de Bondskas,
indien namelijk de beide overige vereenigingen Barsingerhorn
en Dirkshorn zulks ook zouden doen.
Nog werd medegedeeld dat op eene uitnoodigiug van den
Bond, de heer Mr. W. V. d. Kaay, zich bereid heeft ver
klaard, zelts zonder de minste vergoeding van reis of verblijf
kosten, te Schagen tegen medio Pebruari eene lezing te houden.
Ten slotte werd nog besloten, dat vanwege de Kiesvereeniging
Schagen, aanstaanden Dinsdag, 22 Januari, eene lezing zal
worden gehouden door den Heer Brunner9 en dat tot
die lezing de leden der kiesvereeniging vrijen toegang zullen
hebben, terwijl de entree voor niet-ledeu is gesteld op 25 Cents
per persoon. Die lezing zal gehouden worden in de Kolfbaan
van den heer C. Kos en precies aanvangen des avonds ten
7 ure.
Ook in onze gemeente worden pogingen in het werk
gesteld tot de oprichting eener vereeniging tot wering der
bedelarij. Wij twijfelen er geenszins aan of deze pogingen zullen
bij de burgerij die instemming en medewerking vinden, waarop
zij recht hebben. Immers in de gemeenten Barsingerhorn en
Benningbroek werkt een dergelijke vereeniging reeds met
succes.
Verslag der lezingdoor den heer lYIr*. "W. van
der* K a a y lid van de Tweede Kamer
gehouden in de Vrijzinnige Kiesvereeniging te
Wie ring er w aarop Dinsdag15 Januari 89.
Tot onderwerp had spreker gekozen: Wenschen en verwach
tingen op het punt van belastingen.
Wat er te wenschen viel? Zeer veel. Wat te verwachten?
Vooreerst bitter weinig en daaronder niet veel goeds. Spr. had
reeds in het begin van '88, toeu hij bij gelegenheid der ver
kiezingen te Alkmaar en Zuid—Scharwoude lezingen had
gehouden, zijn gevoelen te kennen gegeven over den toen maligen
toestand en o.m. ook gezegd, dat, als de liberale partij de
nederlaag leed, er van de vurig gewenschte belastinghervor
mingen zeer weinig zou komen. Alleen in de onderwijskwestie
zou men kunnea rekenen op eene verandering, doch daarover
zou men zich niet hebben te verheugen. Helaas die profetie is,
droevig genoeg, vervuld! Profetie? Men behoefde geen profeet
te zijn, om dat te voorspellen. Leed de lib. partij de nederlaag
dan siond het vast, dat er twee partijen aan het roer van staat
zouden komen, die, ofschoon onderling op zeer verschillend
standpunt staande, zich bij deze gelegenheid zouden vereenigen
en het is te voorzien, dat die twee partijen nog wel een heele
poos in harmonie met elkander zullen voortgaan.
Daar er in elke partij evenwel een rechter en een linker
zijde is, kan men wel begrijpen, dat er weinig tot stand kan
komen, want dan moet er oneindig veel overlegd worden.
Maar waarover men het bij die 2 partijen uiet eens is met
elkander, daar wordt een zoogenaamde staatscommissie be
noemd.
Hoe staat het nu met onze belastingen
Voor de verkiezing hadden we van anti—re vol. zij de een progr.
van actie, waarop voorkwam 1. vermindering van accijns, 2.
gelijkmatige belastingdruk naar verschillende bestanddeelen
van het nationaal-vermogen, 3. herziening der tarieven van
in-, uit- en doorvoer, ook in verband met de tarieven van
andere mogendheden. (Dus protectie.)
Daar naast stond een Katholieke gedragslijn verzekerende
dat alle rijksinkomsten-belasting is af te keuren. Die verzeke
ring staat dus lijnrecht tegenover den wenscli der anti-revo-
lutionaireu. Van vermindering van den druk der accijnzen wordt
in het geheel niet uitgesproken. Maar wel van een sterk ge
prononceerd protectiestelsel. Waar nu twee partijen van dezelfde
kracht zijn, die in de hoofdpunten zoozeer van elkander ver
schillen, wat kan er dan nu voor Nederland verwacht en ge
hoopt worden Bitter weinig en dan nog niet veel goeds 1
Nu heeft men niet meer te vragen naar het programma van
actie, Thans bestaat dit ministerie en dat heeft 2—maal de
gelegenheid gehad (bij de opening in Mei en in Sept. en
later nog bij de behandeling der Staatsbegrooting,) om voor den
dag te komen.
Bij de eerste openingsrede in 1 Mei, gaf dit ministerie, een
zeer merkwaardige verklaring. Vóór de verkiezing was er door
de verbonden partijen veel gepraat over Liberaal Wanbestuur
en dat we stonden voor een Staatsbankroet.
En de eerste maal dat het nieuwe ministerie handelt, ver?
klaart het
//Ofschoon de financieele toestand van het Rijk niet ongunstig
kan genoemd worden, rekent 's konings Regeering het zich ten
plicht, door te trachten vermeerdering van uitgaven tegen te
gaan en door te streven naar bezuiniging, zoo mogelijk ver-
hooging van lasten te voorkomen.
benige bepalingen van de wet op de personeele belasting
vorderen herziening, mede in verband met het te regelen kies
recht, terwijl met ernst zal worden overwogen in hoeverre van
de invoerrechten als bron van inkomst voor de schatkist, meer
partij getrokken en de druk van enkele accijnzen verminderd
kan worden.
z/Eene nadere regeling van de verhouding tusschen Rijks-
en gemeente-fitiaiiciën is een dringende eisch des tijds. Uit
breiding van het belastinggebied der gemeenten, zal deze in
staat moeten stellen meer onafhankelijk te voorzien in hare
eigene behoefien."
Maar in de zitting van 18 Sept. verklaart de minister
*De toestand van s' Lands geldmiddelen is niet onbevredi
gend bij een spaarzaam beheer bestaat tot het doen van voor
stellen tot versterking van s'Rijks—inkomsten geene aanleiding."
Dus een bewijs van gued gedrag voor de liberalen 1
Maar al hebben we niet meer geld noodig, het blijft toch
altijd de vraagHoe het er komt, en of de draagkracht van
het volk daarbij tot basis geldt.
De verklaring in de rede van 1 Mei, omtrent de nadere
regeling van de verhouding tusschen Rijks- en gem.-belast,
werd met vreugde begroet, maar intussehen werd het 18
Sept. en toen kreeg men een nieuwe rede met beloften, maar
belangrijk waren ze niet. Men zeide alleen de internationale
overeenkomst tot afschaffing der premiën bij den uitvoer van
suiker, mede door s' Konings gevolmachtigden onderteekend,
zal bij bekrachtiging door de wet, leiden tot het voorstellen
eener wijziging der belasting op de suiker.
Eindelijk werd de Staatsbegrooting behandeld en daarbij was
de gelegenheid te vragen, wat de regeering wil en daaromtrent
gehoord, was 's ministers antwoord „te zijner tijd."
De Min. wenscht zoutaccijns te vernietigen, maar dat ver
lies dan te vergoeden door tarief van inkomende rechten. De
suikeraccijns kan niet voor 1889 in behandeling komen. Een
voorstel tot invoer van een belasting op roerend goed, inko
men, effecten, enz., daarvan was geen sprake. En dan de rege
ling der rijks- en gemeente-belastingen Die moeten wachten
op: 1. Herziening wet Lager Ouderwijs, en 2. uitslag der
Herzienings—Commissie van schatting der ongebouwde en ge
bouwde eigendommen.
"Vooreerst is er dus niets te wachten.
Zulks verbaast Spr. niet, met bet oog hierop, dat het mini
sterie steunt op de 2 partijen.
Toen in enkele bladen dier pai tijen geklaagd
door het tegenwoordig ministerie niet genoeg
erkende een dier hoofdbladen dat komt omdat wij tweeën het
niet eens zijn en we moeten tocli in vrede met elkander leven. -
Alleen die dingen, waarover we het eens zijn, brengen we tot
stand en verder vereenigen wij ons vooral, om de liberale partij
tegen te werken.
Doch valt er niets te verwachten, wat is er dan te wenschen?
Juist zoo heel veel op dit gebied. Ons ontbreekt een inkom-
sten-belastiug en zoolang die er niet is, deugt ons belasting
stelsel uiet, en in wat voor vorm die
werd, dat er
gedaan werd,
inkomstenbelasting
er