UIT DE PERS. T Door eenige dames en heeren werd op den avond van den 12en dezer in de kolfbaan van den heer W. Groen te Barsingerhorn eene tooneelvoorstelling gehouden. „Pakketteu voor Dames" door v. Maurik, en //hoe drie muzikanten hun eelag betalen" door J. A. Holtrop, waren de bestemde tooneelstukken voor het programma. Daar deze voorstelling opgegeven werd voor een bekend lief dadig doel, en op den tweeden kermisdag, mochten de werkeude leden van het tooneelgezelsehap stellig een goede opkomst ver wachten, en ze zijn in die verwachting dan ook niet bedrogen geworden. De beide kluchtspelen vonden algemeen veel bijval, en na afloop bleven de meeste bezoekers nog een paar uren vroo- lijk bijeen. -o- Maandag jl. slaagde voor de Eransche taal te Utrecht o. a. de Heer P. Schuitemaker, onderwijzer te Waarland gemeente Haringcarspel. —o— Bij de groentebouwers in polder Waarland circuleert een adres, waarin aan de Directie van de Hollandsche IJzeren Spoorwegmaatschappij wordt verzocht om een oplaadplaats voor groenten aan het einde der polders, ten Noorden van T station Noord-Scharwoude. Te West-Graftdijk is eene vereeniging tot wering van schoolverzuim opgericht, aanvankelijk met 19 leden. Zij stelt zich voor het schoolverzuim tegen te gaan door het uitdeelen van prijzen of het geven van feest aan de schoolkinderen en daarvan uit te sluiten allen, die meer dan een bepaald aantal verzuimen hebben. Tot permanent lid werd 't hoofd der school, de Heer B. Keizer, benoemd. Bij het uitrukken van de brandweer te Oost-Graftdijk, had de Heer D. Wagenmaker aldaar het ongeluk zijn been zoodanig te bezeeren, dat geneeskundige hulp moest worden ingeroepen. De heeren P. Eranz Pzn., landbouwer en J. Prentrop, pastoor, beiden te Warmenhuizen, hebben een bezwaarschrift ingediend bij Ged. Staten van Noordholland tegen de verkiezing van den heer C. Barsingerhorn tot lid van den gemeenteraad bij de onlang plaats gehad hebbende herstemming, toen hij slechts ééne stem meer bekwam dan de anti rev. candidaat. Inmiddels .heeft de gemeenteraad van Warmenhuizen de ge loofsbrieven van dat raadslid met algemeene stemmen goed gekeurd. Vrijdagavond om zeven uur stoomde het geheele Duit- sche eskader vlak langs de kust Zandvoort voorbij. Vooraan ging de „Hohenzollern" met den keizer aan boord, gelijk bleek uit den keizerlijken standaard, welken het schip voerde. De elf pantserschepen en kruisers van het eskader volgden achter elkander. Geen der schepen, behalve de „Hohenzollern", voerde eene vlag, doch voor Zandvoort gekomen, werd er van het keizerlijk jacht gesignaleerd met de seinvlaggen en weldra wapperde de Duitsche rijksvlag van al de schepen. Op het hotel waar prinses Stéphanie van Oostenrijk verblijf houdt, werd onmiddellijk de Hollandsche en de Duitsche vlag geheschen. De prinses reed in een open rijtuig langs het strand, waarheen iedereen stroomde om het machtige Duitsche eskader te aan schouwen. Even voor IJmuiden ging de geheele vloot dieper zee in, met uitzondering van de „Hohenzollern", welke snel noord waarts stoomde. De Londensche correspondent seint aan de N. Rott. Ct. Sir Edward Birkbeck zal Donderdag de aandacht der regeering vestigen op het besluit van het bestuur der Centrale Kamer van Landbouw, waarbij de Geheime Raad weder uitgenoodigd wordt het toelaten van levend Hollandsch vee te verbieden, althans andermaal uit te stellen. Birkbeck zal aan de regeering vragen of zij daartoe genegen is, en zal mede eene motie voor stellen, waarbij het Lagerhuis den wensch te kennen geeft, dat de uitvoering van de wetgeving betreffende veeziekten, vooral ter zake van het afmaken, rechtstreeks door het gouvernement geschiede. Het Radicaal Weekblad deelt mede, dat de heer E. Domela Nieuwenhuis, de afgevaardigde van Schoterland, die sinds lang lijdende was aan keelaandoening, thans in Erankrijk vertoeft en daar onder behandeling is van den geneesheer. De kwaal toch is, naar het blad meldt, in den laatsten tijd zoozeer toe genomen, dat de heer Domela Nieuwonhuis bijna niet meer spreken kan, en op het congres te Parijs moeite had, een paar keer behoorlijk verstaanbaar te spreken. Ongeveer honderd arbeiders hebben zich te Wolvega bij den burgemeester vervoegd met het verzoek om werk. Tot vader en moeder in het Geuzengesticht /Wilhelmus van Nassauen" te Brielle zijn benoemd de heer Nomes en echtgenoote, thans in gelijke betrekking in het „Gesticht voor krankzinnigen en zenuwlijders," te Veldwijk bij Ermelo. In de grootste gemeenten van ons land richten zich de gemeentebesturen per adres tot de Tweede Kamer, met verzoek om de voorgestelde onderwijswet, zooals zij daar ligt, niet aan te nemen, om de hoogst nadeelige gevolgen die de uitvoering daarvan op de gemeentelijke financiën zal hebben. In Heerenveen heeft men uil den goed afgesloten tuin van den subsistuut-officier van justitie, welke direct achter diens woning ligt, alle snijboonen gestolen. Tegen een tapper in de Oranjestraat te Utrecht is proces verbaal opgemaakt, omdat hij Zaterdagavond aan een man, niettegenstaande deze reeds beschonken was, nog meer sterken- drank heeft toegediend, zoodat deze plotseling ineen zakte en meer dood dan levend naar zijne woning moest worden ge bracht, waar geruime tijd noodig was om hem weder tot het bewustzijn terug te brengen. Men schrijft uit Mierloo aan den Limb. Koerier. Het is bedeeling van den algemeenen of burgerlijke arme op het gemeentehuis alhier. Terwijl de armmeester Joh. Van den Boogaard hiermee druk bezig is, komt de 20-jarige Johanna Maria Van den Eventuin, gehuwd met Joh. Van Asten, oud 23 jaren, veraezeld van haar blinde moeder Petronella Van den Eventuin, geboren Van Alphen, ook ten raadhuize. Bedaard wacht ze haar beurt af, en de armmeester, haar genaderd, wil haar de gewone bedeeling doen geworden. //Ik moet meer hebben, kie Dat gaat niet, vrouw." „Die en die hebben dat ook, kie Bij 't opmaken der begrooting is u dit bedrag uitgetrokken en de toestand van 't gezin is niet veranderd." „Als ik niet meer krijg, wil ik mijn moeder ook niet meer, kie, kiel" „Uw gezin bleef onveranderd, dus de bedeeling ookuw man is bovendien jong, gij zijt maar met uw drieën, uw ver diensten zijn dus groot genoeg." „Dat (ze noemt een som) moet ik wekelijks hebben, kie!" zegt ze uittartend, „anders blijft mijn moeder hier en ik wil ze niet meer!" Ze voegt de daad bij 't woord, verwijdert zich met haar moeder uit het lokaal, en toen de armmeester door drukte over laden, even buiten gaat zien, staat de oude blinde moeder boven op de frappen, die naar de deur van 't gemeentehuis leiden het arme mensch durft natuurlijk niet zonder geleider de trappen af, en de ontaarde dochter is gevlogen, de moeder aan haar lot overlatend. Van een en ander is proces-verbaal opgemaakt, en getuigen zijn voor de arrondissements-rechtbank te Roermond gedagvaard, Volgens een berichtgever van het Utr. Dagllad is de toestand van Z. M. den Koning tegenwoordig zóó gunstig als men met mogelijkheid mag verwachten. Z. M. toch verricht met opgewektheid Hds. bezigheden. Hij staat 's morgens vroeg op en gaat des avonds niet naar bed, alvorens de brieven en dienststukken, die met de laatste post, d. i. te ruim 9 uren, zijn aangekomen, te hebben nagezien. Wel bezoekt dr. Vlaanderen telken morgen te acht uur Z. M. maar dat kan meer als een geneeskundig toezicht be schouwd worden, want geneesmiddelen worden er niet meer gebruikt. De eenige klacht die Z. M. uit, is over een onaangenaam gevoel, dat opgewekt wordt door staan, loopen en rijden. Bestond dat niet, dan zou men Z. M. voor volkomen gezond kunnen verklaren. Naar men nader verneemt is het bericht, dat door Z. M. den Koning aan de officieren in hel algemeen verboden heeft deel te nemen aan wedrennen en races, in zoover juist, dat hun dit verboden is in andere plaatsen, dan daar waar zij zich werkelijk in garnizoen bevinden. De „Maatschappij tot het plaatsen van automatische muziekinstrumenten" is te Amsterdam hare werkzaamheden begonnen. In onderscheidene tapperijen zijn muziekdoozen ge plaatst, waarvan de deksel is voorzien van de aanwijzing „Werpt een cent in de gleuf." Doet men dit dan begint het instrument een wals, een polka of een ander muziekwijsje te spelen. Dat is iets voor muziekliefhebbers. Men leest in de N. Gr. Ct.: Hoe een boertje uit Boertange op de paardenmarkt te Win schoten van Vrijdag j.1 werd beetgenomen! Het was reeds een uur of drie in den namiddag, toen een eenvoudig boertje het marktplein op en neer wandelde, nu eens bij dit dan weer bij dat paard staan blijvende. Op eens wordt hij aangehouden door een hem onbekend persoon, die voorgeeft een paard te willen koopen, doch, daar hij bakker van beroep is, heeft hij al zeer weinig verstand van paarden, en verzoekt mitsdien het boertje, om hem met zijn raad bij te staan. Hij zal daarvoor eene goede belooning ontvangen. Het boertje, dat in zijne verbeelding misschien reeds een rijksdaalder als belooning in zijn zak ziet glijden, neemt het voorstel aan. Met hun beiden zoeken ze een paard op, bekijken het van alle kanten, en gaan eindelijk den koopman in de herberg van den heer R. opzoeken, om te zien, of ze het over den prijs eens kunnen worden. De koopman vraagt f 75, de bakker biedt f 60, daarna f 65 en eindelijk f 70, zonder eenig succes. Onze bakker gaat even met het onnoozele boertje alleen en zegt denkelijk tegen dezen, daar hij zelf een andere bood schap moet doen, dat hij er nog maar 'n rijksdaalder bij moet bieden. Deze voldoet aan zijn wensch, gaat naar den koopman en biedt alzoo f 72.50. Zonder veel getalm wordt de koop nu klaar en de koopman wil het paard dadelijk af leveren. Maar o weede bakker heeft zijn plan reeds lang opgegeven en wil het paard niet ontvangen, doch de paarden- kooper vraagt geld van het boertje, dat natuurlijk doodverle gen daar staat. Een hoop scheldwoorden worden hem naar het hoofd geslingerd, de een trekt hem hier, de ander daar, totdat onze bakker komt en met een uitgestreken gezicht het boertje vraagt, hoeveel geld hij op zak heeft. Om kort te gaanons boertje moest eindelijk, naar men zegt, zijn zakgeld achterlaten, vóór hij naar Boertange kou terug- keeren, waarmede de paardenkoopman hem natuurlijk nog een grooten dienst bewees, daar hij (het boertje) de kooper was en er nu nog met twee rijksdaalders en een ongerust geweten over de dingen, die komen zullen, afkwam. Hij moest nl. zijn naam nog aan den veldwachter opgeven, waaraan hij slechts schoorvoetend durfde voldoen, waarna hij, zonder om te zien, naar Boertange afdroop. Een ieder zij door dezen voor dergelijke gevallen gewaarschuwd. I>© onderwijswet. Het „groote" verslag is verschenen, dat een uitvoerig overzicht geeft van het ver handelde in de afdeelingen, punt voor punt het antwoord der Regeering vermeldt en eindelijk beknopt en zakelijk de uit komsten van het mondeling overleg tusschen de commissie en den minister mededeelt. Verscheidene staten en bijlagen, alsook afdrukken van het wetsontwerp zooals het na de eerste en tweede wijziging van het oorspronkelijke uit den smeltkroes te voorschijn is gekomen, zijn tegelijkertijd overgelegd De Tyd (no. 12787) zijn oordeel uitsprekende, is van m dat de liberalen al zeer moeielijk te voldoen zouden zijn, als zij met het wetsontwerp, zooals hel nu gewijJT^ geen vrede hadden. „Het is," meent De Tijd, „het streven geweest van Regeering en commissie, om, met van het hoofdbeginsel van subsidieering der bijzondere zoover het eeuigszins ging, aan de vooral van liberal ingebrachte bezwaren tegemoet te komen. e Als° hoofdbezwaar gold de meerdere financieels druk die zou worden op vele gemeenten. „Door de aangebrachte wijzigingen zal," zegt De Tijd invoering van het wetsontwerp, gelijk het thans voor ons aanzienlijke bezuiniging medebrengen van de ruim l30n 1 .1 UI ii rrn» «inr iv» aam .Iam AO »ii meenten in ons land blijven niet meer dan 98 over, aan fv de nieuwe wet jaarlijks meer dan f 100 zal kosten, terwijl nog 86 het jaarlijksche nadeel de geringe som van f 1 tot f Iq" beloopt. Van de 43 gemeenten van Eriesland Van provincie het meeste alarm is uitgegaan zijn er slecht"' welker jaarlijksche begrooting zal bezwaard worden 8 deze nog één, voor welke de verhooging niet meer dan Ti" bedraagt. „Ook op andere punten is," naar De Tijd gelooft, „al hetm lijke gedaan om de schrikbeelden, bij de indiening van T wetsontwerp bij velen opgewekt, te doen verdwijnen. De telfj waarnaar het getal schoolgaande kinderen zal berekend wordeu is op andere tijdstippen bepaald aan de onderwijzers, fe. gedar/l mochten krijgen worden wachtgelden verzekerd; aan de bezw2 ren tegen de ongenoegzaamheid van waarborgen voor onderwijs op de bijzondere scholen is," naar De Tijd meent, op voldoende wijze tegemoetkomen." De Tijd spreekt op afkeurende wijze over de verandering ft de bepalingen hebben ondergaan voor de benoeming van h'0 den der openbare scholen. Het vergelijkend examen, eerstd< den minister als overbodig en schadelijk ter zijde gesteld, is no weer in de wet teruggebracht, uitgezonderd voor het geval i de schoolopziener en het gemeentebestuur het terstond den te benoemen candidaat eens zijn. Het opmaken der voor. dracht is weder van burgemeester en wethouders het oorspronkelijke ontwerp naar den districts-schoolopziener overgebracht. De tegenwoordige toestand zou dus, bij onver, anderde aanneming van dit artikel, bijna geheel behouden I veniets wat door De Tijd zou betreurd worden. „De verrassendste nieuwigheid in het gewijzigd wetsontweri mag wel deze heeten," meent De Tijd, „dat de vrije enorè- oefeningen der gymnastiek als letter j onder de verplichte!» vakken zoowel der bijzondere als der openbare schooi zijne op nomen. Niemand echter zal gedwongen worden zijne kinderti aan dat onderricht te laten deelnemen. Hierin ziet De fijl voorhands geen ernstig bezwaar, mits door strenge beperking tot de z. g. vrije en orde-oefeningen, door groote gematigdheid bij de vaststelling der eischen van het examen en ruime t» passing der overgangsbepalingen gezorgd worde, dat de las aan het bijzonder onderwijs opgelegd, niet aanmerkelijk zwaard worden." OW I )e onderwijswet. Of met de Schoolwet, de liberalen inderdaad zoo tevreden zullen f De Tijd, onderstelt, zal moeten blijken. De Haags cl®®'1' schrijver van de Zutphensche Ct. (no. 189) tenminste uitkomen, dat er belangrijke punten zijn, waarop rtan recht matige eischen door de Regeering niet of te weinisr is toer geven. Hij Doemt bepaaldelijk twee punten. Van liberale tij!' is met nadruk op den voorgrond gesteld: 1° dat uit de staats kas geen geld moest worden gegeven aan bijzondere schol® zonder voldoende waarborgen, dat het goed zal wi 2° dat de Regeering niet het recht moest krijgen - u besturen te dwingen een zoo hoog schoolgeld te heffen, ht® openbare scholen gevaar zouden loopen ontvolkt te wordend f die twee punten nu heeft de Regeering, naar de briefschnjw aanmerkt, of niet of slechts gedeeltelijk toegegeven. Van waarborgen, door de Eugelsche wet gevorderd, wil men weten. Wij willen zoo werd geantwoord onze vrij niet verkoopen voor eene haudvol gelds, en het is ook noodig meer waarborgen bij de wet te geven, waDt wij heb er zelf groot belang bij te zorgen dat onze scholen geedjf Dat zijn echter, meent de schrijver, groote phrases, die weerleggen. Ongerijmd is het aan schoolbesturen die heton wijs dat zij geven voor een deel met staatsgeld willen tigen, de vrijheid te geven het peil van het onderwijs doen dalen, dat het geen nut meer kan doen. En ons eigen belang is voldoende waarborg dat het o zal zijn, dan luidt het antwoord Waarom de papieren die de Regeering wel in de wet wil opnemen, dan ook weggelaten F Ligt in de opneming van die voorwaarden niel kenuing, dat het geld uit de schatkist alleen mag gegeven aan hen die door het geven van goed en voldoend "ij1 werkelijk toonen het te verdienen F En zoo ja, is men" verplicht de voorwaarden ook zoodanig te formuleeren, werkelijk een waarborg tegen misbruik in gelegen W' nomen dat de groote meerderheid der schoolbesturen ge"1 noodig heeft uit eigene beweging voor goed onderwijs mag dat eene reden zijn om de kleine meerderheid 0)(| goed voor zorgt ook maar de vrije beschikking te JS® staats-penningeu F Maar het is niet alleen noodig, da waarden waaraan de gesubsidieerde scholen ®oe'ef „jo scherp worden geformuleerd, het is evenzeer van jgji belang, dat er zekerheid besta, dat aan scholen die zm niet houden, geen enkele gulden wordt uitgekeerd. ^|jj wil het recht hebben om in elk geval zelfstandig te of er al of niet subsidie zal worden gegeven, maai der commissie kwam terecht, naar de briefschrijver m^ tegen met klem op en wil daarvoor zelfstandige ingevoerd hebben. „gad „En wat de schoolgeldheffing betreft", schrijft de co „de minister wil voor die gemeentebesturen die rw» der Regeering geen billijk, dat wil zeggen een te laag heffen art. 127 der gemeentewet toepassen om "en „gysad'l het schoolgeld te verhoogen, maar dat zou ook ee'kr'N, bevoegdheid zijn. De bijzondere scholen zulle" 9U jjc ook al heften zij geen schoolgeld, en eene Regee duf

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1889 | | pagina 2