UIT DE PERS.
WORDT VERVOLGD-
De doleerenden (dol-eerendeu F) stichten nog iüaar steeds
nieuwe gemeenten. Te de Rijp werd deze week weder eene
nieuwe doleerende kerk ingewijd.
Zondag 17 November gaf de Rederijkerskamer „O. V."
ouder de zinspreuk „Oefening volmaakt" in het lokaal van de
wed. P. C. van Marle te West-Graftdijk eene openbare voor
stelling. Het programma, bestaande uit //de Kerstavond" van
W. Mets Tb., „Tooneelstudien" van Justus van Maurik en
ffDe dienstmaagd van den zaakwaarnemer" van T. C. Tucks,
bad een vrij talrijk publiek bezorgd, dat luiden bijval schonk
aan de speler», waaronder er waren die zich zeer gunstig onder
scheidden. De genotvolle avond werd met een geanimeerd bal
besloten.
De werkstaking onder de sigarenmakers te Krommenie
duurt nog steeds voort. Naar wij vernemen is die ontstaan
doordat de Heer Baars, die zijnen knechts geen werk kon geven,
doordat er geene tabak in voorraad was, hen nu ook niet 't
volle loon uitbetaalde. Men verklaart eenstemmig niet te willen
werken, dan na uitbetaling van het volle weekloon. Slechts 2
knechts van 't naburige Krommeniedijk werken, doch worden,
omdat men voor een min aangenaam treffen met de overige
werkstakers vreest, door de politie van en naar huis begeleid.
De beweging is juist niet van socialistische opwinding vrij
te pleiten, wat jammer is.
De Heer Baars zal zich bij een standhouden der beweging
op eene andere wijze van knechts voorzien.
Op de najaarsveemarkt te Purmerend gehouden, waren
586 runderen aangevoerd. Hooge prijzen werden besteed. De
handel was flauw.
Naar de N. Rott. Ct. verneemt, is door een aantal afge
vaardigden ter Liberale Unie aan het Bestuur het verzoek ge
daan, zoo spoedig mogelijk eene algemeene vergadering der
Liberale Unie bijeen te roepen ter behandeling van het onder-
wijs-vraagstuk.
Den 15 November 1889 is te 's-Gravenhage door den
minister van binnenlaudsche zaken met den gezant van het
Duitsche rijk eene verklaring onderteekend, betreffende maat
regelen tot het tegengaan van den zoogenaamden handel in
jeugdige vrouwen en meisjes.
Maandag nacht is te Amsterdam, in de Huideustraat.
brand ontstaan, met het ongelukkig gevolg dat de vrouw van
den inspecteur van politie Doornbos verbrand is. De meid sprong
met hun vijfjarig dochtertje het. venster uit op de plaats achter
het huis en werd zwaar gekwetst. De tienjarige Ubbo Doorn
bos redde zich door langs een gootpijp naar beneden te glijden.
De hrer Doornbos zelve had nachtdienst.
Nader wordt omtrent dezen brand gemeld
De brand ontstond Maandag nacht te 2 u. 30 in het ach
terste gedeelte der eerste verdieping waar de vrouw des huizes
sliep, en vermoedelijk door het inbranden en barsten van eene
lamp. Door de nachtelijke stilte woekerde de vlam spoedig
voort naar boven waar de dienstmaagd door de benauwde lucht
wakker werd. Zij ijlde naar de eerste verdieping en sprong met
voor Anna Palzok zijn gemoed in ontroering bracht. Alles wat
hij van deze zag, beviel hem uitstekend. Zulk een zacht, liel
meisje had hij nog nooit gezien. Niet voor de eerste maal kwam
hij op do gedachte om te trouwen. Maar mocht hij, kreupel gelijk
hij was, het lot van eeuig vrouwelijk wezen wel aan het zijne
verbinden
Nadat hij wel een half uur zoo gozeten had en er nog altjjd
niemand kwam, trachtte hij nog eens zich op te richten,
doch tevergeefs.
Eindelijk werd de deur geopend en kwam er een kleine jongen
in den winkel.
Dezen zond hij naar de Steidels en verzocht of mejuffrouw
Klara een oogenblik tot hem zou willen komen De jongen kwam
terug en meldde dat mejuffrouw Klara juist een boodschap was
gaan doen met de nieuwe naaister, mejuffrouw Frida. Of mejuf-
vrouw Palzok ook kon helpen
Zich in dezen hulpeloozeu toestand aan Anna te moeton ver-
toonen, dit hinderde den man. Hij liet dus vragen of het dienst
meisje even mocht komen,
„Zeg vooral niet, mijn jongen, dat ik hier op den grond lig,
hoort gij riep Bols. „En kom morgen middag om het horloge."
Dö knaap knikte met het hoofd en snelde spoedig heen.
Na een korte poos kwam echter Anna. Bij haar binnentreden
overtoog een vluchtig rood het gelaat van den horlogemaker.
Hij verhaalde wat er geschied was, en verzocht, dat Anna hem
iemand zond, die hem zou kunnen helpen.
„Mag ik u helpan vroeg Anna.
Bols gevoeldo zich door dit aanbod hoogst getroffen, toch
schudde hij ontkennend met het hoofd.
„Ik geloof niet, dat gij kunt en ik zou u niet gaarne bemoeie-
lijken."
Maar Anna, bare beschroomdheid ter zijde zettende en alleen
beheerscht door de begeerde, Bols uit zijn toestand te bevrijden,
vatte bem onder den schouder en tilde hem op, terwijl zij de
vooraf gereed gezette kruk bem onmiddellijk onder den arm schoof.
„Ziezoo, ziet gij nu wel, dat ik het kon, mijnheer Bols,"zeide
zij en wischte zijn bebloed voorhoofd af. „En nu zal ik u friscb
water brengen, een kouden compros om hot hoofd leggen en
dan moet gij wat gaan rustenIk zal om uw werkster sturen en
kom zelve van tijd tot tijd naar u zien. Hebt gij nog pijn
Ach, die schurk, die Schütz Een gevaarlijk mensch, Kan ik
ook iots voor u halen
Toon Anna zich gereed maakte om heen te gaan, wierp hij
een langen, verlangenden blik op haar en werd in zijn gomoed
zoo bewogen, dat hij haar, ofschoon zij reeds in de deur stond,
nog eenmaal terugriep.
„Mejuffrouw Anna ik ik bid u
„Mijnheer Bols?"
„Neen dank u niets vergeef mij
„Noen, neen, wat vorlangt gij, zeg het gerust," zeide zij
argeloos.
En toen strekte de man langzaam, aarzelend de hand uit en
greep haar rechter, hield die vast en keek haar zwijgend in het
gelaat. Hij durfde niet spreken.
Eu zij begreep hem en sloeg de oogen neder. Een hevige blos
overtoog haar gelaat.
Daarna echter vluchtte zij voort en Lucas Bols klonk het in
de ooren
„Geluk, geluk 1 Uw geluk is gekomen, Lucas Bols 1"
het vijfjarig kind uit het raam, door eene zoogenaamde lantaarn
viel zij op eene binnenplaats. Zij heeft beide beenen gebroken
en het kind werd aan armen en hootdje ernstig gewond. Het
meisje wordt in het gasthuis verpleegd.
Aangezien de knaap ook reeds op redding bedacht was, ver
meende de buren dat de vrouw des huizes het brandende per
ceel reeds ontvlucht was, wat later bleek niet het geval te zijn.
Een brandweerman vond haar, meer gestikt dan verbrand, te bed.
Het achterste gedeelte en de bovenverdieping zijn bijna ge
heel uitgebrand.
Wij maken onze lezers opmerkzaam op een nieuwe uit
gaaf der firma E. B. van Ditmar te Utrecht, die tegelijk met
het Gedenkblad Holland-A.utwerpen van hunne persen komt.
Wij bedoelen de Nederlandsclie Illustratie, Geïl
lustreerd Nieuws van den Dag, waarvan het eerste
nummer de pers verlaat, en dat zich ten doel stelt in tekst
en plaat de belangrijke gebeurtenissen van den dag te beschrij
ven en af te beelden. Dit het voor ons liggende nummer bevat
een hoofdartikel Twee Droombeelden, (over den Atjeh-oorlog
en het misbruik van opium) met illustraties van Joh. Braa-
k e n s i e k. Een beschrijving van de onthulling van het stand
beeld van Koning Willem III te Brixhnm, door II. T i e d e-
man te Luiden met afbeeldingen van Brixham en het beeld
een feestgroet aan Ds. J. J. L. t e n Ka te. bij de nadering
van diens zeventigsten geboortedag, door B. H. van Bree-
men, met het portret van den dichterMejuffr. Roelofsen
in de rol van Nora in Ibsen's drama van dien naamhet
portret van onzen Minister M a c k a y met bijschrift, als de
eerste eener reeks portretten van mannen, die zich op het
gebied van staatkunde, kunst of wetenschap onderscheiden een
brief uit Amsterdam, van den bekenden geestigen correspondent
der N. Rott. Ct., Isaac van Reunes; wetenswaardige
mededeelingen voor Dames; Berichten op het gebied van kuns
ten, letteren en militaire zaken, en voorts last not least
een rubriek Humor en Satire, een aardige verzameling geestige
verzen en illustraties.
Aan de uitvoering is de grootst mogelijke zorg besteed. Elke
week verschijnt een nummer van acht bladzijden met vele illus
traties, de prijs is per Kwartaal 1 1.25, franco per post f 1.371/2.
Afzonderlijke Nummers 10 cent.
In de Zondag middag te Utrecht gehouden buitengewone
algemeene vergadering van den //Bond van gemengde Zang-
vereenigingen in Nederland" zijn de navolgende Vereenigingen
als lid aangenomen„Beverwijksche Zangvereeniging" te Be
verwijk, //Nut en Genoegen" te Almelo en //Amicitia" te
Kolhorn.
De Bond telt thans 24 Vereenigingen.
Te Leiden is door de politie aangehouden eene vrouw,
die er haar werk van maakt, op eene goedkoope manier aan
winkelwaren en gelden te komen. Vele winkeliers heeft zij op
de navolgende wijze bedrogen. Zij vraagt naar een of ander
artikel en legt daarbij een gulden op de toonbank. Wanneer
de winkelier het gevraagde afgeeft, bestelt zij nog iets en maakt
dan van de gelegenheid gebruik om de gulden weder op te
steken, alsdan te kennen gevende dat de winkelier de gulden
in quaestie reeds in de toonbanklade heeft gelegd. In de meeste
gevallen ontgeeft de winkelier zich dit en zoo bekomt de
vrouw nog geld toe. Tegen haar wordt proces-Verbaal opgemaakt.
Naar men meldt, wordt aan het departement van water
staat een wetsontwerp in gereedheid gebracht tot wijziging der
wet van 25 Mei 1880 op de rijkspostspaarbank. De wijziging
zou voornamelijk beoogen het rentegevend maximum, dat thans
f800 bedraagt, te verboogen.
Te Kralingen is een 17jarig jongmensch des morgens
dood in zijn bed gevonden, gestikt door den petroleumwalm
van het nachtlichtje in zijn slaapkamer.
De geschiedenis van een dubbeltje.
Een looper in een handelszaak leende drie dubbeltje van den
boekhouder. Deze had op zijn beurt twee dubbeltjes geleend
van den kassier, die, eens in verlegenheid zittende, twee dub
beltjes van den looper ontvangen had. Op zekeren dag vond
de looper tot zijn groote verbazing een dubbeltje in een ver
borgen hoekje van zijn vestzak. Hij ging oogenblikkelijk naar
den boekhouder, om zijn schuld met een dubbeltje te ver
minderenhij bleef dus nog twee dubbeltjes schuldig. De boek
houder zond het dubbeltje naar den kassier met de woorden
z/Nu ben ik nog één dubbeltje schuldig!" Hetzelfde sprak de
kassier tot den looper, terwijl hij hem het geldstuk teruggaf.
De looper ijlt met het terug ontvangen dubbeltje naar den
boekhouder met de woorden //Nu ben ik nog één dubbeltje
schuldig!" De boekhouder stelt het dubbeltje ter hand aan den
kassier en is met deze dan //quitte". De kassier geeft het
geldstuk aan den jongen, wien hij nu niets meer schuldig is
de looper gaat naar den lessenaar van den boekhouder, over
handigt dezen het dubbeltje, en alle schulden waren gekweten
met één dubbeltje.
Een lesje voor pi-otectionnisten of
graanrechtbeschermers.
Men schrijft uit Aalten aan de N. Rott. Ct.-.
Sedert eene maand of drie hebben hier eenige neringdoenden
uit deze plaats, onmiddellijk in de nabijheid der Pruisische
grenzen, aan den grindweg naar Bocholt, kramen opgeslagen,
waarin zij spek, tarwebrooden (zoogenaamde stoeten) en tarwe-
en roggemeel verkoopen. Een tarwebrood van vijf pond dito
zooveel spek en meel, mag zonder steur (invoerrechten)' over
de grenzen gehaald worden. Nu wordt uit bovengenoemde aan
zienlijke fabriekstad hiervan een zoo groot gebruik gemaakt
dat men vooral Woensdag en Zaterdag 's namiddags meer dan
1000 personen er kan aantreffen, vooral kinderen, die dan geen
school te verzuimen hebben, en onder en zonder geleide hunne
inslagen doen. Ieder persoon verdient hiermede, wanneer hij het
maximum koopt, dat zonder rechten ingevoerd mag worden
f 1.80, vergeleken bij den prijs, waarvoor men het in de stad
Bochelt koopt, en het schijnt dat de Hollandsche verkoopers
er nog zeer wel bij varen.
ZA>nderlin«f Vermoedelijk ter vrjlle Vir
behartiging van de geloofsbelangen der r. kath. milita'" d.«
door den plaatselijken commandant aan de coipsCommand e"15
te Amsterdam een naainstaat gevraagd van alle r. kath t
tairen (onderofficieren, korporaals en soldaten). Daarbij ,0™'
opgegeven worden de gemeenten, waar de militairen thujs U1
hooren, waar het een andere gemeente dan Amsterdam is
Yan de andere geloofsbelijdenissen is zulk een staat'
verlangd. Nog nooit trouwens is eeu dergelijke opgave gevraag
Hit.
I~>e Onderwijswet. Het voorloopig versla» d
Eerste Kamer geeft vooral de anti—revolutionnaire en katholiek''
bladen, naar zij meenen, ruime stof tot blijde verwachtingen0
De Standaard acht het wis en zeker dat de Eerste Kamer d
wet zal aannemen. De Tijd, niet minder opgewekt, schrijft; 6
„Het vertrouwen, dat bij de Eerste Kamer het gezond ver
stand zal zegevieren en het ontwerp Mackay door haar met
eene flinke meerderheid zal worden aangenomen is dan ook doo
de lezing van het voorloopig verslag ongeschokt gebleven."
Het Handelsblad (no. 19009), (liberaal in den geest der bekende
17 liberale leden der 2e Kamer) trekt, opnieuw voor de aan.
neming der wet pleitende, eene paralel tusschen de bekende
April-beweging van 1853 en de adres-beweging van thans die
zij „de November-beweging" noemt. Buitensporigheden als vóór
36 jaren werden verkondigd, verneemt men ook thans, zegt het
Hdbl., naar aanleiding van het wetsontwerp dat in hoofdzaal
ten doel heeft door subsidie het lager onderwijs te verbetereu
voor de kinderen van hen, die geen vrede hebben met de open
bare school. Men gewaagt wel niet van moordschavotten eu
brandstapels, maar voorspelt eene „onheilzwangere toekomst
van priesterheerschappij" „afstomping der natie". „De val
der openbare school" en de uitbreiding van de macht der
Katholieke Kerk zijn de schrikbeelden die thans der natie
worden voor oogen gehouden als gevolg van dit wetsontwerp,
De openbare school zal, meent het Hdbldwaarlijk niet be
zwijken door eene regeling, die er eene slechts ten deele ge-
subsidieerde bijzondere school naast plaatst.
Dat uitbreiding van de macht der Katholieke Kerk, buiten
het kerkelijk terrein, op staatkundig gebied, een gevolg zal zijn
van deze wet, ontkent het Hdbld. Wat aan de Katholieke partij
hier te lande thans eene zeer groote macht geeft, dat is, beweert
het Hdbld., juist de schoolquaestie, die de anti-revolutionnairen
in hare armen heeft geworpen en tot hare getrouwe bondge-
nooten heeft gemaakt. Neem die reden weg, door eene, zij het
ook tijdelijke beslechting van den schoolstrijd, en het bondge
nootschap valt uiteen; de politieke beteekeuis der Katholieke
partij zal weldra aanzienlijk verminderen. Juist de tegenstand
die zich thans in de November-beweging openbaart snijdt, naar
het Hdbld. meent, het eenige middel af om eeu beteren staat
kundigen toestand te doen aanbreken. Verwerping van deze
nog vrij gematigde schoolwet zal het verbond der rechterzijde
hechter maken dan ooit het geval was en kan slechts leiden
tot een strijd op leven en dood, waaruit de openbare ®hoo\
het ergste heeft te vreezen."
De Haagsche correspondent der Zutph. Ct. schrijft o.m.:
Onder de artikels tegen de wet verdient ook zeer de aan
dacht het opstel, dat de Katholieke pastoor van Atnsterade, de
heer Thijssen, in de Limburger Koerier heeft geplaatst. Z, i.
zal het gevolg van de nieuwe wet zijn: „tweedracht, haat en
wrok tusschen de ingezetenen derzelfde gemeente". „Immers",
zoo schrijft hij, „indien in eene gemeente eene katholieke
bijzondere school wordt gesticht, dan moet het voorschrift
van het bisschoppelijk mandement worden uitgevoerd, dat nl.
de ouders hunne kinderen niet meer naar de ongodsdienstige
staatsschool mogen zenden. De geestelijke overheid der gemeente
is dientengevolge verplicht de ouders aan te sporen hunne
kinderen niet meer naar die school te zenden. Daardoor geelt
zij natuurlijk aanstoot aan de onderwijzers, met wie zij doorgaans
op vriendschappelijken voet staat. Allicht worden er ouders
gevonden, die uit vriendschap of verwantschap de partij van
den onderwijzer zullen kiezen. Buitendien zullen openbare en
bijzondere onderwijzers geene vrienden zijn. Mededinging;
ijverzucht, ongenoegen, vijandschap zelfs zal tusschen hen ont
staan. De scholieren zullen er ook in betrokken worden en
twee vijandige kampen tegenover elkaar staan."
Wat vooral in dit artikel opmerking verdient is de verklaring
van den pastoor, dat er bij de katholieken van de vrije keuze
der ouders geen sprake kan zijn. Men houde het zich voo
gezegd. 0
Yan niet minder beteekenis is, wat een priester uit eene
der grensgemeenten van België schrijft aan den Limb.
„In uw nummer van Zaterdag jl. sprekende over de u,eU..
schoolwet in Nederland en hare noodlottige gevolgen, v®j®l
u o. a. naar België. Het zij derhalve een uwer Belgische
geoorloofd te wijzen op een noodlottig gevolg, dat de uie
schoolwet almede na zich zal sleepen, 'vooral in kleinere
meenten, waar men van het rijkssubsidie mocht gebruik
tot oprichting eener bijzondere school naast de openbare.
Niet slechts haat en vijandschap tusschen openbare en b'jwu^
onderwijzers, maar tevens en op dit laatste punt wil jK
de aandacht trekken totaal verlies van orde en tucht in
scholen vloeit hieruit voort. Ik spreek van eigen .on('crV!11;aren
Immers, wat ten uwent voor de deur staat, is hier ree'
het geval. Het zijn niet meer de onderwijzers, diem'
baas zijn, maar de kinderen. En dat kan niet andera'arjige
ieder onderwijzer best weet dat, wegens de betreurens*
toegevendheid der ouders, dezen hunne kinderen onnn
naar de andere school sturen, zoodra Pietje of Betje m 0,ge
bekreten gezicht thuis aankomen, zij het dan ook ten g
eener rechtvaardige bestraffing. iedere»
„Wil dus de onderwijzer de bij hem schoolgaand®
behouden en hen beletten over te gaan naar de an e ^fj
dan moet hij maar alles door de vingers zien, hij m°! nog
nij zegt, de kinderen maar contenteeren en ge]gie
lekkers geven op den koop toe. Dit alles zien wij 1 tugsCben
gebeuren, vooral in kleinere gemeenten, waar de ou< ei
twee scholen de keus hebben. Er wordt steen en nietSi
geklaagd, en alom hoort men zeggen de kinderen i*
j zijn ondeugend, enz. Maar wat helpt klagen? De 'Afct al
nu eenmaal zoo, tengevolge der bestaande schoolw< eB ie
deze gebreken, staat onze Belgische schoolwet ver