Binnenlandsch Nieuws.
het dienstjaar 1889/90 op den 9en dezer door den lieer Provin
cialen Inspecteur in do Provincie Noord-Holland is executoir
verklaard en op heden aan don Hoer Ontvanger dor directe
belastingen binnon dezo gomoente tor invordoring is over
gegeven.
Ieder ingezeten, welke daarbij belang heeft wordt alzoo vermaand
op de voldoening van zijnen aanslag behoorlijk acht te geven, ten
einde alle gerechtelijke vervolgingen welke uit nalatigheid zouden
voortvloeien, te ontgaan.
Schagen, den 12 December 1839.
Het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur voornoomd,
O. H. BEÈLS.
Schagen, 14 December 1889.
De gisterenavond in het Noord-Hollandsch Koffiehuis
alhier gehouden Volksvoordracht heeft in alle opzichten aan
het doel beantwoord. Dank zij de gebleken medewerking van
heeren donateurs, waren de vrij-biljetten bijna uitsluitend uit
gereikt aan die burgers, voor welke juist de Volksvoordrachten
zijn in het leven geroepen.
Het zeer groot aantal opgekomenen bewees dat de Burgerij
gaarne van dezen avond gebruik maakt als zij maar vooraf
verzekerd is, dat het genot niet bedorven zal worden door de
oproerige luidruchtigheid van enkelen, gelijk vroeger nog al
eens gebeurde en waardoor de Commissie van Volksvoordrachten
zich dit jaar genoopt had gezien, tot het nemen van gestrenge
maatregelen.
Gelijk de Volksvoordracht gisterenavond heeft plaats gehad,
woont men haar met genoegen bij en dan is zij ook een aange
name, gezellige en nuttige bijeenkomst.
Als spreker trad op, de heer A. Heijn Sz. van Alkmaar, en
gat ten beste„Oude Sientje van J. van Maurik," „Een vers
dat als een nachtkaars uitgaat'', „Een nette juffrouw voor den
Commissaris" en „Tonnis naar de Norgermarkt", met welke
fijn geteekende en uitstekend weergegeven schetsen de heer
Heijn onafgebroken de aandacht van het zeer talrijke publiek
wist te boeien en zich dan ook herhaaldelijk de daverende
toejuiching van het publiek verwierf.
Wiet minder succes hadden de beide plaatselijke corporatiën
de „Harmoniekapel" en „Euterpe" met hare goed geslaagde
uitvoeringen der verschillende muziek— en zangnummers.
Dat de tweede in dit seizoen te houden Volksvoordracht op
dezelfde medewerking der ingezetenen moge rekenen, dan zal
ze ongetwijfeld evenzeer met even gunstigen uitslag bekroond
worden.
Het hoofdbestuur der Eriesche Maatschappij van Landbouw
heeft een adres aan den minister van Binnenlandsche Zaken
gericht over de werking en toepassing der voorgeschreven maat
regelen tegen de varkensziekte, de moeielijkheden in het licht
stellende, welke voor de varkenshouders daaruit voortvloeien
in geval zij een ziek of van ziekte verdacht varken hebben, en
waardoor aanleiding wordt gegeven tot ontduiking, zoodat het
beoogde doel niet bereikt wordt. Die ontduiking der wet is
strafbaar, maar de overtredingen zijn moeielijk te constateeren,
en bovendien acht adressant de wet niet van onbillijkheid vrij
te pleiten.
Naar het oordeel van het hoofdbestuur zullen de maatregelen
tegen de besmettelijke varkensziekte dan alleen doel treffen
wanneer te dierzake is bepaald, dat bij afmaking en afkeuring
volledige schadevergoeding wordt gegeven, en dat dan ook tevens
de overtreders der wet streng worden gestraft.
In dien zin verzoekt het hoofdbestuur wijziging der bestaande
bepalingen.
Terwijl aan de Turfmarkt te Delft Donderdag namiddag
een verver bezig was gele was te smelten op een petroleum-
toestel, geraakte de was in den pot in brand. De man liep er
haastig mee weg om den pot in de gracht te werpendoordien
de rook hem belette te zien, liep hij tegen een dienstmeisje
aan, wier kleederen dadelijk vlam vatten. De tapper A. C. van
Buuren, dit van de overzijde ziende, had den moed, het meisje
snel aan te vatten en met haar in de gracht te spingen. Op
het droge gebracht, bleek het meisje slechts eene lichte brand
wonde aan ééne hand te hebben bekomen. Den verver echter
waren beide handen deerlijk gehavend.
Dr. A. W. Bronsveld te Utrecht heeft voor het hem
aangeboden hoogleeraaisambt aan de gemeente—universiteit te
Amsterdam bedankt.
Aan het Centraalstation te Amsterdam is eergisteren een
treurig ongeluk gebeurd. Bij het opgaan der lift van het derde
perron had een werkman, die daar opstond, het ongeluk met
het hoofd tegen het perron vast te loopen. Daardoor viel hij
van de lift en werd met gespleten schedel opgenomen. In hope-
loozen toestand werd de ongelukkige naar het Gasthuis vervoerd.
In de gemeente Schoterland wierp men eene vrouw een
kikvorsch in den schoot. De vrouw schrok daarvan zoo gewel
dig, dat zij ongesteld werd en, na twee dagen ziek te zijn geweest,
is overleden.
Men schrijft ons uit Amsterdam
Een niet alledaags voorval had Woensdag hier plaats.
.1.1. Zondag had zich de eigenaar eener Broodfabriek door
ophanging van het leven beroofd. De oorzaak hiervan was de
intieme liefdesbetrekking van zijn dierbare wederhelft met een
anderen man, waarmede zij dezen zomei zelfs, naar beweren, vijf
weken naar het Buitenland was geweest. De man scheen zich
niet beter te kunnen wreken dan zich op zulk een noodlottige
wijze het leven te benemen. Dat de bewoners der buurten zich
het lot dier man aantrokken laat zich denken en dat er, en
terecht, een zeer afkeurend oordeel werd geveld over den man
en de vrouw die oorzaak waren dat haar echtgenoot op zulk
een wijze stierf, kunnen de lezers begrijpen.
Heden nu was de begrafenis, die zeer deftig was, altijd te
oordeelen naar de wijze waarop men over het algemeen hier
ter stede iemand de laatste eer bewijst en zeker om blijk te
geven van de innige droefenis der afgestorvene. Een zwarte
kist waarop zeven verschillende prachtige kransen werden gelegd,
waaronder één met een lint waarop „rust zacht." (Ik ben niet
te weten gekomen of de Echtgenoote die op de kist had laten
leggen).
Het talrijk opgekomen publiek wilde zich blijkbaar wre.~en'
op den man, die, ook naar meu uit het gesprek der omstan
ders kou opmaken, den doode naar zijn laatste rustplaats zou
begeleiden. Toen dan ook de eerste volgkoets voorkwam, wilde
het publiek reeds lucht geven aan zijn opgepropt gemoed, door
te schreeuwen hoera, doch men bedwongen zich, toen men bemerk
ten, dat de familie der overledene in het rijtuig plaats nam. In
afwachting dat hij toch wel zoude komen, bespraken eenigen
om geen hoera, maar hoe naar," en han je
(deze woorden verzwijg ik) te roepen. Do vijfde en laatste volg
koets, bespannen evenals de anderen, met twee zwarte paarden,
kwam vóór. Daar bad je het leven, een geschreeuw ging uit
de menigte op en de lievelijkste woorden werden hem naar liet
hoofd geslingerd, (hij nam alléén in de koets plaats). De
politie, die daarbij tegenwoordig was, had moeite het opgewon
den publiek te bedwingen, en de koets, waarin hij onmiddellijk
het gordijn liet zakken, te beschermen de stoet zette zich in
beweging, gevolgd door honderden menschen terwijl achter de
koels twee Agenten hadden post gevat om het rijtuig te be
veiligen.
Om, naar het bleek, van verdere serenades bevrijd te worden,
had men hel kerkhof genomen, dat op minstens een uur
afstand van de woning was gelegen, terwijl men op vijt mi
nuten gaans reeds eene begraafplaats heeft, voor de bewoners
dier buurten.
Oosthuizen. Tot Secretaris van het waterschap „de
Zeevang" is in de vergadering van den 12en dezer benoemd
de heer Teengs te Edam. De voordracht (alph.) bestond uit de
H. H. Middelkoop, Secretaris der gemeente Oosthuizen Sandwijk,
hoofd der School te Kwadijk en Teengs, koopman te Edam.
Meer dan 20 sollicitanten hadden zich voor deze betrekking
aangemeld.
IS De Heer H. Snijder te Edam heeft zijn ontslag aange
vraagd als Burgemeester der gemeenten Kwadijk, Middelie eu
Wardden. Dit ontslag is hem door Z. M. tegen 15 Dec. a. s.
verleend.
<ffi Den 14en dezer zal het eerste gedeelte van het vergel.
examen voor hoofd der School te Wormerveer worden gehouden.
167 sollicitanten hebben zich aangemeld.
De geneeskundige inspecteur van Noord-Holland heeft de
mazelen te Enkhuizen epidemisch verklaard. De scholen, waar
van sommige klassen zoozeer zijn gedund dat het aantal leer
lingen tot op een tiende is geslonken, zijn echter nog niet
gesloten.
De heer Van Bijlandt, de Nederlandsche gezant te Londen,
is in den Haag aangekomen, vergezeld van een der grootste
veemakelaars te Londen, ten einde met de regeering in overleg
te treden over de nieuwe, door de Engelsche regeering genomen
maatregelen met opzicht tot den invoer van vee uit Nederland.
Dat het sommigen menschen niet spoedig te koud kan
zijn, bewees Zondag een beer te Breukelen, die het ijs wegruimde,
om gelegenheid te hebben zijn dagelijksch bad te nemen. Deze
liefhebber-zwemmer heeft te Amsterdam een viertal volgelingen,
dermate gehard, dat zij er behoefte aan gevoelen, ook bij strenge
vorst zich een weinig tusschen de ijskorsten af te koelen. Het
zou, zegt het „D. v. N." de moeite loonen, met het
oog op de natuurwetenschap, de proef te nemen, of deze vijf
lichamen nog voor bevriezen vatbaar zijn.
Gisteren namiddag had te Dubbeldam een treffend onge
val plaat. Toen nl. de landbouwersknecht F. G. met zijne vrouw
per boerenwagen huiswaarts keerde, geraakten beiden door het
hollen der paarden onder het voertuig, met het gevolg dat de
man terstond een lijk was, en de vrouw eenige uren daarna
overleed.
Zij laten acht kinderen na.
Een teeken des tijds. Een onzer kennissen, zoo zegt
de Tijd, vond dezer dagen in zijn huiskamer een stuk papier,
waarop een drietal namen waren geschreven, met de bijgevoegde
qualificatie van president, secretaris en penningmeester. Hij on
derhield daarover zijn veertienjarigen zoon, den secretaris, wiens
schrift hij in de hand herkende, en ontving, als opheldering,
ten antwoord „Wel pa, we hebben een bond opgericht."
„Een bond, zeg je, kwajongen Ja, pa, een vechters-
bond
Een paar dagen later kwam de Secretaris thuis met een blauw
oog, zoodat zijn taak bleek, zich niet tot het houden der notulen
- het noteeren van de door zijn kameraden opgeloopen blauwe
oogen, bloedende neus, builen en schrammen te bepalen.
Voor de oogen van hen, die in een duel nog iets ridder
lijks zien, kan niet te vaak een kijkje gegeven worden achter
de schermen, waartoe de op het duel volgende terechtstelling
meestal ten volle de gelegenheid verschaft. Zoo thans ook weer
in het geval tusschen den luitenant der jagers d' A. v. G. en
den student P. Op het woordploert dat den laatsten was
toegevoegd door den eersten, had deze van genen een opstopper
gekregen, waarmede de student de zaak als quite beschouwde.
Maar niet zoo de officier I Er moest en er zou gevochten wor
den, terwijl de keus der wapens aan den luitenant was als
eerst-beleedigde. Deze koos het pistool. En wat blijkt uit' het
getuigenverhoor? Vooreerst dat de officier zich geoefend had in
het pistoolschieten lang geleden, voegde de getuige erbij
soms ter verzachting? en bij het duel had gemikt op zijn
tegenstander, wat de student niet had gedaan.
En zoo iets wordt nu in de 19e eeuw een riddelijke be
slechting genoemd van een geschil, en tegen jager en student
wordt slechts een gevangenisstraf geëischt van vier dagen
Staat dan werkelijk dit zooveel hooger dan het snijden onder
onze boeren, waartegen met kracht van vonnissen door onze
Rechtbanken wordt opgekomen, vraagt Gelria terecht.
De heer II. A Pauwen te West-Pannerden heeft uit
zijne bekende chainpionkudde tien lammeren verkocht voor
f75C. Deze zullen gebezigd worden voor teelt en rasverbetering
in onze beste fokkerijen. Zulk een hooge prijs is besteed, omdat
deze dieren aan onze gronden eu weersgesteldheid gewoon zijn
en, beter dan alle Engelsche rassen, geschikt geacht worden ter
voortbrenging van het zoogenaamde vleesehschaap, hetwelk thans
zoo gezocht is en duur betaald wordt aan de marktente
Londen en Parijs.
U t T DB, P E R r
Een paar lastige document^
j... ..ml/, ic fi«rhn.n.ldeliit hnn;nni.rl 0..1 -
roomsche zijde is herhaaldelijk beweerd dat het
den marteldood van Giordano Bruno, voor wien nu
een standbeeld is opgericht, slechts een sprookje
verhaal
'li
ls- dat
nooit is verbrand, dat dit verhaal slechts verzonnen en' H
is om de heilige kerk te lasteren en dergelijke
meer. 't Kan ziju dat sommigen van hen die aldus
luow d »-» - aiuus Vonv 1
hunner kerk opkwamen te goeder trouw waren: 't ta«
1 L.innnn i ÖOK
li
b
d
dat sommigen hunner, zich schamende over die door 1
bedreven misdaad, de brutale loochening van het feit besch 1
als het eenige middel om hun kerk schoon te wassche^^ F
Ongelukkig, namelijk voor die verdedigers, heeft d'
Mariotti, belast met het archief van het ministerie van oiri -
in Italië, een document ontdekt, waarin voorkomt de bescl
van den marteldood van Giordano Bruno. Daaruit blijvf'"5
wederlegbaar dat deze op bevel van den paus naakt J
en vervolgens aan een paal gebonden levend verbrand^
Blijmoedig moet hij de pijniging en den dood ondergaan Ui 'S'
Inderdaad een lastig document, dat alle tegenspraak
ontkenning van het feit te niet doet. Maar misschien
de befaamde Janssen en zijne school er toch wel raad
Wie weet of we straks niet hooren dat het archief vervalscht i'
Een ander nog veel gewichtiger stuk werd onlangs gevoJ'
in hetzelfde archief, namelijk het ontwerp der rede, die
graaf Mamiani, minister van Pius IX, den 9den Juni poJJ
gehouden werd bij de opening van het parlement te fiorae n
minister van den paus verklaarde daarin aan de afgevaardigd
te Rome, „dat de Heilige Vader volstrekt niet stond op W
behoud van het wereldlijk gezag, en dat hij er de voorkei
aan gaf in ongestoorden vrede van het dogma te leven je
wereld het woord Gods te verkondigen, te bidden, te zegenen
en te vergeven." Later toen de illusie van een liberaal pausdom
verdwenen was, beweerde Pius IX, in een allocutie uit Gaga
gedateerd, dat hij graaf Mamiani tot die verklaring niet ge
machtigd had. Maar ongelukkig, namelijk voor de waarheids
liefde en goede trouw van dezen door de jezuïten opgehemelden
paus, vindt men in het ontwerp aanteekeningen en verbeteringen
van de hand van Pius IX, die bewijzen dat de paus de rede
gelezen en als een officieel stuk bekrachtigd heeft.
De Italiaansche regeering achtte de vondst gewichtig genoeg
om te besluiten, het stuk te doen photografeeren en aan elke
openbare bibliotheek in Italië een exemplaar toe te zenden,
Ook deze oorkonde is voor de pauselijken lastig genoeg,De
ultramontaansche pers deed er dan ook maar het zwijgen toe;
van haar standpunt zeer voorzichtig, maar weinig eervol. De
geloovige menigte mag ook niet alles weten, 't Beteekent
dan ook nog al zoo ietseenzelfde paus, die eerst verklaart
niet boven alles te hechten aan het wereldlijk gezag, en die
later toen het hem ontnomen was de gansche wereld er om in
rep en roer brengt en allen vloekt die hem niet willen helpen
in het heroveren van dat gezag. Arme onfeilbaarheid! Maar
erger nog dan dit is dat het hoofd der roomsche kerk in zijn
bovengenoemde allocutie uit Gaëta een leugen sprak, zooals het
thans in het archief gevonden document bewijst. Wij zijn er
benieuwd naar hoe Janssen en de zijnen dit zaakje zu/feu
klaren. Want het doodzwijgen gaat moeilijk langer, De ultra
montaansche pers moge in dat zwijgen volharden, maar vaa
andere zijde wordt er genoeg over gesproken en geschreven,
zoodat ook de geloovigen niet meer onwetend kunnen zijn. Der
roomsche kerk moet er alles aan gelegen zijn dat het aanzien
en gezag van Pius IX, den onfeilbaar verklaarde, hoe gering
ook in het oog van eiken onbevooroordeelde, althans onder de
geloovige schare bewaard en gehandhaafd blijve; daarom wordt
er met belangstelling uitgezien naar hetgeen de ultramontaanse!
vindingrijkheid zal doen om het geschokte vertrouwen te
herstellen. Maandhl. d. Evang. Maatsch
■edel
d
"Waar blijft nu die beloofde vr
Be Maasbode (110. 8981) verklaart zich „dankbaar, maar
voldaan". Zij is dankbaar voor de erkenning van hr' 1""'
van rechtsgelijkheid der bijzondere scholen, maar
niet
het beginsel
vindt de toe-
'wu iwui/cgwijHUtm UCI U1J4UL1U.CIO ÖBLlUiCIl, ujcwi -
passing er van zoo zuinig mogelijk. Het blad erkent echter,
dat het eene dwaasheid zou zijn nu weer naar eene herziening
der pas herziene schoolwet te gaan streven.
Maar Be Maasbode schrijft toch ti -j
Al leggen wij thans echter het zwaard neder, wij zlJtl "j
voornemens in den vijand het recht te erkennen op he'
dat hij nog bezet. Van onze beginselen op schoolgebied wi]
wij geen haar breed, en nog kennen wij geene gewichtiger
fion rloi» ni'lim rl d 1 hot o 1 ri 1 O I flfi DM
J D VU UUg JVV.HU1VU 11 xj O
dan der arbeid voor de zegepraal van het stelsel:
school regel, de openbare school uitzondering. Maar wij
anderen van tactiek; wij gaan thans de openbare 30 dit,
strijden ook met de hulpmiddelen der nieuwe wet; geU
dan is niets verder noodig en blijven wij bevrijd van e^_
aangename en het bittere der controverse in pers en
vertegenwoordiging".
Naar aanleiding van de opmerking der N. Rott.
wet alleen in het voordeel van Rome was, zegt 2#
o. a. nog: ,,f0or
Welnu, de N. Rott. Ct. heeft gelijk gehad: men
Rome gewerkt. In 1853 hebben de liberalen ons
herstel der hiërarchie, in 1889 hebben zij ons aan ee
schoolwet geholpen. Wat zullen ze nu voor ons ga >eJ
Zoo gaat het N. R. Ct., het is niet anders, gij en uwe
werkt niet voor le roi de Prussemaar voor Rome, ;e[l!
of niet, en treurig is het, dat gij voor dien arbci i^en
een heerlijk loon zult krijgen van hem die llome hee g gjn
in den palm zijner hand en het bemint als den app j^ii,
oog. Rome is het begin en einde der christelijke g<js e0
het is er ook het middelpunt van. Het trekt alles o
onderwerpt alle volken aan zijne heerschappij» a
ontkomen aan." vaü u*
Be Tijd (no. 2889) waarschuwt de voorstan e|/L
bijzonder onderwijs tegen de meening, dat thans, e
Sllhsirlio \mnlnnnt 1VIHf)(liÊf
het
.d#
viuucjiwija ujgen ue meemug, u«k jjsci
subsidie verleent, geene verdere inspanning noodjg's' geu-
ffMet de aanneming van de schoolwet is niet a ijbe1^
Op meer dan één gebied nog zal de strijd tegen
lis me door ons moeten gevoerd worden. De Lj.jevai11'"''
trouwe bondgenooten in den schoolstrijd, de a