U T T DF PERS.
I
zal
Spoedis spoelden twee de, Ijlen'""dt"»™1'''-
is tot dusverre nog mets gevonden. Dat dit droe
op al de aanwezigen een trenngen indruk teweea
wel niet gezegd behoeven te worden.
Statistiek e.n het I«ger Onder.ij, in de gemeend Anna
Paulowna, betreffende de kindereu boven de zet en beneden
Totaal.
J. M.
twaalf jaren. Aantal kinderen geboren in den jare:
1883 1882 1881 1880 1879 1878
J. SI. J. M. J, 31. J. 31. J. 31. J. 31.
In de gemeente waren op) 4g 44 47 22 39 35 49 43 41 37 254 211
1 Januari 1890 aanwezig:)
Hiervan kwamen op de lijs-) lg 16 43 43 43 19 36 35 48 41 38 35 231 ie»
ten der onderwijzers voor:
14 3 3—1
2 3 2 23 22
en
Zoodat't aantal niet school-) jg 14
ande kinderen bedroeg:)
Hierbij dient echter vermeld te worden, dat 1- jongens
l meisies. hoewel in 1883 geboren wegens minnen
1890 op de scholen mogen worden
gudëring del SSnfh'ft
afdeeling Noordholland, werden in plaats v.
baart Kz., C. de Goede Hz. en H. J._ K.
g.d,H»g der ««tgWj* heer» J. Bw-
van den Steen, tot
heeren L. Visser, K. KoslIer
G. Wonder, J. O. Wijdenes, D. Munmkhuisen vej
De rekening over 1889 in ontvangst f I806 m ui
De rekening 0p everei-d van f646,
plaats
Tot afgevaardigden
gadering werden gekozen de
J. O. Wijdenes,
over 18S
f 1210 bedragend, en een
Aesfoten' werd het hoofdbestuur uit- te noodlg®^_ A" jjj
eerst op den 1 April
AetAital kinderen dat op 1 Januari 1890 als niet school-
gaande bekend stond bedraagt dus 416/si /0«
De raad van Administratie der Hollandsche IJzeren
Spoorweg-Maatschappij heeft afwijzend beschikt op het verzoek
van het Bestuur der Nat. Kiesvereemging „Burgerplicht te
Helder, betreffende de verandering der treinen 108 van Helder
en 111 van Amsterdam van gewonen trein in sneltrein
Bedoeld verzoek werd geacht te zijn met in het belang der
stations, en ook het inleggen van een nieuwen trein, werd ondoen
lijk geacht, nu sedert drie jaren in plaats van vier, vyt tr.inen
tusschen Helder en Amsterdam loopen en het vervoer 111 weer
wil daarvan sterk is verminderd, vooral op de baanvakken van
Helder tot Uitgeest.
Wegens het heerschen der influonza is de school te
Graft door B. en W. tijdelijk gesloten.
J. W., te Krommenie, heeft eene vreemde opvatting van
de functie van president eeuer muziekvereniging. In die functie
was hem door het bestuur opgedragen van J. Waag mees ter
f42.50 te leenen, om daarvoor petten voor de leden te koopen.
Later zouden de leden die gelden terugbetalen, en dit deden
zij ook, maar de ontvangen f42.50 maakte W. op. Toen dit
uitkwam, kreeg hij zijn congé als president, en de offiercier
van justitie te Haarlem vroeg nu nog 3 weken gevangenisstraf
op den koop toe. AmstCl.)
opstand, te denken, dat ik voor mijn levenslot niet zelf werk
zaam zijn, dat ik niet allo krachten inspannen kan, oin datgene
te bereiken, wat ik najaag, wat ik bereiken moet. Gij hebt in
vloed op uw vader
Adelheid schudde het hoofd.
„Toch, want hij houdt zeer veel van u. Wanneer gij hem zoudt
kunnen overhalen, toe te stemmen ik kan de stap, welke ik
voor heb, niet zonder zijne toestemming doen, want ik gevoel
mij tegenover hem zedelijk verplicht, en bovendien dreigt bij,
mijn vader mijn wissel voor te leggen, ingeval ik toch mocht
vertrekken. Moet mijn vader mijn schuld kennen, dan zal ik zelf
ze bom bekennen maar voor dat gebeurt, wil ik alles beproe
ven om mijn plan ten uitvoer te brengen. Toen ik uw vader
verliet, was ik geheel hopeloos daar gaven uwe deelnemende
woorden en uw vriendelijken blik het mij eensklaps in, u om uw
voorspraak te smeeken." Hij boog zich voor haar en zocht hare
oogen. „Zjjt gij boos op mij Had ik het u niet moeten zeggen
vroeg hij, getroffen door de ernstige uitdrukking van haar gelaat.
Zij wendde haar gelaat tot hem, en hij zag nu, dat de tranen
haar in de oogen stonden.
„Ik dank u voor uw vertrouwen," zeide zij zacht, „ik begrijp
uwe houding en uw verlangen, en wanneer ik er iets aan kon
doen, om u te helpen, hoe gaarne, ach, hoe gaarne deed ik het,
maar
„Beproef het tenminste."
„Gij kent mijn vader niet, gij weet niet, hoe vast hij staat op
zijne eenmaal gevestigde overtuiging en dan is het toch
ook werkelijk niet een onbekend en gevaarlijk terrein, op hetwelk
gij uw geluk wilt beproeven
„Het is het eenige, op hetwelk ik mijn doel bereiken, het eenige,
op hetwelk ik mij onafhankelijk maken kan."
„Maar papa heeft u toch beloofd, u niet met deze schuld te
kwellen, te zullen wachten
„Dit wachten is het juist, wat ik als mijns onwaardig be
schouw. Ik hoop, dat mijn vader nog vele jaren mag leven
moet ik dan de krachtigste, de beste jaren van mijn leven door
brengen in een carrière, die, hoe eervol en geliefd zij mij ook
is, mij in mijn toestand toch geen haarbreedte voorwaarts brengt?
Mogen anderen, met minder zorgen belast, de uniform dragen,
mij is zo te eng. Doch, ik wil u niet kwellen. Vergeef mij, dat
ik uw tijd zoo lang in beslag nam
Zij bleef staan.
„Neen, nadat gij zoo openhartig tegen mij zijt geweest, moogt
ge dien vormelijken toon niet weder aanslaan. Gij kwelt mij niet,
en ik zou ook niets beters weten te doen, dan u aan te hooren
en er over na te denken, hoe gij zijt te helpen."
„Dan heb ik mij toch niet in u bedrogen, mejuffrouw Adelheid.
Geloof mij, reeds uwe deelneming geeft mij nieuwe kracht. Het
hart is mij zoo zwaar
„Laat ray er over nadeukon ik zal met papa spreken
en ik zal u weten laten, wat hij zegt; maar gij zult niet overijld
handelen, niet waar
„Ik zal in ieder goval eerst uw bericht afwachten."
„Nu dan, tot weerziensEn nog iets men zegt, dat wij
meisjes slecht kunnen zwijgen. Daarvoor behooft gij niet te vreezen.
Ik kan ook zwijgen."
Dat weet ik en dank u 1"
„Tot weerziens 1"
Zjj sloeg groetend een zijstraat in en spoedde zich ijlings voort.
Doch zoodra zij uit zijn gezichtskring verdwenen was, keerde zij
terug naar de Diergaarde en verdiepte zich daar in de schoone
boschpartijcn. voor de eerste maal verzuimde zij haar schilderles
Zij was veel te opgewonden om nu onder de menschen te kunnen
verkeeren. Zij zette zich op een eenzaam plekje op een bank
neder en gaf zich geheel en al over aan hare peinzerij Lang
zamerhand weken hare verschillende gedachten voor een bepaald
beeld. Zy zag ra baar geest Frits Roven's blonde hoofd met het
booge voorhoofd en de droevige oogen - en een onstuimig
langen maakte zich van haar meester, deze oogen weder
helderen gloed terug te geven.
1V0RDT VERVOLGD.
lout^ooHa'an uitte ^1 "ij Te-
trent de verschillende bekroningen en de gronden waarop zij
gekend zijn. en uj f s]uitend
De begrooting voor 1890 - in ontvangst en
tot een bedrag van f1781 - werd goedgekeurd
De afdeeling telt thans 15 begunstigers en 620 lede°;
Besloten werd aan de tentoonstelling, door Noord-Holland
Noorderk watier te Hoorn te houden, eene subsidie te ver eenen
200, prijzen .oor ingerehre.en rakere» of
ver
hun
Verheugen
grond
van 1 sou, ais pillet" .v— —o
kalveren daaruit voortgesproten; onder voorwaarde echter dat
uit geheel Noordholland kan worden ingezonden.
Als eene bijzonderheid wordt gemeld, dat sedert 24 de
zer bij den boomkweeker en fruithandelaar
Wijk - bij - Duurstede de aardbeziën op den koudeu
bloei staan.
—Een ingezetene van Workura heeft, zoodra ook aldaar de
griepepidemie uitbrak, aan tweehonderd arme gezinnen ieder
eene wollen deken doen uitreiken.
De Haarlemsche liedertafel Zang en Vriendschap heeft
besloten voor de 3e afdeeling (wedstrijd van uitnemendheid)
nog eene gouden medaille als tweeden prijs beschikbaar te stel
len5, terwijl bij groote deelneming ook in de andere afdeeling-
en meer prijzeu kunnen worden toegevoegd.
De Muziekbode, het geïllustreerde tijdschrift voor toon
kunstenaars en vrienden der muziek, dat tegen een abonne
mentsprijs van f3 per jaar bij den uitgever M. J. H. Kessels
te Tilburg tweemaal per maand verschijnt, is thans zijn oden
jaargang ingetreden. Bij het eerste nummer van dezen nieuwen
jaargang is een lied van Richard Hol gevoegd, die ook onder
de vaste medewerkers van het tijdschrift behoort. Dit nummer
bevat voorts, behalve muzikale verslagen, een aantal wetens
waardige bijzonderheden op het gebied van de muziek en de
muziekinstrumenten en mededeelingen uit het leven van toon
kunstenaren.
Een staaltje van bijgeloof. Te Veenwouden (Er) was
véér eenigen tijd een lijk begraven, dat, zoo zeide men, niet
behoorlijk in lijkgewaad gewikkeld was. Den broeder van den
overledene verschenen in den nacht geesten, die hem gebo
den op het graf een lijkgewaad neder te leggen. Dit geschied
de des avonds en uen volgenden morgen. was bet gewaad
verdwenen! De broeder is nu gerust.
Bij den landbouwer L. te Gerwen is een kalf geboren
zonder oogen.
Uit de gemeente't Zandt zijn in 1889 niet minder dan
120 personen vertrokken naar Noord— of Zuid-Amerika, bijna
allen behoorende tot de arbeidersbevolking.
Men meldt uit Grave
Bijna aanhoudend hoort men van nieuw op te richten of in
aanbouw zijnde kloosters.
Thans zijn te Schaijk de grondslagen gelegd voor een non
nenklooster met bijbehoorende bewaarschool voor meisjes, en
oudemannenhuis, zoodat wij in het bezit zullen geraken van
circa 14 verschillende kloosters te Grave en binnen ongeveer
3 uren in den omtrek dezer plaats.
Te Grubbelvorst heeft een man zijnen bijna 80- jarigen
vader deerlijk mishandeld en verwond. De politie heeft zich
de zaak aangetrokken.
Bij den laatsten storm is te Loosdrecht in den Horndijk
een gat geslagen, zoo groot, dat de passage voor rijtuigen ge
heel gestremd was. Aanstonds is men overgegaan tot herstel,
zoodat de dijk binnen enkele dagen weder in zijn vorigen toe
stand zal zijn teruggebracht.
Gernengd l\ iemvs.
Een recruut in vTouwenkleeding. De bekende
Sarolta Bay, die door haar dwaze avonturen in mannenkleeding
zooveel opzien heeft verwekt, heeft in Bulgarije een pendant
gevonden. De in Sofia verschijnende Swoboda verhaalt, dat de
burgemeester van Doubnitza voor eenige dagen van de twintig
jarige beeldschoone Tzona Milovanowa een briet kreeg waarfn
zij hem schreef, dat zij het in haar tegenwoordige positie niet
langer kon uithouden, wegens den overlast, dien^de mannelijke
jeugd van het plaatsje haar aandeed en dat zij de vrouwen-
kleeding voor die van den mau wilde verwisselen, vooral omdat
zij geen vrouw, maar een man is. De burgemeester wist
gravin
niet wat te doen
h
;z<
01
t<
b
\y
n
v
v
a
1c
sl
eerst
toen liet hij den gemeenteraad bijeen komen
waarin na lange discussiën besloten werd eene commissie naar
de mooie Izona te zenden, om een onderzoek in te stellen naar
de waarheid van haar beweren. Dit onderzoek bracht aan 't licht,
dat de juffrouw werkelijk een man was, waarop baar de ver
gunning tot het dragen van de mannenkleeding werd gegeven
Zij werd door den bisschop van Doubnitza gedoopt als' Com
stantijn Milovan en de minister van o rlog meende genoodzaakt
te zijn haar op grond der militieweiten, onmiddellijk in de
g ederen in te hjven Zij werd bij de vorstelijke garde inge-
gezifn.W3ar mSt met 6enige sPann»'g wordt tegemoet
De Uiberale Unie. Men is in den boe
zem der libarale partij niet zoo algemeen meer als vroeger^
ingenomen met de Liberale Unie. Verschillende oorzaken heb!
ben daartoe blijkbaar medegewerkt. Niet het minst zeker de*
couciliante houding die door het bestuur der Unie werd aan
genomen met betrekking tot de onderwijswet Maar ook in
andere opzichten schijnt bet vertrouwen van vele liberalen m
de Unie geschokt. In de Amsterdamsclie Kiesvereemging „Bur
gerplicht" werd zelfs de vraag aan de orde gesteld, of men
niet moest breken met haar.
Naar aanleiding daarvan leverde de Zutphensche Courant f
dezer dagen een betoog, waarin op de verdiensten werd ge- l0(
wezen welke de Unie zich jegens liet liberalisme verwier \n-
De Zutph. Ct. (no. 17) deed o. a. uitkomen, dat behalve
door bevordering der organisatie en samenwerking, die voor-
namelijk ten goede komt aan de liberalen 111 twijfelachtige
districten, eene Vereeniging als de Liberale Unie weiischelijk
is omdat zij de gelegenheid biedt in der minne te handelen
over verschilpunten ten aanzien van het liberale programma.
De Zutphensche Ct. schreef 0. a.
„Ware de aansluiting der Kiesverenigingen algemeener ge
weest, dan zou men door middel van de Liberale Unie nog
veel beter weten wat de liberalen in den lande denken dan
men het thans weet. Maar men weet het nu althans veel beter
dan eenige jaren geleden, en dat men het weet, is eene der
vruchten van de groote moeite die sommige bestuursleden van
de Liberale Unie zich gegeven hebben. Zij volbrengen daarbij
eene ondankbare taak. Zij wekken den tegenstand dergenen
die meenen dat er niet gewerkt wordt, omdat zij niet zien
werken en over het hoofd zien dat niet alles wat gedaan wordt
in de courant mag vermeld worden. Zij geven voorts grooten
aanstoot aan hen die de grootste verdienste van den liberaal
zoeken in zijne „zelfstandigheid", liever koppigheid, en die, j
wanneer de Liberale Unie aangaande eenig punt niet juist in
hun zin handelt dadelijk den stat over die instelling breken.
Wij weten niet welke dezer twee invloeden eenige Amsterdam-
sche liberalen gedreven heeft, die dezer dagen voorstelden dat
de Kiesvereemging „Burgerplicht" met hare honderden leden
de „Liberale linie'' zou verlaten. Maar wij weten wel, dat de
anti-liberalen niets liever zouden zien dan dat „Burgerplicht"
medewerkte om eene organisatie af te breken, die hen in zoo
veel districten erg in den weg zit. De Standaardanders zoo
bij de hand om alles wat in „Burgerplicht" geschiedt te be
vitten, heeft van dit plan dan ook geen woordje gezegd. Laten
wij ons toch vooral stilhouden dacht de slimme redacteur
en vooral niet door lof of blaam de heeren van „Burger
plicht" tegengaan als zij hunne eigen glazen willen ingooien.
Het spreekt vanzelf, dat men te Amsterdam niets bemerkt van
het grootste en nuttigste deel van het werk der Liberale Unie.
Wij weten voorts dat sommigen daar en elders niet tevreden
zijn met de houding van het bestuur in zake de schoolquaestie.
Maar noch het een, noch het ander mag eene reden zijn om
het begin van organisatie, dat de liberale partij niet zonder
moeite verkregen heeft, onder den voet te halen."
Dat artikel van de Zutph. Ct. doet het Dagblad -an Z.-H.
en 's-Gr. (no. 23) een paar opmerkingen maken. Het Dagblad
meent, dat de oud-liberalen zich in het belang des lands moe
ten afscheiden van de radicalen. De Unie kieze daarom cor-
daat tusschen gematigd en radicaal partij. In de Kamers en
ook bij de stembus zou zich dan eene nieuwe groep vormen,
waaraan het Dagblad den naam van „linker centrum" zou
willen geven. Werd zulk eene fractie werkelijkheid, dan zou
bijna vanzelf ook een rechter-centrum ontstaan. Die beide
fractiën zouden op een gegeven oogenblik de beslissing over
belangrijke wetten in handen hebben. De macht der uitersten,
naar links en naar rechts, ware dan gebroken. Daarin zou het
Dagblad een geluk voor ons vaderland waardeeren.
Het Dagblad acht het staatsbelang, het belang van allen, bij
de verdeeldheid in de liberale gelederen gemoeid. De tijden zijn
ernstig genoeg, meent bet Dagblad, om allen bezadigden liberalen
de vraag op het hart te binden: is unie onder alle omstandig
heden geweuscht, eerlijk en houdbaar? De Liberale Unie bezit,
meent het Dagblad, in haar midden elementen die niet wel
bijeen te houden zijn. Wil men dat toch, dan zal men een
slechten dienst aan het land bewijzen.
I 3ST GEZONDE HST
Mijnheer de Redacteur.
I11 uw No. van 25 Dec. jl. druktet gij u vrij kras uit over
de houding door den hr. v. d. Kaay aangenomen, in zake de
Wik- en Weegloonen, en meendet gij onzen afgevaardigde de
verzekering te kunnen geven, dat zijne handelwijze onder de
kiezers van het district Alkmaar, die niet tot de stad Alkmaar
behooren, zeer groote verbittering gewekt heeft.
Sta mij toe, nu gij in uw No. van 26 Jan. uitvoerig op
die zaak terugkomt, eenige bedenkingen in 't midden te brengen,
die bij mij opkwamen bij de lezing reeds van eerstgenoemd
artikeltje maar vooral bij den scherpen aanval in uw No. van
bondag jl.
Er is vóór en 111 het verkiezingstijdperk van 1888 zeer veel
afgegeven op de houding, door onzen afgevaardigde bij ver
schillende gelegenheden, voornamelijk ook in de kwestie der
Wik- en Weegloonen aangenomen en die houding heeft ver
leden jaar er toe geleid, dat eerst bij de herstemming de stemmen
der liberalen uit 't noorderdeel van 't district op den heer
Van der Kaay werden uitgebracht.
^a{..,de j\ee.r v> d- Kaay onze man niet was, is toen
duidelijk gebleken, maar nu hij, ook door onze hulp, zitting
/iin ad niei den afgevaardigde hard te vallen over
verled™ i K t Weegl°onen. De kiezers, die
„d v ^LbvLde lihersitemming hunne stem op den heer
J K. uitbrachten, (kenden die* g=g
't LIT!6 men 7 hierin hem eens zijn of niet,
bevolkinrr 'S Blozen ooh door de landelijke
111 V™., l'lstnct en nu moge men nog zooveel grieven
buRen\tel Weeglü0Uen ",oetc" er naar mijn oordeel
Mat wilt gij, Mijnheer de Redacteur, en wat willen zij, tot