U lT DE PE R S. i
gisseur van het Grand-thé&tre, de heer \an Kuijk, had boven
genoemd stuk tot zijn benefiet gekezen.
Het is een stuk dat juist in het kader van onzen tijd past
een redactie-bureel, een verboden liefde, een echte liefde, een
schaking, een socialist, een verleide en verslootene vrouw, een
moeder die verdriet van haar zoon heeft, een actrice met een
liaison, een huwelijk om geld, enfineen reeks hebbelijkheden
van onzen tijd, waarin bijna een ieder voor „het gouden kalf"
dat is voor „geld" buigt. Alleen één persoon, de redacteur
Wolf, treedt als een „gouden-kalf-verachter" te voorschijn en
deze rol werd door den heer ïartaud, op gedistingueerde en
ware wijze vervuld.
De socialist (een natuurlijk kind, dat zijn hem onbekenden
vader gloeiend haat) vond in den beneficiant, den heer an
Kuijk, een goed vertolker die in het bedrijf, waarin hij door
Wolf tegenover zijn vader wordt gesteld, een kracht van gebaar
en van stem ontwikkelde, die hem op nieuw als een zeer ver
dienstelijk acteur deden kennen.
Mevr. Van Kuijk en de heer Malherbe verdienen hulde voor
het „practische" tooneeltje in het 2e bedrijf en Mevr. Wester
hoven zagen we nog zelden zoo goed als in de rol van Mevr.
Karstens die hare liefde ter wille harer dochter versmaad ziet.
Die dochter „Erna* werd voorgesteld door Mevr. Róssinghet
voordragen van Göthe's gedicht was zeer goed. Het is echter
de vraag of hare vrij smakelooze kleeding wel iu overeenstem
ming was met haar miljoenbezit.
Mevr. Albregt—Engelman was als de ongelukkige moeder
geheel waar, vooral was zij voortreffelijk, waar zij haar zoon,
den socialist, vertelt wat plicht is.
De letterzetter „die zoo graag een klein beetje geld zou
willen hebben" werd door den heer Van Beem uitstekend voor
gesteld en de bankier Karstens niet minder goed door den heer
And ré.
De heer Lageman geleek wel een pas opgescliilderden luite
nant uit een speelgoeddoos, hij was dégoutant gegrimeerd met
al dien poudre-de-riz en al dat rouge.
Het keurige stoffeeren der verschillende tooneelen deed den
goeden smaak der heeren Van Lier alle eer aan.
Met de uitstekende bezetting der hoofdrollen gelooven we
„net Gouden Kalf* nog menige succesvolle opvoering te mogen
voorspellen.
De Burgerkring „Harmonie" van den Helder gaf Zon
dagavond, 30 11. in de Kolfbaan van den heer C. Kieft te
Sint Maarten, aldaar eene tooneeluitvoering.
Aangebodeu werd het programma „De oude Kassier", too-
neelspel in 4 bedrijven door Rosier Faassen. Dit tooneelstuk
in 1874 op den internationalen prijskamp te Antwerpen be
kroond, deed bij velen de verwachting hoog spannen.
Schoon men over de opkomst tevreden kon zijn, was het
jammer, dat niet de geheele zaal was gevuld, want wat men
hoorde en zag, was een flink bezoek overwaard. Niemand zou
zich om zijne moeite teleurgesteld hebben gezien.
De Burgerkring „Harmonie" heeft zich uitnemend van hare
taak gekweten. De roerende, aangrijpende tooneelen, waarin
typen van eerlijkheid, bedrog, onschuld en ouderliefde op zulk
eene meesterlijke wijze tot een schoon geheel zijn te zamen
gebracht, werden op uitstekende wijze vertolkt. Groeten lof
verdienen in dit opzichtBelman door F. de Gelder, Bertha
door mej. L. Valter, Karei door J. Barneveld, Vrouw de Rijk
door mej. de Gelder en Adolf door A. van Twisk, terwijl mede
niet onvermeld mag blijven, Dorus, door den jongen heer van
Twisk vertegenwoordigdde echte jongen uit de volksbuurt,
handtastelijk de geplaagde onschuld verdedigende. Ware
Jan, de kantoorknecht, bij al zijne rolvastheid, in zijn spel iets
meer natuurlijk geweest en had Koopman van Elten de rol beter
ingestudeerd, daa voorzeker zou er aan 't verlangen van
't publiek weinig meer hebben ontbroken, 't Spel toch van
eerstgenoemden was wegslepend, vol gloed, waarheid en natuur
lijkheid. Geen wonder, dat een daverend applaus en een her
haald terugroepen de boden waren van den dank van het zoo
voldaan huiswaarts keerend publiek.
Met betrekking tot deze opvoering wordt ons nog van par
ticuliere zijde geschreven „alleen zij nog opgemerkt, toen
de oude kassier terugkwam van een langdurige reis, is het vreemd,
dat hij niet door Elten, die hem herhaaldelijk zijn ouden getrouwen
vriend noemde, op een andere manier wordt ontvangen de ont
vangst, als daar plaats had, was bepaald stootend koel. Ook
gebruikt men in het dagelijksch leven miuder de stijve woorden
U en Gijmen spreekt minder volkomen de toonlooze lid
woorden uit, en zegt in kringen als waarin het stuk speelt,
ook nimmer: hij hebt, of hij het.
Den 28 Maart is de boerenwoning van Pieter Aarssen in de
nabijheid van de Oudesluis onder Anna Paulowna, afgebrand.
Met ingang van 1 April is de jaarwedde van mej. Schollée,
onderwijzeres in de Moerbeek, gem. Nieuwe Niedorp, met f50
verhoogd.
Zaterdag morgen omstreeks 4 uur ontstond er brand in de
boerenwoning, bewoond door J. Kluit te Wogmeer (N.H.). Aange
wakkerd door den wind, hadden de vlammen spoedig het geheele
gebouw in asch gelegd. Slechts het vee werd gered. Alles was
verzekerd.
Zaterdag middag te half 2 uur brandde te Apeldoorn hel
kerkgebouw der Herv. gemeente geheel af.
Dienaangaande meldt men aan de Zutph. Ct:
De kerk is nagenoeg geheel uitgebrand. Geen ongelukken zijn
te betreuren. Men vermoedt, dat de brand is aangekomen doordat
de hevige wind vuur van de werkende loodgieters aan den toren
meedeelde. Gered zijn de Koningstoelen, de bijbels, ook een
gedeelte van den preekstoel en den doopstoel, alle kerkboeken
stoven, veel banken en stoelen, offerbussen, administratieboeken
lezenaar en preekstoel.
de ,w,ind de ™nken dree* «ver het kosterhuis met
cathechisatielokaal, werd dit geheel ontruimd en in een der
pastorien werd alles gereed gezet om desnoods onmiddeliik
te kunnen ontruimen. Door deze huizen goed nat te houden
heeft men ze echter kunnen behouden.
W8S de avo,ndlnaa'3,afel n°g niet gereed en bevond
zich het zilver nog ten huize van den president-kerkvoogd. H. M.
zou
den volgenden dag mede aanzitten aan he
Tot op aanmerkelijken afstand verspreidden zie
die hier en daar een begin van brand deden on s a
schuurtje op Marialust in vlammen deden °Pgaan-
Op last van Z. M. den Koning rappoteerde de Intendant, de
heer van Steijn, omtrent het onheil.
Des avonds was de geheele kerk uitgebrand en stonden no
slechts de muren en pilaren, doch de zware eikenhouten a
en het lijstwerk smeulden voort tot Zondagmorgen.
Deze flinke ruime kerk, in den vorm van een Gneksch kruis
gebouwd, was een geschenk van Z. M. Koning Willem 1.
g De inwijding had plaats 5 Juni 1845, in tegenwoordigheid
van den Graat van Nassau, zijne gemalin en H.H. K.ft..
Prins en Prinses Albert van Pruisen.
Hel orgel is nog eerst onlangs schoongemaakt en hersteld,
wat een belangrijke uitgave met zich bracht.
Men vermoedt, dat de Hervormde Gemeente thans een loo s
tot tijdelijk kerkgebouw zal doen inrichten, daar geen gebouw
in Apeldoorn groot genoeg is om tijdelijk te kunnen dienst doen
en de talrijke schare te bevatten.
Hoewel dit ook het geval is met het gebouw van de Afdeeling
Apeldoorn van den Nederl. Protestantenbond, heeft het Bestuur
daarvan dit kosteloos aangeboden aan Kerkvoogden der Herv.
Gemeente, op die Zon- en Feestdagen, dat hij zelf het niet in
gebruik heeft.
H. M. de Koningin met de Prinses maakten Zondag haar
wandelrit langs de ruïne en zagen met belangstelling de verwoes
ting aan.
Dat de gymnastiek, het methodisch onderwijs in nuttige
lichaamsoefeningen, al meer en meer veld wint, ondanks velerlei
vooroordeelen, blijkt uit het feit, dat te Grootschermer eene
gymnastiek—vereeniging is opgericht onder den naam „Excelsior"
en eene te Knollendam, die reeds elf werkende leden en tien
begunstigers telt.
Het steentje, waarover reeds vroeger is geschreven, dat
door sommigen voor een echten diamant en door anderen voor
een gewoon keisteentje wordt gehouden, is nog in het bezit van
den grindschipper Bul te Groningen. Evenwel is Bul nog niet
geneigd het weg te werpen en evenmin om het voor eene kleinigheid
van de hand te doen. Onderscheidene kenners, onder welke
mannen, die jarenlang als diamantslijper gewerkt hebben, verklaren
den steen een zuiveren diamant te zijn. Een van hen heeft o. a.
geruimen tijd met eene vijl op den steen geschuurd, doch kon
daarop geeue verandering brengen, zoodat hij met den uitroep
„Het is waarachtig een echte diamant I" den steen aan den eigenaar
teruggaf. Niettegenstaande bijna alle couranten vertelden dat de
steen „valsch" was, zijn er weder een paar Amsterdamsche heeren
bij den schipper geweest, die hem er f8000 voor boden, dadelijk
te betalen. De man meent echter (en zeker niet ten onrechte),
dat, als de steen voor f 8000 niet te duur is, hij ook een veel
grootere som waard is. AssCt.)
Eit Delft wordt gemeld:
Een vreeselijk drama heeft zich alhier afgespeeld. De ech
telieden H. T en P. v. M. maakten zich sedert langen tijd
herhaaldelijk schuldig aan misbruik van sterken drank. Niette
genstaande de man niet zelden een weekgeld van f 20 en meer
tehuis bracht, was er in de woning van deze ellendige dronkaards
gebrek aan het hoog noodige. Zooals van zelf spreekt, gaf de
toestand, waarin man en vrouw zich bijna dagelijks bevonden,
aanleiding tot hevige vechtpartijen. De wanverhouding werd
ten slotte zoo, dat de man de vrouw in den laat sten tijd ver
weet, dat bij niet de vader van het jongste der drie kinderen
was. Yoor de moeder was daarom dit kind een doorn in het
oog, en het schijnt, dat zij van de geboorte af aan (het kind
was eerst 17 dagen oud) met het plan heeft omgegaan, er zich
op de eene of andere wijze van te ontdoen. Aan dat plan schijnt
zij inderdaad uitvoering te hebben gegeven. De eergisteren gehou
den lijkschouwing althans bevestigt het vermoeden, dat het kind
niet op natuurlijke wijze is gestorven. Er is namelijk gebleken,
dat in de eerste plaats het noodige voedsel aan het wicht is
onthouden, terwijl een striem in den hals en het vinden van
buitengewoon veel bloed in longen en lever het vermoeden wet
tigen, dat het kind ten gevolge van verstikking den geest heeft
gegeven. Het spreekt van zelve, dat zoowel man als vrouw in
hechtenis zijn genomen en ter beschikking van de justitie zijn
gesteld. De verschillende getuigen, reeds in de zaak gehoord,
verklaren, dat het kind van des avonds half tien tot half twaalf
uur aanhoudend heeft liggen kermen van honger. Plotseling
kwam aan dit gekreun een eind, terwijl men later in den nacht
den man tot zijne vrouw heeft hooren zeggen, dat zij het wicht
had vermoord. Natuurlijk doet de Justitie onderzoek en wij
achten het daarom van belang, vooralsnog verdere bijzonderhe
den achterwege te laten. Vermeld zij alleen nog, dat de man
die zich, op het oogenblik waarop zijne vrouw werd aangehou
den in den Haag bevond, zich vrijwillig aan het polilie-bureau
heeft aangemeld.
Naar de letterBij zeker iemand te Breda had een ge
rechtelijke verkoop plaats. De man had wel eens hooren zeggen
dat alles wat „spijkervast" was niet van de hand gedaan mocht
worden en had die bepaling naar zijn eigen goedvinden en
voordeel uitgelegd. Alles waar slechts een spijker in geslagen
kon worden, had hij aan den muur of den grond vastgenageld.
Een kast, stoelen en andere meubelen waren op die wijze door
den delinquent „spijkervast" gemaakt en mochten alzoo niet
worden verkocht.
Jammer voor hem dachten de uitvoerders der wet er anders
0Ver' {Zutph. Ct.)
Met Mei zal ook te Hoorn eene melkinrichting worden
foTït d T j v®ehouders uit den on>trek hebben zich
tot dat doel vereemgd. De melk zal na onderzoek in gesloten
de personen. D rondSevent d°°r in uniform geklee-
De raad der gemeente Zuidscharwoude heeft besloten
te vr 4J al3der wet °P het,«ger onderwijs, vriS fn
te vragen van de verplichting tot heffing van schoolgeld.
Een Amsterdamsch koopman had in Den Hn»cr P»n u
te vorderen, die hij vreesde dat niet betaald zou word™ i
b.J b.»r per .,«1 wilde imtn. Hij gingdM,on «j,
Haag. Toen hij bij zijn schuldenaar binnentrad steeg heta
heerlijke geur van wildbraad in den neus, die hem teaau„e.
nier aandeed, daar hij dacht dat hij zich vergist had, „f
familie zoo weelderig leefde. Bedenkzijn teleurstelling toen hij!
vertoon van zijn quitantie geen geW ontving.
„Maar als u uw schulden niet betalen kan, eet dan niet
lc6 durö spijzen
„Och, mijnheer, dat moeten we wel. Biji den slager heu
wii geen krediet meer, nu gaan wij maar bij den poeliar."
J S (m- Ned.)
Een gehuwd broodbakkersgezel had bij de laatste volkstelli, I
een telkaart thuis gekregen, die diende ingevuld. De verschij
acen leverden niet veel moeite, maar éen was er j I
i Dnnn ofnnr] rrntrrnarv/) Yir "lÊB
181 »a»sj|
1 Jan
gestelde vragen ----- -—
hem dwars inde maag zat. Daar stond gevraagd: W8i
in den nacht van 31 Dec. op 1 Jan. Mei die „zij"
waarschijn. I
M
an
in den nactit van or T - „„y
vrouw bedoeld. Waar was die in den nacht van 31 Dec. op
Hoogstwaarschijnlijk in de echtelijke woning en nogwaï
lijker was het, dat zij rustig lag te slapen Doch wau_,
de vraag beantwoordde met de verklaring, dat zij thuis was,tj
hij dan met de hand op het hart en een eed op de lippen verklaren
dat hij de waarheid had gezegd? Neen, want hij kvra®^'
ganschen nacht niet thuis; de patroon kon hem, om de telkaart
volgens plicht en geweten in te vullen, toch geen nacht vrijaf
creven Het was een kritiek geval. Aan de eene zijde je
onmogelijkheid om geheel naar waarheid de invulling te doenen
aan de andere zijde de bedreiging: „Doe je't niet, dan gaje
„de doos" in of je betaalt boete". Boete betalen zit er bij
een gezel tegenwoordig niet aanin „de doos" gaan zitten vindt
hij vervelend. Eindelijk vond hij redding: hij vulde de vraag
in met „Vermoedelijk thuis."
Aldus had hij aan zijn gevoelen voldaan en den vrede be-1
waard met de overheid; helaas, het sluiten van dien vrede deed
een oorlog uitbarsten in eigen boezem de vrouw was beleedigd. I
Wat moest men wel van haar gaan denken? Vermoedelijk
thuis Vertrouwde haar man haar soms niet Er werden I
vele slagen geleverd, onderhandelingen aangeknoopt, vredes-
traktaten besproken, tot eindelijk dezer dagen de strijd is beslist: fc
de vrouw is er uitgesneden met een harer vroegere miunaars, I1
De man moet zijne telkaart terug willen vragen, om er nu I
op te zetten, dat zijn vrouw thans niet thuis is.
{Ned. Bakkers Ct) I
E:,
Vati d.e baan geraakten zoo schrijft de Aan-
wijzer door verwerping van art. 1 der eerste wetsvoordracht I
de zes belasstingvoorstellen-5or^eii«i c. s., die ten doel hadden: I
ontheffing van te zwaar gedrukten eu overbrenging van last I
op meer-, voornamelijk op de meest-gegoeden.
De rechterzijde nam de verantwoordelijkheid op zich, onder I
allerlei voorwendsels en beweringen, om te beletten, dat onge-,1
veer 600.000 huisgezinnen zouden worden ontlast zonder eenige I
contra-prestatie bij vrijstelling van inkomen tot f 600, waartegen I
door 250.000 huisgezinnen zou worden bijgedragen, die echter'
allen voordeel zouden genoten hebben door de afschaffing der
zout-belasting en een niet onaanmerkelijk aantal door de op
heffing van het patent. Ware de vrijstelling opgevoerd tot
f1000, waartoe de voorstellers niet ongenegen bleken, dan zou
het aantal der belastingplichtigen nog met 110.000 zijn ver
minderd en alzoo teruggebracht tot 140.000.
Maar 't mocht niet.
Schaepman had het reeds dadelijk, verleden week, geordon
neerd, en 't was al mooi genoeg, dat de discussiën niet werden
afgesneden door een motie van orde.
De positie van den Minister van Financiën was verre van
aangenaam, daar onder zijne politieke vrienden niet minder
dan een 7-tal aandrongen op eene belasting van 't kapitaal
in portefeuille, iets waarvan de Minister vroeger verklaarde
niets te willen weten.
Hij kwam nu met toezeggingen doch waaraan haken en
oogen.
lo. De zoutbelasting vond hij op zich zelf zoo kwaad niet, I
maar hij wilde ze, alleen om sluikerij tegen te gaan, wat ver-
lagen als de suikerconferentie te Londen goede vruchten I
dragen zou, zei hij vroeger. (Zou de Minister niet weten, dat I
die conferentie meer dan waarschijnlijk resultaatloos zal blijven,
of houdt hij zich van den domme?) I
2o. t 1 ersoneel zou nog dit jaar in een nieuw gewaad b
aan de Kamer worden voorgesteld. De bedoeling heet te zijn:
ontlasting van den minderen man door in te krimpen denl
„vollen aanslag."
Maar „volle aanslag" is vereischte voor 't kiesrecht.
V il de Minister zoo eventjes, heel leuk, ingrijpen op *4' I
het „voorloopig" kiesreglement bedoelde?
Of zal men van een nieuwe kieswet den kapstok malten, K
om er de wijziging van de wet op 't personeel aan op te hangel.
evenals de suikerconterentie dienst deed voor 't zout I
Gedrongen en gedwongen, heeft de Minister, die z'c» f
vroeger vnj sterk uitliet tegen eene belasting van het roerend
vermogen, laten verleiden tot eene verklaring die eenig is 10 P
haar soort en die des wijzen Salomo's„er is niets nieu*«
onder de zon logenstraft.
Thans zegt hij te erkennen, dat het roerend vermogen te
weinig is belast en dat de Regeering er naar zal streven
eene „uitvoerbarebelasting op hel roerend vermogen te vin; j
den Maar hij wist nog niet of deze poging wel gelukken 44
en liet zich ook niet uit over de vraag of deze belasting 45
zijn direct of indirect, geheven worden naar kapitaal of "ajr
de rente, persoonlijk oi zakelijk, bij leven of bij dood. Da"r'
omtrent wilde hij vrijblijven
t Lijkt ons het omhulsel van een dotje om 't zoete kM I
de rechterzijde, mee te laten spelen in blijde verwachting ds
e.r vroeS 'aat zal komen als een wonder-dot. I
kiezingen Tan^lT- re&eeringsvuurwerk teSen d<3
In elk gevaleen verklaring als Minister Godinde Beavf°r'
na twee jaren fungeerens, jl. Woensdag aflegde, is, o°k 1
ver and met vroegere uitlatingen, een waar unicum in <je P
ementaire geschiedenis, een te voren onbekende „vogel
111 de hand, maar in de lucht.