Donderdag, 1 Mei 1890. 34ste Jaargang- Uo. 2398. HET FEEST. Aangifte van verhuizing. Roman van H. VON OSTEN. NATIONALE MILITIE. AIiikh COURANT. Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- Zater dagavond. Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden ADVER- TENTIÈN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Uitgever: J. WINKEL. Bureau: SCHAGE1T, f.aasi, B, 4. Prijs per jaar f8.Franco per post 3.00. Afzonderlijke nummers 6 Cents. ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels f0.25; iedere regel meer f 0.05 Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Gemeente Schagen. Bekendmakingen, Burgemeester en "Wethouders van Schagen brengen, voorzooveel noodig met het nog op het verzuim, betrekkelijk het doen van aangifte ter Secretarie, bij verhuizing binnen de gemeente aan de ingezetenen in herinnering de volgende artikelen van het Politiereglement dezer ge meente als Art. 11. Ingeval van verhuizing binnen do gemeente zal daarvan, binnen aebt dagen, behooren te worden kennis gegeven, ter Secretarie dezer ge meente op den voet als hierna is bepaald te weten. Yoor een geheel gezin inwonende dienst- en werkboden daaronder begrepen, door het hoofd van dit gezin. Voor afzonderlijk levende personen door hen- zehen. Art. 12. Overtreding van het vorig artikel wordt ge straft met eene boete van een gulden. Schagen, 25 April 1890. Burgemeester en Wethouders voornoemd, C. H. BEELS. de Secretaris, DENIJS. SCHUTTERIJ. Burgemeester en Wethouders van Schagen, roepen mits deze op, alle zoodanige ingezetenen, die op den len Januari 1890 hun 25ste jaar van ouderdom zijn ingetreden, benevens de zoo- danigen, die zich van Buitenlandsch in deze Gemeente gevestigd hebben, voor zooverre zij nog 10. EERSTE HOOFDSTUK. «Verbeeldt u," riep von Wonsheim do beide luitenants op somberen toon toe, „hoe ontzet tendMevrouw Vohberg is dood! Eene ontijdige verlossing. Do dokter was zooeven bij ons. Mijn vrouw is er diep door geschokt. Ik kwam even aan, u dit te melden." „Leelt het kind vroeg Schraltenbach. „Bewaar mij, het is dood. Het was een jongen. Die arme kerel, die Vohberg I" Schrattenbach knikte een paar maal langzaam met het hoofd. „Zoo kunt gij hem gerust noemen. Het ver mogen der vrouw zit nog in de zaak. Zij had slechts levenslang de rente. De oude Goldbaum vvas een verstandig man en wilde het geld op Z1jn kleinkinderen vastzetten. Vohberg heeft maar een klein deel in handen gehad en dat zal wel reeds lang verdwenen zijn. Nu zal het groote apitaal aan de bloedverwanten komen, en hij rl)gt niets. Wij willen hopen, dat hij zich staande an houden. Het schijnt, dat de vloek reeds in vervulling komt." „Eene vervloekte geschiedenis 1" zeide Wons- eim met zenuwachtige misnoegdheid. „Ik wensch- 0 met geheel mijn ziel, dat wij ons meer om 'o kleine vrouw bekommerd en Goldbaum beter 0 andeld haddon. Doch, ik moot nu naar huis." uist toen de beide achterblijvenderi naar het enster traden, om hun kameraad na te zien, ging Elsbeth Mansfeld voorbij. m gaat het sterfhuis binnen," zeide Barne- 6 Ij.. ^aar had nageoogd, i)Zij kan met een gerust geweten de doode •ar Inatstgn groot brengen, want zij is altijd 8fE jpgens de levendo geweest," antwoordde iodi enba.ch" »Zij was do een'ge> d'o met de °mg'ng als met de andore dames; de dat t movrouw Kebler deed dit natuurlijk ook we k r' °mdat mevrouw Elsbeth Mansfeld een lijk voorname dame is. Ziet pij, Burnoveld, 'n de middeleeuwen leofdpn, dra d° fleuren dezer dame op mijn helm er o'" k°n ■iuwee' VHn etn vrouw, en ik wil hrenetWudden' da*. zij haar man nog tot reden o j hoezeer hij ook verstrikt is in de netten iu een der klasse van de Schutterij vallen, om zich tusschen 15 Mei en 1 Juni aanstaande, ter Secre tarie dezer Gemeente voor den dienst der Schutterij te doen inschrijven, zullende tot ontvangst van hun aangifte te dier plaatse speciaal worden gevaceerd, op alle werkdagen des voormiddags van 9 tot 12 ure. Tot naricht der belanghebbenden dient Dat als ingezetenen in deze worden beschouwd, alle Nederlanders, in het Rijk hun gewoon verblijf houdende, en alle vreemdelingen, in het Rijk woonachtig, welke hun voornemen, om zich aldaar te vestigen, zullen hebben aan den dag gelegd. Dat de aangifte tot inschrijving in alle gevallen voor de ingezetenen van den hierboven bedoelden ouderdom behoeven gedaan te worden, ook dan zelfs, wanneer de belanghebbenden vermeenontot de vrijgestelden of uitgeslotenen tot den schutterlij ken dienst te behooren, dat zij, die bevonden zullen worden zich niet voor den len Junij 1890 te hebben doen inschrijven, door het Plaatselijk Bestuur ambtshalve worden ingeschreven, en ter zake van hun verzuim in een geldboete vervallen, terwijl dezelve daarenboven zonder loting zullen worden ingelijfd. En worden overigens de ingezetenen aangemaand om zich tijdig van een geboorte extract te voorzien, en zich alzoo van hun juisten ouderdom te verzekeren, ten einde de inschrijving behoorlijk geschiede, en zij alzoo niet komen te vervallen in de straffe bij de Wet bepaald. Schagen, 29 April 1890. Burgemeester en Wethouders voornoemd, C. H. BEELS. de Secretaris, DENIJS. Do Burgemeester van Schagen, daartoe de noodige aanschrijving ontvangen hebbende, breDgt ter aigemeene kennis, dat lot den werkelijken der schoone Amerikaansche Kom, wij gaan een flinken rit maken „Mijn God, kinderen, stelt u voor, de jonge mevrouw Vohberg is gestorven zeide de barones von Mollard, terwijl zij de courant in haar schoot liet vallen. Hare groote, ronde oogen, die er uit zagen, als waren zij van porselein en konden zij geen natuurlijke tranen weenen, dwaalden van de eene dochter naar de ander. Niet, dat het sterfgeval haar nader belang inboezemde, het trol haar alleen maar wat onaangenaam, wanneer de dood de vrijheid nam, een uit den kring liarer kennissen weg te rukken. „Vohberg Dat is immers die flinke, elegante officier, die een rijke jodin getrouwd had, niet waar, mama vroeg gravin Dernath uit de hang mat, terwijl zij hare weelderige gestalte zacht- kens schommelde, zoodat de witte met kant omzoomde rok en een sierlijk voetje in vleesch- kleurige zijden kous en atlasschoen zichtbaar werd. „Gij schijnt minder belang te stellen in het sterfgeval dan in den jongen weduwnaar," meende Erna, die, zoo lang als zij was, in het gras lag en met een paar jonge katjes speelde. „God, kinderen, gij moet niet altijd zoo er op uit zijn om te trouweu!" ging zij voort, terwijl zjj zich uitrekte. „Loven wij hier dan niet zeer aangetiaum Het hot maken, coquetteeren, nu, dat laat ik gelden, maar trouwen brr „Liefje," spotte gravin Dernath, die sedert den dood van haar echtenoot maar met haar beide kleine kinderen bij haar moeder inwoonde, „liefje, smaakt uw wijsheid niet een weinig naar dio van den vos met de druiven?" „Ik verwonder mij er over, dat gij, Lotti, zelfs al liet ik uwe gelijkenis gelden, de druiveu nog voor zoet houdt. Gij bebt met uwen lieven graat zaliger toch altijd geleeld als kat en hond, en in Bella hebben wij tenminste wel een afschrik wekkend voorbeeld," antwoordde Erna, terwijl zij haar spel met de dartele poesjes voortzette. „In hoeverre dien ik lot afschrikwekkend voor beeld vroeg nu een zachte stem, en een won- derscboone blonde vrouw keek op van haar roman. Erna leunde nu op haar ellebogen en keek tot haar op. Erna was geen schoonheid, gtljjk de beide andere zusiers. Haar door de zon verbrand gelaat bezat sprekende trekken, die den indruk gaven, als konden het erfelijke familietrekken zijn; op het eerste gezicht scheen haar gelaat leelijk, dienst worden opgeroepen, de onderstaande ver lofgangers der lichting 1888, te weteu Cornelis Philippus behoorende tot het 4e Jacobus Bleeker, Regiment vestingartil- Anthonie Ueutekom, lerie, (garnizoen Hel- der), tegen 5 Mei a.s. Welke verlofgangers op genoemden datum bij hun korps present zullen moeten zijn voor des namiddags 4 ure. Schagen, 29 April 1890. De Burgemeester voornoemd, C. H. BEELS. Euterpeen met haar Schagen, vierde feest gelijk men het verwachten kon opgewekt, net, degelijk, met succes. Opgewektwaar men op een verleden met zoovele, schoon geslaagde feesten kan bogen, koD het voorzeker niet andersnetdaarvoor waren ons de namen der commissieleden en de medewerking van het Gemeentebestuur borg; degelijk: of drukken niet een Daniël De Lange, een Richard Hol, een Joh. M. Messcbaert, den stempel op zulk een feestmet succès: getuige de deelname van het zestal bekende mannen korengetuige, de feestelijke stemming bij ieder, getuige de woorden van lof en dankgetuige de juichende, jubelende feestkreten. Het was werkelijk „een événement" in Schagen's ge schiedenis, eene gebeuitenis, die met gulden letters in Schagen's historieblaau mag geboek staafd worden. Schagen's Mannenkoor „Euterpe", dat zelve reeds bij een zangwedstrijd had medegekanipt en het gouden eeremetaal had verworven, doch wanneer men haar verstandige, levendige oogen, haar frisschen mond met de prachtige tanden aandachtiger beschouwde en haar hoorde praten, dan kreeg men van haar een andere meening. „Bella, hoe doet gij uw naam weder eer aan!" zeide zij, met gulle bewondering de blonde vrouw aanstarende. „Ik zou u wel willen schilderen, gelijk de zonnestralen nu een nymbus weven om uw schoon, zondig hoofd. Lie\e hemel, wanneer ik be denk, hoe velen er nog op die Lorelei-oogen verliefd zullen worden, dan bekruipt mij een gevoel van medelijden met dat verwaande geslacht, hetwelk zich het sterko noemt. Ik noemde u alleen als af schrikwekkend voorbeeld tegenover de theorio van de gelukzaligheid van den echt, zustertje, daartegen bebt gij toch zeker niets in te brengen „Gij spot altijd met alles, Erna, zelfs met het ongeluk uwer zusters. Men is als achttienjarig meisje er toch nog niet zoo zeker van, in de keuze van een echtgenoot geen misgreep te doen." „Nu, wanneer het werkelijk een misgreep was, dat gij den slijfen, houterigen millionnair trouwdet, dan hebt gij dezen misgreep met verbazende han digheid voor u ten beste gekeerd." „Ziet gij mij er dan voor aan, mijn geheele leven te slijten aan de zijde van dezen mijnheer Lohmann, nadat ik tot het bewustzijn was gekomen, hoe weinig wij bij elkander pasten vroeg Bella een weinig geraakt. „Kind, maak u niet boos, gij bebt uw levens bootje zeer handig door allo klippon heen gestuurd, gij leeft nu weder als barones Mollard met al de vrijheid eener weduwe, en alleen de drie- maandelijksche, zeer nobele geldzendingen herin neren u slechts aan dou plebejischen echtgenoot. Luister, Lotti zucht, omdat baar aristocratische echtgenoot zaliger hare nitt zulk eene aange name herinnering heeft nagelaten, want hare lieve kinderen zijn toch meer een etend kapi taaltje. Alles, wat ik meende, is, dat gij niet zoo naar een tweede huwelijk moet verlangen. Laat tenminste de Ulanen met rust, met lien hebt gij toch geen geluk de schoone Mansfeld is getrouwd, Uhrach krijgt nu vestingstraf en wordt dan ver plaatst, en met den nieuwen weduwnaar staat de zaak ook bedenkelijk; Schrattenbach vertelde, dat hij niets kreeg van het vermogen van zijne vrouw, omdat er geen kind is.' „Apropos, Schrattenbach," zeido Bella,enliaie blauwe kijkers fonkelden spotziek tot bare zuster, „die behoort zeker ook tot degenen, die voor „Euterpe" ondernam het stoute stuk een wedstrijd uit te schrijven. Waar dit in grootere plaatsen eene bekende zaak is, is het voor kleinere plaatsen een zeldzaam iets, waar krachtige mede werking en goede moed toe behooren. En al is het nu waar, dat op kleinere plaatsen de echte gastvrijheid de feestvreugde verhoogt en een ieder toont mede feest te vieren, terwijl iu eene grootere plaats de feestvierenden veeltijds iu de massa verloren gaan, eveneens is het ook waar, dat men in kleinere plaatsen te kampen heeft met onaangenaamheden, als familieveten, kleinsteedsche afgunst, onbedrevenheid, karigheid, die men in grootere plaatsen niet kent of waar zij althans niet uitkomen. Doch Schagen heeft gezegevierd Maar laat ons beginnen bij het begin. Op vereerende uitnoodiging van den uitgever van dit Blad begaf ik mij naar Schagen, om de feestelijkheden bij te wonen, waarvan ik het verslag hier laat volgen. Reeds bij aankomst te Schagen, des Zaterdags namiddags bleek het, dat Schagen zich in feest dos had gestoken. Daar dit echter nog slechts ten deele was geschied, zal ik de bespreking der versieringen, die door de verlichting des Zon dagsavonds des te beter uitkwamen, in het laatste gedeelte van het verslag laten volgen. Zaterdag, 26 April, te 8 uur 's avonds, begon het Eeestconcert, dat gegeven werd door Schagen's Mannenkoor „Euterpe," met welwillen de medewerking van Mej. L. Denijs, den heer Joh. M. Messchaert en het Symphonie-Orchest van de Stafmuziek der Kon. Ned. Marine te Helder, terwijl de heer Hol zijne op dit con cert uit te voeren compositiën persoonlijk diri geerde. ons ongenietbaar ziju Mejuffrouw Erna heeft dien voor zicb zelve uitgekozen 1" „Schrattenbach denkt evenmin aan trouwen, als ik," antwoordde Erna, terwijl zij een der poesjes als een bal in do lucht wierp en weder opving. „Dat bevalt mij juist in hem." „Wilt gij dan volstrekt niet erkennen dat er gelukkige huwelijken zijn, Erna Zie dan eens de Wenstorfs." „Pah, die zijn nog niet eens een jaargetrouwd! Kr zijn overigens menschen genoeg, die zeer net en vreedzaam met elkander levon, zooals bijvoor beeld de Schlingens, en gij zult toch zeker niet den moed hebben te beweren, dat hun echt een gelukkige is. Daarvoor heb ik van deze instelling een te hooge gedachte. Overigens wil ik u wel bekennen, dat er menig gelukkig huwelijk is, maar dan moot do vrouw vooral daartoe bijzonder geaard zijn." „Toe, zustertje wijsheid, schilder ons dat ideaal van een vrouw het praat hier zoo gezellig iu bet groen." „Ik weet niet, of dat ideaal u wel zal bevallen. De vrouw, die de meeste kans heeft, in het huwe lijk gelukkig to worden, moet niet schoon en ook niet bijzonder verstandig zijn. Is zij schoon, dan stelt zij eiscben, en is zjj verstandig, dan doorziet zij de zwakhoden van haren heer en gebiedor, en beido eigenschappen zijn dus groote hinderpalen voor het echtelijk geluk. Maar een goedig, onschuldig, argeloos vrouwtje, dragelijk van schoonheid, onzelfstandig in bare gedachten, zoo eene, die men in de maatschappij ter nauwer- nood opmerktdezulken zijn de ware vrouwelyke eandidaten voor huwelijksgeluk. Voor haar is haar man juist heur alles, beur God. Ztj ziet alleen met zijne oogen, zij vereenzelvigt zicb zoo met zijn doen en laten, dat zij zich verbeeldt naar haar eigene wenschen en neigingen te leven, daar waar zij toch uitsluitend do zijnen volgt. En dat valt in den smaak van mijnbeer den go- bieder, daarvoor is bij dan ook zoo vriendeljjk, zijn vrouw openlijk te prijzen, en de wereld ver heugt zich over dat gelukkig menschenpaar. Tot liet recept voor een gelukkig huwelijk behoort nu eenmaal een reusachtige portie zelfopoffering, een prijsgeven van eigen persoon, en daar da heeren der schepping takt noch lust bezitten, daarm ook hun portie bij te dragen, zoo moet de vrouw- deze taak geheel voor zich nemen, wanneer de zaak gelukken moet. Dit prijsgeven der eigen persoonlijkheid brengen natuurlijk onbeduidende

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1890 | | pagina 1