34ste Jaargang. No. 2412.
Donderdag, 19 Juni 1890.
DE VLAG TEN TOP,
Uitgever: J. WINKEL.
Bureau: SCBlüüI, ïzaan, D, 4.
Gemeente Schagen.
Bekendmakingen.
SCHUTTERIJ.
Roman van H. VON OSTEN.
Bmnenlaridsch Nieuws,
SCHAGER
Alieieei
RANT.
Dit blad verschijnt tweemaal per week: Woensdag- Zater-
dogavond. Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden ADVER-
TENTIËN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STEKKEN één dag vroeger.
Prijs per jaar f3.Franco per post 3.00.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVEBTENTIËN van 1 tot 5 regels f0.25; iedere regel meer f O. O 6
G-roote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Burgemeester en Wethouders van Schagen;
Gelet op art. 11 van het Koninklijk Besluit
van 21 Maart 1828, (Staatsblad No. 6,) en art.
10 en 11 der Wet van 11 April 1827, (Staats
blad No. 17);
Brengen ter kennis van belanghebbenden
le. dat de alphabetische naamlijst van allo
de binnen deze gemeente voor de Schutterij inge-
Bcbrevenen voor da lichting 1890, vanaf heden
tot en met den 20 Juni a.s. ter secretarie ter
inzage is gelegd
2e. dat de loting zal plaats hebben ten Raad-
buize, op Zaterdag 21 Juni a.s., des voormiddags
ten 10 ure.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
C. H. BEELS.
de Secretaris,
DENIJS.
De Burgemeester van Schagen
Gezien art 23 en 29 van het politiereglement
dezer gemeente;
Verleent Vergunning
aan de tappers, om gedurende de kermis muziek
|te laten maken, danspartijen te doen plaats
hebben, en na bezetten tijd te tappen.
Schagen, den 17en Juni 1890.
De Burgemeester voornoemd;
C. H. BEELS.
Burgemeester en "Wethouders van Schagen
Gelet op art 89a van het politiereglement
dezer gemeente;
Brengen ter algemeene kennis:
dat het op den 23, 24, 26 en 29 Juni a. s.
in het belang der openbare veiligheid verbo
den is, in de kom der gemeente anders dan
stapvoets te rijden.
Overtreding wordt gestraft met eene boete
van ten hoogste vijf gulden.
Schagen den 17eu Juni 1890.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
C. H. BEELS.
de Secretaris,
DENIJS.
s-%^-gs=<
TWEEDE HOOFDSTUK.
Toen graaf Ahlden den volgenden morgen in
e vroegte Elsbeth's woning binnentrad, weer
klonk er uit een der benedenkamers een gillende
reet; do deur van een kamer werd opengestooten
en een gespierd vrouwspersoon stortte met ont-
6 N 8a'eD 0m'100S geheven banden op hem toe.
vim U"jnU' za,°^ bromde graaf Ahlden,
JMrnjds afwerend een arm uitstrekkende. „Zijt
gek geworden, meid? Is er brand
koffi dood> «S ra dood als ik haar de
ttptl u brengen, ligt zij daar, wit als krijt,
het V 008en 1 O God, o god, ik houd
8tóu'er, n»ef laDger uit hu hu hu
^.öe dienstmaagd.
sch'erj) }s er dood Ga toch niet zoo aan, dwaas
schriu ZU": mÜn dochter vreeselijk doen
A k D' Wie is er dan toch dood
froóJ",er graaf, die schrik, die schrik Mejuf-
bed ™a'chen ligt daar binnen dood in haar
0 en gisteren was zij nog gezond en wol
Je, o jé i"
2o^a'c^en herbaalde graaf Ahlden en stormde
jleer, met,r de aangeduide kamer binnen.
den tlonkere gordijnen voor het venster temper-
tjel G rnorgenlicht. Door een opening echter
Q een lichtbundel op het hoofdkussen en op
Baar®00c|e' kalme gelaat der trouwe dienares,
gelaatskleur was die eentr doode, de hel-
1 B—
Vijf-en-zeventig jaren vloden daarheen sedert
den dag, op welken bij Waterloo het leger der
Geallieerden eene volkomen overwinning behaal
den op het fratische leger waardoor ook Neder
land zijn vrijheid hervocht.
Nederland was vrij van slavernij Gedenk
waardige 18 Juni van den jare 1815!
Dat. het nageslacht de vlag late wapperen
van torentrans en geveltop, in dankbare herin
nering aan het grootsche werk, door onze Vaderen
toen verricht.
In vele gemeenten wordt de herinnering op
feestelijke wijze gevierd.
En terecht, wie zou, als hem het harte warm
klopt voor de vrijheid vau zijn land, niet gaarne
in dankbare blijschap den onvergankelijken hel
denmoed onzer voorvaderen herdenken
Doch dat de vreugde ernstig zij, want
immers tegelijkertijd worden wij, tegenwoordig
geslacht van Nederland, ter verantwoording
geroepen.
Hoe hebben wij Nederlanders in die 75 jaren
de dierbare nalatenschap onzer voorouders geëerd
en behartigd
Zijn wij na 75 jaar nog hetzelfde vrije, fiere
volk, even krachtig, even moedig, even vader
landslievend
Helaas, het herdenken van den 18 Juni 1815,
moet den patriot van 1890 een blos van schaamte
op het aangezicht jagen.
Is het niet een droef contrast? Dat Nederland-
sche volk van 1815, nog hijgende van den
worstelstrijd om vrijheid, doch fier en vrank,
vroom en vroed, en het Nederland van den
tegenwoordigen tijd dat, ja nog wel Nederland
heet, en nog niet is een Vazallenstaat van den
een of anderen machtigen nabuur doch nu
ten prooi aan de heerschappij der geallieerenden:
Kuyper, Lohman en Schaepman
Is niet de toekomst donker, als men o.m. be
denkt, hoe in ons land geageerd wordtin zakealge-
meenen dienstplicht als men bedenkt, hoe
door den heer Tindal herhaaldelijk gewezen
wordt op de groote< feilen in onzen militairen
en krijgskundigen toestand en de Staat hem
laat roepen als een in de woestijn
Begint men dan niet te vreezen, dat, evenals
eenmaal ten tijde van Koning Belzasar's feest
malen, ook nu het Mené Thekel Upkarsin, door
dere, vriendelijke oogen waren gebroken, maar
niet gesloten.
Graaf Ahlden trok de gordijnen open, onder
zocht nauwkeurig de oogen, drukte ze daarna
met zachte hand voorzichtig toe, en keek de
kamer rond, als zocht hij daar ergens naar de
oplossing van dit raadsel. Op het tafeltje naast
het bed lag een opengeslagen bijbel, een glas
stond er naast; een kleine lepel en een wit
papiertje, waarin een poeder geweest was, lagen
op het kleedje voor het bed.
„Zij moet zich dus reeds niet wel gevoeld
hebben," dacht graaf Ahlden, terwijl hij lepel en
papier opraapte en op het tafeltje leide. Daarbij
viel zijn blik op den muur bij het bed. Een al-
beelding van het slot "Warnitten hing daar in
een eenvoudig lijstje, daaronder de portretten van
Ahlden's zonen en Elsbeth's portretten als kind,
als jong meisje en als bruid. De voorname man
knikte ernstig met het hoofd. „Ja, gij waart een
trouwe, goede dienstmaagd, God schenke u de
eouwige vrede," zoide graaf Ahlden en liep toen
behoedzaam, als vreesde hij de doode in hare
rust te storen, de kamer uit. Bovenkwam Elsbeth
hem tegemoet.
„Waar blijft gij toch, papa Ik zag u het
plein oversteken. Maar mijn God, gij ziet er zoo
ernstig uit, wat is er gebeurd, spreek
„Ja, kind, ik zal spreken en zonder omwegen,
want daarop gevoel ik mij niet tehuis," zeide graat
Ahlden, terwijl hij zijn dochter zachtkens niede-
nam naar de kamer. „Gij zijt een dappere vrouw,
raap al uw kracht bijeen en denk aan Kurt, die
niet verschrikt mag worden. Onze goede Malchen
is dood, heden nacht, naar het schijnt, zacht en
de onzichtbare hand op den muur vau ons
Staatsgebouw wordt geteekend
Viert feestelijk het herdenken van den 18
Juni 1815, doch late de feestviering zijn: een
vermanende les voor het Nederlandsche volk.
,/Een volk dat zijn. verleden niet eert, is zijn
onafhankelijkheid niet waard is eene uitspraak
van een daartoe ten volle gerechtigd persoon,
doch men bedenke wel, dat dit eeren van het
verleden voor een volk niet enkel bestaat in
uiterlijk feestbetoon.
Schagetl, 18 Juni 1890.
Zondag jl. werden in het koffiehuis van den
heer W. Roggeveen Cz. bij gelegenheid der
tentoonstelling van teekeningen, vervaardigd
door leerlingen van den Cursus der Bouwvereeuig-
ing alhier, aan de volgende leerlingen prijzen
uitgereikt
Voor Bouwkundig teekenen
le leerj. J. Entes, Zijdewind, le pr. Voegpasser.
B. de Rooij, Schagen, 2e pr. Verstel
bare Schrobzaag.
2e u G. Houtkooper, Barsingerhorn,
Verstelbare Passer.
4e H. Raven, Schagen, Sponningsc'naaf.
Hoogste afdeeling: P. Eriks, Barsingerhorn,
ivoren decimeter.
Voor Handteekenen
le leerj. H. Schene, Schagen, Boekwerkje.
2e n W. v. Twuijver, Barsingerhorn, Bcekw.
3e u Joh. Overtoom Sz,, Schagen,
le pr. Tubenverfdoos.
B. Ranke Jz., Schagen, 2e pr. Passerdoos.
Eereprijs aan S. Stam, Zijdewind, Tubenverfdoos.
Op de oproeping onzer Harmoniekapel
voor een directeur, waren een twintigtal solli-
citatiën gekomen.
Door de kapel is echter tot haar directeur
gekozen de heer Schouten, Onder-Kapel
meester der K. N. Marinekapel te Helder, die
deze benoeming ook heeft aangenomen.
Het schoolfeest te Sint Maarten, gehouden
op Zondag 15 Juni 11. ter herinnering aan den
slag bij hWaterloo" is uitnemend geslaagd/Ie
9 ure vereenigde zich het gezelschap in de met
groen versierde kolfbaan van den heer C. Kieft
kalm gestorven. Waarschijnlijk een beroerte. Ik
kom juist van haar sterfbed."
Elsbeth zonk in een stoel en bedekte het gelaat
met beide handen.
Malchen, haar trouwe Malchen dood Zoo plot
seling Zij kon het niet begrijpen, maar de hui
veringwekkende gedachte, dat de dood toch een
offer uit dit huis moest hebben, en de vrees,
dat in den zorg om haar echtgenoot niemand
wellicht de aandacht had geschonken op de mis
schien reeds lang aanwezige kwaal beklemden
haar het bart.
„Was zij eigenlijk ziek?" vroeg nu ook graaf
Ahlden.
„Ik weet het niet doch ja, ik herinner mij,
dat zij in do laatste dagen klaagde, zoo slecht
te slapen, en ik gaf haar nog van mijn poeders,
welke ik juist weder uit de apotheek had ont
vangen maar ik weet niet of' zij die heeft inge
nomen."
„Zij heeft die gisteren ingenomen," zeide graaf
Ahlden gejaagd, „ik vond het papier op het
kleed. Wat zijn dat voor poeders, en hoe kondet
gij haar die zoo zonder meer, zonder genees
kundigen raad geven
„Om Gods wil, papa, gij doet mij ontstellen
zeide Elsbeth siddorende. „Doctor Reimer heeft
ze mij tot kalmeering voorgeschreven, het is een
soort bruispoeder. Ik zal doctor Reimer laten
ontbieden en - en naar Malchen gaan."
„Kind, zal het u niet te veel schokken
vroeg graaf Ahlden teerhartig.
„Wie zooveel doorleefd heeft als ik in de laatste
weken, die leert het, te zwijgen en te berusten
in den wil des Allerhoogsten. Malchen heeft het
te Sint Maarten.
Vaandels, vlaggen en banieren decoreerden
de feestelijke stemming en werden in optocht
meegedragen naar de ongeveer een halfuur
verwijderde woning van den wethouder K. Blom,
aan wien, evenals aan den Burgemeester, den
heer W. Schermerhorn, door het zingen van
gepaste liederen eene serenade werd toegebracht.
Na aldaar onthaald te zijn, keerde de jeugd in
blijde stemming naar het feestgebouw terug,
waar die versnaperingen werden aangeboden,
welke onmisbare factoren zijn in het oog van
een kind, dat werkelijk denkt feest te vieren.
Muziek van het gezelschap Schlafinann uit
Haarlem, draaimolen en poppenkast droegen het
hunne bij om een drom van belangstellenden
naar Sint Maarten te brengen, wat dan ook
werkelijk hst geval was. Den heer Sturm,
onderwijzer aldaar werd den zeer verdienden
lof toegebracht wegens de nette regeling van
den zang en den dans waarmede deze, voor de
jeugd van Sint Maarten zoo heugelijke dag
besloten werd.
De a. s. Zaterdag van wege de Vereeni-
ging tot ontwikkeling van den Landbouw in
Hollands Noorder- Kwartier te Hoorn te houden
tentoonstelling belooft zeer belangrijk te zullen
zijn.
De Catalogus bestaat uit 262 nummers,
waaronder 59 aangiften van Schapen, en Rammen
16 voor Varkens, 18 voor Paarden, 47 voor
Stieren, 40 voor Koeien, 70 voor Kaas en
twaalf nummers ter opluistering.
Het zal zeker overbodig zijn, tot een bezoek
op te wekken.
Beroepen te Eenigenburg de heer Remrao
Hazelholf, Candidaat te Blijhain.
Het Bestuur der Liberale Unie deelt ous
mede, dat, op verzoek van twee heeren Afgevaar
digden, wier voorstellen tot wijziging van Statu
ten en Huishoudelijk Reglement op de agenda
zijn gebracht, de tegen 2 8 J u n i a. s. uitge
schreven Gewone Algemeene Vergadering veer
tien dagen is uitgesteld en alzoo zal
plaats hebben op Zaterdag 12 Juli 1890, des
voormiddags te 10y2 uur, in het gebouw der
„Maatschappij tot Nut van 't Algemeen", N.
Z. Voorburgwal te Amsterdam.
Te Leiden zijn in de laatste dagen weder
onderscheidene gevallen van influenza voor-
toch wel aan ons verdiend, dat ik alles zelf
regele, nu hare steeds vlijtige handen, die mij
alles uit den weg namen, voor eeuwig rusten,"
zeide Elsbeth ontroerd.
De doctor had eene beroerte geconstateerd, en
Malchen's begrafenis was volbracht.
Elsbeth zat bleek en ontsteld in haar kamer
en hield een paar fijne papieren omslagen in de
hand, welke onwillekeurig beefde.
Zonderling, het papier, hetwelk voor Malchen's
bed gevonden was, bleek in alle deelen te ver
schillen van dat der poeders, welke Elsbeth nog
in haar doos had, en het scheen haar toe, als
gaf het geel geworden papier een eigenaardige,
scherpe geur van zich. .Kon er in de apotheek
eene vergissing plaats gehad hebben Zoo iets
kwam wel eens voor; maar hoe kwam dan juist
deze eene poeder onder do anderen, welke Elsbeth
zelve toch als volkomen onschadelijk gebruikt
had
Een vloed van gedachten joeg der jonge
vrouw door het hoofd; het werd haar steeds
banger om het hart.
„Ik moet dienaangaande ten minste zekerheid
hebben," fluisterde zij eindelijk en toen het tijd
was geworden voor hare dagelijksche wandeling,
kleedde zij zich spoedig aan en begaf zich naar
de apotheek, welke aan het andere einde der
stad gelegen was. Op Elsbeth's verzoek, mjjnheer
Willmers zeiven te spreken, verscheen onmiddel
lijk met een gewichtig gelaat een levendig, klein
heer.
WORDT VERVOLGD.