Bij het op den 3dcn dezer te War-
menhuizen in „De Mooriaan", geëindigd
biljart—concours met 6 ballen, werden de prij
zen, bestaande in contanten, behaald door K.
Tessel, met 123 caramballen; K. Pronk, met
106, en C. van Lieshout, met 86. In het
geheel werden 463 partijen met zeer afwisselend
geluk gespeeld.
In de plaats van wijlen den heer mr.
D. Visser van Haztrswoude is tot heemraad
van het Waterschap „De Beemster" gekozen de
heer K. Zijp, aldaar.
Men meldt uit Tessel
Overal voor de kust is weer blank water.
Eergisteren dreven er nog onafzienbare ijsvelden
langs Tesselstroom, die vooral de visschers veel
belemmering bood. Gisteren zag men in alle
richtingen schuiten zeilen ter uitoefening van
de garnalen visscherij.
De gebroeders v. d. E. uit Delft kwamen
Maandagavond, blijkbaar min of meer onder
den invloed van sterken drank, aan het station
van den Holl. spoorweg in Den Haag om met
den laatsten trein naar Delft te vertrekken.
Zij gingen in de wachtkamer 3e klasse zitten
slapen en hoorden dientengevolge de waar
schuwing van den portier niet dat de trein
voorstond. Toen de trein reeds in beweging was
ontwaakten zij, stormden naar buiten, en wilden
nog in een der wagens springen. Een van die
mannen werd door het personeel van de spoor-
wegmaatschappij en een agent van politie tegen
gehouden de andere, W. v. d. E.oud 25
jaren, gehuwd en vader van één kind, viel
voorover, geraakte tusschen twee wagens 3e
klasse, en werd overreden. De ongelukkige,
dien het hoofd van den romp gescheiden werd,
was dadelijk dood.
flet lijk werd naar het ziekenhuis overge
bracht.
In de ringvaart van Watergrafsmcer is
een tienjarig meisje dat op het ijs speelde v e r-
dronken. Op den weg van Boksmeer naar
Beugen is eer. heer, die huiswaarts ging dood
gevroren.
Uit Dongen wordt gemeld
Door bewoners van Kerk- en Kruideniers-
straat is besloten, bij inteekening gelden bijeen
te brengen om, zoo mogelijk voor 3 maanden,
een nachtwaker aan te stellen, wegens de, ook
in deze streken, veelvuldig voorkomende geval
len van inbraak en diefstal.
In de laatste dagen bieden zich in de
verschillende garnizoensplaatsen meer dan
gëwoonlijk personen aan voor vrijwillige dienst
neming. Gebrek aan werk en lage loonen zijn
hiervan de voornaamste redenen.
Voor het luiden der klokkeu van den
Domtoren te Utrecht in deze dagen waren
telkens 30 man noodig, van welke 12 alleen
voor de groote klok St. Salvator.
Eergisterenavond kwartier over zeven werd
te Arnhem een luchtverschijnsel
waargenomen. Het luchtruim werd in het oosten
tot tweemaal toe verlicht door vuurbollen, die
in hunnen val in groote blauwe vonken, in den
vorm van palmen, uiteen schenen te spatten.
Te Spaarndam is de geheele torenklok
naar beneden gevallen.
IJ s b e r i c h t e n. Uit Noord-Bra
bant schrijft men
Welk een belangrijke schade de vorst heeft
veroorzaakt aan buitenverboawers en suikerfa
brikanten is onberekenbaar. Er zijn fabrikanten
.hier in de provincie die door de strenge vorst
zelfs twee en drie millioen kilogrammen bieten
hebben verloren, die op verschillende ladings
plaatsen lagen, en nu zelfs de kosten van
vervoer niet meer waard zijn. Men kan de
schade eenigszins nagaan als men weet dat één
millioen kilogram beetwortelen f 11000 kost,
zoodat er fabrieken zijn die deze som en zelfs
f 22000 als schade wegens de vorst hebben
geleden. Daarbij komt, dat door stremming der
scheepvaart de hulp uiet kan worden verzonden,
en deze nu zelfs door enkele fabrieken wordt
verkocht tot 50 cents de 1000 kilogram, ter
wijl bij open water dit artikel f 1 b. 1.50
opbracht.
Maandagavond zijn te Kampen gekomen
eenige schippers van vier geladen vaartuigen,
die bij Schokland in het ijs zijn gesloten. De
mannen hadden dezen tocht te voet en
over het ij s a f g e 1 e g d tot het Kamper
eilandde nood had hen daartoe gedrongen
daar zij gebrek hadden aan levensmiddelen.
De sleepboot Overijsel II stoomde Maandag
naar zee, om te trachten de schepen los te
werken en ze dan in de haven van Schokland
of naar Kampen te sleepen, doch de boot heeft
ze niet kunnen bereiken. Er zijn nu een paar
booteo naar zee, om andermaal te trachten de
vaartuigen uit het ijs te krijgen.
Eergisteren zou uit Kampen een boot vertrekken
naar Urk, teneinde de bewoners van dat eiland
van levensmiddelen te voorzien,
Te Rijsoord hebben, zoo meldt de Wage-
ninger, de Hervormden veel overlast van de
doleerenden, als zij naar de hervormde kerk
gaan. Zij worden door de doleerenden opgehouden,
soms zelfs handtastelijk, met smaad- en scheld
woorden nageroepen, enz. alles ter eere der
lieve Reformatie". Leidendorp komt hierbij
onwillekeurig in herinnering, waar ds. Clerq
met steenen werd opgewacht, en de huzaren
moesten komen om hem en de hervormden te
beschermen. En dan de kerkekamer der Nieuwe
Kerk niet te vergeten, die nog de droeve sporen
draagt van het geweld, dat daar werd gebruikt.
De Rijsoorders hebben zich te vergeefs tot
hun burgemeester gewend. Hij zorgde zoo min
als Dominé Sleeswijk Visser voor de Zondagrust.
Nu hebben zij den Burgemeester bericht, dat
zij, bij herhaling van den overlast zich tot den
officier van justitie en den Commissaris des
Konings zullen wenden om recht. Ook hebben
zij den gemeenteraad (gemeente Ridderkerk)
verzocht, in dit bezwaar te voorzien.
Een aardig gevalletje heeft te
Oosterzee plaats gehad. De dochter van de over
ledene vrouw van den landbouwer C. aldaar
en haar eersten man stelde onlangs haren
behuwdvader voor, in 't huwelijk te treden met
haren minnaar, een jong man uit Haskerdijkon.
De heer C. weigerde haar ditdoch in de
vorige week schaakt, met goedvinden van het
meisje, de jonge man zijn beminde, rijdt eerst
met haar naar Lemmer, geeft de geboden aan
en neemt haar direct maar mee naar zijne woon
plaats. De stiefvader van 't meisje geeft van
deze schaking kennis aan den Officier van de
rechtbank, te Heerenveen, met dit gevolg, dat,
als de heer C. binnen een 8tal dagen geen
toestemming geeft tot het huwelijk, de zaak
een rechtzaak kan worden. Met belangstelling
ziet men den uitslag tegemoet. Men zegt dat
het meisje eenig vermogen moet bezitten, dat
de stiefvader gaarne wil blijven beheeren, iets,
wat haar vrijer zegt ook wal te kunnen doen.
Te 's-Gravenhage, te Rotterdam, te
Haarlem, te Enschede, te Heerenveen en te
Sittard ziju biljetten aangeplakt
geworden met de woordenLeve de Republiek
Te Haarlem zijn ook biljetten aangeplakt
geworden, waarop te lezen stond: „Wee het
land, welks koning een kind is. Prediker 10
vers 16. Leve de republiek Overal werden zij
door de politie afgescheurd.
Te Breda zag men Woensdag de zeldzame
vertooning, dat een beschonken meid
door de polite naar den amigo werd gebracht
opeen driewieler.
De Eteg-rafenis van onzen
overleden Koning, Z.M. Wil
lem III, had Donderdag plaats.
Wij ontleenen hierover aan de N. Rott. Ct.,
het volgende
Bij de overbrenging van het stoffelijk over
schot van haren gemaal naar den rouwwagen
was de Koningin-Regentes in de vestibule van
het paleis. Toen de kist door de onderofficieren-
dragers naar voren werd gebracht, werd het
hulsel onmiddellijk gevolgd door de Koningin-
Regentes, ondersteund door de groothertogin
van Saksen-Weimar en daarachter de hofdames.
H. M. was geheel onder den indruk van dit
pijnlijke oogenblik.
Op de min of meer noodzakelijke bedrijvig
heid voor het paleis, verbonden aan het for-
meeren en opstellen der militaire troepen, volgden,
toen het eerste kanonschot dreunde, aandoenlijke
oogenblikken.
Men werd weemoedig gestemd, toen men den
eenmaal zoo krachtigen, nog tot in zijn ster
vensuur forschen Koning zag uitdragen uit dat
welbekende witte Paleis, onder de doffe klanken
van de rouwtrom en de treurtonen der muziek,
op welk droevig maatgeluid, begeleid door
klokgebom, de stoet zich op de bij het pro
gramma omschreven wijze in beweging stelde,
de tocht naar het historische Delft aanvangende
en vervolgende te midden van die dicht aan
eengesloten en ondoordringbare rijen, die als
het ware een tiendubbelen muur van getrouwen
vormden voor de lijkbaar van het Hoofd des
nationalen gezins.
Het was een reusachtige rouwtreiD, die door
de straten der hofdstad trok.
De divisie-generaal, aan het hoofd geplaatst
van de vergezellende militaire troepen, maakte
reeds halt dicht bij bet Huygensplein op het
oogenblik dat het vorstelijk Lijk in den rouw
wagen rustte.
Het was doodstil in de straten, te midden
van die opeengepakte menigte, toen het
garnizoen van hier en elders in den rouwpas den
weg naar Delft nam.
Het duurde anderhalf uur véérdnt het
laatste militaire escorte in de richting van
den Delfschen weg uit het oog verdween,
uitgeleid door het dagelijksch bestuur.
Op dat oogenblik weerklonk het Wilhelmus
in den rouwmarsch der schutterij.
De houding van het volk was kenmerkend.
Op de meeste punten heerschte plechtige
stilte, nu en dan atgebroken door de treurtonen
der muziekkorpsen. Bijna allen stonden bloots
hoofds, toen het lijk langs hen heen toog,
en de rijen werden ondanks het gedrang geen
oogenblik verbroken.
Te 121/4 uur kwam, met stillen trom, het
vaandel en de muziekinstrumenten omlloersd,
een half bataljon der dd. Delftsche schutterij,
onder commaudo van kapitein W. A. O. Lans,
het Oude Delft atmarchceren, oin zich langs
het „Kalverbosch," aan den Haagweg buiten
de Haagpoort, op te stellen. Daar schaarden
zich ook achtereenvolgens eene deputatie uit
de afdeeling Delft van Het Metalen Kruis
eene deputatie uit het hoofdbestuur van den
Nederlandsehen bond van oud—onderoffeieren,
en de deputatiën der afdeelingen van dezen bond
te 's-Gravenhage, Rotterdum, Haarlem, Utrecht,
Delft, Hoorn en Gennep, de meeste met hunne
banieren. Ook bevonden zich hier drie gedele
geerden van La sociéte royale des sous-officiers
beiges te Brussel. Voorts deputatiën van de
scherpschutters-vereenigingen Het Vaderland
en Dilette ei arme (ridderlijke confrérie); van
de Ned. Oranjevereeniging te Rotterdam, de
Rotterdamsche Watergeuzen, de Oranjebond nit
Den Haag en het Roode Kruis.
Bij de kerk sloot zich nog aan de Ned.
vereeniging van en voor industrieelen uit
's Gravenhage, vertegenwoordigd door drie leden.
o 7 O
Tegenover het Prinsenhof stonden geschaard
deputatien van het Delfsche studentenkorps,
het Groningsche, het Utrechtsche en het Am-
sterdamsche, mede met omfloersde banieren.
Even over twee uur bereikte het hoofd van
den stoet de grens der gemeente Delft, waar
burgemeester en wethouders den stoet opwach
ten, en de schutterij hare plaats vóór de
afdeeling mariniers innam.
De bovengenoemde deputatiën sloten zich aan
bij de deputatiën van officieren, aan het eind
van den stoet. Deze was saamgesteld geheel
zooals het in het officieel programma was
omschreven.
Eerst te 21/i bereikte de voorhoede van den
stoet de kerk, waar reeds des morgens 10 uur
vele genoodigden bijeenwaren, die zachtkens
aan in aantal aangroeiden, totdat de leden van
het corps-diplomatique er bijeenwaren met de
ministers, de ministers van staat, de voorzitters
en leden van de Eerste en Tweede Kamer,
hoofdofficieren van leger en vloot, vertegen
woordigers van den Raad van State, van den
Hoogen Raad der Nederlanden, van den Raad
van State van het groothertogdom Luxemburg
en van den Hoogen Raad van adel, grootkruizen
der Nederlandsche en Luxemburgsche Orden,
de commissaris des Konings in de provincie,
burgemeesters, enz. enz
Links van het praalgraf buiten het hek, was
eene eerewacht opgesteld van schutterij en
infanterie, onder bevel van de tweede-luitenants
Hesseling van de infanterie, en Suermondt van
de schutterij.
De wijze waarop alles in de kerk was inge
richt voor de treurige plechtigheid is reeds
vroeger gemeld; wij kunnen ons derhalve
bepalen tot de vermelding, dat zij reeds in den
voormiddag, door haren rouwtooi, het doffe
licht van de met floers omhulde gaslampen,
diepen indruk maakte, die verhoogd werd door
het in elkander smeltend geluid van de orgel
tonen, het plechtig beieren der klokken en de
doffe slagen van de kanonschoten in de verte.
Een groot voertuig had in den vroegen
ochtend eene menigte kransen aangebracht, die
om het nog altijd even prachtige monument
werden opgestapeld.
Toen de voorhoede van den stoet te 21/,
ure de kerk bereikte, schaarden zich de aanwe
zigen ter linker- en fer rechterzijde van de
graftombe, terwijl vier Delfsche predikanten
post vatten aan de opening van den grafkelder,
en de hofprediker, dr. C.' E. van Koetsveld,
meer naar voren plaats nam ten einde eene
aanspraak te houden, nadat de baar in de kerk
eene voorloopige rustplaats zou hebben gevonden.
Daarbuiten plaatste zich de militaire macht
in bataille en had alles verder plaats, zooals het
in het officieel programme werd voorgeschreven.
De kransen werden van den achter den lijk
wagen zich bevindenden wagen in de kerk gedra
gen en tijdelijk neergelegd bij de bovenvermelde
eerewacht een boog van groen en bloemen
vormende.
Door een en ander verliep een half uur. De
rouwwagen verscheen eerst tegen 3 uur 'voor
den hoofdingang der kerk, en zelfs toen verliep
er nog vrij wat tijd, eer het vorstelijke lijk,
terwijl de orgeltonen langs de kerkwandeu
ruischten, door de kamerheeren, bijgestaan door
een aantal ouderofficieren, naar den grafkelder
werd gedragen. Te midden der plechtige stilte,
plaatsten zich de herauten met hunne wun
grrs aan beide zijden van den grafkelder q
omheen schaarden zich de dragers van de aar"
derorden en de rijkssieradeo, alsmede de dr
van de slippen van het rouwkleed. Al de
rigen volgden, en in de eerste plaats de yree°je'
vorstelijke personen.
Alle aanwezigen ontvingen eerbiedig en
ontbloot hoofd het vorstelijk lijk, dat 0p
verhevenheid boven den grafkelder werd geplat
Die talrijke schare aanzienlijken uit ons 1 'a
en uit den vreemde; die bonte mengeling-
de schitterendste uniformen en officieele kleed""
drachten, gevoegd bij de plaats waar meil
bevond en de treurige reden waarom inen
bijeen was gekomen, mogen op dat ooge,,^
diepen indruk gemaakt hebben, toch trok d
prachtig getooide lijkkist met hare kransen en
bloemen, gedekt door de koningskroon s]]e
oog en bleef, zelfs te midden van het schit|e.
rende schouwspel dat de kerk toen bood, aller
blikken boeien.
Ook wat uiterlijke praal aanbetrof, eene in.
derdaad vorstelijke begrafenis.
Maar ook de kist werd van hare bloemen
en kransen beroofd, de koningskroon werd er
van verwijderd, tegelijk met het omhulsel, en
toen nu alleen de kist zelve in haren kos(b8ren
eenvoud daar boven den grafkelder stond,g
om den laatsten mannelijken telg van
van Oranje te ontvangen, nam dr. Van 1
het woord en sprak aldus
„Nog eens, o God, nog eens staan wij hier
en is weder de deur geopend van den grafkelder',
waarin de geschiedenis van ons land en vorsten.
huis, als met doodsbeenderen is geschrevennog
eens en nu helaas, de laatste uit de
lijn van Oranje.
„Toen een meer dan zeventigjarige tot hofpre
diker werd benoemd, wie kon toen vermoeden,
dat het zijn zou, om binnen 12 jaren al de5
vorsten van Oranje ten grave te brengen? De
taak is bijna al te zwaar, vooral deze laatste,
„Mijn hart is vol, mijne herinneringen over
stelpen mij. Ik heb mijnen Koning liefgehad,
en hij mij, en de liefde is niet altijd welsprekend,
„Viermalen zag ik hem daar tegenover mij,
en nu in dezen wijden kring van Vorsten
al waardeeren wij hunne belangstelling geen
eigen zoon of broeder zelfs, om te troosien. De
eenige zuster weent te huis in stilte.
„God trooste haar
„Dat juist is het aandoenlijke van deren
oogenblik. De zonen, die onzen Koning hadden
moeten opvolgen, wachten hem al lang in het
graf, en wij brengen hier onzen afscheidsgroet
aan den laatsten Oranje-Nassau. Zal het zijn
om hem te beoordeelen, zooals de oude Egyp-
tenaars hunne dooden deden Maar dat staat
aan ons niet
„De gescheidenis oordeelt den Koning;
„Maar den m e n s c h oordeelt God alleen.
„En wat zal nu de geschiedenis van dezen
Koning zeggen? Hij heeft bet langst geregeerd
van alle Oranjevorsten, il1/^ jaar, en was de
5e in regeeringsjaren van 80 vorsten van
Europa. Na de 40 jaren kon hij zeggeuMijn
volk zal van mij getuigen, dat ik mijn koninklijk
woord, gegeven bij het aanvaarden mijner «gee
ring, heb gestand gedaan." Dat woord schetste
die regeering geheel. Het Russisch bloed, dat
door zijne aderen vloeide, mocht hem doen nei
gen lot het onbeperkt persoonlijk gezag,
Koning eerbiedigde hij naar zijnen eed op de
grondwet, de wettig uitgesproken weuschenvan
zijn volk, en stelde zich boven de partijen. Het
protestantisme getrouw en met een anderen
Willem III voor oogen, handhaafde bij toe
als Koning de vrijheid van geweten, en a''er
gelijke rechten.
„En sprak hij met verrukking van ®JDS
vaders heldendaden, zou hij zelf gasrne zlJn
bloed vergoten hebben voor zijn vaderland, a s
Koning bewaarde hij ons den vrede en toon e
alleen zijnen heldenmoed door voor zijne on er*
danen zijn leven te wagen in den vfalers'JC('a
De kunsten des vredes heeft hij aangemoed1^
en al wat voor land en volk werd gedaan,
gelokt of begunstigd; het laatst nog de ontg1 W
ning onzer velden. ■■nB
„Wat al belangrijke werken zijn 0IUet, Jea
regeering tot stand gebracht, heilzame v ga
en besluiten uitgevaardigd, industrie, "®"klelne
welvaart toegenomen, en de eer van het
Nederland gehandhaafd in den vreem,\i den
hij had zijn volk lief; zooals hij 8Praf tón
aanvang zijner regeering „Ik verbind mj
een volk, grooter door deugden dan doorg
gebied, krachtiger door eensgezindheid i
zielental." „Het is een grootsche roeping
van zulk een volk Ie v"< r Sfi stem
vervolgde hij. Nog hoor ik zijne sten
bij de eerste steenlegging voor het m°"a :6
in het Willemspark „Een prins van
kan nooit, nooit te veel voor het yo -•
Nederland doen". Daarom wandelde hij00
onder ons om, want de liefde van zij11
was zijne lijfwacht. En nu, stemmen alle pa
samen in dezelfde rouwklacht,
wiedemaatschappij willen omkeeren en verw01-^.^
„Zoo hebt gij uwe taak volbracht,