MÉ- LlllÉ
Donderdag, 19 Februari 1891.
25ste Jaargang. ÏTo. 2482.
Dl faiIMD tó.
Uitgever, J. WINKEL.
Bureau: SCIIAGE1Y, Laan, D, 4.
Gemeente Schagen,
II e k e ii <1 ni a K i ii se n.
Bmnenlandsch Nieuws,
Schagen, 18 Febr. 1891.
Post kantoor Srhag en.
Lijst van brieven, geadresseerd aan onbe
kenden in de 2e helft der maand Jan. 1891.
Namen der geadresseerden. Plaatsen van bestem.
Van Schagen, M. de Boer, Oudewater.
Dit blad verschijnt tweemaal per week: Woensdag- Zater-
dagavond. Eij inzending tot 's middags 12 ure, worden ADVER-
TENTIÉN in het eerstultkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN èén dag vroeger.
Prijs per jaar f8.Franco per poBt 8.00.
Afzonderlijke nummers 5 Oents.
ADVERTENTIËN van 1 tot S regels f0.25; iedere regel meer 6 ets
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend
Burgemeester en Wethouders van Scbagen,
brengen, ter voldoening aan de deswege bestaande
voorschriften, ter algemeene kennis, dat gedurende
dertig dagen, aanvangende met den 23en Februari
as., ter Secretarie aldaar, voor ieder ter inzage
zal worden gelegd, de door Heeren Gedeputeerde
Staten van Noord-Holland ontworpen ligger, be
trekkelijk den Tweeden Toegangsweg naar het
Spoorwegstation in de gemeente Schagen.
Bezwaren daartegen kunnen, gedurende even
voormeld tijdsverloop, schriftelijk worden inge
diend ter Secretarie der gemeente bovengenoemd.
Schagen, 13 Februari 1891.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
C. H. BEELS,
de Secretaris,
DENIJS.
Wahlen, Helder.
Van Petten, R. de Ruiter, Akkrum.
Roman van A. VON KLINCKOWSTRöM
34.
TWAALFDE HOOFDSTUK.
2 (jn laatste wensch.
„Tina was altijd mijn lieveling," vervolgde
Hans. „Het zou voor mij een zeer treurige ge
dachte zijn, wanneer zij in haar leven ongeluk
kig zou moeten worden. Wat zoudt gij er van
zeggen, Wesberg, wanneer ik u vroeg, haar te
trouwen? Vooraf aangenomen, dat gij geen andere
liefde in het harte draagt. Zij zou u zeer geluk
kig maken, zij heeft daartoe de gegevens en een
zeer opofferend en beminnenswaardig karakter.
Herinnert gij u, dat ik u eens in Amerika ik
denk, dat bet te Valparaïso was van den dood
redde Gij spraakt toen veel van eeuwige dank
baarheid, zeidet, dat gjj mijn schuldenaar bleeft,
dat ik van u verlangen koD, wat ik wilde, en
dergelijken onzin Dog meer. Wanneer ik u nu
daaraan herinner, wanneer ik nn werkelijk van
u als een ofier van dankbaarheid verzoek, dat
gij mijne zuster gelukkig maakt, wat zoudt gij
dan zeggen Ik ben een stervende man en heb
niet veel tijd meer voor mij. Al snijdt men nog
zooveel van mij af, het belpt tocb niets meer,
ik ben er van verzekerd, dat ik er aan gelooven
moet; daarom zult gij bet mij vergeven, dat ik
rondborstig met n spreek, en zult gij met mijn
laatsten weusch rekening houden, dat wil zeggen,
wanneer gij kunt, wanneer uw hart nog vrij is;
want ik zou niet willen, dat gij met een andere
ia bet hart, mijn lief zusje naar het altaar
voerdjt."
llais zweeg een oogenblik. Zijne krachten
schenen uitgeput en hij wachtte op eenig antwoord.
„Als pij wist, hoe zwaar het mij valt, uwen
wensch r. et te kunnen vervullen," zegt Wesberg
zacht. „Niemand kan van de voortreffelijkheden
nwer zuster levendiger doordrougen zijn dan ik,
en als ik haar gelukkig maken kon en mocht,
hoe gaarne zou ik dat doen I Geloof mij, ik lijd
dubbel ODder de noodzakelijkheid, aan dezen
wensch van n niet te kunnen voldoen, omdat ik
niet weet, op welke andere wijze ik mijn schuld
der dankbaarheid jegens u zal afdoen, maar ik
ben niet in staat
„Gij hebt een andere lief?"
„Ja."
Er ontstaat een lange pauze, daarna draait
Huns het hoofd naar den muur, als wilde bij de
uitdrukking van bittere ontgoocheling, welke op
De openbare uitvoering door oDze G v m-
nastiek— en Schermvereeniginz
„Lycurgus" jl. Zondagavond in het Noord-
Hollandsch Koffiehuis gegeven, werd door een
talrijk publiek, waaronder velen uit omliggende
gemeenten, bijgewoond.
Behoudens de gebruikelijke „ongelukjes",
welke met elke gymnastiek-uitvoering gepaard
gaan en alleen het gevolg zijn van de meer
of mindere zenuwachtige oplettendheid van
dezen of genen, valt de uitvoering over het
geheel te prijzen.
De voorwerkers, de leden Koster en Rogge
veen, kweten zich met den besten uitslag van
hun taak en verwierven door accuraatheid,
vastheid en eenvoudigheid van oefening terecht
den bijval.
Wat aangaat „De Adspiranten-afdeeling"
zij waren hun leider, den heer Th. Roep, lot
eer en bewezen het voordeel wanneer men jong
den gymnastiek beoefent. De oefeningen dezer
afdeeling waren een voorbeeld van stipte oplet
tendheid en gymnastische nauwgezetheid.
Ook de oefeningen der jougens en meisjes,
welke laatste door de hoepeloefeningen een aller-
gezelligsten indruk maakten, voldeden uitermate.
Wij wenschen „lycurgus" toe dat deze uit
voering haar streven „de uitbreiding der
beoefening der Gymnastiek", moge bevorderlijk
zijn en haar ledental steeds toeneme.
Bij gelegenheid van zijn 25-jarig jtthilé
als ambtenaar ter posterijen ten kantore Schagen,
zijn gelaat zich afspiegelt, voor de beide anderen
verbergen, en zegt in zich zeiven: „Dat doet mij
leed. Het was mijn laatste wensch. Ik zou zoo
gaarne één wezen op de wereld gelukkig gemaakt
hebben."
De beide anderen weten niet, of hij ingeslapen
is, hij ligt zoo onbewegelijk stilzij wageu bet
niet, zich te bewegen. Na hetgeen zooeven is
voorgevallen, durven zij niet eens elkander aan
zien. Alice beeft de handen voor het gelaat
gedrukt en blijft in die houding zitten, misschien
wel om de tranen terug te duwen, welke zich
in bare oogen drongen.
Togen den morgen wordt de zieke eensklaps
onrustig. Hjj verlangt te drinken, en als Aliee
hem het verlangde toereikt, richt bij zich mot
het bovenljjf een weinig op, tast een jaar maal
om zich in de lucht en valt dan achterover,
zonder het glas aangeraakt te hebben.
Zij buigen zich over bem. Wesberg snelt naar
het venster, om de gordijnen weg te trekken en
het daglicht op bet bed te laten vallen. De eerste
stralen der opgaande zon dringen binnen en be
schijnen de reuzengestalte, die nog enkele dagen
geleden vol levenslust en levenskracht was ge
weest.
Alice is naast het bed op de knieën gevallen
en spreekt duisterend een gebed uit, maar de
slapende man boort die vrome woorden niet
meer. Hans heeft het donkere pad betreden,
van waar geen wandelaar terugkeert.
DERTIENDE HOOFDSTUK.
Een nieuwe loopbaan.
Hot is alles voorbij. Men heeft het stoffelijk
overschot van den overledene grafwaarts gedragen,
en van de zijde zijner Berlijusche vrienden nam
bijna niemand aan deze plechtigneid deel. Het
gerucht van het politieke misbruik van vertrou
wen, betwclk Hans had begaan, was in wij
der kring bekend geworden. Lemmburg, die
radeloos was over dit tragisch verloop, hetwelk
de verwonding bad genomen, hield zich uit
kieschheid terug, zat neerslachtig in zijn huis eu
wachtte de gevolgen af, welke er noodzake
lijkerwijze uit deze zaak voor hem moesten
voortvloeien, en alleen Lindmar, die nooit een
schuld bewezen achtte, voor niet het laatste
overtuigende bewijs geleverd was, volgde met de
familie het ljjk.
De lamilie Eisenrott was met uitzondering van
Trnida Müllberg voltallig verscben n. Het was
voor de oude menschen een barde slag geweest,
toen Tina's telegram hen er mede in kennis
stelde, dat Hans tengevolge van een beroerte I
was overleden. H(j had hen bij zijn leven veel j
werd Maandag 11. jegens onzen plaatsgenoot,
J. V. Scheijen, door den Directeur en de mede-
postambtenaren met eenige stoffelijke blijken
hunne belangstelling betoond. Naar wij verna
men, ontving de geachte jubelaris van talrijke
ingezetenen blijken van belangstelling in deze
voor hem zoo heuchelijke gebeurtenis.
Wie in jaren niet in Barsingerhom
is geweest en in den aanstaanden zomer deze
aloude plaats weer eens komt terugzien, zal
groote veranderingen kunnen opmerken.
Van de Oosterbrug tot aan den Zaagmolen
staan aan de noordzijde van den weg stevige
jonge iepeu geplant en tot de Korte Snevert
zal dit voortgezet worden. Ook zullen de ber
men langs Mieldijk, Hemmerweg en Leekerweg
beplant worden. Ten gerieve der schippers zijn
op de kade van den Kaagpolder langs de Mient,
overal opstapjes geplaatst aan de hekken, die
de landerijen en erven, die aan dat boezem
water gelegen zijn, van elkander scheiden.
In de vorige week is ook een aanvang ge
maakt met het slootwerk ter afsluiting en ver
breeding van de Schringkaagkade, ineer alge
meen bekend onder den naam van „de Klornder
kaai" (niet „Ganzepadje," zooals eenigen tijd
geleden ten onrechte door een geestige onbe
kende is beweerd dat het heette). In plaats
van het oude voetpad met zijn smalle straat,
zal er dus weldra een rijweg loopen over de
polderkade van Barsingerhom naar Kolhorn.
verdriet berokkend, maar zij bezaten slechts dezen
eoneu zoon en waren nu geneigd, ter wille der
herinnering aan de vreugde, welke zijn leven
hon eens bereidde, de ontelbare uien van ver
driet, welke zij zijnentwege doorleefden, te ver
geten.
Mijnheer von Eisenrott had sedert het eerste
bericht, hetwelk meldde dat zijn zoon zwaar
gewond was, er geen oogenblik aan getwijfeld
dat hij hem verliezen zou, en met stille onder
werping de vervulling zijner vrees tegemoet
gezien zijne vrouw echter verloor bij de doods
tijding al hare bedaardheid. Hoe dikwijls had zij
op Hans gesmaald en gescholden en hem een
dorren twijg van den ouden stam genoemd, en
nu zij bem bad verloren, bekende zij zich zelve
voor het eerst, welke verwachtingen zij op hem
bad gebouwd, met welke wel is waar egoïstische
lieldo zij aan bem gehecht was geweest.
Toen men zich gereed maakte naar Berlijn to
vertrekken, had taute Henriette ook eensklaps
haar koffer laten brengen en verschetD zij tot
verbazing liarer bloedverwanten in hoed en reis
mantel, naar de mode van eeu reeds lang ver
vlogen tijdperk, in hun midden.
„Waarheen wilt gjj?" vroeg mijnheer von
Eisenrolt zijn zuster.
„Naar Berlijn natuurlijk, waarheen dan anders?
Gij zult mij toch wel vergunnen, de rouwplech-
tigheid bij te wonen
Meo wist niet goed, boe men zich deze zon
derlinge deelneming zou verklaren, want Hans
was altijd door tante berispt geworden; maar daar
het zoo haar wil was, schikte men zich cr naar.
Wesberg en Tina haddcD alle noodzakelijke
maatregelen reeds genomen, toen de familie in
Berlijn aankwam, zoodat voor deze alleen de
regeling der persoonlijke aangelegenheden van
den overledene overbleef, oen taak, met welke
men dadelijk na de begrafenis begon en die geen
kleine scbeen, wanneer men dacht aan do onbe
grensde zorgeloosheid, met welke Hans al zijne
zaken placht te verrichten.
„Geef mij de boeken der huishouding, kind,"
zeide de oude heer tot zijne schoondochter, „op
dat ik een overzicht bekome van datgene, wat
gij in bet laatste jaar hebt verteerd en wat er
nog betaald moet worden."
Huishoudboeken 1" herhaalde Alice verbluft.
„Die hielden wij er niet op na. Moet men die
dan hebben Wanneer men ons rekeningen pro-
senteerde, betaalde ik ze, en als ik geeD geld
bad, dan gaf ik ze aan Hans. Wel is waar weet
ik niet, ot die ze dan ook altijd betaald heeft.
Het bedrag der rekeningen was elke maand ver
schillend."
In den polder Waard zullen dit jaar
niet halt zooveel suikerbieten worden gezet als
het vorig jaar. De uitkomsten waren dan ook
minder bevredigend dan in 1886.
Dezer dagen had, na afloop eener kerke
lijke plechtigheid, eene bijeenkomst van verwan
ten en vrienden ten huize van de wed. K. te
Heer Hugowaard plaats. Door het gebruik
van briquetkolen in stoven werd van de vrouwen,
die afzonderlijk in een vertrek zaten, het grootste
aantal zoozeer ongesteld, dat zij bewust e-
1 o o 8 uit de kamer gedragen werden en krach
tige hulp slechts grooter onheilen kon verhoeden.
De gemeenteraad van Alkmaar verleent
een bijdrage van f 40.000 voor den aanleg van
een lokaalspoorweg Alkmaar Hoorn.
Toen de Minister Havelaar Zaterdag 1.1,
weder naar Urk trachtte te stoomen, geraakte zij
zoodanig tusschen het ijs gekneld, dat het haar
slechts met moeite gelukte in open water te
komen. De boot bekwam daarbij eenige averij,
waardoor zij genoodzaakt was den terugtocht
te aanvaarden. De Zuiderzee is vol drijfijs.
Het voornemen is om de Stedenwet
nn athandeling van de staatsbegrooting in de
afdeelingen van de Eerste Kamer te onderzoeken,
welke dan medio Maart zou vergaderen voor
de openbare beraadslaging over dat voorstel.
Het kanaal Dieren Apeldoorn is nog
steeds met eene ijskorst bedekt.
Mevrouw von Eisenrott sloeg de handen ineen.
Geen boeken had men zoo iets wel ooit ge
hoord En tante Henriette, die stil had toege
luisterd, lachte in zich zelve. Zij Bloeg de jongp
weduwe oplettend en scherp gade, gedeeltelijk
uit nieuwsgierigheid, gedoeltelijk uit eenu belang
stelling, welke zij anders de leden harer familie
niet gewoon was te betoonen. Zij vertoonde get-ne
vertwijfeling, welke zij niet gevoelde, noch toonde
zij zich onverschillig, zooals hare schoonmoeder
beweerde, dat zij was. Alle bitterheid, welke zij
in den laatsten tijd van haar huwelijk jegens
Hans gekoesterd beeft, was nu verdwenen. Zij
bewaarde zijn aandenken op zusterlijke wijze,
maar zij verbeelde zich zelve niet, dat zijn dood
met één slag verwikkelingen bad ontbonden, die
anders nog de verst gaande moeielijkheden na
zich gesleept zouden hebben.
De geldelijke verwarring bleek erger nog te
zijn, dan men het gevreesd liad. Niet alleen, da!
Alice's klein vermogen onherroepelijk weg was,
maar er kwamen ook nog allerlei persoonlijke
schulden voor dpn dag, welke Hans hier er daar
had, vorderingen van zeer soliede, eerlijke firma's,
die volkomen in haar recht waren en betaald
moesten worden. Mijnheer von Eisenrott raakte
letterlijk zijn hoofd kwijt. Hij had zich Hans'
lichtzinnigheid toch niet dusdanig voorgesteld;
maar het was kenschetsend voor de meening.
wel-e hij koesterde van het karakter zijns zoous,
dat hij aan diens onschuld ti r zake van het
noodlottige artikel in de Nieuwe Duitsche Pers.
trots Wesberg's verzekering niet geloofde en dooi
zijn aanhoudend smeeken Lindmar zooier bracht,
bet strafproces tegen de redactie van dat blad tc
laten vallen, uit vrees, dat zijn goedeu naam in
een openlijk proces met slijk bespat en de
nagedachtenis van den overledene in een hatelijk
daglicht geplaatst mocht worden.
De groote woning werd dadelijk opgezegd en
een verkooping der meubels gehouden. Dit alles
gebeurde mot goedvinden van Alice, die alleen
de noodzakelijkste meubelen voor eon kleine wo
ning aanhield.
Zij had gehoopt, dat de opbrengst der ver
kooping haar in staat zou stellen, de som, welke
zij bad afgenomen van Herrling's deposito, terug
te geveo. Het bewustzijn, dat zij zijne sctiuldenares
en aan hem verplicht, ja in zeker opzicht gebon
den was, brandde haar als vuur op de zi-1 en
zij schaamde zich en had den moed niet ten deze
aau iemand baar vertrouwen te schenken.
VORDT lEKfOLhD