Gemengd Nieuws. men een kustlichttoren, het fort Kijkduin en de algemeene begraafplaats met een gedenkteeken, gewijd aan de slachtoffers der Adderramp. De gemeente Helder, biedt fraaie verge- zichten aan, en de voortreffelijke haren fHet Nienwediep', met oorlogsraartuigen eo in de onmiddelijke nabijheid de maritieme inrichtingen van Willemsoord zijn de bezichtiging ten rolle waardig. Het Weerkundig Observatorium en de forten en kustbatierijen verdienen, even als Rijks werf en Kon. Instituut v. d. Marine, in groote mate de algemeene opmerkzaamheid. Tot hoofd der school No. 3 te Heer- Hugowaard is benoemd de heer G. Sieffers, onderwijzer, aldaar. Terwijl de huisschilder R. te Benning- broek, bezig was de guteD der kerk te verwen brak de hooge ladder en viel hij naar beneden. Meer dan wonder kwam bij op zijne beenen terecht; hieraan had hij het zeker te danken dat hij er bijna zonder letsel afkwam, en al leen de voeten eenigzius gekwetst werden, zoo dat hij spoedig zijn werk weer zal kunnen hervatten. Op den 1 Juni te Opmeer gehouden paardenmarkt werden aangevoerd 190 paarden. De handel was niet levendig, vooral niet in werk paarden daar er voor deze nog weinig werk is. Verleden jaar waren er bijtia 300 paarden ter markt aangevoerd. In den omtrek van Beverwijk en Heemskerk zijn, naar Sempervirens verneemt, verscheidene teelders genoodzaakt geheele hoeken aardbeziën op te ruimen en den grond met groenten te bezetten, ten gevolge der verwoestingen, daarin door den afgeloopen zwaren winter aangericht. Een groot verlies voor velen van hen, die toch al een zwaren strijd om het bestaan moeten voeren. Een huisbaas, te Bovenkarspel, die den wettelijken weg om zijn huis bij denrwaardcrs- exploit te doen ontruimen, misschien te omslach tig toeleek, koos zich zelve daarom een meer practisch, doch zeker minder gerechtvaardigd middel. Hij ging n-1. zijn huis bombardeeren en wierp met steenen en brokken puin van ongeveer een kubieken voet groot de glazen in, zoodat de ramen aan splinters met de steenen naar binnen vlogen. De bewoners op lijfsbehoud bedacht, ont vluchtten het huis. Daarna spijkerde de eige naar de ramen, waarvan geen roed is heel ge bleven, dicht en nagelde ook de deur vast, na dut hij bij gratie den bewoners gelegenheid gaf hun inboedel weg te halen. Het is mijn eigen huis beweerde hij, ik mag er dus mede doen wat ik verkies. Het verdreven huisgezin zit nu in de open lucht. Een brigadier der Rijksveldwacht was getuige van '1 feit, doch 't is niet bekend of van 't gebeurde proces—verbaal zal worden opgemaakt. De geneeskundige Inspecteur van Noord- Holland schrijft onder dagteekening van 15 Mei in bet Weekblad van het Tijdschrift voor Geneeskunde het volgende tNaar aanleiding van het voorkomen van acht gevallen van pokziekte te Amsterdam, acht ik mij verplicht de aandacht der genees kundigen te vestigen op het groot aantal nog ongevaccineerde kinderen en nooit gerevacci- neerde personen. Ik reken op hunne medewerking om de vacciuatie te bevorderen en tot revacci- natie aan te sporen", Daar de pokken in de gemeenten Stad- Almelo en Almelo epidemisch verbreid zijn, beeft de Commissaris des Konings in Drenthe de gemeentebesturen heriunerd, dat thans mins tens eenmaal 's maands in de verschillende gemeenten gelegenheid moet gegeven worden tot kostelooze inenting en herinenting. De Kampioen deelt mede, dat twea Amsterdamsche heeren mr. C. A. Beels en Bastet per rijwiel door Duitschland en Tyrol naar Yenetie rijden. De heer Otto Cohen had hen tot Stuttgart vergezeld. Zij hadden toen reeds een afstand afgelegd van 689 kilometer in den tijd van zeven dagen. Naar wij vernemen, zal tijdens het bezoek van den Keizer van Duitschland te Amsterdam een bataljon jagers aldaar dienst doen, terwijl ook de cavalerie te Amsterdam met 2 escadrons. uit 's-Hage zal worden vermeerderd. Naar Hdbl. verneemt, zal het Duitsche eskader in den morgen van den len Juli, des nachts te 2 uur, te ÏJmuiden binnenvallen. Het keizerlijk gezelschap zal daar de Hohenzollern verlaten, en zoo de tocht te water vervolgd wordt, overgaan op de Yan Galen. Dit schip vaart dan des ochtends op, in dier voege, dat meniegen 10 uur in den morgen in heUJ voor de stad is. De heer Treub zou Zondagmiddag voor de kiezers te Beetsterzwaag optreden. Daar er evenwel geene hoorders kwamea, ging de lezing niet door. Door den agent van het Ministerie van Financiën wordt medegedeeld, dat dezer dagen ontdekt zijn drie in omloop geweest zijnde val- sche muntbiljetten van (10 var. den tegenwoor- digen vorm, alle genommerd K 02772. Zij zijn met bet bloote oog van echte muntbiljetten te onderscheiden door het papier, dat bij de valsche harder is en zonder watermerk; ook is de kleur lichter dan van de echte muntbiljetten de bewerking is minder zorgvuldig, de letters zijn zwaarder en minder genuanceerd; de woor den tien gulden zijn op de echte biljetten don kerder van kieur dan de rand, in de valsche zijn beide kleuren gelijk; ook zijn de valsche biljetten iets grooter dan de echte. Donderdagmorgen kwam het personeel van den heer Bolt, aan 't Damsterdiep te Groningen, tot eene allertreurigste ontdekking. Op het land nabij de veestallen n.1., hoorde men een aanhou dend gekerm, en toen men onderzocht vanwaar dit gekerm kwam, bleek dat het klagelijk geluid opsteeg uit eene gesloten haverkist, welke daar aanwezig was. Toen het deksel opengedaan was, vond men daarin een man, erg uitgeteerd en vermagerd vervuild en verzwakt, in een allerbe- klagenswaardigen toestand. Nadat de politie hiervan onderricht was en zij bij deze enge woning was verschenen, poogde men den man uit zijne hachelijke positie te verlossen. Deze was echter zóó uitgeput, dat hij zich niet opbeuren en men de kist moest omkeeren om hem er uit te krijgen. De heer dr. Reijenge werd te hulp geroepen, die onmiddellijke opneming in het Academisch ziekenhuis noodig oordeelde, wer- waarts hij dan ook per brandcard vervoerd werd. Hier overleed hij spoedig. De ongelukkige was zekere Warner Crol, af komstig uit Appingedam, waar ook nog drie kinderen van hem wonen. Hij was weduwuaar en 45 jaren oud. Sedert drie jaren was hij in Groningen een zwerveling zonder middel van bestaan. Men schrijft uit Zevenwoude: De zoo zeer gevreesde varkensziekte heeft in Friesland weder haar intrede gedaan. Drie varkens van den veehouder J. Hepkema te Doniaga bleken aangetast ze werden op last der autoriteiten verbrand. Dit zijn de eerste gevallen welke dit jaar in Friesland voorkomen. Een geluk dat de varkens goedkoop zijn en de schade niet zoo groot is als in 1889 toen duizenden varkens aan deze ziekte bezweken. Yele boeren hebben hunne varkens met stof van Pasteur laten enten. Een duur plezier. Een rijk heer, die te Steenwijk logeerde, speelde met een hond doch ouder het apporteeren had hij het ongeluk zijne beide gouden ringen, 1 gladde met van biunen 7 initialen en 1 met diamant, samen ter waarde van ongeveer f 900 te verliezen, waarvoor die heer thans, bij advertentie, aan den eerlijken vinder f 40 als belooning voor de terugbezorging uitlooft. De groote harddraver ij paarden onder den man of voor sulkej, naar keuze, te Winsum-Obergum, zal 27 Juni gehouden worden om prijzen van f 400, f 150, f 60 en f 40. De pikeur, die twee achtereenvolgende jaren den lsten prijs wint, ontvangt een champion-cup ter waarde van f 200. Een zestienjarig dienstmeisje te Zwolle, dat een postwissel van 14 gulden voor hare meesteres moest innen, vervalschte dien door er 24 van te maken. Het bedrog werd bij aanbieding op het poskantoor ontdekt en de wissel dus niet uitbetaald, van de zaak is door de politie proces verbaal opgemaakt. Te Nieuwleusen woedde Zaterdag middag een hevig onweder. De bliksem sloeg in een boom, verbrijzelde dien en doodde eene der drie zich daaronder bevindende koeien van de weduwe K. P. Vtrslag der vergadering van den Raad der gemeente SCHA GEN, gehouden op Bintdag, 2 /#»»1891, de* morgens ten 10 ure. Afwezig was de heer Jb. Stammes. Na lezing en goedkeuring der notulen, werd mededeeling gedaan van drie missieves van HII. Gedep. Staten, waarbij goedkeuring werd verleend aan de Suppletoire begrooting, aan het besluit tot af- en overschrijving en aan de overschrijving uit de post onvoorz. uitgaven, allen ten behoeve van den dienst 1890. Yan den opzichter ter gemeente-begraafplaats, J. Root, was ingekomen een verzoek, dat, nu zijne tegenwoordige woning hem is opgezegd en hij geen geschikte woning kan vinden, van gemeentewege voor hem eene woning worde gebouwd, voor den huur waarvan adr. f 5. per maand van zijn salaris wil afstaan. B. en W., in beginsel aannemende de wen- schelijkheid, dat gemeente-ambtenaren van ge meentewege worden voorzien van een woning, adviseeren in dit speciale geval tot voldoening aan hel verzoek van adr. Evenwel achten B. en W. het niet gewenscht, die woning te doen bouwen op het terrein der tegenwoordige be graafplaats. Ten eerste zouden ter verkrijging der vereischte ruimte een 50-tal kleine en 2 groote boomen gerooid moeten worden. Boven dien moet niet uit het oog worden verloren, dat wanneer een nieuwe titularis moet worden benoemd, zulk een persoon dan wel eens een groot gezin ksn hebben, wairdoor een bedrijvig heid op de begraafplaats zou kunnen ontstaan, welke daar niet behoort. B. en W. willen pogingen aanwenden, in de nabijheid van de begraafplaats een geschikte woning hetzij door aanbouw of aankoop te verschaffen. De heer ffRoggeveen Cz. is het niet eens met het beginsel: dat van gemeente-wege aan gemeente-ambtenaren een woning zou behooren te worden verstrekt, en acht het evenzoo ondoenlijk een woning te bouwen op het ter rein der begraafplaats. Spr. meent, dat het bezit van gemeente-eigendommen niet zoo bijzonder gewenscht is met het oog op de gemeente-fiuantiën. De Voorzitter, Mr. C. R. Beels, gelooft dat in dit geval het verhuren dat ishet innen van de huur al zeer gemakkelijk zou geschieden, immers de jaarwedde van een gemeente-ambtenaar zou daarnaar geregeld worden, en bedraagt de jaarwedde van Roos nu f 200dan zou liet worden: f 140 benevens vrij woning. Spr. meent, dat er juist zeer veel voor is, aan de gemeente—amb tenaren van gemeentewege eene geschikte woning te verschafTen, daardoor zouden die ambtenaren ook niet meer blootstaan aan het ^opslaan van de huur" door een minder gemakkelijken huisbaas. De heer C. J. Plomp is van oordeel dat de opzichter der begraafplaats moet wonen, zoo dicht mogelijk bij de begraafplaats, dat is in het publiek belang. Elk, die het verlangt, moet ten allen tijde toegang tot de begraafplaats kunnen verkrijgen. Het bezoeken der begraaf plaats moet belanghebbenden gemakkelijk worden gemaakt. Bezwaren in dit geval moeten dus achterstaan bij het publiek belang. Spr. gaat dus in zooverre met het voorstel van B. en W. mede. Met betrekking tot het bouwen meent spr. dat de woning met den achtermuur naar de begraafplaats gezet kon worden; werd dan de sloot gedempt en het terrein opgehoogd, dan zou men van de bewoners nimmer eeuigen last kunnen hebben. Wenschelijker acht spr. het, dat aan de andere zijde een gedeelte van het aan den heer Smit beboorend land, aange kocht en daarop een woning gebouwd werd. Dan woont de opzichter vlak bij de begraaf plaats en toch afgescheiden. Spr. zou wenschen dat door B. en W. daarvoor een nader onder zoek werd ingesteld. B. en W. verklaren zich uitmuntend met het voorstel van den heer Plomp te kunnen vereenigen. De heer J. v. d. Maaten heeft bezwaar tegen het bouwen en beweert dat de kosten daarvan veel te hoog zullen loopen. Spr. gelooft dat bijv. het perceel Kossen billijker te koop zijn. Wordt nu aan B. en W. opgedragen verder onderzoek in deze in te stellen. Ingekomen een missieve van Ged. Staten, behelzende eenige opmerkingen omtrent de in een voorlaatste vergadering vastgestelde politie verordening. Wordt besloten de wijzigingen, ingevolge voorstel B. en W. over te nemen, en de ver ordening, aldus gewijzigd, vast te stellen. Wordt door B. en W. voorgesteld het aantal hooistekers van twee uit te breiden tot op vier, elk tegen een salaris van f 25. Alle leden, overtuigd zijnde, dat twee personen onmogelijk voldoende controle op den hooibroei kunnen houden, wordt dit voorstel aangenomen en wordt evenzoo de instructie der hooi stekers gewijzigd, naar een concept van B. en W. Worden benoemd tot leden van het stem bureau, hetwelk moet vaceeren bij de verkie zing van een lid der 2e K. der St. G., de heeren v. d. Maaten en Plompen tot hunne plaatsvervangers, de heeren Asjes en Hopman. Tot leden voor het stembureau, te vaceeren bij de in Juli a s. te houden verkiezingen van gemeenteraadsleden aftredende leden zijn de heerenSmit, Stammes en Voorma* worden gekozen, de heeren Asjes en Govert, en tot hunne plaatsvervangers de heeren Rog geveen en Kooi. Alvorens over te gaan tot de algemeene rond vraag, deelt Voorz. mede, dat o. m. is inge komen een reclame van den heer G. Dorbeck, op den Hoofdeüjken Omslag, met verzoek, dat zijn reclame door den raad in het openbaar zal worden behandeld, ten einde adressant de discussie kan bijwonen. Voorz., mr. C. H. Beels, wijst er op, dat het in opgemeld adres verlangde in strijd is met alle plaatselijk gebruik, ten opzichte van de behandeling van reclames op den Hóófde- lijken Omslag. De gemeentewet gebiedt het wel niet juist dat dergelijke zaken en comité be handeld moeten worden, doch de gemeentewet ontzegt aan den raad ook niet het recht zal daartoe. Het komt spr. voor dat het niet aangaat reclames tegen d;n Hoofdelijken Omslag in het openbaar te behandelen en wenscht spr.ook nu niet daarvan af te wijken. De heer C. J. Plomp wijst er op, dat de vaststelling van den Hoofdelijken Omslag wel mede tot de zwaarste taak van den raad behoort, en niettegenstaande bij die vaststelling elk raadslid zijn best doet de rechtvaardigheid te betrachten, leert toch de ondervinding, dat zij onwillekeurig falen. De raadsleden kunnen nu eenmaal niet alles weten. Eigenaardig vindt de heer Plomp het, dat sommigen altijd beweren dat zij te hoog en dat anderen te laag zijn aangeslagen, en de meesten der klagers zijn onkiesch genoeg te beweren, dat wij, raadsleden, dat doen te kwader trouw, en het ons eenig doel is, hen te treffen. Allertreurigst vindt spr. het. dat die men- schen zich zoo uitlaten, en daardoor bewijs leveren, dat zij zijn, menschen met weinig kennis van zaken. Elk, die op de hoogte der zaak is, zal moeten getuigen, dat het vast stellen van den Hoofdelijken Omslag nu eenmaal niet te doen is, zonder daarbij fouten te begaan. Spr. is het volkomen eens met den voorz. en wil geen publieke behandeliug. Wat voor nut zou het ook doen, vraagt spr., dat adr. dan zou hooren wat er over andere aangeslagenen wordt gezegd? Zou ook bij eene openbare behandeling van dergelijke punten, de kieschheid niet ons verplichten te zwijgen in het openbaar, wat wij bij een geheime zitting wel zouden kunnen zeggen? Een openbare behandeling zou zelfs aan de betrachting van recht en billijkheid schaden. Met algemeene stemmen werd dan ook besloten, de reclames op den H. O. te blijven behandelen in geheime zitting. Bij de nu volgende rondvraag wordt door den heer C. J. Plomp er op gewezen, dat op marktdagen door de marktbezoekers de passage wordt belemmerd, door zelfs op de loopstraat vee te plaatsen terwijl op het achtergedeelte van het marktplein nog voldoende ruimte over is. Spr. wenschte dat in dit ongerief zoo mogelijk werd voorzien. De heer Asjes wees er op, hoe eiken Don derdag, na afloop der markt, de marktplaats met vuil bedekt bleef leggen en achtte het gewenscht, dat in het schoonhouden der markt plaats te dien opzichte verbetering werd aange bracht. Voorz. doet toezegging omtrent de belemme ring der passage te zullen overleggen met den marktmeester, en ten opzichte der markt-reini- ging den betrokken ambtenaar op te dragen, gestreng daarop toe te zien. De heeren Hazeu en Kooi wijzen op het onvoldoende schoonhouden o. a. der sloot op de Laan en verzoeken strenger toezicht daarop. Hierna ging de raad in Comité ter behande ling der reclames op den H. Omslag. een Vergadering van den gemeenteraad van de ZIJPE gehouden den 2 Juni 1891, Tegenwoordig 9 leden. Afwezig met kennisgeving van verhindering, de heeren Paarlberg en Van Beusekom. Na de opening der vergadering door den voor zitter, legt het nieuw benoemde lid, de heer Waiboer, in handen van den Voorzitter de be lofte af, en neemt zitting na de geluk wenschen van den voorzitter en zijne medeleden te heb- ontvangen en een woord van dank te hebben gesproken. Alsnu wordt overgaan tot lezing der notul- len van de vorige vergadering welke worden goedgekeurd. Daarna worden tot leden van het stembureau voor de verkiezing op 9 Juni a. s. benoemd, de heeren: Nobel en Tan Beusekom, en tot plaatsvervanger, de heer De Wit. De gewone rondvraag niets opleverende, sluit de voorzitter de vergadering, om over te gaan in Comité tot het behandelen van een tweetal reclames op den Hoofdelijken Omslag. Een even rijke als schraapzuchtige zonder ling leidt in Pankow (bij Berlijn) een treurig en ellendig bestaan. Dit is de 75-jarige rentenier J., die voor ongeveer 30 jareu uit Hongarije kwam en zich daar vestigde. In de belasting is hij naar een kapitaal-bezit van tweehonderd vijftig duizend mark aangeslagen. Deze zoo welgestelde man leeft echter nog armoediger dan de armste bedelaar. Hij bewoont slechts een klein dakkamertje, waarvan het meubelair uit niets anders bestaat dan uit eene lange oude kist, die met lompen en papier is gevuld en voor bed dient, benevens een commode, welke geen enkele lade meer bevat. Stoken doet hij nooit, al is het ook nog zoo koud. Grijpt de kou hem te veel aan dan slaat hij, zich den ouden paardendekens om de schouders, die hem ook 's nachts tot dek dienen. Nooit mag iemand dat vertrek binnenkomen. De brieven- i besteller brengt hem eiken dag drie couranten,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1891 | | pagina 2