i
Zondag 11 October 1891.
35ste Jaargang. ITo. 2558.
I
d
Gemeente Schagen.
It e k e n d m a k i n g* en.
Binnenlandsch Nieuws.
De erfgenamen van AlteibraL
Uitgever, J. WINKEL.
Bureau: 8CH4BEI, Laan, I), 4.
wit 8cliaap,
Schagen, 10 October 1891.
Roman van O. E L S T E R.
Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- Zater-
d ag avond. Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden AD VER-
TENTIËN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STOKKEN één dag vroeger.
Prijs per jaar f3.Franco per post 3.80.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels f0.25; iedere regel meer 5cts
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend
POLITIE.
Ter Secretarie dezer gemeente worden inlich
tingen verzocht omtrent een op de markt van
Donderdag 8 dezor vermist
met een groen mork in den nek, en op het schott.
Ten voordeele der Kindervoeding
aan de Openbare Lagere School alhier, gedu
rende de wintermaanden, zal door den heer
Th. Reep met de verschillende klassen van
zijnen Gymnastie k-C u r s n s in den loop
der maand November eene openbare uitvoering
worden gegeven.
liet behoeft voorzeker geen nader betoog,
dat wij dit plan niet alleen toejuichen, maar
ook ten sterkste onzen Lezers aansporen eene
zoo uitstekende zaak door hun bezoek dier uit
voering te doen steunen.
Heden zijn door het bestuur der West-
friesche Kanaalvereeniging de leden opgeroepen
tot eene vergadering, te houden op Dinsdag
27 Oct. e. k. te OPMEER, (zie achterst, adv.)
Uit het extract uit het rapport omtrent een
onderzoek naar eene gewenschte maar niet te
kostbare verbinding vau Enkhuizen met het
Noord-Hollandsch kanaal, door een vaarwater,
loopende door West friesland van Enkhuizen
over Spanbroek en SCHAGEN naar Stolpen,
blijkt, dat het vaarwater eene lengte zal ver
krijgen van 52100 Meter, en dat de totale
HOOFDSTUK I.
„Och! ween nu niet meer, Margaretha, mijn
lieveling. Het zal geschieden zooals gij het wenscht;
ik weet het wel, dat ik een onrecht, u jaren
lang aangedaan, nog heb goed te maken ik zal
er met mijnen vader over spreken, hem op al
mijne rechten wijzen; als hij weigert, afscheid
van hem nemen, en dan staat ons niets meer
in den weg, en behoeven wij ous huwelijk niet
langer geheim te houden. Zijt gij nu tevreden,
mijn engel
Weenende verborg de nauwelijks twintigjarige
vrouw, het hoofd aan de borst van een torsch
gebouwd officier, die de slanke gestalte van de
vrouw innig tegen zich aandrukte.
Lange, donkere lokken hingen met bekoorlijke
wanorde over haar rug. Zij bief nu de groote
zwarte oogen, waarin nog een paar tranen waren
achtergebleven, tot haar man op.
„Ik eisch niets van u, EduardIk verzoek u
zelfs uiets, want ik weet, dat gij alles om best
wil doet; maar ik dacht aan bet lot onzer kin
deren.*
Haro stem had een diepen en weemoedigen klank
zij sprak bet Duitscli volkomen zuiver, maar met
een eenigszins vreemd accent, welke de vreem
delinge verried.
„Ook ik denk aan onze kinderen, Margaretha,*
antwoordde de officier diep bewogen, ,eu ik had
het mij al zoo heerlijk voorgesteld, om u als
meesteres op het slot Altenbrak rond to leiden-
u, onzen jongen en de kleine Margaretha. Maar
dat zal wellicht nooit gebeuren, of mijn vader
och kom, weg met die gedachten. Het zal
zonder dat ook wel gaan, en het erfdeel van
mijn moeder blijft mij nog, en zal ons voor
armoede bewareo, zoodra ik de officier uniform uit-
geftokken heb, en het majoraat Altenbrak mij
ontnomen wordt."
„O Eduard, het harte wordt mjj zoo zwaar,
wanneer ik bedenk, dat ik de schuld van dat
alles ben.'
„Wat zegt gij daar? Dat gij de schuld daar-
kosten voor dit werk ongeveer zullen bedragen,
f 1.406.700, waaronder niet zijn begrepen de
kosten voor definitiere-terrein-opnemingen, het
opmaken van plannen en de uitvoering van het
werk, waartoe zeker nog een som van ongeveer
f 140.000 moet gerekend worden.
Bovenbedoeld Rapport is ingevolge besluit
der Bestuursvergadering van Dinsdag 12 Mei
1891 te Schagen, uitgebracht door de Heeren
Holwerda, Kater en Bakker, opzichters van
Waard en Groet, de Vier Noorderkoggen en
Drechterland, aan wie was opgedragen het ont
werpen van een kanaal-plan Enkhuizen-Stol
pen*, zooveel mogelijk de bestaande vaarten
volgende.
Donderdag, den 8en October, is de Huis-
vlijtschool te B A R S I N G E R H O R N, voor
de aanstaande wintermaanden weder begonnen
met 9 leerlingen. Het onderwijs in Handenarbeid,
aan een paar kinderen vau minvermogenden,
wordt als gewoonlijk vonr het grootste deel
bekostigd door de vereeuiging D. O. G.
ANN A-PA ULO WNA. Een
zeer zware strijd nadert alhier zijne beslissing.
(Üe strijd tusschen licht en duisternis). Het
„er zij licht" werd hier voorwaar niet dan na
rijp beraad gesproken; maar toch zal het
geschieden, dat eindelijk ook de burgers die
niet zoo gelukkig zijn, lantaarns op hunne
rijtuigen te kunnen plaatsen, ook hunne ver
lichting zullen hebben, en niet meer in het
duister behoeven rond te dwalen. De f 76.
voor dit doel door hen bijeengebracht, zullen
besteed worden, om daarvoor vier lantaarns te
plaatsen met zonuebranders: twee aan de Kleine
Sluis en twee nabij htt station, op de meest
gevaarlijke punteu. Eere aan de Kiesvereeniging
van zijt Ja, gij zijt de oorzaak van mijn geluk;
wat zou ik zjjn zonder u en zonder de kinderen?
Jj, ik gevoel het wel, dat het mij zwaar zal
vallen om de uniform uit te trekken, dat ik
sedert twaalf jair gedragen heb, en om mijne
wapens neder te leggen, die mij in twee veld
slagen zoo veel dienbt bewezen hobben; het zal
mij tevens ook smarten, wanneer ik mijn vader,
die mij zoo liet heeft .moet bedroeven; maar hij
heeft in mijnen jongeren broeder Willy een erf
genaam naar zijn hart gevonden, en mijn plicht,
om de toekomst van u en de kinderen to ver
zekeren, moot voor alle andere dingen da voor
keur hebben. En laat ous er nu uiet meer
over spreken. Daar komt lieinrieh reeds met de
paarden. Ik moet nu naar de stad terug, morgen
kom ik weder, en dan zal ik u alle bijzonder
heden mededeeleu. Laat mij nog even de kin
deren zien."
Arm in arm, trad hel: jonge paar de andere
kamer binnen, waar een waakster naast het bedje
der kinderen zat.
„Pstheer baron," fluisterde de oude, „de kin
deren zjjn juist in slaap gevallen. Wanneer de
kleine Eduard uwe sporen hoort, is hij niet meer
in slaap te krjjgen."
Do jonge officier boog zich over de slapende
kindereu heen. De knaap die nauwelijks drie
jaar oud was, was nu al het evenbeeld van zijnen
blonden vader, en bet meisje, van nog geen jaar
oud, was eeu teer kiud, met een rond, blozend
gezichtje, met donker baar, zwarte oogen, en
lange zijdeachtige wimpers; juist bet evenbeeld
harer moeder.
Zachtjes streek de vader, met do hand over
de bootden der kleinen; fluisteide de oude vrouw
eenige woorden in het oor en ging vergezeld
van zijne vrouw de kamer uit. Na nog eenmaal
zijn vrouw hartelijk gekust te hebben, ging hij
de deur uit, den bloementuin door, en de straat
op, waar zijn knecht hem met de paarden stond
te wachten. Vlug sprong hij in den zadel, wuifde
xijn vrouw, die in het bek stond, met de band
nog eenmaal vaarwel en galoppeerde hesu.
De jonge vrouw staarde hem na, totdat bij
een hoek omsloeg, en zoodoende aan haar oog
onttrokken werd, waarop zij haastig naar bin
nen ging.
Het huisje, dat mevrouw Margaretha bewoonde,
lag iets van bet dorp verwijderd; het was om-
H Algemeen Belang", welker ijverig Bestuur dit
lichtje in den tijd heeft ontstoken.
Woensdagmiddag verbrandde door onbe
kende oorzaak te ANNA PAULOWNA
de kleine boerderij van K. de Groot, staande
aan den Krommen tocht. Huis en inboedel waren
verzekerd.
Dinsdag II. bij het binnenkomen der
Tesselscheboot te N1EUWEDIEP, viel
de stuurman Koning bij het werpen van een
kurkenzak tnsschen de boot en den steiger,
voorover, waardoor hij tusschen boot en wal
bekneld geraakte. Zwaar gewond werd hij naar
het marine-hospitaal gebracht, alwaar hij des
nachts overleed.
Te HELDER is voor de uit Rusland
verdreven Israëlieten f 498.00 bijeengebracht,
daaronder begrepen de opbrengst der te Schagen
door den heer C. D. Zurmühlen gehouden
lezing.
Den oud-Burgemeester, van IIOORN,
mr. W. K. Baron van Bedem, die Donderdag
die gemeente ter afscheidsneming bezocht,
werd door den Gemeenteraad een aischetdsmaal
aangeboden, waarbij tal van welsprekende woor
den tot hem werden gericht van waardeering
en daukbaarheid, voor hetgeen hij daar gedu
rende zijn burgemeesterschap op velerlei wijze
ten bate der Gemeente gedaan had.
Te ALKMAAR werd in den nacht
van Woensdag op Donderdag, te 4 uren, door
een voorbijganger brand ontdekt in eeu huis
dat bewoond werd door een handelaat in vod
den, enz., op de ;,Laat*. Hij wekte de bewo
ners, die nog iutijds hunne kinderen bij de
bureu brachten. Door het flink optreden der
geven door prachtige bloemen en boomen.
Daardoor aangelokt, had Baron Eduard von Alten
brak, zijr.e vrouw, die hij in Italië leerde kennen,
bier heen gebracht, waar zij voor de grooto
wereld verborgen leefden.
Margaretha Montelli, dit was de naam
waaronder zij, in bet dorp bekend was, - ver
liet bijna nooit haro eenzame woning. Tot ver
binding met de buitenwereld, dieode de oude
Dorolkea en het dienstmeisje haar eenige vreugd
was, wanneer haar man een dag ongestoord bij
haar kou doorbrengen.
Haar man! Ja, niemand wist het of vermoedde
het zelfs, dat Baron Eduard ton Altenbrak, die
schitterende ritmeester en goede officier, haar
echtgenoot was. In het begin hadden de een
voudige bewoners van hut dorp het hoofd ge
schud over den omgang van don officier en do
jonge vrouw; maar langzamerhand gewendde
uien daaraan en bij gevolg werd er ook over
gezwegen.
Reeds vier jaar woonda Margaretha in het
dorp. Als arme wees en onschuldig kiud, aihau-
kelyk van bare bloedverwanten, had zij haar
man leeren kennen en lief hebben Baron Eduard
was gelogeerd in het huis, waar Margaretha
woonde, en het was in di n tuin, dat zij elkander
voor het eerst zagen. Die slanke, onschuldige
gestalte met die kinderlijke oogen hadden een
sterken indruk op Eduard gemaakt. Meer en
meer zagen zij elkander, totdat het oogenblik
kwam, waarop de jonge vrouw zich aan den
borst van haar echtgenoot vlijde.
Aan den roes waarin Eduard leefde, werd een
eind gemaakt, door de vraagwat zal er van
deze liefde worden Margaretha was zoo oner
varen, dat zij zich geheel en al aan haar gevoel
van Helde overgaf en naar niets meer vroeg.
Het onschuldige meisje te bedriegen, haar eer
aan te randen, daartoe voelde Eduard zich niet
in staat, en daartoe beminde bij Margaretha te
innig. Met groote opeubartigheid, zette bij haar
de zaken uiteen; hij toonde haar aan, dat zijn
vader nooit zou toestemmen in dit huwelijk, en
dat hij verplicht zou zijn den officiersstand te ver
laten, zoo hij haar tot zijn vrouw maakte; en
bij deelde haar mede, dat hij besloten was van
haar to scheiden, toen zij zich in zijne armen
wierp en hem touriep, dat zij niet van hem
wilde scheiden, dat zij hem niet wildo verliezen,
brandweer r Burgerplicht* was men het gevaar
spoedig meester. Een gedeelte van het dak en
den zolder, alsmede een partij vodden, zijn
een prooi der vlammen geworden. De oorzaak
van den brand is niet hekend. Alles was ver
zekerd.
Bij de Dinslag in het district HOORN
gehouden verkiezing van een lid van de Prov.
Stalen van Noord-Holland zijn uitgebracht
1633 geldige stemmen. Het aantal kiezers
bedraagt 4329. Gekozen is heer M. de Jong (lib.)
met 868 st; de heer S. Zuurbier (kath.) ver
kreeg 620, de beerC. P. Spaans (lib.) verkreeg
118 stemmen.
HEERHUGOWAARD. De
raad dezer gemeente heeft met algetneene
stemmen besloten, eene nieuwe dokterswoning
te bouwen.
Tot directeuren der alhier opgericht en
koninklijk goedgekeurde naamlooze vennootschap
Stoomzuiveltabriek »de Globe," zijn voor de
eerste maal benoemd, de heeren: M. J. van Lier,
consulent voor zuivelbereiding te Amsterdam,
C. Swager Jz. landbouwer te Heerhugowaard en
mr. J. C. Boas, advoc. en proc. te Amst. Het kapi
taal der vennootschap is vastgesteld op f 40.000.
Bij de harddraverij, Maandag il. te
AARTSWOU D gehouden, waren acht paar
den op de baan: De prijs werd behaald door
,/Gerrit* van den heer P. Druif, bereden door
den eigenaar; de eerste premie door *de Kol®,
van den heer P. Best, bereden door den eige-
uaar en de tweede premie door „Potje®, van
den heer P. Glas, bereden door den beer K.
Leijen, allen te Aartswoud.
Maandag viel te Veghel een Udensche
boer, wijl zijn paard te haastig aantrok, van
maar dat zij met hem gelukkig wilde zijn
daaiop werd het huwelyk in alle stilte gesloten.
„Ik wil geduldig wachten, totdat alle belet
selen uit den weg zijn geruimd,had zij gezegd.
„Wie kent mjj in Duitschland, wie zal eenige
notitie van mij nemen? Mijne bloedverwanten
zullen blijde zijn, wauneer zij van mij verlost
zijn; die zullen tevreden zijn, wanneer ik voor
mijn eigen onderhoud zorg, en aan het oordeel
vau vreemden is m j niets gelegen. Ik vertrouw
u, mijn Eduard, gij zult all .s wel ten beste doen
keeren."
En de tiotsche officier, had Margaretha Mon
telli, do dochier van een beambte, tot zijn vrouw
gemaakt, zonder dat zijne familie of bekenden
iets tr van wisten. Hij was zich wel bewust, dat
hij zijn plicht niet gedaan ha 1, door zijn huwei.jk
te verzwijgen; maar de liefde was bjj hem sterker
dan het gevoel van plicht, en toen zijne zaken
in Italië waren afgeloopen, nam by zijne vrouw
met zieh mede naar Duitschland.
De jaren verliepen. Reeds dikwijls had Eduard
zich voorgenomen, om zijn vader alles te be
kennen, zijn ontslag te nemen en zijne vrouw
als rechtmatige meesteres het slot zijner voor
vaderen binnen te voeren. Een hindernis was
daar telkens tusschen beiden gekomen, en toen
Eduard eenmaal zijn vader eens over zulke
zaken polste, had deze zoo onomwonden zijne
meening te kennen gegeven, dat Eduard niets
anders over bleef, d >n te zwijgen.
„Ik zal zulk een vrouw nooit als mijn doch
ter erkenneD," had de oude baron gezegd, „en
mijn hand van u altrekken. Ook zal ik zorg
dragen, dat uwe kinderen, die ik niet als echt9
nakomelingen beschonw, nooit mijne erfgenamen
worden. In den tegenwoordigen tijd is bet de
plicht van ieder edelman, alle indringers tegen
te houden. Ik hoop, dat gij mij verstaan zult
hebben en geen dwaasheid zult begaan.
En hij had zijn vader verstaan en gezwegen
over het bestaan van vrouw en kinderen, voor
wie hij het vaderlijke erfdeel redden wilde. Maar
nu Was het hem niet langer mogelijk te zwygen.
Zijn vader, lot wiens ooren reeds eenige geruch
ten waren doorgedrongen, bad hem reeds met
allerlei vragen lastig gevallen. Het geheim werd
hem lastig eu drukte hem t9r neder. Hij zou het
zyn vader bekend maken er mocht van komen
wat wilde.