Zondag 13 December 1891. 35ste Jaargang. ïïo. 2576- d i Schagen, 12 December 1891. WORDT VERVOLGD* JLlltitii Kiens- iiteneiiie- Lullen Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en Zaterdagavond Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Uitgever, J. WINKEL. Bureau: SCIIjIOEN, I*aan, SS, 4. Prijs per jaar f 3.Franco per post 3.60. Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van l tot 5 regels f 0.25iedere regel meer 5 ets Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Gemeente Schagen. BekeiMl ma kinken. Burgemeester en Wethouders van Schagen; gelet op art. 265 der Gemeentewet, brengen ter kennis van belanghebbenden, dat het door Heeren Gedeputeerde Staten op den 2en December j.1. goedgekeurde Suppletoir kohier Tan den hoofdelijken om slag dezer gemeente en dat voor de belas ting op do honden, dienst 1891, gedurende vijl maanden tor Secretarie der gomeente voor een ieder ter lezing is nedergelegd. Bezwaren tegen den aanslag kunnen bin nen 3 maanden na den dag der uitreiking van het aanslagbiljet, bij den Raad, op on gezegeld papier, worden ingebracht. Schagen, den 8en December 1891. Burgemeester en Wethouders voornoemd, C. H. BEELS, de Secretaris, DENIJS. Binnenlandsch Nieuws. Zoowel tegen C. Fredenburg als tegen M. Hoek, is door de Rechtbank te Alkmaar, rechtsingang verleend, met bevel tot aanhouding, zulks op grond van art. 255 van het Wetboek van Strafrecht, lui dende „Hij die opzettelijk iemand tot wiens „onderhoud, verpleging of verzorging „hij krachtens wet of overeenkomst ver- oplicht is, in een hulpeloozen toestand „brengt of laat, wordt gestraft met gevan genisstraf van ten hoogste twee jaren of „geldboete van ten hoogste f 300. k. Roman van O. E L S T E R. 18. HOOFDSTUK XVII. Aan de vrijwillige oefening in den wapenhandel, deze week aangevangen, wordt in onze gemeente door een 12-tal jonge lieden van 17 tot 20 jaar deelgenomen. Het onderricht wordt verstrekt door een onderofficier van den Helder, Het theore tisch ouderwijs wordt gegeven iu een der lokalen van de O. L. S., terwijl men zich practisch in de achterzaal van de Landbouw- societeit Cérès zal oefenen. -- De aandacht van belangstellende le zers en lezeressen vestigen wij op achterst, adv. der op Zondag a.s. te Haringhui- zen te houden tooneelvoorstelling, door de Veenhuizer Rederijkerskamer» De Zwaan.' Zij die meermalen het genoegen hadden eeue tooneeluitvoering dezer Kamer bij te wonen, weten dat de leden zich steeds be ijveren door goede opvoering en door de keuze van boeiende stukken zich een talrijk bezoek waardig te maken. X Tijdens den hevigen storm van Vrij dag 11 Dec. j.1, zag men te CALLANTS- OOG in zee een Belgische vischsloep, waaraan duidelijk te zien was, dat ze vree- selijk met den storm had te worstelen en eene stranding onvermijdelijk moest zijn. Omstreeks half 3 liep ze dan ook nabij strandpaal 14 op het strand, met verlies van achtermast, bazaanzeil en een vischkor met anker, en met een groot lek in het schip. De naam van het vaartuig is „Express', No. 150, afkomstig van Ostende, varende onder Schipper Emile Lus en uit zijnde op de haringvangst. In een oogwenk was men met de red- Heinrich Tiedeman was een veel te groote liefhebber van het kaarten, dan dat hij een gelegenheid zooals deze zou laten voorbijgaan. Binnen weinige oogonblikkes waren de drie heeren dan ook, io het kaartspelen verdiept, «n bemerkten niet, hoe verlegen of Grete daar zat, en hoe zij nauwelijks de oogeu durfde opslaan. Zij waagde hot werkeljjk niet, want zij voelde, dat de oogen van een heer, die nau welijks drie tafels van haar af gezeten was, haar onophoudelijk aanstaarden, en als het ware verslonden, en zij wist, wanneer zij hare oogen opsloeg, dat zij onfeilbaar de zijnen moesten ontmoeten. Hoe kwam het toeh, dat zij hem overal ontmoette 1 Sedert dien dag op de ronbaan, verging er bijna geen dag, dat zij den huzaren officier niet zag. Nu eens „Onder de Linden11 dm weer in „Leipzigerstraat", vervolgens in de „Diergaarden", dan weder, wanneer zij 's avonds een kleine wandeling maakte. Eu telkenmale, keek hij haar met zijne blauwe oogen, vragend en wachtend aan, en om zijne lippen zweefde oeu lachje een lachje zoo wonderlijk, nu eens half schertsend, en halt smartelijk, dan weder verwaand en koket, zoodat zij tot in haar harte beefde. Telken male had hij zijn best gedaan haar 'e naderen, maar zij was hem telkens ont vloden. Zij was hem ontvlucht als een aan geschoten hert, en had zich achter de eerste de beste huisdour verborgen, of was op den eersten den besten omnibus gesprongen en weggereden. Zij wilde hem niet zien, zij wilde hem niet antwoorden, zij wilde hem niet echten en beminnen, zij wilde hem wel verachten en verfoeien; en toch, wanneer zij alleen in haar kamertje was, dan stond zijn beeld haar telkens voor den geest, en dan smachtte zij naar een lachenden blik uit zijne blauwe «ogen, dat het niet moge lijk was, om hem te vergeten, om hem ge heel en al uit haar gedachten te verbannen, dat zij nu altijd en altijd aan hem denken moest en sidderend op het oogenhlik hoopte dat zij hem weder zou ontmoeten Zij wist, dat er nooit iets goeds uit deze liefde kon komen, zij wilde zich er van losrukken, zij wilde naar hare moeder vluchten maar zij leefde toch verder in de smar telijke zaligheid dezer liefde. En juist van daag, nu zij al die droevige gedachten zon willen vergeten, nu zij zoo dapper besloten had om overal een eind aan te tuakeo, om dat zij zag en hoorde, dat bet aan de op merkzame oogen van oom niet ontgaan was, juist nu moest zj hem weder ontmoeten, en moest hij haar weder zoo vragend aan zien. Daar zat hij in elegant uniform bij ee- nigo kameradon. Zij leefden allen voor hun genoegen, en de lichte opvatting van het leven, stond hen op het gelaat te lezen. Zij letton niet op het bnrgeilijke meisje, maar hij zat daar slechts, haar smachtend aan ziende, terwijl bij aan zijne blonde snorren draaide. Zij kon dien blik niet meer verdra gen, die op haar werkte, evenals de blik eener slang op do vogel diep ademhaleud stond zij op en zeide„Lieve oom, ik ga in het bosch. Binnen tien minuten ben ik we der hier." „Ga maar kind. Wij gpelen nog driemaal en dan gaan wij weer verder." Grete ijlde weg, maar niet dadelijk bosch in, want zij wilde niet, dat hjj zou volgen; zij ging eerst in huis, en borg zicb daar in een duisteren hoek een kantor waar niemand in was. Na poos liep zjj voorzichtig door den bloomen- tuin bet bosch in. Hier geleek het als het ware een groene zeedoor het bosch drong getemperd het zonlicht; in de twijgen hoorde men het zacht gekoer der wilde doiven en in de verte klonk het eenloonig geschreeuw der kraaien. Aan den voet van een boom ging Grete zitten. dingmiddelen op de plaats der stranding aanwezig en mocht men het genoegen smaken de in nood verkeerende bemannii.g beslaande uit 4 man en 2 jongmaatjes behouden op het strand te brengen. Te Nibbikswoud heeft in den nacht van bondig op Maandag II. eene brutale diefstal plaats gehad. Door verbreking van een paar ruiten wist men de deur los te maken en zich toegang te verschaffen tot de woning van den heer J.U. Door de waakzaamheid van een kleinen hond werd de eigenaar gewekt. De dief verwijderde zich toen zoo haastig mogelijk maar werd door J. U., die al spoedig zijne gestolen aardappelen in een handkar onbeheerd op den weg vond staan. De politie schijnt den dader op het spoor te wezen. T>ij de Ned. Ilerv. Kerk te WIE- RINGERWAARD is betoep uitgebracht op den heer G. Brink cand. ie Ruinerwold. In de lage weiden van TEXEL houden nog groote troepen kieviten hun vtrblijf. Sommigen zien hierin het bewijs dat wij een zachteu winter krijgen. Er zijn ook te Amsterdam op het oogenblik veel zieken door malaria en in fluenza. Van de jongens op de Wassenaer wordt bijna een vierde verpleegd. De ziek te is niet kwaadaardig en de genezing volgt meest nadat eenige, dagen door de zie ken het bed gehouden is. Een jonge vrouw te Amsterdam, wier man reeds een drietal jaren sukkelt, had eindelijk werk gezocht en bekomen aan de het baar ver van een Zij kon zich niet langer goed houden, de tranen liepen haar over de wangen en snik kend zat zij daar, het gezicht in de handen verborgen. Plotseling schrok zij op, een lichte tred ritselde over de drooge dennennaalden, die de grond bedekten. Met een uitroep van schrik stond zij op. Voor hair stond hij, dien zij had willen ontvluchten. „Heb ik u zoo doen schrikken, juffrouw sprak hij lachend, terwjjl hij beleefd zijn hoed afnam. „Ik vraag u wol vergeving?" „Laat mij alleen 1" gaf Grete toornig ten antwoord en maakte zicb tot de vlucht gereed. „Maar hoor mij dan toch slechts eenmaal aan 1" Zijne stem klonk zoo biddend en zoo smartelijk, dat zij sidderend staan bleef en hem met hare groote betraande oogeu vra- geud aanzag. „Wat wilt gij toch van mij?" sprak zij zachtjes. aarorn vervolgt gij mjj overal „Maar mejuffronw, ik volg u nergens. Het toeval, of laten wij liever zeggen, het vrien delijk geluk voert ons steeds weder te za- men, en zoo heb ik toch wel een weinig recht, wanneer ik er u om bid, dat gij my een weinig gehoor schenkt." Nu lachte hij weder schelms en toch klonk zijn stem weak en vragend. Zij was een dwaas meisje, dat zij zoo bang voor hem was en hem altijd ontvluchtte. Een vluch tig lacbje speelde om hare lippen, bij de ge dachte aan hare vlucht. Wat zou bij wel van haar denken Was het niet beter, dat zij na.ir hem luisterde, en hem op een kalmen eD ern8tigeu toon antwoordde Dat was baar wa irdiger, dan weg te loopen als een school kind. „Ziet gij, nu lacht gij reeds weder," ging hij voort. „Dit lachen neem ik als een gun stig tceken voor mij," „Ik bid u, mijnheer de luitenant, mij dade lijk te zegden, wat gij mij mede te deelen hadt. Ik moet weder naar mjjn oom terug." „Hoe? Mijnheer Tiedemann is uw vader niet „Gij kent alzoo den naam van mijn oo.a waskaarsenfabriek. Gister—ochtend aan de arbeid begonnen, zakt: zij evenwel spoe dig van uitputting ineen, wat zeker niet vreemd zal schijnen,'als men weet, dat de arme vrouw in de dagen bij haar buren om de aardappelschillen had gevraagd, ten ein de deze te koken en met haar gezin als voedsel te gebruiken. Begaan met haar treurige lol, hield het personeel der fabriek eene collecte, welke circa f 12 opbracht. In de den 7 November gehouden algemeene vergadering der Liberale U r. i e, werden tot leden van het bestuur gekozen de heerenmr. H. Goeman Bor- gesius, 's-Gravenhagemr. P. Rink,Tiel; mr. M. Tydemau Jr., Breda en mr. A. C. Visser, Gorinchem, welke heeren, met uit zondering van den heer Visser, de benoe ming hebben aangenomen, zoodat nog één vacature voor het oogenblik onvervuld blijft. Ingevolge het huishoudelijk reglement heett het bestuur de betrekir.gen iu zijn midden opnieuw verdeeld en de heeren mr. E. E. van Kaalte en mr. R. van de Werk respec tievelijk tot voorzitter en onder—voorzitter herkozen, terwijl de heer mr. van de \V erk (Vossiusslraat 5, Amsterdam) voorloopig tevens zal optreden als penningmeester. Maatschappij tot bevordering dor Toonkunst.Afdeelitigs-uitvoeringen. Afd. Haarlem, 12 Dec- 7 u. „Die Jah. reszeiten." Afd. Utrecht, 16 Dec. 7 u. Tivoli, Scè- nen aus Goethe's Eausl", R. Schaman, solisten; mej L. Mulder (Bnyreuth), sopr. mej, B. Hol, sopr., mej. B. Zegers Vee- cketis, alt, de heer F. Litzinger (Duss 1- „Bij het belang, dat ik in u stel, mejuf frouw is dat zeer natuuilijk. Gij zijt alsdan de dochter niet van den ouden man Dan heet gij zeker ook niet zoo „Neen, ik heet Margarethe Montclli." Hij lachte. „Ik dank u, juffrouw Montelli. Een zeldzame naam voor eene duitsche doch vergeef mij, mijn naatn is Harry von Altenbrak.* ,Uw mam is mij niet onbekend." „Inderdaad „Mijn broeder is ingenieur aan de fabriek in Neurode, nauwelijks een uur van het slot Alteubrak gelegen.' „O, dat is zeer interressaut. Din hoop ik u trots uw a'keer van mij, nog dikwijls te zien," Nog wel een kwartier stonden zij op deze wijze met elkander te keuvelen, slechts wau- netr Grete's oogen zijn blik ontmoetten, beefde zij een weinig on een blosje verfde haro wangen. Ongemerkt waren zij dieper bet bosch ingegaan. Plotseling suisde een koele wiudvLag door de toppen der hoo rnen en een wolk schoof eensklaps voor de zon, zoodat het bijna geheel duister weid. Grete bleef verschrikt staan. Zij werd plot seling heriunerd, aan het onpassende van haar gedrag. Hare kalmte was gevlogen haar vriendelijk lachend gelaat was verdwe nen en haar gelaat nam oen droeve uit drukking aan en zij beefde over al haar leden, als een bloem bij het naderen van den storm. „Mijn God", zeide zij, schuw den blik neerslaande, „wij hebben ons zoo ver van huis verwijderd, er schijnt een onweder op te zetten ik bid u, mijnheer de luite nant, verlaat mij wanneer men ons te 1 zamen zag „Wat zou dat hinderen, juffrouw Marga- rethe Zijt gij dan inderdaad zoo bang voor mij, of verafschuwt gij mij misschien Hoe kon hij toch zoo vragen O, als zij maar had durven spreken 1 Wanneer zij hem had mogen zeggen, hoe ongelukkig zij was, hoe zij dagelijks, hoe zij elk uur aan hem moest denken. De hartstocht deed al zijo dorf), tenor; de heer P. Haase (Rotterdam) bariton; Je heer A. Sistermans (Frankfort) bas. Afd. Amsterdam, 19 Dec. 7 u., Con certgebouw. H-moll Messe", J. S. Bacil, solisten; maj. Joh. Kempees, alt: mej. M. Fillunger, Londen, sopraan; de heer Fr. Litzinger Dusseldorf, tenor; de heer Joh. M. Messchaert, bas. Directenr, de heer Ju- lius Rüutgen. Uit Aalsmeer meldt men Gedurende den storm die Donderdag woedde, begon de dijk, die den Westpias van den Storm meerpolder scheidt, zich te begeven. Het water, dat met de kruinen gelijk stond, sloeg er aanhoudend over en spoelde deu dijk aan den bovenkant weg. Ongeveer te twee uren werd het gevaar dreigend met man en mackt trok men op het gevaarlijkste punt af en maakte met planken, grint en zakken met zand, een kistdam. Een twintigtal mannen waren tijdens het noodweer, sommigen tot het middel in het water staande, bezig den dijk te redden. Gelukkig dat de wind plotseling bedaardeeene doorbraak ware anders niet ie keeren geweest, daar ook op andere puuten gevaar dreigde. Uit Graft wordt geschreven lu de „Starmemoer' onder Noordeinde van Graft is dezer dagen eene hofstede afgebrand. Nog rookt het hooi uit de schu ren. Al het vee, dat de knecht, die alleen thuis was, wist los te maken, is gered. De bruid schijnt in deu schoorsteen aan gekomen te zijn. Als men hier vroeg aan wien de boerenplaats behoorde, kreeg men 'geen ander antwoord dan „van het vierde kracht bij haar galden. Zij wendde baar ge laat af en barstte in hevig snikken los. En daar stond bij reeds aan bare zijde en bad hij haar hand gevat. Hij boog zich een weinig tot haar voorover en fluisterde „Grete, dierbare, lieve Grete, stol toch ver trouwen in mij lik ben niet slechten licht zinnig, zooals gij veronderstelt; ik meen het oprecht en eerlyk met u; ik bemin u van ganscher harte en zou u gaarne zoo geluk kig zien 1 Grete, lieve, beste Grete. zeg mij, dat gij mij een klein weinig genegen zijt 1" Zij gevoelde zich door hem omarmd en ontwaarde het onstuimig kloppen van zijn hart. Zij bespeurde het zacht beven zijner stem, zij hoorde de fluisterende, vleiende, liefkozende woerden; zij hief de in tranen badende oogen tot bom op en lachte. Eene ongekende gelukzaligheid vervulde haar hart, zij guf zich geen rokenschap van dat ge voel; zij wist niet, wat zy deed, zij dacht aan niets ter wereld; zij zag alleen den vu- rigen blik van den geliefde, die haar om armd hield en baar hartstochtelijk kuste. Daar weerklonk niet ver van ben bet ge roep: „Grete, Grete, waar zijt gij toch Het was oom Tiedeman, die baar zocht. Te vergee's trachtte Harry, haar terug te houden. Pijlsnel keerde zij na terug naar het restaurant. Als in een droom verzonken, bleef Harry von Alteubrak een poos staan en trots storm en rogen wandelde hij voort. In zijn hart vlamde het vuur van den hartstocht, slechts denkende aan de slanke, liefelijke gestalte van het vurig beminde meisje. Maar hij dacht er niet aao, dat hij de onschuld van een rein kinderhart verwoest had, en hij kon het lieve meisje niet zien, hoe het 's avonds op haar legerstede, overweldigd door schaarato en berouw, veriagen en gloei- euden hartstocht, vol vertwijfeling de handen wrong en fluisterde: „O, mjn God, wat moet daarvan worden

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1891 | | pagina 1