r Uit en voor de Pers. Buitenlandsch Overzicht. Gemengd .Nieuws. rine Teor de keuken geren, en daardoor neb ik in den beginne een paar klanten Tenoren, toen ik het stempel niet durfde weglaten uit vrees voor bekeuring. Maar tegeuwoordig wordt er niet meer naar om gekeken, en als ze er al eens een te pak ken nemen, dan geeft het toch niets, want het is zoo moeielijk te bewijzen. Ziet u, ze laten dat door heeren onderzoeken en dat is ons voordeel, als 13 d'er nu nog eens een paar knappe boeren aanzetten, waren we misschien verOnlangs hebben ze d'er nog tens een te pakken ge had, die net zoo goed als ik margarine veikoopt, en die z'n boter werd heel goed bevonden, terwijl die uit dat groote huis op den hoek van de Kapelsbrug hoe heet het ook weer? finaal werd afge keurd. Misschien hebt n toen wel in de courant gelezen, dat men niet zeker was of men zich niet vergist had, en toen is die man uit dat huis (hij bedoelde de Confe deratie) vrijgesproken." De Mozaïsche wet en de besmettelijkheid dei* tu berculose longtering. De heer dr. H. M. Duparc van Am sterdam heeft onder bovenstaand opschrift in de Vragen van den Dag een opstel ge schreven Hij herinnert in de eerste plaats dat op het in Juli 1.1. te Parijs gehou den congres, waaraan door meer dan 800 genees- en veeartsenijkundigen werd deel genomen, eenparig deze conclusiën werden aangenomenlo. De tuberculose moet on der de besmettelijke ziekten gerangschikt en aan de bepalingen en voorschriften der gezondheidspolitie onderworpen wor den. 2o. Naardien de tuberculose bij den mensch door het gebruik van vleesch en melk van parelzieke koeien onbetwistbaar wordt veroorzaakt, moet het vleesch van alle dieren, die blijken tuberculeus te zijn, in de publieke slachthuizen afge keurd, vernietigd en zoo mogelijk ont eigend worden. Een nauwkeurig en streng wettelijk en sanitair onderzoek op den verkoop van vleesch en melk is daarom een drin gend vereischte, doch niet minder: ver plichte kennisgeving der bij runderen voorkomende tuberculose, gepaard met behandeling door een veearts en ontsmet ting der stallen. Ons land staat echter, zegt de heer Duparc, bij andere landen wat keuring van slachtdieren en geslacht vleesch be treft, ten achter. Alleen Amsterdam en Rotterdam hebben openbare abattoirs, terwijl Utrecht, ofschoon nog geen publiek slachthuis bezittende, ten opzichte van vleeschkeuring eene gunstige uitzon dering maakt, wijl daar strenge verorde ning op het keuren van vleesch zijn vast gesteld; en schrijver vindt het te betreu ren, dat in geen andere plaatsen van ons land vooralsnog gemeentelijke slachthui zen zijn opgericht om den clan destienen verkoop van vleesch tegen te gaan. Als eenig middel, om zich voor tuber culose door het gebruik van vleesch te vrijwaren, raadt hij aan, dit sterk en geruimen tijd te braden. Het koken bij 62° C. vernietigt de schadelijke eigen schap van het vleesch niet in 't minst. Weliswaar verliest het vleesch zijn roode kleur bij 70° O doch het is daarom nog niet gaar. Volgens proefnemingen stijgt de inwen dige temperatuur bij groote stukken vleesch niet boven 60° C. en werden in het vleesch van tubereuleuse koeien dat tot 85° C. verhit was, nog bacteriën ge vonden, ja, er zijn zelfs sommige bacillen, die eerst bij 100° C. vernietigd wor den. Doch bovenal waarschuwt de schrijver tegen het gebruik van rauw en zooge naamd bloederig vleesch, dat van binnen ook nog rauw is. Als een bewijs, dat de tuberculose en haarbondgenoot de longtering grootendeels door het gebruik van besmet vleesch ont staan, wijst de heer Duparc er op, dat beide ziekten slechts zelden onder de be lijders van den Israelietischen godsdienst vosrkomen, omdat zij alleen vleesch eten, dat zorgvuldig gekeurd en „koscher" ver klaard is, met andere woorden, omdat het vleessh ritueel geslacht en onderzocht wordt. Het Joodsche slacht vrijwaart de volgens Israëlietiszhe ritueelewetten leven de bevolking meer dan andere tegen long tering, alsook tegen vele andere ziek ten. Dat de Joden in het algemeen zelden of nooit door longtering worden aange tast, is door gezaghebbende geleerden in alle landen eenstemmig bevestigd. Te Lon den b. v., waar geheele wijken alleen door arme Israëlieten worden bewoond, komt zij, blijkens de jaarlijksche versla gen der geneeskundige ambtenaren, on der de bevolking daarvan zelden voor. Op het Congres der Oriëntalisten, in de maand September van het vorige jaar te Londen gehouden, werd medegedeeld, dat de Joden, blijkens de statistieken, te allen tijde niet alleen minder van groote epidemiën dan belijders van andere gods diensten hadden te verduren, maar over- het algemeen ook een hoogeren ouderdom dan deze bereiken, waartoe vooral hunne reinigingsvoorschriften in groote mate bijgedragen. Dit is van zoo algemeene bekendheid, dat zij bij sommige levens verzekering-maatschappijen eene mindere premie behoeven te betalen. Officieele aterftelijsten bevestigen in vele landen Tan de bijgekomen vereemgingen weru deze beweringenzoo is het een feit» dat b. v. in de provincie Posen, waar de bevolking genoegzaam uit een gelijk aantal Duitschers, Polen en Joden bestaat, onder de Christenen 3 doodgeboren kin deren tegen 1 onder de Joden voorkwa men. Yan de kinderen boven een jaar stierven in het geheele koninkrijk Prui sen 23 kinderen van Christenen tegen 15 van Israëlieten. Dr. Duparc deelt verder nog mede, dat behalve het overbrengen van de longbacterie of den tuberkelbacil bij den mensch door het vleesch en de melk van parelzieke koeien, de besmetting door ademhaling, dat is de inademing der ziektekiemen, die door teringlijders wor den uitgeademd, de meeste slachtoffers maakt. Tuberculose is een ziekte, die in elk land meer slachtoffers maakt dan alle andere ongesteldheden te zamen. En het feit, dat zij even als de longtering, die zij in den regel voortbrengt, zoo vreese- lijke verwoestingen aanricht, vindt zijne verklaring daarin, dat zij de meest aan stekelijke aandoening is. Feitelijk is de overerving der tuberculose van ouders op kinderen van geheel ondergeschikte beteekenis de hoofdzaak is het mede- deelen der ziekte door tubereuleuse men- schen en dieren. Haar ontstaan moet dus voornamelijk worden toegeschreven aan besmetting door het vleesch en de melk van tubereuleuse dieren en door het uitspuwsel der teringlijders op den grond en in den zakdoek, dat droog zijnde verstuift en zoo door anderen wordt in geademd. De Amst. Gredach.ten-wijzig'ing'. Naar aanleiding van de voor maatschap pij en volk zoo gevaarlijke oproerigheden, voortgesproten uit de ophitsingen van sociaal-democraten en anarchisten, werd door een geacht man in het oosten van ons land eenige dagen geleden tot alle goedgezinde en ordelievende staatsburgers het verzoek gericht tot het stichten van een partij van orde. De man, die als vaderlander in deze pijnlijke dagen zulk een goed voorbeeld gaf, is, gelijk onze lezers uit vroegere mededeelingen kunnen weten, mr. Ko ning, notaris te "Wintschoten, Een zeer gunstig teeken der tijds vinden wij het, dat de organisatie dier partij reeds uitstekend slaagt. Natuurlijk is de vormeering dier partij door de socialen met beide oogen aange zien en even natuurlijk is het, dat men nu van die zijde de daad van den heer Koning tracht verdacht te maken. Met betrekking tot die poging van ver dachtmaking, schrijft men aan de N. R. Ct. Men moge in opvatting verschillen, op welke wijze deze partij het meest nuttig werkzaam zal kunnen zijn, schier allen zijn het er over eens, dat mr. Koning, een hooggeacht man in de provincie Groningen, eene flinke zaak op touw heeft gezet, en dat de bestrijder der partij van orde, mr. P. J. Troelstra, niet het zedelijke recht had, de spottende vraag te stellenWordt gij, mij heer Koning, die handelt uit vrees voor uwe ruiten, wordt gij door edele beginselen gedreven Het feit, dat mr. Troelstra niet wenscht te gelooven aan edele drijfveeren in eenen tegenstander, deed mij denken aan eenige aardige Friesche woorden, welke ik hier met eene vertaling volgen laat: Eene soort vliegen. (Er zijn menschen, die altijd azen op het vuil van ander. Zij zijn juist anders, dan het behoort; want zij loopen het mooie grimlachend voorbij en lachen blijde, wanneer zij iets vuils van een ander vinden. Zulke menschen schijnen gelukkige menscheu te zijn. Want doordat er veel meer verkeerds dan schoons op de we reld is, kunnen zij veel vaker lachen dan een ander. Ook hebben zij dit voor dat zij het schoone niet eens meer kun nen zien, doordat hunne oogen vol vuil komen. Zoo zien zij alles vuil, hebben geen hinder meer van het moois en kunnen dus immer vreugde hebben. Maar hun lach is het gelach van den Satan, en in de hel hoort hunne vreugde thuis. Eu omdat zij altijd boven den mesthoop rondvliegen, zijn het vliegen, waarvan men den waren naam zoo niet noemt. Yertrap hen in den modder, indien gij ze onder den voet krijgt; want op hunne wieken dragen zij de besmettelijke ziekten door het land.) De aangehaalde woorden komen voor in het tijdschrift For Hüs en tiiem jaargang 1889 en zijn het is merkwaardig gevloeid uit de pen van... mr P. J. Troelstra! In denzelfden jaargang van genoemd tijdschrift schreef de heftige sociaal-demo craat van heden, de knappe Friesche lite rator van weleer, onder den naam Foekje fen lieechook het volgende: (Wat ik u in het bijzonder toewensch, is een vredige zin. In den slechten tijd dien wij beleven is deze waar zeer opgeslagen Hoed u en laten uwe mannen zich e jk hoeden voor het nieuwe evangelie van de ontevredenheidDat maakt het brood, dat gij eet dor en hard en hebt gij geen brood dan maakt het den honger dubbel scherp Het geeft geen brood, ma lijden Wacht u voor de nieuwe apostelsar Thans pleegt dezelfde heer Troelstra luide te verkendigen: Diep betreur ik het, dat er nog tevreden arbeiders zijn Een pleit voor de afschaffing van den Census als maatstaf voor kiesbevoegd heid geeft het blad „De Gentsche Strijd" door het volgende mede te deelen Geen land waar de volksarmoede groo- ter is dan in België, schrijft dat blad. Nergens zijn de Lonen lager, de land- bouwarbeiders, mijn- en fabriekwerkers, meer onderdrukt. Eu nergens maakt de openbare dronkenschap meer slachtoffers. Yolksarmoede en jeneverpest gaan hand aan hand. België verbruikt jaarlijks zeventig mil- lioen liters jenever! Op 1.500.000 meer derjarige mannelijke Belgen, zijn er 300000 eén vijfdedoor alcoölisme aange tast, waarvan er ieder jaar 20.000 aan de gevolgen van 't drankmisbruik be zwijken. De jeneverpest verslindt 135 millioen franc per jaar en levert 75 per honderd van de bevolking onzer gevangenissen. En onze wetgevers zien dit alles met gerust gemoed aan. In Noorwegen heeft de regeering door tastende maatregelen genomen. De open bare dronkenschap is er dan ook sedert veertig jaar met de vier vijfden ver minderd. In Roemenië zijn de taksen op den alcohol zoo groot, dat de dronkenschap er schier verdwenen is. In sommige staten van Noord-Amerika is het verboden jenever te stoken en te verkoopen. Maar in Belgie, waar bijna de lielft van 't cijns-kiezerskorps uit herbergiers bestaat, hebben de regeerders nooit door tastende maatregelen durven nemen, omdat zij vreesden niet herkozen te worden. Zutph. Ct. In het Lagerhuis van het ENGELSC'IE PARLEMENT is dinsdag door GLADSTONE het Home-Rule- Oütwerp ingediend, hetwelk tot strek king heeft aan IERLAND eene zelf- regeering te verschaffen, de suprematie van het parlement te Londen hand havende. Ierland zal een afzonderlijk Par lement verkrijgen, dat zich uitsluitend met de behandeling der Iersche aange legenheden zal bezighouden. Dit Iersche parlement zal bestaan uit twee Kamers. De Eerste Kamer zal 48 leden tellen te kiezen door die soort van kiezers, die 20 pd. st. huur per jaar betalen, en wel in dier voege dat één persoon slechts ééne stem mag uitbrengen. Deze eerste Kamer zal den naam „council" dragen. De Tweede Kamer zal den naam dragen van „assembly" (nationals vergadering) en zal bestaan uit 103 leden, die geko zen zullen worden door de kiezers, die volgens de nu bestaande wet het kiesrecht bezitten. De leden zullen ook recht heb ben om zitting te nemen in het Parle ment te Londen, maar moeten in het bijzonder voor de nationale vergadering gekozen worden. Bet Iersche Parlement zal den lsten September zijne zittingen aanvangen. Wat betreft de regeling der politie, zal een geheel nieuwe politiemacht wor den georganiseerd, terwijl de tegenwoor dige politieagenten geleidelijk uit Ierland zullen worden teruggetrokken. Het aantal der vertegenwoordigers van Ierland in het Rijksparlement zal terug gebracht worden tot 80, in verhouding tot de tegenwoordige sterkte der Iersche bevolking. De onder-koning van Ierland zal voort aan benoemd kunnen worden, zonder dat daarbij de godsdienstige gezindte, waar toe hij behoort, in aanmerking komt. (Tot dusver mocht alleen een Protestant tot onderkoning benoemd worden). De rechters zijn onafzetbaar. De onder-koning zal benoemd worden voor den tijd van zes jaren. De uitvoe rende macht in haar geheelen omvang zal hem worden toevertrouwd. Als mi nisterie zal hem ter zijde staan het uit voerend comité van den privycouncil van Ierland. Op advies van dit comité mag de onder-koning de wetten, welke het Iersche Parlement aanneemt,bekrachtigen, maar in allen gevalle blijft hij onderge schikt aan de bevelen van den souve- rein. Het mandaat der wetgevende macht zal zes jaren duren. De wetgevende macht mag het initiatief nemen tot het indie nen van financieele wetten, maar alleen mag dit geschieden, indien het voorstel daartoe is uitgegaan van den onder-ko ning. De leden van het Iersche Parlement, die zitting nemen in het Rijks-Parlement mogen niet medestemmen, ten eerste over wetsontwerpen, welke uitsluitend op En geland en Schotland betrekking hebben, ten tweede over financieele voorstellen, welke alleen Engeland en Schotland be treffen, en ten derde over alle kredieten, tenzij deze bestemd zijn voor het geheele rijk. De minderheid in Ierland, de Protestan ten die zich door de invoering van Ho me rule bedreigd achten, ontvangt door middel van de Eerste Kamer gelegenheid om haar rechten te doen hooren en te verdedigen. Ierland zal verplicht zijn een evenredig deel bij te dragen in de rijksuitgaven. Dit aandeel zal bepaald worden op den grondslag van de opbrengst der douane rechten, welke in Ierland 2,370.000 pd. st. bedragen. De douane-rechten in Ierland zullen beheerd worden door de rijksregeering De regeering zal het bedrag der accijn zen bepalen, maar de inning wordt over gelaten aan de Iersche autoriteiten. In dien dit wetsontwerp wordt aangenomen, zal het Iersche parlement beginnen met een overschot van 520,000 pd. si. Het lagerhuis heeft het Home rule- ontwerp bij eerste lezing zonder stem ming aangenomen. Aan Gladstone viel eene warme ovatie ten deelalle Ieren stoi den op en zwaaiden met hunne hoe den. De tweede lezing is op 13 Maart be paald. Een paar weken geleden, werden in de Gerichtss!rasse te Berlijn een vrouw en haar zoontje vermoord. De politie heeft thans den dader ontdekt. Het is een 15-jarige jongen. Met hartelooze onverschil ligheid deelde de knaap mede, dat hij om geld le krijgen de vrouw, die een winkel hield, met een zware rol van een mangel op het hoofd had geslagen en vervolgens met zijn mes in den hals eenige wonden had toegebracht. v En toen", zei de jongen, 1/was het de beurt van hel kind. Hierna zocht ik naar geld en dit vond ik. Anders heb ik niets te zeggen». Toen men hem vroeg, waarom hij den kleinen jongen ver moord had, antwoorde bij koelO, hij schreeuwde zoo". Die sloeg nog eens een schaats. De 25-jarige Lorei), die in 't stadje San Paul in Noord-Amerika woonde, kon er maar geen werk vinden, er. besloot naar een groote plaats te trekken. Graag was bij naar de groote en mooie stad San Louis gegaan, maar die lag op een afstand van 568 mijlen en Loren had heelemaal maar twaalf gulden op zak. Hij zou dus de reis te voet moeten ondernemen en dat was, met het oog op den afstand en de bittere koude, geen kleine onderneming. Eensklaps herinnerde Loren zich, dat hij een goed schaatsenrijder was; een vriend leende hem een paar schaatsen, er was prachtig ijs en met zijn twaalf gulden op zak ging de jonge man op weg. Hij reed enkel overdag en de nachten bracht hij in boerderijen door, waar hij, daar hij een vriendelijk en voorkomend man was, graag avondeten en een bed kreeg. Op den zesden dag kwam hij, halfdood van vermoeidheid en met erg ontredderde schaatsen, maar met een hart vol moeden hoop, te San Louis aan. Daar de couran ten 't een en ander over zijn avontuurlij ken tocht hadden gezegd, was hij dadeiijk het onderwerp van alle gesprekken ieder een wilde den onverschrokkeu schaatsenrij der zien en hij kreeg dadelijk een betrek king aan een groote fabriek van schaatsen en aanverwante artikelen, met een salaris van vijftig gulden in de week. Maar dat was nog niet alles. De mooie en schatrijke juffrouw Emma L. werd smoorlijk op den knappen jongen verliefd en bood hem hart en hand aan. Loren nam het aanbod met graagte aan en thans hebben twee schaat sen hem tot een rijk man en een gelukkig huisvader gemaakt. Een tragische roman. Uit Venezuela wordt de volgende treuri ge gebeurtenis bericht. Zekere José Boleros, een voornaam en rijk jonkman uit Garacas, had een jaar geleden met een zeer schoone dame liefdes, verbintenissen aangeknoopt en beloofd haar te zullen huwen. De idylle duurde slechts kort. Maria zoo heette het meisje vernam, dat haar beminde zich zou verlo ven met eene rijke erfgename. Met tranen in de oogen vroeg zij baren José of dit waarheid was en toen zij een bevestigend antwoord ontving, wist zij haar vreeseltjke smart in te houden en verliet zij de stad, zonder van den trouwelooze afscheid te ne men. Twee maanden later keerde zij, na dat zij de zorg van haar kind aan een dienstbode had toevertrouwd, nazr Caracas terug, om een betrekking te zoeken. Terwijl in het paleis der jonge bruid van Boleros de noodige toebereidselen voor de bruiloft werden gemaakt, brak te Ve nezuela de burgeroorlog uit en de jonge op avonturen beluste bruidegom verschoof de huwelijksvoltrekking tot later om dienst te nemen bij de regeeringstroepen. Bij een vreeselijke botsing tusschen de strijdende partijen werd hij evenwel zwaar verwond en moest hij in het stedelijk ziekenhuis wor den opgenomen. De jonge levensmoede en door allen verlaten Maria, was, nadat zij voor het lot van haar kind had gezorgd, als zuster van barmhartigheid, of als zieken verpleegster, in het ziekenhuis gekomen, waar zij met grooten ijver en zelfopoffering de gewonden verzorgde, die in die dagen vooral in groote getale m het ziekenhuis werden opgeuomen. Het noodlottig toeval wilde echter, dat onder de aan de zorg van zuster Maria toevertrouwde gewonden ook José zich bevond, die na een langdu rige ziekte, dank der voortreffelijke verple ging, over den dood zegevierde en geheel herstelde. Natuurlijk herkende hij terstond in zijn liefderijke verpleegster zijn voorma lige bemirde en zocht hij weder de vroe gere betrekkingen met haar aan te knoopen. Maar Maria tooude zich koel tegenover de dure eeden en woorden van liefde. Zij bleef hardnekkig weigeren, welk aan bod haar ook gedaan werd en wat José haar ook verzekerde. Eens echter José zat juist op eea bank voor het ziekenhuis tooude het jonge meisje zich geneigd, na een heftigeu zielestrijd, om aan de duur gezworen eeden van den nog immer gelief den man geloof te hechten. José hield de weder teruggevonden ge liefde in zijn armenplotseling echter ruk te het meisje zich van hem los, richtte zich op en zeide: „Nu goed, als het waar is, wat gij mij zweert, schrijf dan terstond aan uw bruid, dat gij ze thans niet meer huwen kunt." Jose antwoordde niet, maar zijn cy nische lach zei meer dan ieder antwoord. Toen haalde Maria bliksemsnel uit haar zak een dolkmes te voorschijn, dat zij hem in de borst slootte met de woorden *Gij zult hiar toch niet huwen.' Het gebeurde heeft in Caracas groot opzien gebaard, daar de verslagene tot een der aanzienlijkste fa milies behoort. Te Moorsele, in Belië, z jn 80 personen zwaar ziek geworden na het eten van twee zieke en heimelijk ten verkoop aangeboden kalveren. Prof. van Ermengen te Gent heeft naar de oorzaak der ziekte een onderzoek ingesteld en daarbij den bacillus gevonden die de ptomaine heeft afgescheiden, welke de ziekte heeft teweeggbracht. Van de 80 personen zijn 4 overledeD. Het vleesch was gekookt en gebraden, maar daardoor de smetstof niet vernietigd. Dieren met dit vleesch gevoed, werden ziek of stierven. Prof. v. Ermengen zegt, dat vaak gevallen van cholera nostras door gebruik van dergalijk vleesch ontstaan. In den nacht van 13 op 14 dezer heeft in Noord Sleeswijk een hevige sneeuwstorm gewoed, ten gevolge waarvan de sneeuw op verscheidene plaatsen een meter hoog lag. In het koninkrijk Siksen worden ver scheidene landstreken getroffen door over strooming. In Elsterberg stonden 14 dezer, groote industriëele établissemen ten ouder water. Hier en daar waren spoor wegen onbruikbaar geworden. Een Amerikaansch jour nalist merkt op, dat er tegeuwoordig minder behoefte is aan vrouwelijke schil ders, vrouwelijke beeldhouwers, dan aan vrouwelijke vrouwen. Uit vrees voor straf. In de nabijheid van het Duitsche dorp Steinfeld liet zich eenige dagen geleden op het 00- genblik dat een sneltrein passeerde, een jong meisje op de rails vallen en werd onder de wielen verpletterd. De aanleiding tot die daad was al heel eigenaardig. Het meisje kwam op een avond der vorige week met afgesneden haarvlechten te huis en vertel de dat zij in de duisternis door een jongen mau was overvallen, die haar het haar had afgesneden. De aangeduide euveldader werd gearresteerd maar in een verhoor bekende het meisje,dat zij zich zelve de vlechten had afge knipt. Zij vreesde thans voor straf en beging daarom zelfmoord. Toen de avondtrein nader de, snelde zij de spoorbaan op; de machinist zag hoe het meisje op korten af stand van den trein op de rails ging liggen; hij remde uit alle macht, maar het was te vergeefscb. De wielen gingen over Je onge lukkige heen en sneden haar het hoofd van den romp. Maandagnacht doodde de vrouw van den bakker Bohndof, te Ber lijn, in een aanval van waanzin haar eigen tienjarig zoontje. De moordenares is de tweede vrouw van den bakker, met wien ze sedert elf jaar is getrouwd. Uit het eerste huwelijk zijn twee kinderen in het leven; uit het tweede waren er ook twee, de tienjarige Hans en een dochtertje van acht jaar. Man en vrouw leefden hoogst gelukkig met elkander. Sedert eenigen tijd was juffrouw Bohn- dorf eig opgewonden en een dokter ver klaarde, dat zij buitengewoon zenuwachtig was. Maandagnacht te een uur stapte de bakker als gewoonlijk, uit zijn bed en begaf zich naar de bakkerij. Toen hij twee uur later naar de huiskamer terugkeerde, ver telde zijn vrouw hem met onheilspellend glinsterende oogen: De booze geesten zijn hier geweest, zij hebben 'tmij gelast en ik heb de daad ook gepleegd." Ont steld snelde Bohndorf naar de kamer van den knaap. Hij vond hem dood te bed liggen; de moeder had het arm kind met een lederen riem verwurgd. De vrouw die ook aan het bedje van het doode kind gekomen was, bleef volkomen kalm. Een dokter kon enkel nog maar het overlijden constateeren. Tood de politie-agenten do krankziDDige zrouw wilden medenemen, viel ze over het lijkje heen, kuste het en zeide: #Dag lieve Hans." Men bracht de beklagenswaardige moe der eerst naar het politiebureau en toen dadelijk naar het krankzinnigengesticht. Ie alverde del Eresno in Spanje is Zaterdag behandeld een opzien- wekkend moordproces, dat in Spanje nog al van zich heeft doen spreken. Een vrouw, Pedra Lajas genaamd, was met drie van haar knechts beschuldigd, verleden jaar haar man, Juan Lopez, te hebben vermrord. Volgens de acte van beschuldiging had Pedra Lajas een harer knechts, Natalio Sa- bio, tot den moord aangezet, onder belofte hem later te zullen huwen een anderen knecht, Jose Martin Antunez, had sij even eens overgehaald om bij den moord een haudjs te helpen. Zij hield de lamp vast, terwijl Natalio haar man met een bijl 26 wonden toebracht. Het lijk was gevonden n een laan, waar heen het door de moor denaars was gebracht. De vierde beschuldig de, de dienstmaagd Ramana Garcia, had de bloedvlekken weggewasschen in de kamer, waar de daad was volbracht. Het schijnt dat Juan Lopez jaloers was op ziju vrouw, en dat hij daartoe wel re den hadverder verdacht hij zijn vrouw, een oom te hebbeu vergiftigd om in het bezit van een erfeuis te komen. Hij was zoo bang voor haar, dat hy altoos een re- III—1

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1893 | | pagina 2