Gel legen geluk. Donderdag 11 Mei 1893. 37ste Jaargang JTo. 2724. d Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en Z a te r d a g a v o n d. Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Uitgever, J. WINKEL. Bureau: HCHAGKflï, Laan, ft, 4. Gemeente S c li a g e n. Bekendmakingen. SCHUTTERIJ. F E U I L L E T O N. Wat zeu het zijn, dat zijn blik wild fonke Binnenlandsch Nieuws. AIiebem NifiDis-, Atierisatis- k Lultiiv Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60. Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25iedere regel meer 5 ct Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. De INHOUD van No. 19. van ons Geïllustreerd Zondagsblad, is als volgt: Een rechterlijke dwaling, een ware ge beurtenis.Een episode uit den slag bij Wortb, met illustratie. Een vaste hand greep, illustratie. Op heeterdaad, met 7 illustraties. De vestiging der Chris ten—heerschappij in Spanje, met illustratie. Door wolven aangevallen, met illustra tie. Een moeielijk ding, met illustratie. Puzzle. Voor de huishouding. Anecdoten. Zoo'n domoor. De ware vrouw.Oplossing der Prijsraadsels XL en XLI. oplossing van Puzzle in No, 15. De prijswinners der Raadsels XXXI en XXXII. Onze lichaams-warmte In een groote drukke restauratie. Iersche indnstrie. Een middel, met 2 illustraties. Voor dames. Keizerlijk „Slecht". Het intieme leven onzer dichters. Op rechte dank, met illustratie. Nieuw prijsraadsel XLVII. Ook een industrie. Anecdoteproeve No. 15.Het „Water" in onze spreekwoorden. Schaakrubriek. Mededeelingen. POLITIE. Ter Secretarie alhier, zijn inlichtingen te bekomen, omstrent een op 6 Mei jl. in deze gemeente gevonden gouden broche. Burgemeester en Wethouders van Scha- gen, roepen mits deze op, alle zoodanige ingezetenen, die op den 1 Januari 1893 hun 25ste jaar van ouderdom zijn inge treden, benevens de zoodanigen, die zich van Buitenlands in deze Gemeente geves tigd hebben, voor zooverre zij r.og in een der klasse van de Schutterij vallen, om zich tusscbeu 15 Mei en 1 Juni aanstaande, ter Secretarie dezer Gemeente voor den dienst der Schutterij te doen inschrijvent zullende tot ontvangst van hun aangilo, te dier plaatse speciaal worden gevaceerd op alle werkdagen, gedurende des voor middags van 9 tot 12 ure. Tot naricht der belanghebbenden dient Dat als ingezetenen in deze worden be schouwd, alle Nederlanders, in het Rijk hun gewoon verblijf houdende, en alle vreemdelingen, in het Rijk welke hun voor Novelle van M. BRÉE. 1. I. Op de grens van het grondgebied der stad lag een donker gebouw, deels de vormen van een ouden ridderburcht, deels den stijl van een kazerne bezittende. De laatste buizen der voorstad schenen er voor terug te wjken, als vreesden zj eene aan raking. Als in minachtenden trots stond bet grjze gebouw daar in breede vormen en keek met geringschatting neer op de kleine buizen vaD den nieuwsten tijd, als wildo bet ben toeroepen: „Weeu!Het zijne uwe bewoners het meest, die ik moet ber bergen: de armen en ougelukkigen der laatste buizen eener groote stad. Het was een tuchthuis. Rondom beerschte diepe stilte. De avord was neergedaald en geen vogelgeijilp boorde men meer, alleen het vallend herstloof dwar relde in den wind. Toch een zwak ge knars, een licht geruiseh en een deurtje in de groote poort van bet huis werd geopend, teneinde een mensch uit te laten en achter dezen weder terstond ge sloten te worden. Zoo menigeen der vrijgelatenen, dio het haastig sluiten der poort boorde, beeti met beescb gelach de gedachte gekoesterd, of zij daarbinnen misschien bang waren, dat de ontslagen gevangene zou willen terugkeeren. De man evenwel, die nu voor de deur van bet tuchthuis stond, dacbt daaraan niet. Hj bad de bloedelooze lippen vast op elkander geperst en staarde strak voor zich uit naar het stof der sirast. Het duurde lang, voor b j den blik weder ophief. Welk een ongelukkig meuschenkitd kon hj zjD, dat er geen straal van blijdschap uit zijn ocg seheot, dat geen ruime adem- balirg >ijn borst uitzette, toen bij zsg, dat geen booge muren meer 2ijn Lorizm be perkte, dat de weg vrj voer hem lagen dat zin wil in dit oogenblik nieuw geboren werd. nemen om zich aldaar te vestigen zullen htbben aan dea dag gelegd. Dat de aangifte tot inschrijving in alle gevallen voor de ingezetenen van den hierboven bedoelden ouderdom behoeven gedaan te worden, ook dan zelfs, wanneer de belanghebbenden vermeenen tot de vrij gestelden of uitgestotenen tot den schutter lijken dieDSt te behooren; dat zij, die be vonden zullen worden zich niet voor den leu Juni 1893 te hebben doen inschrijven door het Plaatselijk Bestuur ambtshalve worden ingeschreven, en ter zake van hun verzuim in eene geldboete vervallen, terwijl dezelve daarenboven zonder loting zullen worden ingelijfd. En worden overigens de ingezetenen aangemaand om zich tijdig van een geboorte-extract te voorzien, en zich alzoo van hun juisten ouderdom te verzekeren, ten einde de inschrijving be hoorlijk geschiede, en zij alzoo niet komen te vervallen in de straffe bij de Wet be paald. Schagen, den 28 April 1893. Burgemeester en Wethouders voornoemd, C. H. BEELS. de Secretaris, DENIJS. Van den sedert Maart begonnen bil jartwedstrijd met 6 ballen, in het lokaal van. den heer P. Clay, te ALKMAAR, zijn j.1. Zondag de laatste partijen gespeeld. In het geheel moesten duizend partijen ge maakt worden. De 1ste prijs werd met 685 punten behaald door den heer 1). Hierop van Nieuwe Nitdorp, de 2e door den lieer A. Pijper van Alkmaar met 599 punten. Beide heeren moesten hunne me despelers 75 punten voorgeven. Dj 3e prijs werd met 419 punten behaald door den heer T. Somerdijk te Beemster en de 4e door onzen plaatsgenoot, den heer J. P. Wa genaarmet 412 punteD. Bij de op den 9 Mei gehou- dene verkiezing van een Molenmeester voor de Koog- en Bleek meerpolder, in de plaats van den heer C Biersteker (overl), is gekozen de heer hl Borst Sr te Oud karspel. Over den nationalen en internationalen Zangwed strijd, op Z.terdag, Zondag en Maandag len, zijn voorhoofd fronsen deed en zijn banden zich balden, toen hij de aangren zende stad ontwaarde, welke door het licht der avondzonne werd beschenen? Nu sloeg bij den weg naar de stad in. Niet langzaam, aarzelend en wijfelend gelijk gewoonlijk degenen doen, wie, uit het groote buis gezonden, hun persoonlijke vrij heid vreemd is geworden, en die niet weten waarbeen zjj hnnne schreden zullen richten. Neen, als door een geweldige macht gedre ven, schreed hij voort als had hij een vast doel, hetwelk hem gedurende zijn lan gen gevangenistijd niet uit bet oog was ge gaan. Weidia bad hij de lange, smalle straten der voorstad achter zich en sloeg nu de breede nieuwe straten der eigenlijke stad in, waar de laatste jaren het tene prachtige gebouw na het andere als uit den grond getoovord was. De man had evenwel geen oog voor al deze meesterwerken der bouw kunst, maar sloeg spoedig een zijstraat, daarna een twee en derde in, tot hij in de oude zuidelijke wijk der stad voor een boog huis bleet staan. Intusschen was het bijna nacht geworden; op de smalle, vuile trap van bet Luis brand de een laag neergedraaid gaspitje. Op de vierde verdieping bleef de man, die de trap was opgeklommen, staan. Als om zijne ontroering meester te worden, wachtte hij een poos voor hij aan de deur klopte, op welke een klein plaatje met het woord „atelier* wasgohcebt Geen antwoord volgde, en torn de man herhaald en heftiger aanklopte, werd een andere deur cp bet trapportaal geopend, ten oude vrouw stak haar hootd door de opening en riep op een toon van ergtrnis: „Er is niemand thuis. Die Deemt tcch geen modellen meer aan.' En voor de man r.og iels bad kannen antwoorden of vragen, had bet oudje de deur weder gesloten. Langzaam en aarzelend daalde de maD de trappen af en dooikruiste de voorstad tot 1 ij voor een klein buis bleef sitan. Hoegeteel anders waren nu zijne blikken. Uit zijn oo- gen sprak nu ieu onbeschrijil! k diepe smart. Hij trad nu bet kuis binnen en wilde de trap opgaan toen een stem hem toeriep „Waarhern wilt gij?* Ie slem kwam door een opening in de deor naast de trap. 11. te AMSTERDAM gehouden, ontleenen wij aan verschillende verslagen het volgen de De nationale en internationale wedstrijd, uitgeschreven door de msterdanische man- nen-zangvereeniging „Knnst en Broeder schap", is in elk opzicht uitstekend ge slaagd, heeft zelfs alle verwachtingen zeer overtroffen. Het bestuur van »K. en B." hee t eer en groote satisfactie van zijn moei lijke taak. Niet alleen door de uitmuntende Bel gische vereenigingen, maar ook door onze nationale liedertafels is fraai gezongen, zelfs in de derde afdeeling, bestaande uit veree nigingen die nog nooit bekroond waren, is dapper gestreden en verdient vooral „Kunst door oefening' van Amsterdam, die onk op den eerewedstrijd tusschen de drie met eerste prijzen op de nationale afdeelingen bekroonde vereenigingen den eersten prijs behaalde, een bizmdere vermelding. Ook mannenkoor „Cecilia" van Amster dam en „Kunst na Arbeid" in de tweede en de „Rotterdarasche Liedertafel" in de eerste afdeeling hebben zich zeer dapper gehouden, maar vooral het begroetingskoor „Super Elumiua" van Hiller is door de feestgevende vereeniging, onder de uit stekende leiding van den heer Anton fl. Tierie voortreffelijk uitgevoerd. Ook als toondichter heeft zich de heer Tierie groote sympathie verworven, want zijn prijskoor Groot is de Heer, is een zeer verdienstelijke compositie, die alleeu te moeilijk en niet practisch genoeg voor de stemmen is geschreven, maar die voor zeker toch de hand van een veelbelovend jong componist verraadt. De wedstrijd ving te één uur aan met de derde afdeeliug van den nationalen wed strijd. In het geheel dongen 32 vereenigin gen mede. De jury is samengesteld voor de derde nationale afdeeling, uit de heeren: Tbierie, dir. van Kunst en Broederschap, v. d. Broeke, dir. der vrije Gemeente,Joh. Schmier, G. A. Heinze, C. v. d. Linden, Ed. de Hartogh, Leou, C. Bouwman. Voor de le en 2e afd. van een natio nalen wedstrijd dezelfde heeren, behalve de heer De Hartogh, die vervangen wordt door den heer W. Kes. Voor den internationalen wedstrijd van uitnemendheid ïiemen als juryleden zitting: uit Nederland, de heeren: Thierie, D. de Lange, De Pauw, Heinze, De Hartogh; uit België, de heeren: Allred Tilman, Ed. Nevejms, Louis Maes, Jan Blockx en Si- Da man wendde zich om, „Naar juffrouw Heim" antwoordde hij. Zijn stem klonk zacht en heesch. „Naar juffrouw Heim Och dan gaat gij te vergeefs naar boven," antwoordde de stem, en een vrouw blijkbaar de huis meesteres trad naar buiten. „Is zij vertrokken P" L)e buismeesteres znebtte diep: „O God, neen, zij is al lang dood en begraven." De man rilde. Hij boog betboofd en zweeg, terwijl de buismeesteres, blijde eens een ge legenheid te bebben om een weinig te pra ten, voortging: „De onde vrouw is nooit een der sterkste geweest zij leed aan het hartmaar sedert de geschiedenis met haar dochter -- keot gij de g scbiedenis Niet? Nu, ik wil er niet over praten, kortom, sedert toen is bet snel met baar achteruit gegaan. Midden in den zomer is zij begon nen te sukkelen en in den Lerfst acht weken geleden ongeveer, is zij verlost ge worden van haar lijden.' „En en de man verslikte zich, als ot hem de vraag niet uit de keel wilde. „De dochter, Gisela bedoelt gij?ja, vraag mij dan maar niet te veel. Sedert de moeder met haar in onmin geraakte ik geloof, dat het zoo iets bepaald geweest moet zijn want iets zekers heeft men ncoit te weten kunnen komen; dus, sedert zij met haar moe der in onnna geraakte, heeft het meisje zich hier in buis niet meer laten zien, en toen de oude vrouw in den laatsten tijd om baar zond, «as zij nergens te vinden. Zij is weg, heette het. Waarbeen, dat wist geen mensch.* Steeds dieper daalde bet boofd van den mau. Zijne wangtn werden beurtelings bleek en rood en eensklaps groette bij zwijgend en vvrtiok haastig, als kon hij zijne ontroe ring niet langer meester bljjven. Te vergeefs riep de liuismecsteres hem na, die er nu spijt van had, hem niet tenminste naar' zi n naam en zijne betiekking tot de dotde gewaagd te bebben. Daarbuiten was bet weder veranderd. Een koude wind joeg door de straten en de he mel wss dik bewolkt. Af en tce viel een enktle sneeuwvlok, vermengd met ïegen. De man scbttn Let met te vcelen. Hij liep langzaam vooit, alsof bij geen doel neer bad. Dikwijls bleel bij staan, keek Laar rechts en naar links en ging dan weerverder. Hij maeruit Duitschland, de heer: C. Bram- bach. In den internationalen eerewedstrijd de zelfde heeren als in den wedstrijd van uitnemendheid, behalve de heer De Har togh, die wederom werd vervangen door den heer W. Kes. Te een uur begon in tegenwoordigheid van een zeer groot aantal belangstellenden de wedstrijd en wel met de derde Nationale afdeeling. De in dezen wedstrijd mededingende vereenigingen waren volgende: „Uit spanning door inspanning* te Beinmel; „Nnt en Genoegen* te Gorinchem „Erato* te Amsterdam„Joh. J. Verhulst" te Amsterdam„ManDenzang-vereeniging Crescendo' te 's-Hage„Mannenkoor Zalt-Bommcl* te Zalt-B-.romel; „Gruno* te Groningen; „Aurora" te Oosterhout; „St. Cecilia* te 's—Hage „Herveld's Man- nenuenkoor' ta Herveld„Gravenhagen- sche liedertafel Crescendo* te 's-Hage .Kunst dcor Oefening* en „Amstel's 77 1 -1 Werkman", beiden te Amsterdam en de „Mannenzang-vereeniging Woerden* te Woerden. Elke vereeniging zong twee liederen naar eigen keuze. Des avonds was er wedstrijd van de tweede Nationale afdeeling. De namen der deel nemende vereenigingen zijn „Oefening na Arbeid" van Wormer. „Kunst na Arbeid" van Amsterdam. Wormerveer's Mannenkoor van Wormer- veer. Nat. Zangschool en Zangvereening van Amsterdam, „Haarlem's Zanggenot van Haarlem. Mannenkoor „Caecilia" van Amsterdam. Hier was het „Kunst na Arbeid"', die sterk werd toegejuicht. De uitspraak was als volgt: Derde Nationale Af deeling. Eerste prijs „Kunst door oefening," van Amsterdam; tweede prijs „St. Caecilia," van Den Haag; derde prijs „Erata" van Am sterdam; vierde prijs „Gruno" van Gro ningen; vijfde prijs „Aurora,* van Ooster hout. Tweede Nationale Afdeeling. Eerste prijs „Mannenkoor Caecilia,* Am sterdam; tweede prijs „Kunst na Arbeid," Amsterdam; derde prijs „Nationale Zang school," Amsterdam; vierde prijs „Wor- merveers Mannenkoor." Eerste Nationale afdeeling. Eerste prijs „Rotterdam 's Liedertafel,* tweede prijs „Aurora," Arnhem; derde prijs „Amicitia,* Amsterdam. Aan den heer Heinze, die het verplicht koor had getoonzet, werd door den presi dent van „Kunst eu Broederschap" een Lauwerkrans aangeboden en daarna door liet talrijk auditorium een warme ovatie ge bracht. Van de drie Belgische vereenigingen komt boven alle andere am „1'Union cho- rale d'Angrée* eene bijzondere onderschei ding toe. Onder de voortreffelijke leiding van den heer Col'inet uit Luik hebben deze zangers meesterlijk in den intern, afd. wedstrijd vati uitnemendheid gezongen, en met den meest mogelijken glans gezegen- vierd, zoodat zij door den president uitge- noodigd werden om vóór den int. eere wedstrijd hors concours nog eens te zingen, waaraan zij gaarne gevolg hebben gegeven. Ook de „Mélomanes de Molenbeek St. Jean* hebben op de meest schitterende wijze op den Internationalen Eere-wedstrijd den eersten prijs behaald. De vereeniging uit Charleroi, die trouwens eerst twee jaren bestaat, kon niet bijzonder bevallen, daarentegen verdienen de Nationale Ver eenigingen „Onderlinge Oefening' en „Zanglust* een woord van welverdienden- lof. Het prijskoor voor de le afdeeling was van onzen zoo populairen toondichter G. A. Heinze en het prijskoor voor de afd. van uitnemendheid van den Belgischen lie dercomponist Tilman. Voor den eere-intern. wedstrijd was het moeielijke koor van Tierie bestemd, een mooi werk, maar, een casse- cou voor de zangers zouden de Eranschen zeggen. Met een groot vocaal concert besloot de mannenzangvereening „Kunst en Broeder schap" haar concours. De kleine zaal was veel te klein om alle aanwezigen te be vatten: vandaar dat het tweede deel in de groote zaal moest uitgevoerd worden. Als solisten traden op: D. Pauwels en J. Orelio, van de Nedelandsche opera, Joh. Schmier oud-directeur van de feestvierde vereening, mevr. Oldenboom-Lütkemanu (sopraan) en J. Reeder. Hunne verschillende voordrachten vielen zeer in den smaak van het overtalrijke publiek. Na de pauze werd den president, den heer D. de Voogd, een reuzenkrans aangeboden voor zijn uitstekende leiding vau het S-laagsch concours. Tevens ont vingen de verschillende zangers kransen en bouquetten, kortom 'twas een ware feestavond besloten dooreen bal waaraan door verschei dene zangvereeningeu werd deelgenomen. had den blik ter neder geslagen en eerst een roodachtig schijnsel, hetwelk dwars over den weg viel, deed hem opzien. Dat schijn- sel kwam van een lantaarn, welke naast een open huisdeur hing en den vermoeiden wan delaar een nachtverblijf tegen lagen prijs be loofde. Een oogenblik dacht de man na, daarna trad hij naar binnen en liet zich oen leger stede aanwijzen. Niettegenstaande hij de groote ruimte met vele andere slaapgenoo- ten had te deelen, gevoelde hij zich toch alleen bier onder die pratende schertsende menigte. Hij boorde heu niet en zag hen niet, maar wierp zich op bet harde, niet al te heldere bed. Vanwaar bij kwam, was bij volstrekt niet verwend. Toch had hij daar altijd naar den Dacht verlangd, welke hem de werkelijkheid hielp vergeten en steeds dezelfde beelden «oor zijn geest liet voorbij trekken, de schaduwen van zijn hoogste ge luk en van zijn hevigste smart, die f a t a- ra o r g a n a van zijn verleden in de woes tijn van zijn tegenwoordig bestaan. Gelijk hij bet eiken avond had gedaan, verborg hij zijn gelaat in zijn armen, de niet zeer zuivere muren cm hem heen ver loren zich iD het verschiet en gelijk eene zich voortbewegende schilderij zag hij nog maals de tafereelen van het verledeD. Eerste beeld. Een herfstdag. Door de straten der hoofd stad trekt een jonge man. Van huis tot huis wandelt hij voort en onderwerpt de aange hechte bordjes, waarop het „Kamers te buur", aan een nauwkeurig ouderzoek. Hij is groot en slank, heeft een paar frissche wan gen eu een helderen blik en zijn gang is eveQ licht als zijn hart. Doch uren van vergeefsch zoeken volgen elkaar op een lichte on tevredenheid rimpelt zijn voorhoofd, telkens driftiger v oelt zijn linkerhand door het dik ke hoofdhaar en telkens sneller draait de rech terhand de punten van zijn snor. Daar staat bij weder voor eeo bordje stil, hetwelk een goedkcope woning aanbiedt. Nu, in Gods naam, die eene wil hij nog gaan bezichti gen <n dan «oor l.tdei avond vacantie nemen. „Wie is Let?* roept «au binnen een heldere stem op zijn tikken en zonder hem tijd tot antwoord te laten, wordt de deur geojeid en Hinkt er tegeli)kertt,d een kreet. De jonge man ziet te midden van wolken van waterdamp een jong meisje, hetwelk achteruit deinst, eeu handdoek grij pende en daarmede hare ontbloote schouders bedekkende. Het was de vraag, wie er 't he vigst bloosde, hij of zij. Het duurde eenige minuten voor zij weder den blik durfden opslaan, om op nieuw te blozen want zij bevond zicb tegenover een knappen jongen man, en hij zag voor zich een beeldschoon meisje, met frissche lippen en kuiltjes in de blozende wangen. Gtootc vlokken zeep- 8cbuitn, welke van hare handen cn armen afdropen, verrieden de gestoorde bezigheid van het meisje. De jonge man kwam er eindelijk toe, het doel van zijn komst te verklaren, waarop het joDge meisje onbeschroomd antwoordde dat haar moeder wel niet thuis was, maar wanueer hij de kamer zien wilde, verzocht tij h m, mede te gaan. Hij deed het, eu toen zij hem vroeg, hoe de kamer hem beviel, zeide hij, zonder ziju blik van baar gelaat af te wenden„O, wonderschoon Eu hj verklaarde zich be reid, de kamer te huren. „Maar gij weet nog niet eens den prijs," zeide het meisje. „Ach ja dat is zoo dat wil zeggen het zal wel niet zoo erg zijn." Het meisje schaterde vau 't lachen. „Neen, zeker niet." Waarop de jonge man hare beide nog vochtige handen greep en deze drukte met een warmte, alsof hij zijn dank betuigde aan iemand die hem het leven had gered. Zij keek hem verbaasd aan en hij zette eensklaps een onnoozel gelaat want hg begreep, dat zij beiden eigenlijk niet wisten waarin die hartelijkheid aanleiding vond. Tot beider vreugde kwam nu de moeder vau het meisje tbuis en daar het met den huurprijs werkelijk zeer billijk stond, werden zij het spoedig eens en betrok de jonge man Dog denzel'deu avond zijn „wouderschoone* kamer. Het verhnisbillet, naar welks inhoud het jonge meisje den volgenden dag verlangend uitzag, luiddeRudolf Frank, stud. poly technische academie, 25 jaar oud, zon Ier beroep. WORDT VERVOLGD.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1893 | | pagina 1