Uit en voor de Pers. Buitenlandse!! Overzicht. II E C li A n E. J. Slanke te §eliagcn. Ïj. A. i*. Schilling. Hoofdgracht te Nieuwediep. Gemengd Nieuws. I 11 <3 en O o s t h o e k van Gro- heeft gemaskt, dezer dagen ningen bij de Eems en Dollard, zijn meer I is verhuisd, dan 100 personen vertrokken als landver- boizers naar Amerika. Velen gaan op aan beveling van reeds daar aanwezige vrien den of bekenden. naar Hij had gelijk ook. 't Vol gende verhaal wordt uit Helmond aan de Limb. Koerier geschreven, 't Zoo, naar asn het blad wordt verzekerd, dezer dagen op een der naburige dorpen zijn voorgekomen. Boer Dries v. d. M. w»s een psar ja ren sedert gernimen tijd lid van den ge meenteraad en zelfs wethouder. Door ziek te, sterfgevallen en tegenspoed vsn aller lei aard raakt hij deerlijk op 't achterschip, ja wordt een man die erg sakkelen en tobben moet om den ouwen knecht te blij ven. Zijn collega's in den raad zien ook, dat hij 't hard te verantwoorden heelt en dat zijn jasje erg kaal is, als hij met hen aan de groene tafel zit. Zijn sjofele klee ding doet hen den neus optrekken en men laat hem vaak een eind ver alleen zitten. Dit verdriet den tobber niet, die met hsrt en ziel voor zijn gezin nit is, maar de belangen der gemeente evenmin uit het oog verliest. Dit bewijzen zijn bondige redevoe ringen, die te snede zijn en zijn collega's vask met bewondering vervullen. Toch moet hij vallen, want hij is arm geworden. De zes jaar zijn om en V. d. M. krijgt door de kuiperijen zijner ambt- genooten den nederlaag; hij Komt niet eens in herstemming, 't Valt den man hard, dat hij oitgeworpen wordt, maar zijn boer derij, die erg belast is den laatsten tijd, neemt zijn geheele ik in beslag Daar sterft plotseling een ongehuwde broer en laat den armen tobber zijn gebeele ver mogen na. Dries lost de hypotheek al eD wjrdt weer een gezeten man. Een afge- leeld raadslid bedankt en door de edele! bemoeiingen der raadsleden komt Dries weer op 't kussen. Op den bepaalden dag is hij ter zitting, maar vraagt na de installatie bet woord; „Hier is Dries, juist gelijk hij vroeger was, hij is niet wijzer geworden; toen moest bij er uit, nu er weer in. Zit het hem hier en meteen neemt hij iets uit den zak, dat bij op tafel plaatst, opent en dat blijkt een geldbuil te zijn „spreek!" zegt hij tot den buidel, want liet schijnt bij de heeren, dat het verstand in 't geld zit. Zijt gij stom, geldbuil, spreek gij dan, raadsleden, waarom zit ik nu weer bier en moest ik voor een paar jaar schuiven; ik ben niets wijzer, enkel wat ouder en zwakker geworden. Maar dit zeg ik u, ik ben weer door uw toedoen gekozeD, maar ik bedank met zulke lie den om te gaan en te werken; schrijf maar een nieuwe verkiezing uit ik groet u!' Dries nam stok en buidel, ver wijderde zich en liet de raadsheeren ver bluft zitten. Het was mijnheer zelf. Bij een firma op de Keizersgracht te AM STERDAM heeft zich het volgende ver makelijke geval voorgedaan, dat evenwel voor den betrapten persoon slecht kan af- loopen. Ónder bet personeel is iemand, die steeds, regen of niet, voorzien is van een paraplnie, waarover bij al uienigen kwink slag heeft moeten hooren. Dezer dagen had men in de parapluie van den regenschuwe, een partij papiersnippers gestrooid en het gevolg was, dat hij 's avonds zijn paraplnie opstekende, zich zeiven heel aardig bestrooide. Ditzelfde gebeurde nog eens, eergisteren avond. Nu dacht de vriend aan wraak. Op een plank in een kleerkast staan de hoe den van het personeel, en nu gooide bij heel ongemerkt in de hoed van den jong- sten bediende, dien bij verdacht van de fopperij, een restant waardelnoze stofthee. Tegen benrstijd stond ieder op, om naar den handelstempel te gaan en verkneu terde zich de parapluieman reeds, toen ook de „jongste" zijn hoed opzette maar hij bemerkte niets vreemds en zag hem doodgewoon de deur uilgaan. Men denke zich echter sijn schrik, toen de patroon, na zijn lessenaar te hebben gesloten en zijn tabonret te hebben weg geschoven, ging vertrekken. Met eenige drift doei meneer een greep naar zijn hoed, wipt hem snel op het hoofd, maar ziet zich in 't zeilde oogenblik over- stoven door een zwarte massa, die hem, bijna onkenbaar, doet proesten en niezen. Dol van woede, treedt meneer na*r zijn verbaasd personeel, en spoedig blijkt hem, wie de schuldige is. De patroon moest zich onimddellijk van een ander front en boord voorzien en kwam toen nog tot overmaat van ramp te laat op de beurs. Een 25j arige landbouwer te Koekange sneed zich bij ongeluk met een mes in den doim. De arm zwol z<x> zeer op, dat geneeskundige hulp moest worden ingeroepen. Vrijdiguacht is de man, ten gevolge van bloedvergiftiging, overleden. Te LUTJEGAST, pror. Gro ningen, kreeg een smid tegeD een lichte ongesteldheid van een geneesheer eenige poeders. Door een vergissing nam hij ze alle tegelijk in, met het ongelukkig gevolg, dat hij eeDige nren later overleed. Te V i e r 1 i n g s b e e k heeft zich een geval van nona voorgedaan bij een dienstmeisje, dat sinds 4 dagen en nachten onafgebroken doorslaapt zonder dat het gelakt is, haar wakker te krijgen. Men schrijft oit LEEUWAR DEN, dat de bekende schaatsenrijder P B roinsma, die vcoral als hardrijder bij de jredstrijdafi van mannen en vrouwen naam ge uit Het gerucht, ais zonde de moordenaar van Anna Honben, uit Ech- terbosch zich verdronken hebben, heeft zich bewaarheid. Zondag-namiddag is onder Asselt, meente Swalnen. het lijk van D. S. de Maas opgevischt. Uit ANDELST meldt men: Verleden Zaterdagochtend terwijl de moeier met eene buurvrouw stond te pra ten, kroop een knaapje van 5 jaren nit zijn bedje en ging hij da brandende ka chel zitten. Hij viel voorover, zijn onder- kleeren geraakten in brand en eer hem hnlp kon worden verleend was hij zoodanig met brandwonden overdekt, dat hij aan de ge volgen er van is overleden. Eerst des Zondagsmiddags riep men de hnlp vari eenen dokter in, en deze ver klaarde, dat zulke teere deelen waren ge wond dat hij het ergste vreesde. De bijgeloovige ouders hebben nog ge tracht het leven van het kind te redden door htt te laten „bespreken", zoosls men dat hier noemt, maar het heeft niet mogen helpen. Van „bespreken" gesproken, moeten we ook nog melding maken van een ernstig geval van „heheksiug." Men kan niet ge- looven, dit we hier, ia het hartje van de Betnwe, op het einde van de negentiende eeuw nog heksen hebbes, en toch schijnt het zoo. Een arbeider, dis sinds geruimen tijd aan «ene lastige ziekte leed, werd ver voerd naar het ziekenhuis te Arnhem middelerwijl werd zijn bed schoongemaakt en daarin vond men iets heel vreemds. Terstond werd uitgemaakt, dat de man be hekst was men ging daarom naar eenen zoogenaam'len heksenziener te NijmegeD, nu krijgt eene arme vrouw van het dorp, die velleden een varken aan hem verkocht, de schuld Amerika 1 teem van den minister, dat men ten on-natie, zeide bij monde harer afgevaar- rechte een gewijzigd-Benthamsch stelsel digden kalf. voor de steeds toenemende heeft genoemd, te vervangen door een wapening van het Duitsche volk. on;; i\, L-oivar mAt toestemming van den dat werkelijk zoo heeten mag, waarbij een gelijk procent wordt geheven, maar vooraf de inkomens worden verminderd met een som die afhangt van de grootte van het inkomen en van de talrijkheid van het gezin, misschien met de duurte der plaats van inwoning), hetzelfde stel sel dat de hoogleeraar in 1886 reeds in de Vragen de* lijd* heeft behandeld en dat onlangs is aangenomen voor de ge meentebelasting te Amsterdam. Een ontzettende ramp. Ten huize van den heer J. P Longayroux. aan den Roerensteiger n°. 41 te RÓ'ITER- DAM, kwam men gisteren—ochtend tot de ontdekking van een ontzettende ramp. Toen men te 6'/s uur de 24-jarige dienst bode, genaamd Kamer, wilde wekken, be merkt, men dat zij bewusteloos op haar bed lag, hetgeen eveneens het geval was met twee knapen van 16 en 8 jaar, zoons van den bewoner, die met haar in hetzelf de vertrek, op de 4e verdieping gelegen, sliepen. Men dacht aanvankelijk met drie lijken te doen te hebben. In het siaapvertrek nam men een sterke gas- lncht waar. Onmiddellijk werd geneeskun dige hulp ingeroepen, en twee doctoren hielden zich geruimen tijd met de be- wusleloozen bezig, zonder merkbaar te vor deren. Op hunuen raad paste men voor durend de bekende voorschriften tot hulp verleening bij plotselinge ongevallen toe, teneinde zoo mogelijk het leven op te wekken. Deze pogingen werden in zoover re bekroond, dat tegen den middag de jongste zo' n het bewustzijn herkreeg. Hoe wel uiterst zwak, bestiat er voor houi geen oogenblikkelijk levensgevaar. Erger is het evenwel gesteld met den oudsten zoon, die, hoewel teekenen van le ven gevende, te 3 nren gister-nam mid dag nog niet tot bewustzijn was gekomen; en nog ernstiger is hel met de dienstbo de gesteld, zoodat voor h-.ar het gevaar, dat zij er het leven niet zal afbrengen, niet gering te achten is. De ramp wordt, volgens de N. R. Ct. uan gasontsnappiug toegeschreven. Hoe*el alles opengebroken en de leiding onderzocht is, is men echter nog niet tot de ontdek king kunnen komen, waar het lek zich bevindt. Aan het slot van zijn artikel verdedigt prof. Van Geer den algeheelen afstand van het personeel der gemeenten, daar de wel nog niet veroorloofde, maar toch in het vooruitzicht gestelde gemeentelijke opcentenheffing op de rijksbelastingen de ongel jkmatige werking van vermogens- en bedrijfsbelasting dubbel zon doen ge voelen, terwijl bovendien de progressie- schaal zou moeten veranderd worden voor de verschillende gemeenten, want de pro gressie die regelmatig is voor het geheel is dit niet voor de onderdeelen, maar zou daar gapingen vertoonen. Op de vraag wat dan het equivalent zal moeten zijn bij dien afstand van het personeel, antwoordt prof. van Geer met een verwijzing naar een andere paragraaf van het hier behandelde artikel, waarin hij tracht aan te toonen, dat de opbrengst der nieuwe belastingen aanmerkelijk 's ministers raming overtreffen zal, ter wijl hij zoo noodig voor het overige ver wijst naar het artikel van mr. Treub in de Vragen de* T ijds van 1891, getiteld „Staatserfrecht en successiebelasting." Want de grondslag van het belasting stelsel der Toekomst zal naar Prof. van Geer's overtuiging wezen, dat niet de zwaarste last gelegd wordt op den arbeid der levenden, maar veeleer op het ver mogen van hen die bij hun overlijden geen gezin achterlaten. De Telegraaf. 13e lledrijl'übelasting. In het Meinummer van de Vngen de* Tijd* heeft prof. Van Geer thans ook de tweede editie vau de bedrijfsbelasting behandeld. Hij geeft weer een tabel ter vergelij king van de percentages, die als belas ting betaald worden van de inkomens uit vermogen alleen, uit arbeid, alleen en half uit vermogen half uit arbeid om ua te gaan, hoe bij stijging van het in komen, die procenten opklimmen. Hij vindt, dat de uitkomsten bij deze tweede editie gunstiger zijn dan die van het vroegere ontwerp, maar niettemin is nog niet aan de eischen der mathemati sche regelmaat voldaan. „De reeksen klimmen op en convergeeren," de eerste tot de grens 5, de tweede tot de grens 3.20, de derde tot de grens 4.10. De gang van elk tarief is vrij regelmatig. Doch met het onderling verband is dit niet het geval." Een vriend had hem naar aanleiding van zijn vorig attikel geschreven, hoe hij zich toch zoo warm maakte voor zaken die niet anders dan als „inelegantiae mathematicae" zijn te beschouwen, maar de wiskunstige hoog leeraar antwoordt hem, dat hij zoodanige ontsiering van een belastingwet evenmin dulden kan als een jas die tegen de re gelen der elegantie strijdt. Zulk lappers- werk kan naar zijne meening niet wor den geaccepteerd. Wat men nu doen moet Prof. van Geer adviseert om alle verband van de bedrijfsbelasting met de vermogensbelas ting te verbreken. „Is die scheiding vol bracht, dan kan de bedrijfsbelasting als partieele inkomstenbelasting behoorlijk tot stand worden gebracht." Hij raadt asn om het progressieve-sjs- F*olitiel£e Intriges*. De Haagsche correspondent van de N. Gron. Ct. schrijft van de week aan dit blad „Eerlang wordt in den hofstaat van de Koningin een niet onbelangrijke ver andering en aanvulling tegemoet gezien, ter vervulling ook van de sterfgevallen, die in den laatsten tijd onder de hofdig- nitarissen zijn voorgekomen. Men acht het zeer waarschijnlijk, dat baron Yan Hardenbroek van Bergambachten 's-Heer- aartsberg als grootmeester zal optreden, ter vervanging van graaf Schimmelpen- ninck ongetwijfeld zou de keuze zeer gelukkig zijn; maar er wordt, zegt men, te dezer zake niet weinig geïntrigeerd, ook met politieke oogmerken. Er is in den laatsen tijd in de pers nog al eens gesproken over de hinderlagen, die van zekere zijde ten hove aan het ministerie worden gezet. Welnu, om daarmee te zekerder te slagen, zou 't vervullen van het grootmeesterschap der Koningin door den aanvoerder der hofpartij geen onwel kom hulpmiddel zijn. Welke de bedoelingen zijn, die bij deze intriges voorzitten, laat zich gemak kelijk gissen. Zoowel de invoering der vermogensbelasting als de voorgenomen kiesrecht-uitbreiding hebben in de hoog adellijke kringen wrevel tegen het kabinet gewekt en niets schijnt dan ook onbe proefd te worden gelaten om de Ko ningin-regentes tegen haar raadslieden in te nemen. Ik zou u daarvan zelfs staaltjes kunnen mededeelen, die echter een te persoonlijk karakter hebben. Het is dus beter deswege niet al te zeer in bijzonderheden af te dalen. Doch laat 't u niet verwonderen, wanneer er, ge heel onverwachts, eens zonderlinge din gen gebeuren als gevolg van extra-par lementaire inmenging van zekere hofdig- nitarissen in den gang der regeerings- aangelegenheden. (De Telegraafi) Opmerkelijk, in verband met het bo venstaande, is een bericht uit Den Haag aan de Indépendance, waarin ook gewezen wordt op het verschil van meening, dat er tusschen het hof en het kabinet be staat. De zaken worden tegenwoording alle schriftelijk b handeld en het is reeds meer dan een maand geleden dat de koningin-regentes een minister heeft ont vangen of gesproken. Zaterdag is voor de Duitsche re geering een dag van nederlaag. Nadat eerst het onveranderde regee- ringsvoorstel tot legeruitbreiding met nagenoeg algemeene stemmen (alleen de kleine minderheid der conservatieven on dersteunde het regeeringsvoorstel) was verworpen, had de regeering alle hoop gevestigd op het bemiddelingsvoorstel van lluene, waaraan de regeering in den loop der debatten ook hare volledige sympa thie had geschonken. Onder de diepste stilte werd daarop het voorstel-von Huene aan de hoofde lijke stemming onderworpen. De uitslag was buitengewoon verras send en zeker door niemand voorzien. Met 210 tegen 162 stemmen werd liefeer ste artikel van het voorstel-von Huene verwor penterwijl éen afgevaardigde zich van stemming onthield. De regeering wachtte toen de behandeling der verdere artike len niet af; Caprivi stond op en las het Keizerlijk besluit tot ontbinding van den Rijksdag voor. Eu zoo was de beslissing gevallen. De l)e keizer, met Bondsraad, antwoordde daarop met de ontbinding van den Rijksdag. Toen werd er driemaal Hoch\ geroep en voor den Keizer, zooals officeel is voorgeschreven en daarna ging de Rijks dag. die geen Rijksdag meer was, uitéén. Dat is een groote teleurstelling voor de Duitsche regeering en voor den Keizer, die zoo persoonlijk voor de militaire plan nen in de bres sprong. Het échec, dat hij lijdt, doet het inconvenient, hetwelk er gelegen, is in de te veel persoonlijke bemoeiingen van een vorst, uitkomen. Gaat men de stemmen ontleden, dan z et men, dat de conservatieven, de rijks partij, de nationaal-liberalen en de Polen der regeering trouw zijn gebleven. Zij werden versterkt door zes vrijzinnigen en elf centrumleden. Tot de tegenstanders behoorden vier van Elzas-Lotharingens. Zeven anderen waren niet opgekomen, terwijl de twaalf de bij de zitting tegenwoordig was maar zich van stemming onthield. De zes vrij zinnigen, die tot de regeering overliepen zullen echter hun afval moeten boeten. Hun „partij" zal hen doodeenvoudig ter zijde zetten en niet meer als candidaten stellen bij de nieuwe verkiezingen, die den 15en Juni zullen plaats hebben. Deze beslissing over de legerwet zal vooral voor twee partijen belangrijke gevolgen hebben: voor het Centrum en voor de Duitsch-vnjzinnige partij. Daar het verkiezings-parool zal heeten: vóór of tegen de overdreven militaire eischen der regeering, ontstaat van zelve een scheiding tusschen die leden binnen beide partijen, welke den weg rechts heb ben willen opgaan, Caprivi achterna, en die andere, die, traditie en partijpro gramma getrouw, aan het militairisme het hoofd boden. In de Fret*. Ztg. van Zondag geeft reeds Richter den zes vrijzinnigen afge vaardigden, die voor het compromis-Hue- ne stemden, kort en bondig hun afscheid uit de partij. Wat de herkiezing der zes afvallige partijgenooten aangaat, zoo ver neemt het blad dat vijf van de zes niet zullen solliciteeren om een nieuwe can- didatuur. Overigens bestaat ook van de zijde der vrijzinnige-partij niet het voor nemen een der zes genoemden ergens candidaat te stellen. Werden, zij herko zen, dan nog zou voortaan samenwerking met hen tot de onmogelijkheden behoo- ren. Maar zelfs gedurende den verkiezings strijd mag de vrijzinnige partij volgens Richters orgaan geenerlei twijfel laten bestaan, dat ten gevolge van het voor- stel-Huene tusschen haar en de zes be doelde partijgenooten het tafellaken is doorsneden Na de splitsing in de vroegere Deutsch- Freisinnige partij, nam de rechtervleu gel voorloopig den naam aan van Frei- sinnige Vereinigung; de onder Eugen Richter staande linkervleugel smolt sa men met de tot nu toe op zichzelve staande Zuid-Duitsche volkspartij, wel ker leider de Stuttgarter advocaat Frie- drich Payer is. Deze vleugel nam voor loopig den naam aan van Freisinnige Volkspartei. Al He niet vrijzinnige bladen oor- Heelen dat dit uiteenspatten van de Deutsch Freisinnige partij een zekere staatkundige beteekenis heefthoe groot die beteekenis is zal echter eerst later blijken. De national Zeitung ver raadt de vreugde der nationaal-liberalen die met de Freisinnige Vereinigung op vriendschappelijken voet hopen te komen. De Vossiscbe Zeitung danst een waren eierendans tusschen de twee, vroeger I bijeen behoorende, helftenzij wil noch links noch rechts letsel doen. Het Ber- linner Tageblatt is boos over Richter's fractietirannij, waaraan de niet noodige splitsing te wijten is. Richter's Freizin- nige Zeitung bericht dat de voorloopige vrede tusschen de geseheiden broeders tij dens de verkiezingen niet zal kunnen standhouden, indien het Tageblatt voort gaat met zijne polemiek. Men heeft zich dus reeds bij de haren,tot groot genoe gen van de andere partijen. Richter maakt met bijzondere voldoening bekend dat Virchow, de groote partij heilige, aan zij ne, Richters, groep is getrouw gebleven. Welke houding de „Vrijzinnige ver- eeniging" in den verkiezingsstrijd zal aan nemen, zal eerst blijken, wanneer de le den het eens zullen geworden zijn over het verkiezingspogram. Dit pogram zal worden vastgesteld in eene partij-verga dering, welke dezer dagen te Berlijn zal worden gehouden. De heer Eugen Richter was sneller gereed en vaardigde reeds zijn manifest tot de Duitsche keizers uit. Dat de strijd ernstig en hachelijk zal zijn, erkent de liberale leider zelf, maar niettemin trekt hij ook nu met dezelfde opgewektheid als voorheen ten strijde, ofschoon hij na tuurlijk bij de verdeeldheid onder zijne partijgenooten den kamp nu niet onder gunstige voorteekenen kan aanvangen. Ook maakt Richter een lang pleidooi openbaar, ter rechtvaardiging van zijn wensch naar afscheiding. Hij zegt daar in o. a. Mij persoonlijk zou zonder de nu plaats gehad hebbende afscheiding el ke voortzetting der parlementaire en po litieke werkzaamheid onmogelijk zijn ge weest, want zonder een vasten steun in de eigen partij moet ook de beste wil en het taaiste geduld de taak opgeven in den z waren strijd, welken wij voortdurend te strijden hebben tegen de partijen der rechterzijde eenerzij en de sociaal-de mocraten anderz ijd s Het zoude inderdaad mijne krachten te b ven zijn gegaan, een parlementairen veldtocht zooals in dit jaar onder de tot nu bestaande hebbende innerlijke verhoudingen in de partij nog eens door te maken." Anders dan bij de vrijzinnigen, hoort men in het Centrum tot nu geen woord van eene afscheiding. Van de twaalf le den dier partij die vóór de regeering heb ben gestemd, hebben de drie heeren die tot het bestuur behoorden, hunne bestuurs- betrekkingen nedergelegd, dewijl zij niet overeenstemden met de meerderheid. An ders is hier tot nu niets gebeurd. .Alle partijen zijn reeds druk aan het werk met de verkiezingen. De in twee- en gedeelde vrijzinnigen zijn overeenge komen zich ten minste bij de verkiezin gen niet te bestrijden. De Nord-Deutsche Zeitung deelt mede dat keizer Wilhelm na de gehou den parade zich aldus heeft uitgelaten tot de officieren van den generalen staf: „Ik heb mij helaas bedrogen in de hoop, dat de Rijksdag de legerwet zou aannemen. Ik hoop evenwel, dat de nieuwe Rijksdag zijne toestemming voor het ontwerp zal geven. Mocht ook deze hoop worden teleurgesteld, dan ben ik voornemens te beproeven, wat in mijn vermogen is om het gestelde doel te bereiken, want ik ben te zeer overtuigd van de noodzakelijkheid om onze strijd krachten te versterken tot handhaving den vrede. Ik geloof niet, dat het van volk zich zal laten overhalen om tegen het ontwerp partij te kiezen. Integendeel, ik weet, dat over deze legerwet over eenstemming bestaat tusschen de Bonds- vorsten, het volk en het leger. Era vroolüle en plffip t®. wacht allen die SEQUAH'S Prairie Flower en SEQUAH'S olie als de beste huismid- dellen erkennen. In het bezit van eene goede gezondheid, zullen zij de lasten des levens gemakkelijk dragen en met genoe gen op 't verledeu terugzien. SEQUAH'S Prairie Flower werkt als een toovermiddel. De eerste dosis reeds geeft verlichting eu allen die lijden aan slechte spijsvertering of leverziekte behooren er een proef mede te nemen. SEQUAH'S olie is in gevallen van rhumatiek, spit en jicht, onschatbaar. Verkrijgbaar bij Ons dagelijksch brood. Welk een menigvuldigheid er ook in onze voedingsmiddelen bestaat en hoe ver schillend de smaken ook zijn, ons voor naamste voedsel blijft het brood. Goed, voedzaam brood is daarom een der eerste levensbehoeften van ieder in 't bizonder, vau het volk in 't algemeen. Daarvan hangt werkelijk de gezondheids toestand eo de kracht (zoowel lichame lijke als geestelijke kracht van een volk in hoogere mate af, dan algemeen wel ge dacht wordt. Daarom is het zeker te verwonderen* dat wij, die me onze moderne, grondige wetenschap op ieder gebied het beste en meest volmaakte trachten op te sporen, on3 „dadelijksch brood" met een verbazen de achteloosheid over het hoofd zien. De gewoonte van onzen tijd, alles naar den schijn te bfoordeelen, is helaas ook op het brood in toepassing gebracht; men verlangt voor alles verscb, wit brood, maar men vergeet daarbij, dat men het brood niet voor den vorm eet, doch tot voeding. Dikwijls hoort men de meening uiten, dat het witte brood het voedzaamste is. Dit is echter volstrekt het geval niet. Sedert eenigen tijd wordt meer en meer de meening verkondigd, dat het voedzaam ste deel vau de graanvruchten bij onze samengestelde meelfabrieken, niet meer in het meel komt, maar in de zemelen achter blijft en dat het daarom dwaas is, met behulp van zulke gecompliceerde machi nes en inrichtingen het meel zoo fijn te malen, en het aanwezig blijven van een enkel zemeltje zoo angstvallig te vermij den. Tot dusverre werd het meel hoofd zakelijk gebrek aan kleefstof ten laste ge legd, nu wijst men er op, dat gebrek aan mioeraalzouten, vooral phosphorzuur- zout, dat noodig is voor het vormen der beenderen, een zwak punt is van ons fijne meel, welk gebrek zijn voedingkracht zeer twijfelachtig maakt. Vooral van bevoegde zijde zijn hierom trent zeer merkwaardige meeningen pu bliek geworden, die een beschuldiging in houden tegen onze moderne meelfabricage en zeker veel stof tot overdenking geven. Op het laatste congres van den ,Brit- schen bond, tot bevordering van de ge zondheid hield dr. William Wallace, pre sident van de philosophische vereeniging te Glasgow, een voordacht over de voedings waarde van fijn en grof meel, waarbij hij opmerkte, dat het groote aantal misvormde kinderen in den omtrek van Glasgow voor een niet gering deel aan ontoereikende voeding is toe te schrijven. Hij gelooft, de oorzaak van het veel vuldig voorkomen der Engelsche ziekte (Rachitis) te moeten zoeken in hetgebrek aan miuerale voedingsstoften. Een analyse der beenderen van een ge storven kind, dat aan de Engelsche ziek te had geleden, bracht aan het licht, dat »eu al ware bét ook aoo geweest, ge- j j ualiK-<iire,«u. „a..

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1893 | | pagina 2