MbpiimM nooit. Donderdag 24 Augustus 1&93. 37ste Jaargang No. 2754. d Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en Z a te r d a g a v o n d. Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Uitgever, J. WINKEL. Bureau: SCHA ©KW, Laan, I) 4. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60. Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25iedere regel meer 5cts. Groote letters worden naar piaatsruimte berekend. Gemeente 8 c h a g e n. Bekendmaking'en. Vrijwillige oefeningen 'n den Wapenhandel. kosteloos onderricht in den WAPENHANDEL FEUILLETON. i Aimlsslit- Lulliiv De INHOUD van het Geïllustreerd Zondagblad van No. 35 is als volgt: De horlogemaker en zijn vrouw 1. (geïllustreerde novelle nasr het Engelsch door A. K.) Een nieuw internationaal geschilpunt (met twee illustraties). Voor 't eerst nsar schcol (met illustratie Hendrik IV en Ealstaff (met illustra tie) Thusnelda en Germanicus (met il lustratie). Een huiselijk tatereel (met acht illustratief]Voor de huishou ding. De stadhouder van den Khalief. De prijswinners van de Raadsels XLVIII en XLIX. 't Is maar een uitdrukking (met illustratie). De bevol king der Europeesche Staten. Hoe wij elkaar begroeten. Anecdoten. Hoe de slangmensch goedkoop met zijn kinde ren reist (met drie illustraties). Een antwoord van Tallcyrand. Gedachten ter overweging. Dat is minder (met illustratie). Nieuw prijsraadsel LX. Die dubbelganger. De bekroonde Anec- dote-proeve No. 16. Schaakrubriek. Mededeelingen POLITIE. Ter Secietaiie dezer gemeente worden inlichtingen verzocht omtrent een op 20 Augustus 1893 alhier verloren zwar te koralen armband, met gouden slot. Alle jongelieden, die den leeftijd van 17 jaren hebben bereikt en den railitieplich- tigen leeftijd nog niet hebben overschreden, kunnen na de loting voor de Nationale Mi- nitie ontvangen in de Gemeente hunner inwo ning of in een naburige Gemeente. Zij, die aan dat onderricht wenschen deel te nemen, belmoren zich zoo spoedig mogelijk en uiterlijk voor 8 September as. aan te melden ter Secretarie der Gemeente, waartoe zij belmoren of der naburige ge meente. Schagen, den 15 Augustus 1893. De Burgemeester a. i. W. A. HAZEU. Roman van Curt Hoffmoister. (V ertalingsrecht verzekerd.) 14 XXII Ofschoon Maitland, Melanie maar eenmaal gezien en gesproken bad, zoo was zij voor hem toch het wezen, waarnaar bij zoolang vruchteloos bad gezoebt; hare schoonheid bekoorde hem, hare onschuld lokte hem aan, van baar beeld en hars kundigheden, was zijn ziel den geheelen dag vervuld. Hij was besloten om haar voor zich te winnen, en dit beBluit werd door de hindernissen, die hij telkens ontmoette nog versterkt. Dat bet baron von Sturen was, die zijB weg kruiste, prikkelde ten zeerste zijn ijverzucht; van alle menschen in de wereld, was deze de laatste aan wien bij een overwinning op bem zou gegund hebben. Op den dag, dat hij zeker wist, dat Rett- berg in Soutbampton was aangekomen, wachtte bij met ongeduld op een brief, die bem met het verblijf van Melanie zou be kend maken, maar de tijding kwam niet. Toen de brief ook de volgende dagen Diet kwam, begon Maitland te vreezen, dat Rett- berg hem bedrogen had. Maitland zon reeds op een middel, boe bij zjn doel op een an dere manier bereiken kon, toen eensklaps Rettberg zelf verscheen. Hij kwam regelrecht uit Southampton, zooals bij beweerde, en zooals het dan ook was, hij werd door Mait land zeer koel ontvangen. „Ik moet zeker gelooveri," zeide deze, ,dat gj mij niets te telegrafeeren badt, dat uwe reis te vergeef» is geweest?" „Mijnbeer du baron ga! mij in Brtmer- haven san fcoord van let srbip een brief mijner zuster," antwcoidde Rettberg, „en in dezen brief staat alles, wat gij weten wilt," „En waarom mij dan niet dadelijk getele grafeerd?" vroeg Maitland. Rettberg fronsde de wenkbrauwen. „Eer w(j deze zaak verder behandelen, ireet ik u doen opmerken, dat gij verplicht zijt, een Zaterdag 1.1., des namid dags omstreeks twee uren, ontstond er brand in eene boet van den heer Keelman te WINKEL. In een oogenblik stond de geheele boet in brand door het vele stroo, dat zich er in en er naast bevond. Met de spuit der v r ij willige brandweer, die zeer spoedig water gaf, wist men den brand tot dit eene perceel te beperken en de naastbijstaande gebouwen te bewaren. Hiertoe droeg ook veel bij de richting van den wind, waardoor de vlam eenigszins van de huizen was afgekeerd. De gemeen te spuit was ook op de plaats van den brand aanwezig, maar behoefde geen wa ter te geven. Ware de vrijwillige brand weer niet spoedig zoo krachtig opgetreden, de brand had dan wellicht zeer groot kunnen worden, daar de boet in eene dichte buurt stond, en de naaste huizen met riet bedekt zijn. Zondag 1.1, *s morgens om half vier ontstond brand in de woning van P. HOEK te SCHERMERIIORN. Eit huis, benevens bet onmiddellijk daaraan grenzende van G. Schaap, werd eene prooi der vlammeD, waarvoor, door het dadelijk en kloek optreden van de brandweer, be gunstigd door windstilte, de andere in de buurt staande gebouwen werden behoed. Huis en inboedel van P. Hoek zijn verze kerd van G. Schaap alleen het huis. De minister lak van Poortvliet is Maandag door II. M. Regentes op het Loo in audiëntie ontvangen. Men sc h r ij ff uit AALSMEER: De regen van Augustus is hier van weldadigen invloed geweest op het gewas. De weiden staan groeu als sla eu bevatten genoeg gras Voor bet vee. De hooi-bergen zijn buiten verwachting voorzien van voe dermateriaal. De rogge stond voortreffelijk en zal wel een dik beschot geven, als men nagaat, dat hier rogge voor f 300 de H.A. op steel is geweigerd. De suikerbieten be dekken zoo goed als geheel het vtld en nemen verbazend in omvang toe. Onder de aardappelen echter komen zieke, althans onder de vroege, maar onder de latere soorten meent men ze door dit vochtig warme wtêr ook te zullen krijgen. Door de Gymnastiek- en Schermvereeniging Concordia, onder den zinspreuk Concordia Vincit Omnia, te ZAANDAM, zal op 16 en 17 September a. s. in het Volkspark een groote nationale flinke som op mijne zuster vast to zetten, opdat bare toekomst ten allen tijdo verze kerd zal zijn." Deze vordering was het resultaat van zijn gesprek met Rolling, die zijn wantrouwen tegenover Maitlaud had opgewekt. Om dit wantrouwen niet te doen uitkomen, deed hjj het voorkomen, alsof de zorg voor zijne zuster hem alzoo deed spreken; maar zoo hij zekerheid voor de toekomst erlangde, deed bij bet alleen ter wille van zichzelf, daar bij wel wist, dat Melanie bare laatste pen ning met hem zou deelen. Maitlaud mat hem met een verachtenden blik van het hoofd tot de voeten. „Wees maar niet bezorgd over de toekomst uwer zust antwoordde hij. „Voor alles, zegt gij mij waar zij zich bevindt. Haast u een weinig met mij te antwoorden, want ik laat niet met mij spotten." „Zoolang gij mij geen betere beloften doet dan deze", verzette Rettberg zich, „zoolang ik over deze zaak geen zwart op wit van u in de hand heb, kunt gij op mijn bijstand niet rekenen." Maitland zou om Melanie te believen de verzekering met alle genoegen gegeven heb ben, maar dat baar broeder, die geheel en al in zijn muebt was, voor bem stond en bem de wet woorscbieef, kwetste zijn trots. „Goed," antwoordde Maitland, nadat bij den ellendeling e«D poos strak bad aange zien, „Gij zijt zelf de bewerker van uw on geluk. Ik zal die verblijfplaats uwer zuster ook zonder u wel te weten komen. Maar gij zult uw spel niet ongestraft doordrijven." Met haastige schreden ging bij naar de deur en drukte op de knop van de elec- triscbe bel. „Wst gaat gij doen?" vroeg Rettberg. „O, ik zal alieen een politie-beambte ont bieden, bem den valschen wissel overgeven, en bem verzoeken, u op de plaats te bren gen waar gij behoort." Rettberg bad op dit oogenblik zeor veel willen geven, als hij bad kunnen weteD of sjne vrienden reeds voor hem hadden ge werkt of niet, of Maitland dat gevaarlijke papier nog bad of niet, maar hij had sedert de terugkeer van zijn reis geen gele genheid gehad, Rolling of „lonten Karei" schermcolonne- en eere wedstrijd gehouden worden waaraan kunnen deelnemen dc in Nederland gevestigde gymnastiek- en scherravereenigingen, de beoefenaars der schermkunst, behoorende tot het leger, de marine, de schutterij en weerbaarheid. Voor dezen wedstrijd worden uitgeloofd 29 eereprijzen, waaronder aangeboden door het gemeentebestuur van Zaandam, door heeren officieren der del. schutterij, de buksscbieterijvereenigir.g Volk en Nederland de gymnastiek- eD exercitievereeniging Achillesen door de heeren C. Corver van Wessera, lid van den gemeenteraad, en C. Mats, oud-commandant der dd. schut terij te Zaandam. Een eigenaardig geval. Een pasr straten te HAARLEM wor den sedert eenige weken des Maandags morgen» naar de Amst. Ct. verhaalt in rep en roer gebracht door een eigen aardige en niet veel voorkomende kwestie De eigenaar van een aantal huizen daar, heeft onlangs aan al zijne huurders een waarschuwing doen toekomen, waarbij hij hun kennis geeft, dat zijn administrateur en huurophaalder de heer V., door hem was ontslagen, en dat in diens plaats was aangesteld den heer v. E. Het gevolg hiervan was, dat aan laatstgenoemde de huur werd uitbetaald, doch niet weinig werden de huurders verrast, toen de heer V. kort daarna eveneens de huur penningen kwam opeisclun, hetgeen natuur lijk niet ging met alleen, doch aan hem zeer veel kans had gegeven, op een pak slaag onthaald te worden. Hierop werd door den deurwaarder Warnier aan alle burgers een behoorlijk gezegelde insinua tie beteekend, waaruit bleek, dat de hy potheekbank te Brussel „Ciédit Foncier de Belgique* hypotheek op de perceelen (om streeks 200) heeft, terwijl de eigenaar na latig blijft, aan de hem opgelegde verplich tingen te voldoen. Deze aanmaning werd gevolgd dooreen tweede waarschuwing van den eigenaar, aangezien de huurders zich hiermede niet hadden in te laten en zich dus voor schade hadden te wachten door aan den beer V. de huur uit te betalen. Ed sedert eenige weken nu ziet men het niet alltdaagsche schouwspel, dat beide heeren v. E. voor den eigenaar, en V. voor de hypotheekbank trach ten de penningen te innen dat dit nitt weinig rumoer geelt, is te begrijpende heer V. althans heeft assistentie bij zijn aangenasm werk gevraagd. En nu de mo raal de gezamenlijke bewoners hebben be sloten, aan den kijvenden het uittwisten dezer kwestie over te laten en tot zoolang op te zoeken. Terwijl Rettberg stond te den ken boe hij zich zou gedrageD, verscheen de knecht, die door het bellen geroepen was. Hij wachtte op het bevel van zijn heer; maar daar doze zweeg om Rettberg tijd tot over leggen te laten, meldde hij dat er twee hee ren in do voorkamer waren, die huDne op wachting wenschten te maken. De een was mijnheer von Lehmann, de ander had geen naam genoemd. „Laat de heeren binnenkomen," beval Maitlaud na een korten tijd van overleg „Zoodra zij vertrokken zijn, spreken wij verder." Spoedig daarop verschenen de beiden aan gemelde bezoekers. De een was een dik oudachtig heer, met grooten baard en met zorg gekamd haar, dat hier en daar reeds begon te grijzan. Een bril met blauwe gla zen temperden den blik zijner oogen, die door dikke wenkbrauwen beschaduwd waren. Hij kon wel een oud officier zijn, want bij had wel wat van een militair in zijne houding. Zijn medgezel was nog een jonge maD, wiens kleedicg naar de laatste mode was, maai wel wat bont van kleuren om deftig te kunnen heeten, Rettborg fronste alleen zijne wenkbrauwen dit was het eenige teeken dat te kennen gat dat hij in de beide beioekers herkende: Zijn vriend Rolling en den „bonten Karei"; ook de beide bezoekers verrieden niet, dat zij Rettberg berkenden. „Wat verschaft mij het genoegen?" vroeg Maitland, met die konda voorname beleefd heid, die bij steeds tegenover vreemden aan nam, aan den ouden heer. „Vergeef mij, zoo ik u lastig val," ant woordde de oude heer met een blik op Rettberg, „maar ik zal uw tijd slechts voor weiuigo oogenblikken in beslag nemen. Ik ben met het hnren van mijn personeel zeer voorzichtig, en nu sta ik op het punt, een nieuwen koetsier te huren, die vroeger bjj u gediend hee t; gij zult mij wel de vraag veroorloven, of gij mij dien man kunt aanbevelen „Hoe heet hij „Bulmering," antwoordde de oude heer en scheen verlangend het antwoord af te wachtiD, ofschoon hij wel wist wat dit in het geheel geen huur te betalen. Natuurlijk wordt met belangstelling de afloop hieromtrent te gemoet gezien en ont breekt het, des Maandags vooral, niet aan nieuwsgierigen. (lp het eiland TOLEN heeft zich de aardappelziekte over alle velden verspreid, en wel in zoo hevige mate dat de struiken geen groene bladeren meer ver- toonen. Terwijl een jongen te MOR TEL (N.Br.) bezig was met zijn jongere broertje een kruiwagen zand uit de heide te halen, geraakte het jongste kind door afschniving van zand daaronder. Wel ging de jongen hulp halen, mai.r die kwam te laat. Het kind was al gestikt. Maandag omstreeks tvee uur speelden eenige jongens te N1EU WER- OORD (Dr.) aan het kanaal, terwijl zich aan de overzijde het zoontje van H. Zanting bevond. Op herhaalde uitnoodiging van de jongens aan de overzijde, om door 't ka naal naar hen over te koineD, werd dit door hem gewaagd met het treurig gevolg dat hij verdronk. Het jongetje was omstreeks 11 jaar oud. De Raad der gemeente WIERINGERWAARD vergaderde, Dinsdag 22 Augustus 1.1., des morgens ten 10 ure. Na opening der vergadering, lezing en goedkeuring der notulen, werd door de Comm. in de vorige vergad. benoemd tot het nazien der gemeente-rekening over 1892 en der rekening van het Armbestuur, dienstjaar 1892, gerappor teerd tot goedkeuring der beide rekeningen, in welken geest ook door den raad ge handeld werd. Hierna had het onderzoek plaats der geloofsbrieven der nieuw benoemde raads leden, en werd ingevolge advies beslo ten tot toelating. Nu werd ter zake het onderzoek naar de mogelijkheid van invoering van het tonnenstelsel, door den heer Jb. Zijp Hz. medegedeeld, dat door den lieer M e 1 c b i o r van Winkel welwillend alle inlichtingen waren verstrekt Met het oog op de gezondheid der bevolking was de invoering van het tonnenstelsel alles zins aanbevelenswaardig. In de gemeente Winkel beviel dit stelsel uitstekend en met behulp van eene geschikte gemeente verordening,zou het wel mogelijk zijn totin- werking-stellieg over te gaan. Werd dit stel sel ingevoerd, in de gem. "Wieringerwaard, ten behoeve der bewoners der Buurt en een deel van het „Kleine Buurtje", zijn de pm. 50 gezinnen, dan zou men daar voor noodig hebben 120 tonnen, elk van 20 liter inhoud, Zoo'n ton kost f 3.— Drie maal per week moeten die ton nen opgehaald, schoongemaakt en ver wisseld worden. In Winkel was daarvoor aangesteld een man, die f 5.per week genoot, plus vrije woning en tuin. In de gemeente Winkel waren 200 gezinnen bij dit stelsel aangesloten. Voorts had men te jWinkel aangeschaft een wagen van f 350. bestemd voor het vervoer. Ook had men een stuk grond bestemd voor berging der faecaliën, alsmede een boet voor berging en schoonmaak der tonnen. De kosten van inrichting waren nog al belangrijk geweest. Van het Witte Kruis had de gemeente eene subsidie ad. f 4700. ontvangen en zij genoot nog eene jaarlij ksche bijdrage ad. f250. De heer Jb. Zijp meende, dat in de ge - meente Wieringerwaard de jaarlij ksche kosten omtrent f 400 zouden beloopen. De kosten van inrichting gelooft Spr. dat de krachten der gemeente te boven gaan. Het is waar, dat op sommige plaatsen, vooral in de kom der gemeente, de toe stand der privaten en slooten heel wat te wenschen overlaat, doch de toestand acht Spr. wel te verhelpen, door jaar- lijksche uitbaggering en door aanvoering van stroomend water. De kosten dezer maatregelen zouden wel zijn binnen het bereik der finantiëele krachten der ge meente. De heer J. L. T. Groneman meent dat bedoeld stelsel niet zou moeten worden ingevoerd voor een deel, maar voor allen in-de-kom-wonenden. Dat zou de kos ten van inrichting nog doen stijgen. Maar ten opzichte van de kosten der exploitatie, dacht Spr. dat dit de gemeen te niet behoefde te kosten. Bij de groote behoefte aan „beer", zal de gemeente ge voeglijk kunnen overgegaan tot de „aan besteding dezer exploitatie." Spr. gelooft met den heer Jb. Zijp dat geregelde uitbaggering den ongunstigen toestand veel zou verbeteren, docli zelf het aanschaffen van een paar nortonpom- pen kan uit den aard der zaak geen stroo mend water geven. Spr. zou gaarne zien, dat nader werd geïnformeerd of, indien het tonnenstelsel waarvan Spr. de oprichtingskosten raamdo op p.m. f 1000.er dan niet personen zouden te vinden zjn, handelaren in faecaliën bjv. die de werkzaamheden wezen zou. „Bulmering," mompelde Maitland, een oogenblik in gedachten verzonken. „Ah, juist, ik herinner hem mjj nu nauwkeurig," voegde hij er met een sarcastisch lachje bij, „ik heb noch voor, noch na hem, een koetsier gehad, die zoo voortreffelijk rjden kon. Hj had slechts een klein gebrek, dat ik u niet durf verzwijgen. H j stal namelijk mijn haver, bij mudden, en alles wat aaD mijn tuigen of rijtuigen zilver was, liet hij spoorloos verdwijnen. Als hij eindelijk ook mjn gouden horloge stal, heb ik hem einde lijk weggejaagd." De oude heer trok de zware wenkbrau wen hoog op, en floot tusschen zjn tanden door, om zjne verwondering te doen uitko men. „Zoudt gij het voor mogeljk gehouden hebben, dat een zoo jong menscb, al zoo slecht wezen kon wendde hij zich tot zjn metgezel. Deze znchtte zwaar, en schudde bezorgd bet hoofd, welke bewoging hem al zeer komisch afging. De onde heer bedankte Maitland voor zjn moeite in deze, en drukte zjn vreugde uit, dat hj met dien koetsier nog niet nader in overleg getreden was, Maitland nogmaals zjne verontschuldiging makende voor den tjd, die hj aan dezen ontroofd had. „Mag ik vragen," wendde Maitland zich ietwat scherp tot den jongen heer, die hem den geheelen tijd strak had aangestaard, „met wien ik de eer heb, en waarmede ik u dienen kan „O," zeide de oude met een verlegen lachje, „bet is mjn zoon, die mj slechts vergezeld hesft." Beiden bogen diep en gingen heen. Deze ontmoeting bad Rettberg doen inzien, dat h j voorloopig nog in de macht van Maitland was, want bj raadde zeer goed, dat dit bezoek zjner vrienden alleen geschied was, om het tertein een weinig te verkennen. Toen den de bediende wederom binnentrad, zeide hj; „Gj kunt uw bediende den gang sparen.' Op ten wenk van zjn heer verwijderde deze zich weder, waarop Reitberg een brief te voorschjn haalde met do wooiden: „Hier zjn de aftcheidsregelen, die mjne zuster mij geschreven heeft. Gj kunt daaruit haar verbljfplaafs te weten komen." Maitland greep haastig naar den brief, die zeor sierl jk geschreven was. Toen Melanie haar broeder schreef, was zj op het punt Berljn tever!aten;zijne brieven moest Rettberg haar later onder het adres van den grond bezitter Fessner te Gölliug zenden, het naaste poststation was de stad X. Een vluchtig rood kleurde Maitland's wangen, terv. jl h j den naam Fessner las, en zjne lippen persten zich op elkander, als wilde b j een smarteljken uitroep tegen houden. Niet zonder aandoening werd het verdere gideelfe van den brief gelezen. In aangrjpende bewoordingen wenschte de zus ter, den broeder een gelukkig leven toe en roerend bad zj hem zjn leven aan de andere zjde van den Oceaan te veibeteren, en een edeler mensch te worden. Wel klopte bj den lezer het geweten. De edelste levensbeschouwingen, welke zj zoo lielderjk en zusterljk den broeder trachtte in te prenten, wilde Maitland zelf bj haar ondermjnen en vernietigen. Maar de vermanende stem verloor spoedig haar kracht, zj kon zjn plannon niet doen be zwijken. „Ziet ge, mijn goede vriend," zeide hj Rettberg den brief teruggevend, „ik ben geen maD, die zich vooi waarden laat stellen. Wat gj mj zooevcn voor uwe zuster ge vraagd hebt, en ik u weigerde oujdat gj bet op zulk een hoogen toon vorderdet, wil ik n cu toestaan, omdat gj u zoo gehoor zaam gedragen hebt." Maitland ging aan zjn schrjftafel zitten en schreef eenige regelen neder, waarin hj zich verplichtte, den zustor van Rettberg, jaarljks een scm uit te keereD, welke hare toekomst ten volle waarborgde. Nadat Maitlaud, den bezorgden broeder het papier bad oveigegevcn, beval hj bem, naar zjne oode woning terog te keeren, opdat hj hem elk cogeublik terug zou kunnen vinden, hem echter op het hart cirukkeHde, den baron von Sturen zorgvuldig uit den weg te gaan, en h j voorzag hem nogmaals i jkeljk van geld en liet hem dan vertrekken. WORDT VERVOLGD-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1893 | | pagina 1