flewepvanlet nooit.
Donderdag 31 Augustus 1893.
37ste Jaargang Ho. 2758.
Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en
Z a te r d a g a v o n d. Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden
ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Uitgever, J. WINKEL.
Bureau: SCHAGK1P, Laan, B 4.
Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25iedere regel meer 5ets
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Binnenlandsch Nieuws.
FEUILLETON.
leram
De INHOUD van het Geïllustreerd
Zondagblad van No. 36 is als volgt:
De horlogemaker en zijn vrouw, geïl
lustreerde novelle naar het Engelsch door
A. K. H. (slot). Romeinsche zwaardvech
ters (met illustratie). Een gevaarlijk
plekje voor reizigers (met illustratie). De
terdoodbrenging van graat Strafford (met
illustratie). Alles voor ééu verloren cent
(met illustratie).De opstand der Ven
dés, de nederlaag bij Cholet (met illustra
tie). Puzzle. Dat 's sterk (met illus
tratie). Oplossing van prijsraadsel LVII.
In den goeden ouden tijd. De voor
naamste wereldtaal. Een sprookje van
vervalsching. Het biljart., Kostbare
schatten. Niet veel crediet (met illustra
tie). De prijswinner van raadsel L1V.
Modes. Een zonderlinge sollicitatie.
Anecdote. Wie niet sterk is moet
slim wezen.Onnoodig (met illustratie).
--Nieuw prijsraadsel LXI. Auecdote-
proeve No. 21. Schaakrubriek. Mede-
deelingen.
Twaalftal bij de Ned. Herv.
Kerk te NOORDSCHERMER: (Alphabe-
tisch)
J. H. W. Bisschop Boelete Twisk,
G. H. Blanken Zierikzee.
D. A. Brinkerink Neede.
Ph. H. Edling Limmeu.
H. L. Kniphuisen Oudorp.
Dr. C. Hille Ris Lambers„ Oostvoorne,
G. A. Solcama Rockanje.
H. A. Ludwig Z.-Scharwoude.
J. H. Mühriug St. Maarten.
Dr. P. Proost Jzn. Koog a. d. Zaan.
J. Zegers Wz. Aartswoud.
J. Visser Nieuw Helvoet.
Zestal (Alphabetiseh): Bisschip Boele, Ed
ling, Kniphuisen, Ris Lambers, Ludwig en
Proost.
D eWelEerw. heer J.de Jong,
predikant te Heer I1UGOWAARD, nam
in de namiddag-godsdienstoefening van
den 27n met eene ernstige rede afscheid
van de gemeente, waarmede hij het leer
aarsambt nederlegcie.
De kerkeraad heeft uit het gevormde
alphabetische zestal van predikanten, be
roepen, den heer G. van Wijhepredikant te
Arkel.
Ineene raadsvergadering,
door den burgemeester van TEGEL be
legd om de geloofsbrieven der herkozen
leden te onderzoeken, was, bij wijze van
protest, geen enkel lid verschenende
raadsleden willen onder den tegenwoordi-
gen bnrgemeester niet meer ter vergade
ring verschijnen.
Middel tegenratten!
De landbouwer J. v. d. B. te BAREND-
RECHT werd veel door deze dieren ge
plaagd. Hij kreeg den raad wijnruit (een
plaut, die in veel tuinen voorkomt) in
zijn schuur te leggen, strooide hier en daar
een blad van die plant en weldra had
hij noch zijn naaste buren meer last van
ratten.
De meesterknecht II. van
den heer R., goudsmid te HOORN, werd
d. d. op diefstal van goud betrapt. Na
onderzoek werd voor een vrij belangrijke
waarde bij den verdachte gevonden.
Hij is gevankelijk naar Alkmaar ge
bracht.
Het algemeen armbestuur
der gemeente HAARLEMMERLIEDE en
SPAARNWOUDE is ondanks hooge uit
gaven zoo goed bij kas, dat het niet alleen
geen subsidie uit de gemeentekas ontvangt,
maar zelfs in de jongste vergadering be
sloot het saldo van het jaar 1892, groot
ruim f 300, in de kas der gemeente
te storten.
II o n d e r d-v ij f t i e n Meter in
het Bijblad hebbeu heeren Kamerleden
volgepraat over de kieswet—ontwerpen.
Zou dit een „kenmerk van geschiktheid"
wezen? vraagt De Amsterdammer ondeugend,
De bekende komiek Michel
Solser is gisteren te AMSTERDAM op
nog geen dertig-jarigen leeftijd aan long
tering overleden.
Te ZAANDAM beeft 'tvol-
gend ongeval plaats gehad. W. Heijn, C.
Schaft en De Dood hadden des morgens
„gestroopt". Toen ze le 12 uur huis
waarts keerden, had C. Schaft het onge
luk met den vinger aan den trekker te
komen, waardoor een schot afging en W.
Heijn in den ruggegraat werd getroffen,
tengevolge waarvan hij onmiddellijk een
lijk was.
De getroffene was 19 jaar en te Ootszaan
woonachtig. Hbl.
Een gevaarlijk spelletje
maakte het 10-jarig zoontje van H., te
GEMERT. Met een paar speelmakkers zich
vermakende met het oplaten van vliegers,
beging hij den jongensstreek het touw,
waaraan zijn vlieger opgelaten was,3of 4 maal
om zijn hals te slingeren.
Door een rukwind trok de vlieger hem
de keel toe, waardoor hij oogenblikkelijk
bewusteloos neerviel. Zijn speelmakkers,
deze buiteling voor een kunsttoer aanziende,
sprongen zingende en dansende om hun
kameraad. Gelukkig bijtijds nog kwam de
zoon van H. van Deurzen, die onzen
kunstenmaker bevrijdde en hem met veel
moeite tot bewustzijn terugbracht.
Een slecht voorbeeld. Na
afloop van het feest achter de Oranje-Nas-
sau te AMSTERDAM trokken een vijf
tigtal iufanteristen ia vier rijen, arm in
arm met vroolijke meisje, de stad in.
En ze zongen er met een opgewektheid
hun nationale liederen, dat vele voorbij
gangers mee instemden en zich achter hen
aansloten.
Jammer maar dat het niet bleef bij
aardige mopjesToen het tegen twaalven
liep en ook na middernacht klonk het
luidkeels
„Nieuwenbuis moet zakjes plakken", of
„weg met de socialen, leve Wilhelmien."
En die dreunen overstemden telkens d3
signalen van den hoornblazer, die voorop
liep en den roffel van den taaaboer, die
mee liep in 't opsluitend gelid.
Op die krijgsmuziek, bij die uitingen
staken de menschen angstig de hooiden
uit de ramen en dan zagen ze passee-
ren,een bende militairen.
De recht ban k telIEEREN-
VEEN heelt een veehouder tot 14 dagen
gevangenisstraf veroordeeld, wegens het toe
voegen van water aan de melk, die hij aan
de boterfabriek leverde.
De Friesche Maatschappij
van landbouw en veeteelt heeft vóór eeui-
16
Roman van Curt Hoffmeister.
(Vertalingsrecht verzekerd.)
XXIV
Maitlands gedrag en woorden lieten dui
delijk merken, dat hij al het mogelijke deed,
om haar te behageo; maar dat alles had geen
invloed op Melanie, daar zij reeds een ander
lief had.
Maitland gevoelde zeer goed, dat al zijn moei
te te vergeefs was, en hij wist tevens zeer goed
wie daarvan de schuld was; maar dit alles
maakte voor hem het meisje nog begeerene-
waardiger. Hier was iets te overwinnen, hij
moest en wilde de zege wegdragen.
Melanie vond Maitlaud een zeer aangeDaam
prater, ja zij werd door zijn onderhoud zoo
opgewekt, dat zij zich liet overhalen, om de
in de kamer staaode piano te openen en
iets te zingen. Feszner noemde een lied, 't
welk hij dikwijls van Felicitas hoorde! Ook
Melanie, kende het; in vroeger dagen, toen zij
nog eene pianino bezat, behoorde het tot ha
re lievelingsliederen. Zij nam plaats voor de
piano en terwijl zij zelve het accompagnement
speelde, zong zij het lied met klankrijke
stem.
Sedert Melanie dat treffend volkslied voor
het laatst had gezoDgen, had er bij haar
eene groote verandering plaats gegrepen; zij
had de liefde leeron kennen en had ervaren
wat hopelooze liefde was. Zoo scheen het fcaar
toe, als gaf het lied haar eigen leven weer.
Het gevoel, met hetwelk zij zong, de uitdruk
king welke zij aaD eiken zin gaf, ODteproten
aan de diepste diepte van haar ziel, en bij
de woorden: „Is het hart eenmaal woest en
ledig, dan herleeft het Dimmerwetr," bed zij
al hare zelfbeheersching noodig om niet in
tranen los te barsten.
Ofschoon haar gebeele gevoel, terwijl zij
zong, in het lied opging, zoo dwaalde baar
blik toch van tijd tot tijd naar het portret
eener schoone jonge vrouw, hetwelk boven
de piano hing en onwillekeurig Echeen yij te
ontdekken dat enkele trekken van dat ge
laat aan Maitland herinnerden. Had zij kun
nen zieD, hoe hij, naar baar luisterende, in den
denkersten hoek zat, dan zou zij ontwaard
hebben, hoe zjjn blik met onweerstaanbaar
geweld door het portret werd gtboeid; en
had zij in zjjn hart kunnen lezen, dan zou
zij herkend hebben, hoe haar gezang, in te
genwoordigheid van dit portret, als de stem
van een engel, die een gevallen geest toe
zong en treurende over diens val, het gloei
end schaamrood op zijn wangen te voor
schijn riep.
Zoo er iets geschikt was, in Maitland
de meest verborgen gevoelens te ontdekken,
dan was het dit huis, deze kamer met dit
portret. Hij wist van de dienstbode, die hem
had binnen gelaten, dat hot portret Feszner's
overleden echtgenoote voorstelde. Maitland
had, terwijl bij zich in deze kamer alleen
bevond, voor het portret der vrouw gestaaD,
als voor het beeld eeu dierbare afgestorveno
en in onbeschrijflijk zieleleed had hij de
oogen met de hand bedekt. Wat kon die
vrouw geweest zijn voor hem, die wel haar
naam gekend, die wel geweten had, dat zij
eens in deze kamer leefde, maar die eerst
heden wist, hoo zij er had uitgezien
Toen Melanie het lied geëndigd had, werd
de heer des huizes weggeroepen en bevond
Melanie zich met Maitland alleen. Zij zag
hoe hij zenuwachtig en onrustig was. De
gevoellooze man was nn toch dermate
geschokt, als nog nooit te voren in zijn le
ven.
Maar zijn hartstocht was sterker dan al
het andere in hem; hij verweet zich zeiven
een zwakkeling te zijn en ging na met vas
ten tred naar Melanie. „Mijn lieve juffrouw,"
zeide hij, „ik wonsebte wel cenige minuten
u alleen te kunneD spreken.
„Het betreft zeker mijn broeder," ant
woordde zij bezorgd. „Hebt gij mij iets
kwaads omtrent hem mede te deehn?"
Maitland wilde hare nieuwsgierigheid prik
kelen en antwoordde„O, eigenlijk niets
kwaads, maar toch iets zeer belangrijks."
„O, ik bid u, zoudt gij het mij nu niet
kunnen zeggen vroeg zij angstig.
Maar nog voor bij een antwoord koD ge
ven, kwam Feszner weder terug en verliet
deze de kamer niet meer.
Het was laat geworden en Melanie stend
eindelijk op, om zich ter ruste te begeven.
Maitland bleef met Feszner nog een kwar-
j tiertje zitten prater, daarna werd ook hem
zijn op de eerste verdieping liggende slaap-
kamer aaDgewezen.
Terwjjl het dienstmeisje nog bezig was, de
jalouziën neer te laten eD een karaf met
water te brengen, scheurde Maitland een
blad uit zijn notitieboekje, nam een potlood
en ging zitten schrijven.
„Acb!" riep bij eensklaps uit, .alweer dat
portret!"
gen tijd de wenschelijkheid uitgesproken
van den aanleg van groote gierbakken die
de gier en andere vloeibaren mest geduren
de den winter tot goede bewaarplaatsen
kunnen strekken. Een bak van 150 a 200
kub. meter werd voldoende geacht, en zal
f 2a 3000 kosten. Men zal zich moe
tan wenden tot de landeigenaren om die
kosten te doen en de boeren kunnen als
dan rente betalen. In Groningsche Veen
koloniën viodt men bij sommige boerde
rijen zulke bakken, hoewel op kleinere
schaal. De besparing van mest die daardoor
verkregen wordt, is ongelooflijk.
TeFinsterwold werd Zon-
dag eene meeting in de open lucht gehou
den. Na afloop werd tegen ecu harmonica
speler proces-vetbaal opgemaakt, waarna
eene groote menigte volk herhaaldelijk bij
het voorberijden der maréchaussées kabaal
naakte tot eindelijk een charge werd uit
gevoerd met den blanken sabel. Een enke
le klap viel.
's Avonds om acht uur was het weder
vrij stil op de straat. Tot tien uur verga
derden de sociaal-democraten in het hotel
Hommes.
Z o n d a g-m o r g e n is e en
kaasverkooper uit OUD-BEIERLAND,
Zaterdag van HANSWEERT met zij
ne schuit te TERNEUZEN aangekomen,
aldaar onder bedenkelijke ziekteverschijnse
len naar de barak voor besmettelijke ziek
ten overgebraccht en 's-namiddags over
leden.
Aan de P r ov. D r. Ct. wordt
gemeld.
In de cellulaire gevangenis te GRONIN
GEN boeten tegenwoordig verschillende
personen wandaden, waartoe ze niet geko
men zouden zijn, hadden zij niet te kwa
der ure te veel iugezogen van socialistische
leiders, die meenen dat langs den weg van
geweld betere toestanden in het algemeen
maar in het bijzonder voor de arbeiders
zijn te verkrijgen. Ten einde nu aan deze
slachtoffers het verblijf in de gevangenis
te veraangenamen en ze met üieuwen moed
te bezielen, hebben in de vorige week een
aantal socialisten aldaar zich verzameld op
het land, onmiddellijk grenzende aan de ge
vangenis en daar tal van socialistische lie
Een oogenblik nadenkende over hetgeen
hij wilde schrijven, had hij het hoofd opge
heven en daarbij was zijn blik gevallen op een
groote pbotografie, welke boven de sofa hing,
welke aan de andere zijde der tafel stond.
Hetzelfde beeld, hetwelk beneden zulk een
geheimzinnige macht op hem had uitgeoe
fend, zag hij nu weer voor zich. Doch de
trekken van dat gelaat waren veel jonger.
tiet potlood was aan zijn vingers ontval
len. Wat wilde hij doen Hij stond op het
punt, met de kwaadste bedoelingen in te
grijpen in het leven van een meisje, schoon
en jong als dat, welks beeld voor hem hing;
bij stond op het punt, de deugd eu de on
schuld van dat arme meisje een valstrik te
spannen, en haar een dergelijk lot te be
reiden, als een ander, dien hij nog in bet
graf vloekte, over de vrouw, wier beeld voor
hem hing, had gebracht.
Een donkere schaduw bedekte zijn voor
hoofd.
Het dienstmeisje kwam met de gevulde
karaf terug, zette ze neer, keerde naar de
deur terug en wenschte: „goeden nacht!"
Dat besliste den strijd in Maitlands ge
moed. Trots en hartstocht overstemden de
waarschuwende stem vae het geweten.
„Wacht een oogenblik," rit p hij het
meisje toe. Hij nam bet potlood weder op
en schreel de volgende woorden: „Lieve
juffrouwUw broeder Edmund is niet op
weg naar Amerika, maar is van Sonthamp-
ton naar Berlijn terroggekeerd. Wilt gij zoo
goed zijn, ouder deze regelen e*6n mede te
deelsn, tegen welk uur ik u morgen onge
stoord en alleen een paar minuten over dit
puDt kan spreken?"
Maitlaind vouwde bet blad toe en over-
landigde het aan het meisje. „Breng dit
dadelijk aan mejuffrouw Rettberg en breng
mij haar antwoord; ik wacht er op."
Nauwelijks had het meisje zich verwjjderd,
of Maitlaod blies bet licht uit en opende
voorzicl tig de deur zijner kamer, om raar
het geluid van hare voetstappen te bereke
nen, waarheen zij ging. Zij liep den gang
af naar de aan het andere einde geiegen
balkon-kamer. Maitland hoorde de deur
opensluiten een lichtstreep verried hem, dat
Melanie nog op was.
Voorzichtig sloop hij weder naar zijn kamer
terng, en toen kert daarna het dienstmeisje
terugkwam, vord zij bem bij de brandende
lamp weder bij tafel zitten. Zij overhandigde
hem rijn eigen briefje, hetwelk hij
haastig opende. Slechts aan haar broeder
denkende, had het argelooze meisje onder
deren gezongen, zoo luide, dat de gevangenen
hebben kannen hooren, dat hunne partijge-
nooten hen niet vergeten. Ook Zondag
avond waren weer tal van mannen en vrou
wen tot gelijk doel samengekomen op het
land achter de gevangenis. Reeds hadden
allerlei vrijheidsliederen door het luchtruim
weergalmd toen plotseling door de duister
nis begunstigd, eene politiemacht een ein
de aan deze betuiging van deelneming
maakte en de socialistische zangers naar
alle kanten op de vlocht joeg.
Slechts enkelen hadden den moed de
politie onder de oogen te zien en stilletjes af
te wachten de gevolgen van hun luid keubaar
gemaakt gevoel van solidariteit met hunne
gevangen geestverwanten. Yan hen zijn de
namen en woonplaatsen opgevraagd, zoodat
vrij zeker eene gerechtelijke vervolging is
te wachten.
Brutaal. Mej. de wed. Bos-
scher te STADSPOLDER (gem. Beert»)
woont alleen met eene meid. Zondagavond
kwam er iemand voor 't venster, die f 100
eischte en dreigde met moord en brand.
Toen dat niet hielp, sloeg hij een ruit in,
kroop naar binnen en ontvreemdde f127.
Da bewoonsters waren op den zolder ge
vlucht.
Vreeselijke dood van een
kind.
L'e L i m b. Koer. deelt volgender
wijs het treurig lot mede van een kind,
dat nabij VOERENDAAL (Limburg) door
horzels een soort wespen is dood
gestoken.
Yier kindertn der echtlieden Heats,
respectievelijk 12, 6, 3, en P/g jaar oud,
speelden samen in de weide van een buur
man. Ze zagen hazelnooten staan; ze be
sloten die te plukken en zetten zoolang
het kleioe broerje op korten afstand van
een bcom neer. Toen het kindje daar zat
kwamen een paar horzels, die in den boom
hun nest hadden, om zijn hoofdje rond
vliegen. Het kind sloeg argeloos naar de
brommende dieren.
Als op een sein viel toen de gebeele
zwerm horzels op het arme schepseltje
aan.
In een oogwenk was het kind bedekt
door het bruine ongedierte en wel 200
scherpe, giftige angels deden hun moor-
Maiiland's vraag in baast geschreven
„Ik sta elk uur, naar gij verkiest, ten
uweu dienste. Melanie Rettberg."
Maitland lus dit antwoord met begeerige
blikken en om zijne lippen vertoonde zich
een zegevierend lachje.
Toen bij alleen was, sneed hij het deel
van het blad, waarop hij geschreven had,
er af en verbrandde dat boven de lamp.
Maar Melauie's antwoord legde hij zorg
vuldig in zfjn brieventasch bij den valschen
wissel en de schuldbekentenis van ha:r
broeder.
„Geef mij van iemand het een of ander
op schrilt en ik zal hem er mede aan
den galg brengen, heeft eenmaal een be
roemd man gezegd," prevelde Maitland. „In
haar angst om haar liederlijken broeder had
deze preutsche schoone zich wel niet onge
lukkiger kuuueu uitdrukken. Met dezen pas-
se- p ar t o u t kan ik in het ongunstigste
geval mijn terugtocht dekken en mij voor de
oogen der wereld rechtvaardigen. „Op
elk uur, naar gij verkiest," herhaalde hij
Melanio's woorden.
„Goed, ik verkies het nog beden nacht!"
Hij blies het lichtje uit en begaf zich, ge
deeltelijk ontkleed, te bed.
XXV.
Met het hoofd op de hand leunende, luis
terde Maitlaud een geruimen tijd naar elk 1 lijk de "oogen had gesloten,
geruisch. Bij dit wachten schenen de minuten „Voor den duivel!' riep de reus op ge
wei uren. dempten toon uit, „ik wil mij laten hangen,
Om volkomen zeker te ijjn, wachtte bij vvaDneer dat niet de kerel ia, die den armen
op den grond viel en gedurende eonige mi
nuten zijn bewustzijn verloor. Toen hij de
oogen weder opende, was de lamp op de
tafel weder aangestoken, en zag hij twee
mannen, wier gezichten door zwarte mas
kers waren bedekt, voor zicb.
Maitland was een man van ontembaren
moed eu ofschoon hij er nu twee tegen zich
had er een van deze een ware reus was
zoo trachtte hij toch op te staan, met het
plan, dat hij de inbrekers zoo lang zou kun
nen bezig houden, tot er verdere hulp kwam.
Maar bij de eerste poging em zich te bewe-
geD, voelde hij, dat de handen hem op den
rug waren vastgebonden, en sijne voeten
eveneens gekneveld waren. Hij besloot daar
om roerloos, ais een doode, te blijven leg
gen en met balf gesloten, oogen de dieven
gade te slaau.
„Zoo is wel eens de maneschijn ook tot iets
nut," zeide de kleinste der beide mannen,
„had het dezen ongenooden gast niet beschensn
dan had onze geheele berekening wel ver
keerd kunnen uitkomen. Hebt gij hem de rest
gegeven
„Neen, dat heb ik niet!" antwoordde de
reus Hij is slechts verdoofdzie
maar, bij haalt adem."
Bij deze woorden nam de spreker de lamp op
en boog zich over Maitland, die nu dade-
nog altijd, tot bij in huis geenerlti geruisch
meer boorde. Daar was het hem eensklaps,
alsof hij een onderdrukte kreet vernam. Hij
richtte zich op en luisterde met ingehouden
adem. Maar niet bet minste geluid deed
zich meer hcoren. Het was zeker verbeelding
geweest, misschien ook had bij reeds zich
bevonden in een toestand tnsschen waken
en droomenhij wist het zelf niet goed,
maar in ieder geval was het nu tyd, het
terreiD te verkennen. Maitland sloop naar
de deur dtr kamer en opende zo behoed
zaam Nauwelijks bad hij zijn kamer verlaten,of
bij hooide op den gang iemand naar hem
toekomen. Hij had de deur zijner kamer
wijd open laten staan, en daar dcor bet
venster zijner kamer overvloedig het maan
licht naar binnen drong, zoo stond Mait
land van den gang uit gezien, in het volle
licht en trok bij zich dan ook snel in zijn
kamer terng.
„Nog voor hij de deur echter zich bad
kunnen toetrekken, kreeg hij een geweldigen
slag op het hoofd, tengevolge waarvan hg
assBcsor wegens de wisselvervalsobing in
het tuchthuis wil brengen, wanneer deze
hem niet zjjn zuster overlevert. Wat heeft
dio kerel hier in bare Dabijheid uit te staan?
Wanneer bij met haar goedvinden hier is
dan wil ik
Hij «weeg eensklaps, want bij had, terwijl
hij sprak, zich tot zijn kameraad gewend eu
gerien hoe deze uit Maitland's jas eeu brieven
tasch te voorschijn haalde.
„Laat zien!" riep hij uit, haastig de hand
er naar uitstekende, „Hemel en hel! dat is
waarachtig dat ding met de slangenhuid."
„De bonte Karei" was dus nog niet aan des
arbeid; geef hier die brieventasch: wij wil
len den inbond later wel nasnuffelen. „Na
aan ons weik."
De reus stak de brieventasch bij zich,
terwijl zijn metgezel Maitland's horloge,
brillanten dasspeld eD ringen bij zich stak
en daarna Maitland een prop in den mond
duwde.
WORDT VERVOLGD.