Uit en voor de Pers.
De valsche bankbiljetten.
Nieuwe verkiezing.
GEMENGD NIEUWS.
wawdeering der verschillende soirten ksrns
en gierkarren.
De heereo J. Riukes Borger (Leiden);
K. Koster Hx. (Midwoud) endr. K. H. M.
v»b der Zinde hadden zkh welwillend be
last met de beoordeelin? tier karr.s de
he«ren X. Loder (Winkel), C. Nobel Hx.
(Sijbekarspel) eu H. Vijn Hx. (Twisk), der
gierkarren.
Aan de regelingscommissie (dr. Van der
Ztnde, J. Zijp Kz. t* Abb-lerk, C. Wijde-
nes Gbz. te Opperdoes en K. Kaaskooper
te O >s»huixen) komt een woord ran lof
en huid- toe voor de uitstekende wijze,
waarop zij bieck vror alles te hebben zorg
gedragen.
-OüD-KARSPEL.
Onxe gemeente ia een inrichting rij
ker geworden, die doorgaans alleen in
grootere plaatsen wordt aangetroffen. Er
is hier n. 1 een speeltuin met
melUinrichting opgericht. Dat de
ondernemer, de heer C. Kroonvruchten
van zijn werk moge plukken, is veler
wensch.
Dames in de Schoolcom
missie
Na het bedanken der vorige heeft de
gemeenteraad ta L008DRECHT een
nieuwe dames-commissie, thans bestaan
de uit zes leden, tenoemd, welke bij
aanneming harer benoeming deel zal uit
maken van de plaatselijke schoolcommis
sie.
De Afdeeling WINKEL van
volksonderwijs hield Donderdag avond
een vergadering tot het bespreken van
den beschrijvingsbrief over de algemeene
vergadering der vereeniging, te houden
te Amsterdam den 15en Mei. De afdeeling
besloot voor twee leden van het Hoofd
bestuur hare stem uit te brengen op de
heeren Mr. H. Ph. De Kanter te Haar
lem en W. Aliddelveld Viersen te Mid
delburg.
Met de voorstellen van het Hoofdbe
stuur betreffende de financiën kon zij
zich vereenigen, behalve met dat waarin
het Hoofdbestuur een crediet van f 600
vraagt voor de commissie tot onderzoek
van het vraagstuk van algemeen koste
loos lager onderwijs tot het doen van
persoonlijk onderzoek in het buitenland.
De vergadering verklaarde zich voor kos
teloos lager onderwijs, maar meende, dat
een schriftelijk onderzoek zooals reeds
heeft plaats had, voldoende geacht kon
worden om de noodzakelijkheid er van
aan te toonen.
Een voorstel door de afdeeling Smilde
gedaan, om 't volksblad, 't orgaan dor
vereeniging op te heffen, verklaarde de
afdeeling zich tegen, maar daarentegen
kon zij zich geheel vereenigen met de
voorstellen betreffende de wet op Lager
Onderwijs en den leerplicht.
Het voorstel der afdeeling Assen De
algemeene vergadering spreke de wen-
scheljkheid uit,dat onderwijs geheel Rijks
zaak worde, daar was de afdeeling sterk
voor, mits de benoeming der onderwijzers
geschiede door den gemeenteraad in over
leg met het rjksschool-toezicht.
Ook het voorstel Amsterdam I om
aan de Regeering te verzoeken het
aantal kweekscholen te vermeerderen, was
de afdeeling voor, doch tegen dat van
Groningen, om Rijkstoelagen voor vrou
welijke kweekelingen beschikbaar te stel
len, die liare opleiding ontvangen aan
van rijkswege gesubsidieerde gemeente
lijke ot bijzondere kweekscholen voor
onderwijzeressen. De afdeeling was van
meening, dat over 't algemeen te wei-
Dig blijven. Een voorstel der afdeeling
Schiedam Het Hoofdbestuur dringe er
bij de RegeeriDg op aan, dat de onder
wijzers worden opgenomen in het pen
sioenfonds voor weduwen en weezen van
burgeljke ambtenaren, en een van de
de afdeeling Utrecht, waarin de wensche-
lijkheid wordt uitgesproken, dat de ouders
van wege het Hoofd der school, door
middel van rapporten, op de hoogte wor
den gehouden van gedrag, vlijt, vorde
ringen en schoolverzuim huuuer kinderen,
verklaarde de afdeeling zich voor,
doch tegen dat van Amsterdam I,
waarin de wenscheljkheid wordt uitge
sproken, dat van overheidswege voedsel,
schoeisel en kleeding verstrekt worden
aan behoeftige schoolkinderen; werd er
ook al voor gepleit, dat het voorstel niet
was zooals vroeger, dat nl. een en ander
verstrekt moest worden aan degenen, die
zulks verlat-gden en het aan de overheid
staat te bepalen, wie behoeftig zijn, de
vergadering oordeelde, dat het niet aan
gaat, dat de staat de taak der ouders op
zich neme.
Tot afgevaardigden werden benoemd
de heeren A. R. Sloos en P. Vries, en
tot lid van het bestuur voor den Groet
polder, de heerR. Kujper.
Nadat nog eenige mededeelingen waren
gedaan betreffende het onderwijs in han
denarbeid en de inrichting door de afdee
ling in het leven geroepen, sloot de voor
zitter, de heer K. Vries, met een woord
van dank aan allen voor hunne mede
werking, doch inzonderheid aan den heer
hij zich met een vervaarlijken paal en
sloeg daarmee in een ommezien alle ruiten,
z lis een raamkozijn in bet huis zijner
nitverkoreDe in. Daaruit d niet toldnan,
koelde bij zijn woede op ten viertal andere
woningen, waarin eveneens geen rnit heel
bleet.
Eerst nadat op deze manier een 40-tal
ruiten stnk waren, werd de man door 4
agenten ingerekend.
Op de tentoonstelling
van voorwerpen van kunst of smaak, in
vrijen tijd vervaardigd door ingeze
tenen, van de wijken A, B, C, en D,
der gemeente BARSINGERHORN, met
toelating van inzendingen ook van buiten
genoemde wijken, zijn 117 inzendingen
ingekomen, zoodat de vereeniging D.O.G.
te Barsingerhorn, van wie indertijd de
nitnoodiging tot deelname aan deze zaak
is uitgegaan, zich aanvankelijk mag ver
heugen in den gunstigen uitslag van haar
werk. j
"Werkstukjes en werkstukken van al-1
lei aard, van ouders en jongen, elk met
ijjne eigenaardige verdienste, met groot
geduld en even groote zorgvuldigheid
vervaardigd, zijn bijeengebracht en vor
men een geheel, dat wel der moeite
waard is om bekeken ie worden. Het j
lijdt geen twijfel of velen zullen op de
aanstaande pinksterdagen een kijk
je nemen in de zaal van den heer Slo-
temaker.
Yan de 117 inzendingen waren 57
aangegeven ter mededinging in een, wed
strijd waaronder 42 nummers als dames,
handwerken en 15 als werkstukken van
mannen en jongens.
De damesMej. Atema van Schagen,
Ilaverkor* van Lutje-Winkel en S. v. d.
Woude van Kolhorn hadden welwillend
voldaan aan het verzoek van D. O. G.
om de commissie van beoordeeling te vor
men voor de dameshandwerken, een
eerepost, maar die in dit geval volstrekt
niet tot de benijdenswaardige behoorde,
omdat enfin, dat weet ieder, die
bekend is met de eigenaardige moeiel jk-
heden, die zulk een baantje oplevert, en
anderen mogen het veilig gelooven.
Yoor de 15 laatstgenoemde inzendin
gen werd de commissie van beoordeeling
gevormd door de heerenJoh. de Groot,
K. Beek en P. Schuitemaker Jt allen van
Barsingerhorn.
Na de noodige onderlinge beraadslagin
gen heeft het onderzoek der dames- en
heerencommissie geleid tot de volgende
uitkomsten:
Voor de dameshandwerken
No. 3. Borduurwerk door Mej. Westen
berg, eerste prijs. No. 4, Filigrainwerk
door Mej. Westenberg, eerste prijs. No.
108, Een ondermutsje door Mej. de Wed.
Jb. Bakker, tweede prijs. No. 5, Een
boezelaartje door Mej. A. Slotenmaker
den Adel, derde prijs.
No. 36, Een versierd bord door Mej.
M. Mars. No. 69, Een antimacassar door
Mej. Ca. Rampen No. 92, Een tafellooper
door Mej. Ja. Bol. No 97, Een spreitje
door Mej. Z. de Vries. AJlen eervolle
vermelding.
Voor de werkst. van mannen en jongens
No. 101, Eene Schilderij door D. Prins,
tweede Prijs. No. 34, Eene bouwk. tee-
kening door P. Eriks, tweede prijs. No.
85, Een Kappendoos door A. Bol, der
de prijs, bij loting tegen Nos. 40 en 76.
No. 40, Een vloermat door Jb. Kossen.
No. 76, Twee vloerkleedjes door J. S.
Schuitemaker. No. 2, Teekeningen door
D. Smit Gz. Laatste drie eervolle ver
melding.
Door de benoeming van onzen afge
vaardigde, den heer Mr. W. v. d.
Kaay, tot Minister van Justitie welke
benoeming voor den heer V. d. Kaay,
eene eervolle onderscheiding is, welke
de kroon zet op zijne politieke loopbaan,
en in welke eervolle onderscheiding wij
al is het dan ook dat wij ten opzichte
der kiesrechtkwestie lijnrecht stonden tegen
over Mr. v. d. Kaay, ons ter wille van
de persoon van Mr. v. d. Kaay verheu
gen, zal er in ons district eene nieuwe
vrije verkiezing moeten plaats
hebben.
Wij meenen, dat er in dit geval, ten
gevolge der omstandigheden, niet te veel
tijd van voorbereiding overblijft en geen
oogenblik ongebruikt mag blijven.
oor hen, die gaarne een vertegen
woordiger der democratische beginselen
zullen zien afgevaardigd, is dan ook van
nu af het oogenblik aangebroken, om
zich tot den verkiezingsstrijd voor te
bereiden.
Wenschelijk ongetwijfeld is het, winst
te doen, met de ondervinding, opgedaan
bij de laatste verkiezingen.
Daartoe behoort o.a. mede, dat de
KiesvereenigiDgen uit hun reglement moe
ten schrappen de verbindende bepaling:
„dat de minderheden ook moeten stemmen
den candidaat der meerderheid."
J. H. Bergman, secretaris, voor zijn rap- De ervaring immers heeft geleerd, hoe
port omtrent werkzaamheden der afdee- telen, sommigen openlijk, anderen in het
ling sedert de laatst gehouden vergade- geheim, zich toch niet aan die verplich-
overtuiging, en niet om steun
als gevolg van slaafschheid of van over
vleugeling.
Voor de democratisch gezinde Libera
len in ons district is het bepaald zaak
nu flink aaneengesloten op te treden.
Vooral moet elke poging, welke nu
reeds vau Alkmaarsche zijde, zoo half
openlijk, half onder de roos, wordt in
het werk gesteld om een stadsvriend
uit dit district er voor te spannen, den
kop worden ingedrukt. Stelt U voor
Kiezers, dat uit elke windstreek van ons
district een vriend, terwille van zijne
vriendschappelijke verhouding worde Can
didaat gesteld omdat men hem uit gene
genheid zulk een postje wel gunt P
Foei, welk eene verzaking van Beginsel!
Laten wij toch vooral ons er voor vrij-
waren, aan zulk kiesgeknoei mede
te doen.
Het Beginsel bovenal!
Het Brginsel toch moet de partij vor
menhet beginsel moet de gelijkgezin
den bij elkaar brengen, en ook bij elkaar
houden.
En of dan het Beginsel van Liberaal
zijn gewijzigd is? Wel noen, dat kan
immers niet? Liberaal is liberaal, en
die idéé heeft maar ééne uitlegging.
Het woord Liberaal zegt het reeds
mild, vrijgevig Liberaal zoo
werd en wordt geleeraard: „duidt eene
richting aan, die de tegenovergestelde is
van teruggang of van onverzettelijk vast
houden aan bestaande begrippen, toestan
den en vormen.
„Die Liberaal zijn,moeten zich beijveren
om" de staatkundige aangelegenheden des
volks in overeenstemming te
brengen met den steeds voort
schrijdenden geest des tijds. Het
spreekt van zelf, dat de partij der Libe
ralen, buiten het streven naar vooruit
gang, gcene bepaalde kenmerken heeft.
Willen de Liberalen zich voorstanders
der ware vrijheid noemen, dan mogen zij
niet vergeten, dat deze geenszins gelegen
is in volstrekte onafhankelijkheid van
anderen, in willekeur om te doen en te
laten wat men verkiest.
„Liberaal zijn verplicht boven alles: tot
het waardeeren van waarheid, recht en
plicht, van kennis, verlichting en bescha
ving, in het bevorderen van welvaart,
orde, zedelijkheid en deugd,in het gaar
ne toekennen aan anderen
van die voorrechten, welke
zij voor zich zeiven begeeren
dan mogen allen, die zich liberaal
noemen, niet vergeten, dat daartoe eene
groote mate van menschenliefde, van zelf
verloochening, van zelfbeheersching en
eene onbeperkte gehoorzaamheid aan de
zede-en staatswet onmisbaar zijn
nng en zijne
vergadering.
belangrijke notulen, de
ting hielden. Maar dan moet ook die
verplichting, welke een negatieve kracht
uitoefent, worden weggenomen.
Daardoor bereiken wij wellicht, dat
Woensdagavond werden
te T1IL hcndcidtn op de been gebrachtmeerdere personen, die zich tot heden
door de noeste daden van een dollen man. buiten de vereeniging hielden, als lid zul-
Aerliefd cp eene getrouwde vrouw, besloot
hij haren echtgenoot te tuchtigen. Nadat
len toetreden.
Daardoor wordt dan dea invloed dezer
h,w in een voorgerecht de messen hij vereeniging uit den aard grooter, want
bid er dr:e w:ren ontnomen, wapende j het ia toch te doen
om ateun uit
De brandende kiesrechtkwestie is nog
wel degelijk aan de orde, ook bij deze
nieuwe verkiezing. Het geldt nog even
zeer vóór of tegen de finale-kiesrecht
uitbreiding.
Niet waar is het, wat van zekere
zjjde nu wordt beweerd, door de
vrienden van Mr. v. d. Kaay nml. dat
er nu in ons district een candidaat ge
zocht moet worden, die Mr. v. d, Kaay den
Minister kan steur enl
Die bewering is door en door valsch.
Kiezers, laat u niet bij den neus ne-
mon
Nu de heeren Roell en Van der Kaay
in het ministerie optreden, zullen nog in
Utrecht en Alkmaar naverkiezingen noo-
dig zijn.
In 't geheel dus 9 nieuwe keuzen, die
wel eens zóó konden uitval'en,dat de meer
derheid, door de herstemmingen van 24
April verkregen, sterk daalde en zelfs in
een minderheid veranderde.
De stand is namelijk nu deze, dat van
93 reeds gekozen leden die aangenomen
hebben, 43 tot de voorstanders en
zonder de heeren Röell en Van der Kaay
48 tot de tegenstanders der ingetrok
ken kiesrechtontwerpen behooren. Men
ziet uit deze cijfers welken grooten invloed
de keus van negen leden nog kan heb
ben, wat de beslissing betreft, aan wel
ken kant de meerderheid in de nieuwe
kamer zal wezen.
Het Handelsblad zegt o. i. zeer
terecht
„Laten de voorstanders van een spoe
dige afdoening van het kiesrecht in zeer
ruimen zin dus alle krachten inspannen
om hunne candidaten in de Kamer te
brengen. Hoe sterker hun richting in de
Kamer vertegenwoordigd is, des te meer
uitzicht bestaat er op een bevredigende
oplossing van het groote vraagstuk.
De Telegraaf zegt
„Dewijl deze verkiezingen moeten wor
den beschouwd als een voortzetting van
den stnjd van 10 en 24 April, hebben
alle vooruitstrevenden ook ditmaal zich
te vereenige* op de voorstanders. Al is
het ministerie-Tak ten val gebracht,
toch ia het van de grootste beteekenis,
dat zijn vrienden zich krachtig aaneen
sluiten en niets onbeproefd laten om
een geestverwant in de kamer te bren
gen.
„Immers hoe krachtiger de minderheid
van kiesrechtuitbreiders in den geest van
Tak wordt, destemeer zal de nieuwe
regeering met haar rekening moeten
houden bij het indienen harer kiesrecht-
voorstellen.
„Er bestaat niet de minste grond om
den moed te laten zakken. Als de waar
lijk vooruitstrevenden hun plicht doen
zouden de verrassingen, welke deze ver
kiezingen misschien opleveren, voor onxe
tegenstanders wel eens
bezorgd,:
ge^ftde^j^ch^C^rant on» in o-
?"weging,o'mindev^ture-f^:
ran der Kaay te voorzien- door u
tredenden Minister van Finantien, Pl
soil te kiezen. i
Nu de heer Pierson met de Be
genheid heeft als minister de voor h
aangewezen en vol moed aanvaarde taak
geheel af te werken is het tenminste in
zeer veel opzichten gewenscht en J
practici, dat hij alsi lid zitting
,n een Kamer, waarin de door hem to
stand gebrachte regeling zeker menig
maal ter spraak zal komen, omdat
een allereerste eisch is, dat het per
soneel nog worde herzien-
De studie, die minister Pierson nood
wendig van dit ontwerp moet gemaakt
hebben, mag men niet onbenut laten
bij deze gelegenheid." "TT-,,
Wij gelooven dat de Zutphensche Cou
rant ons daar een raad geeft, die over
weging verdient.
Door den heer Pierson trouwens is
een zetel in de Tweede Kamer ten volle
verdiend, omdat hij den heer Tak, eerlijk
ter zjde heeft gestaan.
De tegenwoordigheid van den heer
Pierson in de Tweede Kamer zou
o.i. hierom mede noodig zjn, nu in
het optreden van den heer Sprenger van
Eijh als minister van Finantiën, nadat
de heer v. E. in zijn weekblad „Neder
land", des heeren Pierson'» voorstellen
onverpoosd en venijnig heeft bestreden,
een kenschetsende karaktertrek van het
nieuwe kabinet ligt opgesloten, welke nog
te krasser afmeting verkrijgt, als men
bedenkt dat juist de heer van Houten
de tegenwoordige Minister van Binnen-
landsche Zaken, de trouwe schildknaap
en ijverige medewerker van den minister
Pierson was.
De Candituur Pierson verdient in
derdaad overweging, maar overweging
verdient eveDzeer de vraag, of, in ver
band met den strijd, die achter ons ligt,
niet óf Mr. Treub, óf Mr. v. Gilse
onze man ditmaal wezen moet.
Doch over eene candidaatstelling
in een volgend nummer.
De minister van binnenlandsche za
ken
Overwegende, dat de heeren jhr. mr.
J. Röell en mr. W. van der Kaay, na
hunne verkiezing tot lid van de nieuwe
Tweede Kamer der Staten-Generaal, in
gevolge de 4de alinea van art 96 der
grondwet dat lidmaatschap van rechts
wege hebben verloren en dat derhalve,
ter vervulling van die opengevallen plaat
sen, een verkiezing van een lid dier
Kamer moet plaats hebben in elk der
hoofdkiesdistricten Utrecht en Alkmaar.
Gilet op de artt. 101 en 110 der wet
van 4 Juli 1850 Staatsblad no. 37.)
Heeft goedgevonden te bepalen
lo. dat in elk der gemelde hoofdkies
districten de verkiezing van een lid der
Tweede Kamer van de Staten-Generaal
zal plaats hebben op Dinsdag
Juni e. k.
2o, dat de herstemming, is die noodig,
zal geschieden op Dinsdag 19 Juni daar
aanvolgende. St.-Ct.
deze eei*st sedert twee weken
eigenares van het kleine huis j
en de laatste een oude, doove vrou^^
die den buren weinig stof tot'J *4'-
gaf.
Informatiën bij de politie in te wi
waagde de heer Mutselberg niet
vreezen moest, dat de eene 0f
vraag hem nadeel zou kunnen br
Voor een kenner van vrouwenh^6"-
van de soort als de heer Mutselbete*"
het zoo klaar als de dag, dat <1
dat huisje een onrecht gepleegd
temeer omdat de man van de dam*^>
kend stond als een nurks. e
Hij schreef daarom den volgenden h
aan de dame 01
nef
„Mevrouw
een toeval dat ik
De rentenier Mutselberg, seder jaren
een trouwe volgeling van de leer „Zaken
zjn zaken en in den handel is alles ge
oorloofd zag zich door eene onaangename,
opzienbarende speelzaak genoodzaakt, om
de residentie voor «enigen tjd den rug
toe te keeren.
Hij ging naar N., waar de bewoners
door gastvrijheid en vrooljkheid uitmun
ten. Door zijn deftig optreden als baron
Ijzererts, werd hij in verschillende fami
lies toegelaten. Zjn „door arbeid ver
kregen" vermogen was groot genoeg om
hem langen tjd gemakkeljk te kunnen
doen leven en daarom wachtte hj op
eene gunstige gelegenheid om zjne zak
ken op kosten zjner vrienden te vullen.
Het toeval deed hem spoedig een plan
aan de hand. Op zekeren avond in de
stad rondslenterend, zag hj, hoe eene
rijk gekleedde, gesluierde dame in een
huurrijtuig stapte. Hij vermoedde een
avontuur en volgde den wagen. In eene
nauwe, stille straat in de voorstad, bleef
de wagen staan voor een onoogeljk huis.
De heer Mutselberg wachtte, verscho
len in een donker portaal van een huis
er naast en zag na een half uur de dame,
begeleid door een jongen man uit het
huis komen. Wat z j met elkander spra
ken, kon hj niet verstaan, maar het
scheen een zeer harteljk onderhoud te
zjn. Eindeljk omhelsden zj elkander
en de dame reed weer weg.
De heer Mutselberg had het nommer
van het rijtuig genoteerd en zocht den
volgenden dag den koetsier op. Hj ver
nam van dezen, dat de dame eiken avond
denzelfden weg maakte en steeds weder
op de plaats van afrit uit het rijtuig
stapte, om zich te voet naar huis te be
geven.
Na enkele dagen wist de heer Mut
selberg het volgende: De dame was de
vrouw van den rjksten koopman uit den
omtrek, eene gevierde schoonheid der stad.
Over de familie van den joegen man
vernam hj daarentegen niet veel, daar
Door een toeval dat ik altijd
prijzen, ben ik ooggetuige ge*ot£)
van uwe heimelijke bezoeken jn
A....straat. U zult begrijpen, dat
hiervan in mjn voordeel gebruik d v
te maken. Gj kent het hartstochuia
karakter van uwen man en daar
geloof ik, dat u er de voorkeur
zult geven, om u met mij te versta?
Leg heden avond, als gj het rijhl
verlaat, eene portefeuille met vjfdUjze 1
gulden onder het kussen op de ba k
van den wagen. Deze som bespa»*
u elke verdere onaangenaamdheidL
Een trouwe vereerder."
Men kan zich denken, hoezeer de»
brief haar deed schrikken. Zj gevoelde
zich geheel schuldeloos, maar de schim
was tegen haar.
Zj verwenschte haar lot, dat haar aai
een man verbonden had, die een parvenu
was, zj erfgename van den titel van
gravin, die om dezen man hare familie
had verlaten en deze ongelukkig had ge.
maakt. Hoe kon z j het wagen, om h
man te bekennen, dat zj in strijd met
zjn bevel, haren broeder en hare c
zieke moeder, er toe gebracht had om
in de stad te komen wonen. En dan de
bezoeken en de ondersteuning die zij hei
bracht. Zou zj niet liever de 5000 guldei
opofferen?
Maar hoe aan het geld te komen!
En zou zy dan ook werkelijk bevrijd
van de eischen van den onbeschaamde!
Zou hj niet herhaaldelijk terugkomenei
hoogere eischen stellen?
Lang zat de arme vrouw in gedachten
verzonken. Zj had den brief nog in de
hand, toen plotseling de deur openging
en haar man binnentrad. Zj schrikte en
wilde het schrjven verbergen. Maar
was reeds door hem gezien geworden ei
met een vriendeljken glimlach riep hj
uit
„Zeker eene verrassing voor mij, liew
Alwine, een brief op mjn geboortedag
H j liep op haar toe en stak haar vroolji
de handen toe. „Welk een prachtige ai;
van daag en ook een gelukkige. Ik hes
mjn proces gewonnen, de oude excellen
tie M., de groote, hateljke hans, die om
burgers dacht te kunnen bedriegen,
het verloren. Ha, ha, w j hebben
eergevoelen hj brak in een luk
lachen uit.
De jonge vrouw was opgestaan. „Hec
is goed dat gj eergevoel hebt...." riep
zj uit „want lees en handel." Dar
mede gaf zj hem den brief.
Verschrikt deed hj een stap
uit. „Alwine zeg, is dat waar?"
„Wat
„Uwe bezoekenGj bedriegt mij''
hj trad op haar toe.
„Ga, gj zjt een..."
„Alwine 1"
„Laat mj toeh kalm uitspreken,
bezoek mijne moeder en mjn broeder'
„Ellendige, adellijke hanzen," bron
de woedende echtgenoot.
„Gj vergist u, Eduard, gj spreekt Ti
mjne moeder." J
De jonge vrouw had dit op kalffl®
vasten toon gezegd. Verwonderd zag
man haar aan. „Nuen zeide
na een kleine poos.
„Ik denk, lieve Eduard," begon
wine, „dat de tjd gekomen is n
klaringen. Toen ik u huwde, was ik
jong, onverstandig kind, dat er üw
verheugde uit de kleine, armzalig®
ning mjner familie in het prachtig®
van een [millionair te komen. Nu_
ik er anders over. Ik heb u lief)
maar uw dwaze haat tegen den 4(1
tegen mijne familie in het bizonder,
stemt mj. Gj kunt mjnentwege
wat g j wilt, ik ga nog heden nsar
ne moeder terug."
Haar echtgenoot zweeg »—o
Hj streed een harden strjd, Ju8
zjnen opvattingen en zjne lieM®'
De laatste overwon.
Toen Alwine naar hem toeliep
de hand tot afscheid reiken wi
hj haar in zjne armen en fiui't®r
toe „Gij hebt gel jk, ik ben e®11
Wj zullen al die dingen vej^e_
halen nog heden uw moeder nie i
bj ons wonen." «en.'1*
Na haar een kus te hebben gege
de h j heen. Een half uur later vie
hare moeder om den hals. .-i
Nadat de eerste ontroering v -
werd familieraad gehouden. F®
als men den schurk onscbndem
maken.
Man en vrouw gingen naar
tie en gaven daar kennis van
venstreek. ,..je gsi'J
De commissaris van P°1
jonge vrouw vjf bankbilje
zend gulden en zeidehaari 'U jen
tocht te doen en het geld w
achter te laten.
Toen Alwine uitgestegen
Vb 1