Scliajjfer Courant,
Gemengd Nieuws.
Bijvoegsel, behoorénde bij de
ZONDAG 24 JUNI 1894
Xo. 2843.
Schandelijke toestanden.
Eenigs dagen geleden viel te Presburg
in Hongarije een schoolknaap Friedrich
Blüml, in de rivier de Donau en kwam
jammerlijk om het leren. De onders van
het kind zonden eenige schippers uit om
het lijk te zoeken, maar de pogingen
dier mannen waren vruchteloos. De schip
pers deelden ongehoorde en ontzetlende
berichten mede over de ongelooflijke toe
standen die zij, in de twee-en-een-half
uur dat zij stroomafwaarts voeren, waar
namen. Zij zagen niet minder dan zeven
lijken aan den oever liggen, op dezelfde
plaats, waar zij door de golven aan land
waren gespoeld; de lijken hadden er
klaarblijkelijk reeds weken gelegen. Het
akeligst was de aanblik bij de gemeente
Bagomer; daar lagen de lijken van twee
mannen en een vrouw, omringd door een
aantal doode dieren, overdekt door wur
men, en de lucht was verpestend. In ver
schillende districten moeten dergelijke toe
standen heerschen, ook daar liggen lijken
weken lang aan den oever, totdat arbei
ders, dia werk b\j en aan de rivier te
doen hebben, ze in den grood stoppen,
omdat de verpeste lucht er hen toe
dwingt.
De bovenbedoelde schippers hoorden
van den burgemeester van het plaatsje
Szap, dat de gemeenten voor het ter aar
de bestellen van aangespoelde lijken geen
schadevergoeding kregen en daarom breekt
er niemand zich het hoofd over; wie ver
tellen komt, dat hij een lijk heeft gevon
den, krijgt hoogstenseen partij grof
heden naar het hoofd.
Tegen een zwakke maag.
Wanneer de spijsvertering gebrekkig is,
beveelt men bet gebruik van zwarte ko
mijn aan. Men maakt ze fijn en neemt
een uur vóór het ontbijt, vóór bet mid
dagmaal en vóór men te bed gaat, een
hal ven theelepel vol in een wijnglas wa
ter in.
W ELKEENTREUfiSPEL.
Te Cbarkow stonden Woensdag der
vorige week drie misdadigers voor den
rechter die, op onmenschelijke wijze, bij
na de gebeele familie Arcimowiez hadden
vermoord, met het doel diefstal te plegen.
Toen de gevangenen uit de gevangenis
naar de rechtszaal werden overgebracht,
wachtte de eenige overgebleven zoon der
ongelukkige familie hen op en loste uit
een revolver een schot op de moordenaars
zijner arme ouders. Het schot miste; den
beklagenswaardigen jongen man werd door
de geweerkolven de schedel verpletterd,
zoodat hij dood ter aarde viel. Twee der
moordenaars werden tot levenslangen
dwangarbeid en de derde, die nog min
derjarig was, tot twintig jaar dwangarbeid
veroordeeld.
Dn boer bq den knijpdok-
t e r.
Van zeker welbekend dokter in de na-
sage vertelt men het volgende
't Was in 't begin van zijn praktijk.
Zijn roem was niet bevestigd, doch van
heinde en verre kwamen toch reeds patiën
ten opdagen.
Op een namiddag stond hij op het punt
om nit te gaan, toen hem door een knecht
een open briefje werd ter hand gesteld.
Hij las het, keek daarna op zijn horloge
en zei tot den knecht:,Vlug dan, want
ik moet weg.' Deze liep haastig het ver
trekje in, waar de breDger, een forsche
stevige boer, zat te wachten.
Gauw zeide de bedierde, trek je
laarzen nit.
Mijn laarzen?
Zeker, vlug Goed zoo, Je kousen!
Maar
Kom hier, dat ik je help. Stroop
je broek maar wat opzoo!
Daar is de dokter al
De dokter trad haastig nsar den patiënt,
greep diens kuiteD, voelde, kneep, wreef,
kneep nog eens, drukte, sloegen
voelde zich plotseling aangrijpen door een
paar stevige knuisten, die hem achteruit
duwden en vrij onzacht tegen de stoelen
in 't vertrek deden aanvallen. De knuisten
waren het onvervreemdbaar eigendom van
den boer, die was opgesprongen eu drei
gen vóór den dokter stond. Na een aller
zonderlingste scène, waarbij het schreeu
wend geluid van den boer, die met zijn
bloote kuiten potsierlijk door de kamer
sprong, den boventoon voerde, kwam de
buitenman tot bedareD, en bleek, dat niet
de boer, maar diens vronw de patiënt was,
van welke bet briefje gewaagdeook be
kende de boer, dat de geneesheer, die ge
raadpleegd, was en het episteltje voor zijn
collega te A bad gegeven, de vronw ge
zegd had, zelve te gaan.
,Doch 't was zóó erg geworden", sprak
de boer, terwijl hij de kousen weer aantrok,
dat de vronw zeiIk zie geen kans van
de remetiek het eene been voor het andere te
zetten, witte wh, Driek, ga gij mar, gij
kunt die medicijnen toch even goed mee
brengen als ik. Hij heeft op 't papierke
toch alles opgeschreven.'
Nooit is iemand meer onvoldaan huis
waarts gekeerd dar deze potige boer, wien
maar niet aan 't verstand te brengen was,
dat een massage-kuur niet als een drank
je in een fleschje kan worden meegegeven.
(Morgenpost.)
V ij f vronwenlijken gevon
den. ln eene smalle straat te
Glasgow woonden, op twee aan elkaaar
grenzende kamers, vijf vrouweD, op de ee
ne, een weduwe met haar moeder en doch
ter, op de andere een gehuwde vrouw met
baar dochter. Het had de aandacht der
buren getrokken, dat men in een paar da
gen geen dier vijf vrouwen had gezien,
totdat men eindelijk een verstikkende
lucht waarnam, die uit de beide kamers
scheen voort te komen. De politie werd
thans gewaarschuwd, de deuren opengebro
ken en men vond de vijf vrouwen dood
op haar bedden. Sporen van geweld wer
den niet op de lijken gevonden; zoo
dat de dood zijn oorzaak in een ongeluk
moet hebben; men vermoedt, dat de vrou
wen door een gasontsnapping zijn gestikt,
maar dit is nog niet met zekerheid te be
palen.
Kamerstortbad.
De spreekwoordelijke Hollandsche zinde
lijkheid, die zich helaas vaak tot de gla
zen en de stoep bepaalde, begint meer en
meer door te dringen tot de vertrekken,
waarin wij de zoo boog noodige zorg aan
ons lichaam wijdenwij bedoelen de slaap
vertrekken of badkamers. In vroegere jaren
vond men, zel!s bij zeer gegoede menschen,
slechts een waskom en kan van hoogstens
2 L. inhoud, waarmede vader, moeder en
1 of meer spruiten hun dagelijksch was-
scheh verrichtten, terwijl hoogstens éénmaal
per week een houten bak of tobbe de ver-
verfrissching voor 4 of meerdere voeten
bood. Thans, nu het groote nut van ruim
w&ssclien of baden van ons lichaam alge
meen erkend is, worden op vele plaatsen m
ons land reeds goedkoope volks— of school-
baden aauge'roffen. In menig gezin is een
hoekje opgezocht, waar een badkuip, aan
gesloten aan de waterleiding opgesteld kan
worden. Voor hen, die van een of ander
middel geen gebruik willen of kunnen ma
ken, is de navolgende inrichting zeer aan
te bevelen.
In den bodem van een gewonen em
mer laat men bij den blikslager eeD gie-
terdop soldeeren en hierop a3n de binnenzij
de van den emmer een lagen trechter.Vervol-
gens zoekt men een dunnen ongeverfden elas
tieken kinderspeelbal,maakt hierin een gat en
vult den bal met zand. Aan het koperen
oogje van een beenen ot glazen knoop,
die iets groofer is dan het gemaakte gat,
bevestigt men een touwtje en drukt daarna
den knoop door het elastische gat in den
bal boven |ou het zand. Het touwtje wordt
door het oog van het hengsel van
den emmer gehaald, terwijl door een twee
de dikker touw de emmer aan de zolde
ring opgehaald kan worden. Wil men nu
een regenbad, dan drukt men den bai in
den trechter, vult daarna den emmer met
kond of lauw water, hijscht dezen op tot
op Z M. boven den grond, maakt het
dikke touw vast, plaatst zich in een bak,
tobbe of teil ooder den emmer en
trekt maar aan het touwtje en het stort
bad dat zal gaan
Waarom blozen w ij?
Naar physiogische verklaringen ontstaat
het blozen daardoor, dat de kleine aderen
onder de aangeziebtshuid plotseling wijder
worden en dan een grootere hoeveelheid
bloed opnemen. Kunstmatig kan men blo
zen door het inademen van amylnitrit. Vier
hoofdoorzaken kunnen voor bet blozen gevon
den worden, deemoed, verlegenheid beschei
denheid en toorn en dan zijn er nog talrijke
„bijoorzaken." Zeer weinig menschen blo
zen als zij alleen zijn, verliefden zullen naar
den Franschen physioloog Melinaud beweert
voor elkaar hoogst zelden blozen, kleine
kinderen blozen nooit. Daiwin verhaalt in
zijn werk „de gemoedsbewegingen' dat
twee kleine meisjes, twee of drie jaar oud,
rood werden toen men ze uitschold, maar
hij voegt er uitdrukkelijk bij, dat zoo iets
uitzondering is. Jongenlieden blozen
spoediger dan oudere menschen. In elk
geval, zegt Mélinaud is het blozen een
nuttelooze en zelfs een gevaarlijke luxe.
Frambozenlikeur.
Men neemt 2 L. alcohol, 2 L. water
l1/t D/j K.G suiker en 4 L. zuiver
helder fratnbozensap. De suiker wordt in
water gekookt en het water laat men ver
dampen, zoodat de stroop overblijft. Is die
afgekoeld, dan voegt men den acohol er
bij, en dan het zuivere frambozensap.
Samuel Clemens, de b e—
roemde humorist Mack Twain, vertelt het
volgende als kenschetsend voor den Ame
rikaan Een Amerikaan wandelt over een
brug in Parijs en ziet daar, tot zijn enor
me verbazing, een visscher zittende op een
stoof en steeds bet oog op zijn dobber ge
richt. Een kwartier achtereen blijft hij den
man gadeslaan, doch wat deze, die niets
vangt, daar eigenlijk uitvoert, begrijpt hij
niet. Hij, gaat naar den visscher en vraagt
hem in slecht Fransch
Aoh my boy, wat doe je daar
De visscher kijkt even op en zegt dan
Wat ik doe, wel ik visch.
No, zegt de Amerikaan, je bent hier om
te visscben en je vischt niemendal indee l.
Als je in vijf minuten nog niets gevangen
hebt, gooi ik je in de rivier.
De visscher, aan een grapje geloovend,
bli ft kalm zitten, maar geen viscbje wil
in "zijn aas bijten. De Amerikaan is achter
hem blijven staan, kijkend op zijn horloge.
De vijf minuten zijn voorbij en de visscher
heeft nog niets gevangen. Dan zonder
meer een seconde te verliezeD, pakt de
Amerikaan den man beet en werpt hem
over de brug in het water. Een 'ustig
deuntje fluitend gaat hij verder, verheugd
de aarde van een onnut mensch te hebben
verlost.
Tochindenval geloopen.
In den laatsten tijd was de aandacht
der beambten van de belastingen te Parijs
getrokken door een mooie trouwkoets, die
van buiten af, nu de eene poort der stad
en dan de andere kwam binnenrijden. Het
rijtuig was bijzonder fijn en er zaten klaar
blijkelijk heel deftige lui in zwarten rok,
met witte das en dito handschoenen in het
joDge en mooie bruidje was in 't wit en
met oranje-bloesem getooid, de koetsier
zat kaarsrecht en statig op den bok en
hield de zweep volgens da regelen der
kunst, netjes op de dij en de paarden wa
ren, gelijk het behoorde, aan de koppen
met cocardes versierd. Klaarblijkelijk was
het paar op weg naar den ambtenaar van
den burgerlijken stand of den geestelijke
en in 't voorbijrijden, zag men dat de heer
gelijk van zelf spreekt, erg lief en teeder
tegenover fijn dame was.
Zoo'n trouwpartij doet iemand altijd aan
genaam aan, al is hij ook bij de belasting
aangesteld en de hoffelijke beambten lieten
het rijtuig ongehinderd door.
Daar echter Parijs, gelijk elke andere
stad, maar een beperkt aantal poorten heeft
en het rijtuig nog al dikwijls kwam, vroe
gen de beambten zich eindelijk toch af
hoeveel maal per maand die menschen
toch wel trouwden? Daar een vergissing
echter mogelijk was en dergelijke trouw
koetsen in de nabijheid der poorten van
Parijs geen zeldzaamheid zijü, kwam een
der chefs, die in zijn vrije uren liefheb
ber—photograaf is, op de gedachten het
paar eens, in 't voorbijrijden, geheel on
gemerkt in beeld te brengen. Er werden
afdiukker. gemaakt en naar de verschil
lende wachtposten gestuurd en twee
dagen later waren de beide vogels geknipt.
Het rijtuig werd op zekeren morgen aan
gehouden en toen vond men onder de
kussens van de zitbank een metalen bus,
die met spiritus gevuld wa9.
Het bleek, dat het bruidje een bekende
persoonlijkheid uit een niet bepaald fijn
deel der samenleving was, die haar vrije
uurtjes besteedde met het doen der ritjes,
die haar aardig geld opbrachten. De ge-
heele zaak ging uit van een groot handels
huis, dat thans tweehonderd-vijftig-dui
zend gulden aan boeten te betalen heeft.
Bruid en bruidegom marcheerden naar de
gevangenis.
Eenige jaren geleden
werd in een der deftigste gedeelten van
Melbourne een prachtig huis gebonwd.
Eiken dag kwam een oude man naar het
bouwen kijken. De nieuwsgierige was doof
en droeg een hoorntje bij zich.
Hij bleef altijd nog al lang, hetgeen de
meesterknechts en den werklieden al spoe
dig begon te vervelen.
Eenmaal 's weeks, Vrijdags, kwam de
eigenaar zien, hoe het werk vorderde en
ook hem begon het telkens weer ter
plaatse zijn van den ouden, dooven man te
hinderen. Deze groette hem altijd vriende
lijk en maakte vleiende opmerkingen, maar
gaf ook ongevraagde raadgevingen om
trent de dikte der maren en zoo meer.
III lllll-ll 11111 II II lllll llllllli ll-l II li i MXMM— WW ÉAUUlUUUVVi I l>tnnMi.i>.*.