Zendag 3 Februari 1895.
39ste Jaargang No. 2960.
11
L
KORPS MARINIERS.
Grondbelasting.
Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Uitgever J. WINKEL
Bureau: SCHiOKlV, Laan, II 4.
Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5 c
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Bij dit nummer behoort
een Bijvoegsel.
Gemeente 8 c li a g e n.
Bekendmakingen.
De burgemeester van Sckagen, brengt
ter algemeene keDnis de navolgende bij
hem ontvangen kennisgeving
Tot nadere aankondiging kunnen bij
het Korps Mariniers als V r ij w i 11 i-
ger in dienst treden, op de onderstaan
de voorwaarden, ongehuwde per
sonen van een goed gedrag, die
lust hebben hun land aan den wal
en aan boord te dienen, en wat
van de wereld willen zien.
VOO 81 WA A UII E.V
I. Personen boven de 19 doch be
neden de 34 jaren oud, ontvangen
een Handgeld van f140.—
II. Personen boven de 18 doch be
neden de 19 jaren oud, ontvangen
een Handgeld van f 120
III, Wanneer men vroeger goed ge
diend heelt bij een der
Korpsen van het Leger of van de
Marine, kan men bovendien op een
leeftijd boven de 34 jaren worden
aangenomen, en ontvangt men
dan voor ieder jaar, dat tot het
volbrengen van het 40e levens
jaar nog verloopen moet, 1/t van
f140.— als Handgeld.
IV. Jongelingen boven de 17 doch be
neden de 18 jaren cud,ontvangen
een Handgeld van f 100.
Y. Jongelingen boven de 16 dochbè-
neden de 17 jaren oud,ontvangen
een Handgeld van f 80.
Men verbindt zich voor 6 jaren
wanneer men ouder dan 18 jaren
is en voor 8 jaren wanneer men den
leeftijd van 18 jaren nog niet heeft
bereikt. De lengte moet minstens 1,56 M.
zijn.
1. Extract Geboorte-register.
2. Bewijs van goed gedrag vanaf het
12e levensjaar, at te geven door den
Burgemeester.
Zij die vroeger gediend hebben en niet-
langer dan 3 maanden den dienst ver
laten hebben, kunnen in plaats van
dit Bewijs, hun paspoort vertoonen.
3. Bewijs van voldoening aan de Wet
op de Nationale Militie (zoo noodig),
4. Bevolkingskaart.
5. Miliciens met groot verlof, bovendien
hun verlofpas.
6. Minderjarigenbovendien een gelega
liseerd bewijs van toestemming om
bij het Korps Mariniers in dienst te
te treden, afgegeven door dengene die
het ouderlijk gezag uitoefent.
N.B. Deze bewijsstukken wor
den voor den Militairen Dienst
ten Raadhuize kosteloos opgemaakt
Indien er garnizoen in de
plaats is, dan kan men zich tot dienstne
ming aanmelden op het Garnizoens
bureau, aan alle Kazernes en bij
e 1 k m i 1 i t a i r. Indien er geen gar
nizoen in de plaats is, dan moet men
zich naar het Raadhuis begeven
waar men de neodige inlichtingen kan
verkrijgen, hoe men verder heeft te ban
delen.
De personen die geneeskundig
geschikt zijn bevonden, worden op
Kosten van het Rijk door de
Gamitoens— Commandanten naar A m-
s t e r d a m gezonden,en keeren insgelijks
op s Rijks kosten terug,indien zij
aldaar afgekeurd mochten worden
DE AANBREN G-P R E MI E be
draagt
f 15.- voor personen van 18- 40 j. oud
fl0-~ - 17-18..
De Mariniers zijn in garnizoen te
Amsterdam, te Rotterdam
of te Willemsoord, gemeente hel
der) en dienen bij afwisseling
aan boord van alle soorten van
Schepen en Vaartuigen van Oorlog.
Hij die iD dienst komt met het ern
stige plan om een flink en braaf
militair te worden, kan verzekerd
zijn, dat het hem bij het Korps Mari
niers goed zal gaan.
Men komt in dienst als Marinier 3e
klasse en kan al spoedig bevorderd
worden tot Marinier 2e klassedaarna
wordt men Marinier le klasse, indien
men zich slechts goed gedraagt,
geschikt en bekwaam is. Bovendien
heeft men de gelegenheid om Korporaal
Sergeant of Fourier, Sergeant-Majoor en
Adjudant-Onderofficier te worden.
Na 2 jaren dienst krijgt men bij
goed gedrag een Certificaat, waar
aan het recht verbonden is om op de
jas een Koninklijke Kroon te mogen
dragen, en waarvoor een geldelijke toe
lage wordt gegeven. Verder kan men
zich toelagen verzekeren door zich t e
bekwamen in het Schieten
zoowel met het geweer als met ge
schut. Bij verblijf aan boord wordt
een hoogere Soldij getrokken,
die op nieuw verhoogd wordt
wanneer het schip in de overzeesche
gewesten verblijf houdt.
Tot belooning van langdurigen,
trouwen en eerlijken dienst
zijn chrevronsen m o d a i 11 es in
gesteld, waaraan geldelijke toela
gen verbonden zijn, en krijgt men, wan
neer men blijft doordienen, aan
spraak op Pensioen.
AMSTERDAM, October 1894.
Schagen, 1 Februari 1895.
De Burgemeester voornoemd,
S. BERMAN.
De Burgemeester van Schagen brengt
naar aanleiding van Art 15 2e lid der
Wet van 26 Mei 1870 (Staatsblad no.
82) ter kennis van belanghebbenden,
dat heden ter Secretarie dezer gemeente
gedurende 30 dagen ter inzage is neder-
gelegd eene opgave van uitkomsten van
meting en schatting, bedoeld in de artt.
15, 23 en 43 der gemelde wet
Schagen, 1 Februari 1895.
De Burgemeester voornoemd,
S. BERMAN,
1 5.
Binnenlandsch Nieuws.
AliBim NitlIS-,
Atierteitie- L
ai
Over te leggen bewijsstukken:
Waar men zich tot dienstneming
aanmeldt.
zaak reeds herhaaldelijk het schrijven
van het Bestuur overgelezen en tot dus
ver er nog niets in ontmoet, wat wij er
uit zouden willen missen.
Natuurlijk wel een en ander, waarover
vooralsnog groot verschil van meening
mogelijk is of bestaat en waarvoor het
dus wellicht moeilijk zal vallen, eene
goede formuleering te vinden in een
gemeenschappelijk programma. Maar die
brief is het programma niet, en naarma
te er meer meeningsverschil denkbaar is,
is voorafgaande bespreking des te nood
zakelijker eensdeels om zoo mogelijk
tot overeenstemming te komen ander
deels om bij gebreke daarvan zoodanig
punt vooralsnog van het programma weg
te laten of althans slechts zeer in het
algemeen aan te stippen. Men nsme bv.
de herziening van het pachtcontract. Dat
in de bestaande toestanden wijziging
moet komen, zal wel door bijna niemand
betwist worden. Maar wat een goede re
geling zijn zou, daaromtrent loopen de
gevoelens zeer uiteen. Is dat nu eene
reden, om dit onderwerp te laten rus
ten Neen, integendeel juist om het vlij
tig en ernstig te onderzoeken, opdat uit
de wrijving van gedachten licht ontsta.
En slaagt men in het ontsteken van het
noodige licht niet zoo spoedig, dat men
op het te ontwerpen programma kan
zeggen hoe men het pachtcontract ge
wijzigd wenscht, dan bepale men zich
tot de uitspraak, dat herziening noodig
is, en zette het onderzoek naar de wijze
waarop voort. Het is een groote ver
dienste van den brief van het Bestuur
der Unie, dat daarin ook zulke onder
werpen aan de orde gesteld worden.
16 17
De bespreking der punten voor het
op te maken programma, door het be
stuur der Liberale Unie aan de orde ge
steld, heeft de Amsterdamsche Kiesver-
eeniging Burgerplichtaanleiding gege
ven om te waarschuwen tegen overdrij
ving.
Overdrijven is altijd verkeerden over
dreven kan alles wordenalles, ook de
voorzichtigheid.
Als men den spoed, waarmede men
voorwaarts gaat, overdrijft, vervalt men
tot overijling maar als men de bedaard
heid, waarmede men voortstapt, overdrijft,
wordt zij langzaamheid, traagheid, leidt
zij tot achterstand. Van die laatste soort
overdrijving ondervinden we nu de treu
rige gevolgen, en dat is de oorzaak, dat
wij, het arbeidsveld overziende, zooveel
te doen vinden. En wie nu overdrijving
wil zien in de opsomming van hetgeen
ons te doen is opgelegd, die bepale zich niet
tot eene algemeene waarschuwing tegen
overdrijving, maar zegge, wat er op die
lijst overbodigs voorkomt, of wat wij
bij geregeld voortarbeiden niet tot stand
kunnen brengen. Van alle overdrijving
is die der voorzichtigheid bet gevaar
lijkst, omdat zij, overeenstemmende met
de aangeboren traagheid en gemakzucht
van den mensch, en volgens de natuur
lijke langzaamheid van den gang der
parlementaire machine, bijna ongemerkt
den achterstand doet toenemen en, be
halve dat de hoeveelheid onafgedaan werk
vermeerdert, juist daardoor de afdoening
bemoeilijkt wordt, terwijl door de voor
zichtigheid, waaraan we ons gewend heb
ben, de later gevorderde grootere krachts
inspanning ons te zwaarder valt.
W jj voor ons hebben, uit den aard der
schriften de hand gelicht worde, kan be
paald worden, dat zoodanige verorde
ningen aan hooger goedkeuring onder
worpen zijn en deze slechts verleend
wordt op advies van deskundigen, en ten
andere, dat woningen, niet aan de gestelde
eischen voldoende,onbewoonbaar verklaard
en buiten gebruik gesteld worden.
Maar er is naast een en ander, waar
omtrent bestaand verschil van meening
nog voor overeenstemming moet plaats
maken, veel, waaraan nagenoeg allen een
voorname plaats op elk vrijzinnig pro
gramma zullen willen geven. Daaronder
behoort de verbetering der woningtoestan
den. Het bestuur vraagt: „of niet het
onteigeningsrecht uitbreidingbehoeft,voor
al ook ter bevordering van den bouw
van gezonde arbeiderswoningen en ter
vergemakkelijking van de opruiming van
hygiënisch slechte woningen." Hier wordt
het vraagstuk op het juiste terrein ge
bracht. Alleen zouden wij de bedenking
willen maken, dat, wat het hoofdpunt
is, eerst in de tweede plaats genoemd
wordt. Men maakt zich van de moeie-
lijkheid om den bouw van gezonde ar
beiderswoningen te bevorderen, overdre
ven voorstellingen. Dit is ook gebleken
bij het dedat in de Tweede Kamer over
dit onderwerp tusschen den heer Druc-
ker en den heer Van Houten, waarbij
tevens aan het licht kwam, dat we, op
dit gebied, van den Minister Van Hou
ten nog minder te verwachten hebben,
dan het Kamerlid deed hopen. De ervaring
heeft geleerd, dat het mogelijk is goede,
geriefelijke, gezellige werkmanswoningen,
geheel voldoende aan de eischen van ze
delijkheid en gezondheid, verkrijgbaar te
stellen voor matige prijzen en dat te
doen met voordeel voor den ondernemer.
Er is dus, naar onze vaste over
tuiging, geen de minste twijfel
aan, dat de bijzondere ondernemings
geest in ruime mate in de behoefte aan
goede woningen zal voorzien, zoodra maar
die behoefte zich openbaart.En die behoef
te zal zich openbaren, zoodra de poelen
van ongerechtigheid, waarin de krotten
gevonden worden, welke nu nog als wo
ningen gebruikt worden, zijn opgeruimd.
Alleen zal het goed zijn, dat bijzondere
personen of vereenigingen het voorbeeld
geven en door het beschikbaar stellen van
in haar soort voortreffelijke woningen
voor matige prijzen, de speculatiebouwers
dwingen zich zoowel bij den bouw als
bij de bepaling der huurprijzen daarnaar
te regelen. Hier is met geene, of met
zeer geringe geldelijke offers in wijden
kring groot nut te doen. Ook zal het
wellicht noodig zijn, dat minimumei-
schen voor de inrichting van woningen
worden gesteld. Wij geven toe, dat het
moeielijk zijn zal, dit bij de wet voor
het geheele land te doen. Maar er is
geen enkel bezwaar tegen, om aan de
gemeentebesturen den plicht op te leggen,
bij plaatselijke verordeningen die eischen
te stellen, waarbij dan met plaatselijke
toestanden en omstandigheden rekening
gehouden kan worden.
Om te voorkomen, dat met die voor
Het hoofdpunt is echter hoe komen
we van de slechte woningbuurten af, die
broeinesten van onzedelijkheid, die brand
punten van besmetting, die kweekplaat
sen van onreinheid, waar licht en lucht
ontbreken en de misdaad welig tiert
Zoolang zij er zijn, zullen zij bewoond
worden, en baat het niet, of men daar
nevens mooie, gezonde woningen voor
matigen prijs verkrijgbaar steltzelf niet,
al zou men, om den armsten te gerie
ven, door den bouw van zoogenaamden
woning-kazernes voor lage prijzen men-
schelijke verblijven willen bieden aan
hen, die nu verblijf houden in holen en
spelonken, waarin een boer zijn varkens
niet onder dak zou willen brengen. Zij
blijven bewoond, omdat de doolhoven van
straatjes, steegjes, gangen, hofjes en slop-
jes, waarin zij gevonden worden, mee-
rendeels in het midden der steden gele
gen zijn, en ook omdat de menschen,
die gewoon zijn, daar in die duistere
schuilhoeken zich op le houden, er tegen
opzien, in het volle licht gezet te worden,
waar hun vuilheid en hun slordigheid
in het oog valt. Zij hebben van zinde
lijke, lichte, luchtige woning een gelijk-
soortigen afkeer als vuile lieden van
water en zeep.
Wil een verlicht gemeentebestuur die
buurten opruimen door aankoop, dan
blijkt dit weldra financieel onmogelijk.
De eischen zijn te hoogeensdeels, om
dat die soort woningen voor de eige
naars een bij uitstek voordeelige geld
belegging zijnanderdeels omdat men
spoedig ontwaart, dat de gemeente aan
koopt en men daarnaar zijne eischen op
drijft. Om van de onteigeningswet gebruik
te maken is Let noodig, dat men op de
plaats, waar de slechte woningbuurten
staan, een werk van openbaar nut doe
verrijzen, waartoe slechts zelden aanlei
ding bestaat, en waarvoor dan nog niet
altijd het vrijkomende terrein geschikt
zal zijn. Neenhet opruimen der slech
te woningbuurten zelf is het werk van
openbaar nut, dat door de onteigening
mogelijk gemaakt wordt en dat de ontei
gening zelve wettigt. Dat moet het hoofd
punt zijn bij elke onteigeningswet,
dat is ook het hoofdpunt van het wo
ningvraagstuk.
Er is nog eene vraag te beantwoorden:
moeten op de plaats der afgebroken wo
ningen nieuwe arbeiderswoningen verrij
zen
Wij zouden die vraag niet onvoor
waardelijk bevestigend beantwoorden. In
den regel zal men door het afbreken der
buurten in het midden der stad, betrek
kelijk kostbaar bouwterrein erlangen.
Brengt men dat terrein voor zijne waar
de in rekening bij den bouw der nieuwe
woningen, dan worden deze noodeloos te
duurdoet men dat niet, dan verzwaart
men de zaak uit financieel oogpunt voor
de gemeentebesturen. En dit laatste zal
weer aanleiding zijn, dat men in dit op
zicht minder ver gaat dan men anders
zou doen, en dus minder slechte wonin
gen opruimt dan het geval zou wezen,
als men den vrijkomenden grond voor de
waarde tot andere doeleinde kon verkoo-
pen. Toch kan het noodig zijn, in groo
te steden enkele woningbuurten voor den
werkenden en minvermogenden stand be
schikbaar te houden en dan meet men
op die behoefte acht slaan, maar het
hoofdpunt is en blijft geeft ons gelegen
heid de slechte woningbuurten zoo snel,
zoo volledig en zoo grondig mogelijk weg
te ruimen.
Gedurende de maand Ja-
nuari j.1. hadden san het Hnlppostkantoor
te WARMEN HUIZEN op de Rijkspost-
spsaib.ink plaats
33 i lagen, totaal f 387.45
3 terugbet. f 165.
2.
3.
4.
5.
R. Schrieken
S. Kramer
G. v. d. Burg
M. Starke
Voor het concert door de
Zangvereniging „Apollo" te WIERIN-
GERWAARD, op Woensdag en Zondag
6 en 10 Februari e.k. in het lokaal van
den heer J. Bood, aldaar te
geven, is het volgende programma vastge
steld:
l.La Consolation, voor Piano, J. L. Dus.
sek. 2, Ond van dageD, Koor, J. Haydn.
3. Goeden nacht, Koor met Sopraan-Solo
Ferd. Möhring. 4. Morgenlied, Koer, J.
B. Kolkman. 5. a. Traumerei, R. Schu-
mmD, b. Humoreske, Sartorio, voor Piano.
6. Bij 't grat, Koor, J. B. Kolkman. 7.
a. Jesu Clemens, pie deus, J. Crüger (1649)
b. Benedictds, Orlando Lassus (1558.) k-
capelL-liederen. 8. Drei clavier-stücke, Fr.
Schubert. 9. Hymne, Koor, F. Silcher.
10. a. Bois épais, Lully. b. De trouwe
Johnie, Beethoven, Solo's voor Zang. 11.
a. Avondlied, F. Kühlan. b. Avondklokje,
H. Bender, Koor. 12. Vaarwel mijn thuis,
Koor, R. Hol. 13. a. Liedje van de Zee,
b. Wilhelmus, Koor, Valerius.
Bij de wekelijksche Thee-
ThomsonBverloting is op Woensdag 30
Januari 1895 de prijs van 1 25 ten deel
gevallen aan Mej. P. Bruin, IIeiligen-
weg, ENKHUIZEN; de premie van 5 Ki
lo Thee aan den winkelier, den heer 25.
Tichelaar, aldaar.
Dinsdag 29 Januari heeft
te HELDER het examen plaats gehad van
lotelingen der lichting 1895, die voor ee
ne vrije keuze van wapen en garnizoen in
aanmerking weuschen te komen. Aan dat
examen is door 5 personen deelgenomen,
die allen aan de eischen hebben voldaan,
zoodat zij van de voor hen gunstige voor
waarden bij in diensttreding kunnen pro-
fiteeren.
De namen der geslaagden zijn
1. K. Roman te Lutjewinkel.
zuidscharwoude.
Koedijk.
Alkmaar.
Schagen.
'Men meldt uit EDAM
De hevige vorst, die j.1. Zaterdag in
viel, heeft eenigen Voleudammer visschers
een leelijke poets gebatken. Zij waren 's
morgens de haven van Volendam uitge
zeild, met het voornemen om na den ge-
heelen dag zich met de spieringvangst te
hebben bezig gehouden, des avonds, zoo
het mogelijk ware, terug te keeren.
De zoo spoedig ingevallen vorst verhin
derde evenwel den terugtocht aan de vaar
tuigen, want het opkomende ijs zette de
schepen zoodanig in het Dauw, dat aan
geen ontkomen te denken was.
Het ergste van de zaak was wel, dat de
visschers voornemene 's avonds terug te
keeren, zeer slecht voorzien waren van
proviand en brandstof.
Reeds Zondag beproefden de Volendam-
mers met hunne ijsbooljes hunne kamera
den te bereiken, om hen te voorzien van
de middelen, zeer noodzakelijk om zich te
gen koude en honger te beschermen.
Toen Maandagmorgen de schepen nog
steeds even vast zaten en door het ijs waren
ingesloten, werd de hulp van de stoomboot
„de Noordster", die van hier op Kwa-
dijk vaart,ingeroepen, en het mocht deze ge
lukken, de vaartuigen in openwater te bren
gen en konden zij thans de haven van
Volendam bereiken.
De beide schippers Jan en Klaas Mol
zitten echter nog in het ijs. De pogingen
om hen te bevrijden, zijn tot dusver niet
geslaagd doch worden voortgezet.
Ook is van hier hulp gebracht aan een
groote Friesche stoomboot, waarop een
noodvlag geheschen was.
Het was een vrachtboot van de hoeren
Matthes en Van der Eist, te Amsterdam,
geladen met ammoniakwater, van Deventer
op Amsterdam varende. De bemanning is
nu alhier aan den wal.
Nader meldt men
De Minister van marine is bereid hulp
te verleenen om te zoeken naar de Vo-
iendammer visschers Gebroeders Mol, doch
vreest dat de schepen daarvoor ongeschikt
zijn. Uit Harderwijk zullen Volendammers
en nog elf man met een ijslooper de zee
ingaan om te zoekeD.
Door 83 arbeiders is heden een genl
gehakt om het stoomschip Adéledat bij
de haven alhier ligt ingevroren, in de Zui
derzee morgen zullen zij het werk voort
zetten, en met laDge bengels ook het
grondijs zien weg te werken. Komen er
westelijke winden, dan zou het schip ver
loren gaaD, indien het hier niet wordt hia-
nengebracht.