Brieven uit de Kaasstad, Binnenlandsch Nieuws. het tamelijk vage plan van heden in een levensvatbaar ontwerp is omgegoten Dit zou intusschen niet beletten, dat de "schoolstrijd hervat werd. Integendeel het opmaken van het bedoelde voorloo- pig ontwerp is een teeken, dat de vol bloedvoorstanders der bijzondere school den strijd willen volhouden. Ilad men echter iets anders verwacht Was van eene dading, zooals de wet van 1880 was, iets anders te voorzien? Zulke dading gaat huu, die op hun volle recht staan, altijd öf te ver, öf niet ver genoeg en er blijven dus altijd rechts en links strij ders over onder de oude leuze. Doch daarin, dat wanne voorstanders van een scherp belijud beginsel daarvoor strijd voeren, ligt geen gevaar. Het bezwaar van den schoolstrijd in den vorm en in den omvang, dien hij in 1889 I ad ver kregen, was dit, dat hij de verhoudin gen bedierfdat de partijen zich niet vormden naar staatkundige beginselen, doch naar het gevoelen over de school wet een toestand, die alle partijver houdingen en daardoor ons s aatkundig leven ziek maakte. Voor een herhaling van dien toestand is nu geen vrees, en vooral is niet te duchten, dat zelfs voor standers van het nieuwe stelsel ernst-g bezwaar tegen de invoering van leerplicht zullen hebben, omdat door de wet van 1889 de gelegenheid geopend is om nagenoeg overal, waar de behoefte er aan gevoeld wordt, bijzondere scholen op te ri'hten. en dus bij invoering van leer plicht nu reeds nagenoeg overal vooral le kinderen scholen te vinden zijn, zoo als de ouders die voor hunne kinderen begeeren. En daarop komt het in dezen aan. Want tegen de verplichting, aan ouders opgelegd, om hunne kinderen naar eene openbare school te zenden, als zij dia voor hunne kinderen niet goed achtten, kon men een warmen strjjd ver wachten maar voor de vrijheid der ou ders om hunne kinderen alle onderwijs te onthouden, ook als er gelegenheid be staat om onderwijs te erlangen, dat met dor ouderen beginselen niet in strijd is, zullen slechts weinigen opkomen En die dat doen, zullen er kwalijk in slagen, voor zoodanig overdreven begrip van vrijheid in eenigszitrs wijden kring me destanders te vinden. Daarom, ook met het oog op den stand van den schoolstrijd, blijve het en kan het blijven bovenal leerplicht Rotterdam, 28 Februari 1895. XXXV. Een beetje beleefder, beHasgde, sla een wat kalmer toon aan, weet je wel waer- voor wij hier zitten zei laatst de edel achtbare heer President der rechtbank tot een beklaagde. Weet je wel waarvoor we hier zitten Jawel meheer, u vierduizend, en die dikke daar drie duizend en die met zijn wipneus twee duizend vijfhonderd en de anderen minder, wel een beetje weinig voor zooveel werk, want jullie hebt hier wat te doen, hoor - Dat bebeurde laatst in een zitting van onze arrondissements-rechtbank, zoo heeft men mij tenminste verteld, ik woonde de bedoelde zitting toevallig niet bij. De beklaagde die 't zei, een echtte schob bejak natuurlijk, kreeg een vermaning van den president, zich wat behoorlijker te ge dragen. De dikke veldwachter en de ande re beambten keken passend ernstig, maar in de couloirs is er later geducht om ge lachen. Onbeleefd was het, doch or.waar was het niet, wat de man zei. Hij had volko- droug steeds meer op trouwen aan. Eens schreef hij haar: „Ik gevool het, eij verbetert mij. Uw invloed reinigt mij; alle k'eine dingen beginnen mij koud te laten; gij verheft mij boven dat alles, mapr ook verzwaart het nog mjjn toestand Toch zou ik niet gaarne willeD,dat het anders wns." Zulke woorden monterden haar op en de den het plan rijpen, eens ernstig op haar doel af te gaan. Wellicht waren de binder nissen, die zij zich voorgesteld had, niet zoo zwaar. Deze geheime briefwisseling, die ge heime bijeenkomsten, boe heerlijk dat alles ook was, toch stuitte baar dat alles tegen de borst. Dat eeuwige angstvallige opletten, die vrees voor ontdekking, boe klein en ha- rer onwaardig was dat toch. Eo ook, hoe ondankbaar eu slecht jegens de anderen. Juist nu, nu zij allen haar met liefde en vertrouwen tegemoet traden Vroeger had zij anderen beschuldigd, omdat zij haar geen vertrouwen schonken, en zoo zij toen ten dage aan haar het geheim hunner verloving zou meegedeeld hebben, zij zouden baar ze ker hebben tegengewerkt; nu was evenwel alles anders en wat hBar vroeger geoorloofd toescheen, vond zij nu een SDoode bedriege rij. „Daarom niet langer geaarzeld! Still stil, kloppend hart, een weinig moed en geduld en de zege zal, hoop ik, ons zijn.* Ach ja, met welk een zoet verlangon zag zij uit naar dien gelskzaligeu tijd van eeuwigdu rende verbintenis, wanneer men één was voor God en de menschheid. Naast elkander te mogeu voortschrjjden ter opwekking van beider geestelgk leven, tot hnlp voor elkan ders Dooden en behoeften, tot wederkeerigrn steun in tegenspoed en ellende, maar ook één in vreugde en voorspoed, één in geluk en zaligheid. Altijd te zamen, om alles te zamen te doen. Ach, wat zon zij zich weinig bekommeren om rechte of gebogen ruggen, om rood of groen „Hij* zou haar alles zijn, „hem" gelukkig te mogen maken waB haar levensdoel en baar loon zon zijn: met hem door het leven te mogen gaan en in zijne armen te sterveD. Wordt vervolgd. men juist verteld w^ar het op stond. De rechters hebben veel te doen, ontzettend veel vooral in de laatste maanden en iu Jen regel dingen van importantie. Gevaar lijke inbrekers, straatroovers en bedriegers n men geducht veel tijd in beslag. Dan kwamen er nog een legio kleinere misdadigers. De haizen van bewaring zijn vol, de dos siers stapelen zich op een, de rech ters hebben handen vol w--rk om elke be- klaogde een passend plaatsje voor boetedoe- nig of wtl voor niet-boetedoening te be zorgen. Maar ook een college dat naast de le den der rechtbank staat, en precies het te genovergestelde doet, heeft het in de laat ste dsgen schrikkelijk volhandig. Ik bedoel het college tot tedelijke verbetering van ge vangenen. En daarop wil ik neeikomen, het voorgaande was slechts een aanloopje. Ja, ik wil u wat vertellen van de wer ken der heeren, die dit ^llege vormen, een der bestuu'ders heeft mij welwillend daar toe in staat gesteld. De bijzonderheden, die ik vernam, zijn nog al merkwaardig. Eerst een enkel woord vooraf. De commis sie tot zedelijke verbetering van gevangenen heeft mijn sympathie naar aanleiding van het vele goede dat zij reeds gedaan heeft, maar ik ga toch niet zoo ver als sommi gen mijner kennissen gaan, die in ronde woorden beweren, dat de commissie een groot mooi, voortreffelijk, innig filantropisch enz. enz. lichaam is. Ik vind de commissie in haar opvattin gen niet consequent. Zij wil uit de gevan genis ontslagen menschen behoeden voor esn verderen val, maar zij slnit de meer malen veroordeelden bijna onherroepelijk uit. Dit is niet goed. Er zijn onder die meermalen veroordeelden verscheidenen, die volstrekt nog niet onvatbaar zijn voor ver betering en die ten tweeden male gezon digd hebben gedrongen door den nood. De commissie bereikt niet allen, dat spreekt vanzelf, zij kan dus ook niet allen dade lijk steuuen in het trachten naar beter. Zij houdt hare zittingen in een loka-1 van hot Huis van bewaring aan het Roo- dezand. Ook dit is niet goed. Heel veel ontslagenen zullen aarzelen te gaan tot een commissie die, in een gevangenis vergaderd, doet deuken aan een tweede rechtbank waarvoor de zondige zich verantwoorden moet, om dan in den eigenlijken zin ver oordeeld te worden tot zooveel maanden proefdienen onder heel scherp toezicht. Er zijn meer bezwaren, naar ik kan 't bij deze laten, zij lijken niet—zoo-erg en ge motiveerd, in waarheid is dit anders. Ik heb dit duidelijk te verstaan gekregen uit den mond van een ontslagen gevangenen; de commissie wekt vrees, niet, wat zij ei genlijk doen moest, vertrouwen. Dit zijn fouten, maar die kunnen verbeterd worden en dan is de instelling volmaakt als maar iets op deze aarde volmaakt wezen kan. Dat wil eins zeggen nog lang niet wat het wezen moet in strikt moreelen zin! Enfin. Reden vaD bestaan heeft de commissie zeker. Heel veel gevangenen weten, als zij ontslagen worden, niet waarheen zij zich wenden moeten. Vrienden zijn voor hen dood en familie in den regel ook. Het uitgaansgeld, dat is het geld dat zij met touwpluizen en ander werk, in de cel ver diend hebben, kan hen niet zoo heel lang op de been houden en dus zou, zonder de commissie, hem weinig anders overblijven dan opnieuw op oneerlijke wijze trachten aan geld te komen. Als zij nu maar de commissie gevonden hebben, de directeur van de gevangenis verleent zijn medewerking iu den regel en bezorgt het adres dan tracht de commis sie hem zoo mogelijk een betrekking te bezorgen. Heel gemakkelijk gaat dit niet, de over- groote meerderheid der patroons heeft ern stige bezwaren tegen aanneming van ont slagen gevangeneu. Eerstens - zoo hoorde een commis sielid zich een patroon verzekeren - eer stens kan je ze toch niet zoo erg vertrouwen, je zou misschien wel willen maar de we tenschap dat zoo'n man srezeten heeft, maakt je dat vrij wel onmogelijk. Het wiilen naar verbetering is trouwens geen voldoende waarborg, want het is best. mogelijk dat zij, een of anderrn dag de gelegenheid gunstig ziende,alles vergeten wat zij beloofd hebbenen de begeerte n.ar geldniet weerstsan.Nog een bezwaar is, dat andera knechts, brave huis vaders, er veel op tegen hebben, met een ontslagen boef in één werkplaats te zijn, 't is kleingeestig, maar 't is nittlemin een feit.Geheimhouden? Dat gaat in onzen stand r.iet, de knechts merken dat heel goed van elkaar 6D, als zij r niets op tegen hebben, wordt toch zoo'n man bij elke gelegenheid voor „dief, inbreker* en wat dies meer zij, uitgemaakt. Dat is noch voor hem, Doch voor ons patroons pleizierig. Het duurt in den regel heel lang eer de ijverige commissie iets gevonden heeft, en in afwachting daarvan zet zij hem maar zoolang aan vouw- of copieerwerk, nadat zij hem hier of daar tijdelijk inwoning ver schaft heeft. Gereedschappen, voor een be trekking benoodigd, geeft zij hem cadeau. Laatst was een joodsche knaap door de commissie voorzien van een zethaak, een kiel en wat er meer voor het letterzetters vak benoodigd is eu daarmee gewapeid, wist hij zich een betrekking te bezorgen. Drie dagen lafer stond da knaap weer voor én der commissieleden. - Meneer, zei hij, wilt n zoo goed zijn om mij een bewijsje te geven, dat ik het gereedschap van n gekregen heb. Waarom jongen? Wel meneer, de kameraads van me zeggen dat ik het gestolen heb en dat is mijn eer te na! Die jongen doet goed zijn best, als nn zijn kameraads een beetje humaan zijn, zal bij wel uit Je handen van politie blijven. commissie. Dat is pleizierig voor fers, onder anderen dezeeen koeboer op 10 H.\. Weiland zou gemiddeld gebrul de ken 4560 kg. graan, b.v. 30 H.L. haver, 25 H.L. gerst en 15 H.L. booneo. illen de Een andermal kwam een vrouwtje voor de commissie. Heeren, zei ze, ik zon wel graag een waschkuip en een stamper en nog een paar dingen willen hebben, dan kan ik werken met wasschen voor de men- schen te doen en dan hoef ik niet meer naar de gevangenis. 't Wt-rd haar gegeven. Vijf weken later werd ze opuieaw gearresteerd. Ze bad bet waschgerei verkocht en een aan haar toe vertrouwde wasch te gelde gemaakt. Dat is zter onaangenaam voor de commissie. Maar over het algemeen heeft de com missie meer pluizier dan misnoegen van haar werk, de meeste ontslagenen schijnen de hnn bewezen weldaden te apprecieeren. Heelveel brave handwerkslieden, zei mij een der leien, zijn er door ons bovenop ge holpen, zij werken nn rustig en ijverig en niemand vermoedt dat zij eenmaal op het bankje van de beschuldigden zaten. Heel veel rare verzoeken komen voor de commissie. Dj een zou wel een koets met paard willen hebben om „spoorvrachtjes" te rijden; een ander vraagt, als zijn uit gaansgeld op is, asjeblitft reisgeld voor Harderwijk om koloniaal te worden; een derde zou wel an de comedie willen komen ais acteur, als de hferen maar een goed woordje wilden doen; een vierde vraagt of de heeren geen goeieu uitgever weten om te drukken wat hij schrijven wil over alles wat hij in de gevangeuis heeft uitgestaan; en eens heeft er een beleefd verzocht om geld voor een huishouden, dan kon ie trou wen en hij en zijn vrouw zouden dan een orgel in huur zien te krijgen! Maar dit zijn grappen, in den regel wordt de bedoeling der commissie goed begrepen en de verzoeken, door ontslagen gevangenen gedaan, strekken alleen daar toe, die gevangenen in staat te stellen met een eens geleerd vak, een eerlijk stuk brood te verdienen. De commissie tot zedelijke verbetering van gevangenen doet in de Maasstad een goed en een noodig werk, waarvoor zij al ler waardeering wel verdient. D. Zie vervolg b ij voegsel. Vergadering der leden der Afd. BARSINGER- HORN der H. M. v. Land bouw gehouden op Woens dag den 27, Februari 1895. Tegenwoordig 17 leden en één gast. Na opening der vergadering werden de notulen der vorige bijeenkomst gelezen en goedgekeurd. Ter tafel komt de rekening en verant woording van den Penningmeester over het dienstjaar 1894. Hieruit blijkt,dat ontvangenis f 137.76 Uitgegeven 116.97 Nu vraag ik in de eerste plaats, zijn deza cijfers jnist Ik betwijfel dit zeer sterk en gesteld, dat zij juist waren, dan vraag ik, is het aan dien zuivelboer verboden zelf zijn be- noodigde g-aan te telen, waarvan het stroo hem zeer zeker in zijne boerderij van dienst kan ziju Nu 40 H.L. tarwe k f 5 h t land gerekend op f 1250 k 4°/0 explotatiekosten polderl sten 50 100 50 f 200 f200 f200 Voordeelig Saldo f 20.79 De Heeren W. van der Oord en O. Smit, uitmakende de Commissie van on derzoek, adviseereu tot goedkeuring, waar toe besloten wordt, onder dankzegging aan den Penningmeester, voor zijn gehouden beheer. Hierna brengt de heer K. Jonker, af gevaardigde der Atd. voor de laatst ge- houdene vergadering van Heil, Noorder kwartier, verslag uit van het verhandelde op die vergadering. De Voorzitter dankt den heer Jonker voor het volbrengen van zijne zending en het uitbrengen van het rapport. Voor kennisgeving wordt aangenomen, een verslag eener vergadering van de afd. Dordrecht en Omstr. vermeldende eene bespreking van het nnt van de hagel- verzekering. Tot afgevaardigde voor de o.s. vergade ring van Holl. Noorderkwartier, welke gehouden zal worden op Woensdag den 6 Maart 1895 te Oidkarspel, wordt be noemd, de heer W. Kooijman. AIsqu komt in behandeling het laatste punt der agenda en wel de door da atd. Haarlemmermeer gestelde vraag Is het noodzakelijk en daar- omgewenscht dat invoerrechten Op granen geheven worden? Hierop werden eenige ingekomen stuk ken gelezen, betreffende dit vraagstuk. De heer T. Koomen At. viaagt thans het woord en zegt ongeveer het volgende: op de op het convocatiebiljet gestelde vraag moet ik beslist ja antwoorden, en wel om de volgende redenen de welvaart van onzen landbouw staat zeker in het nauwste verband iret de wel vaart van óns geheele land dat de landbouw Diet meer loonende is, zal zeker door niemand die daarmede be kend is, ontkend worden. De kwestie, die thans aan de orde is, is niet nieuw, reeds in 1885 werd op de al- gemeeüe vergadering onzer maatschappij deze vraag behandeld. Toen werd een motie van den heer Wal- ler aangenomen, tegen graanrecht en wel met eene overgroote meerderheid van stem men. En Dit zal wat beter opgaan dan de raad, ons graanbouwrrs gegeven, „ma-.kt uw bouwland tot weiland.' Een dergelijke raadgeving kan alleen komen nit het brein van kamergeleerden, dagbladredacteur, onderwijzers enz., die daarmede het bewijs geven, te praten of te schrijve! over zaken waïr zij niets van weten, ieder degelijk landbouwer weet maar al te goed dal jnist voor onze beste te Igrond n een bal ven menschenleeftijd voor dit omzettingsproces noodig is, plns veel geld. Eo juist dit laatste in de eerste plaats. Maar gesteld dat dit mogelijk was, wat zal dan het gevolg wezen Dan worden de graanbouwers in plaats van afnemers van den zuivelboer, groote concnrrentcD. Door de verlaagde gr-aoprijzen zijn wij ook al concurrtn'en geworden van de fijn bouwers, wat ons nog weinig voordeel geelt, maar hen zeker teD schade is. En wanneer wij allen ons land tot wei land konden omzetten op een gegeven oogenblik, waar moet men dan met 75°/0 der arbeiders, die overcomp'eit zijn, heen? Als die geen werk hebben en dus geen loon verdienen, waarmede betalen die dan het goedkoope brood waarover nu zoo geschermd wordt Laten wij eens als maatstaf nemen den Polder Waard en Groet, groot ongeveer 1400 H.A. Iedere hectare bouwland i raagt gemiddeld f100 aan arbeidsloonen of ex ploitatiekosten, dat is jaarlijks de kapitale som van f 140.000 in grasland omgezet zon dit niet meer bedragen dan f 25 per H.A. of totaal f 35.000,een veisch 1 dus aan ver- teringsrertnogeii van f 105.000, waarvan ze ker alle neringdoenden in de aangrenzende dorpen de nadeelige gevolgen zouden ondervinden. Of zijn er onder ons nog die meenen dat de 3 k 4 millioen, waarvan de heer Berman te Schagen sprak, aan iukomend recht alleen in den zak van de graanbou wers te recht zulDn komen Het hoofd bestuur der Holl. Maatschappij weet wel beter, hetgeen blijkt nit de armoedige taschj-s in ons landbouwboek welke moe ten dienen om ons bankpapier in te be waren. Waarom toch werpt het roesten van varkens tegenwoordig bij een lagen gerst- prijs, f 2 50 H. L. geen voordeel af voor den zuivelboer, terwijl dit winstgevend was bij een gerstprijs van f 5 per H. L. Vraag het den slagers op het platte land eens, hoeveel minder zij slachten dan 10 jaar geleder. Omtrent het dure brood nog dit: toec de tarwe f 12, per HL. goed, kregen wij hier vijf broodjes voor één dnbbeltje en nu de tarwe f5 per IIL. is, óók vijf, met dit verschil, dat ze nu nog slechter zijn dan voorheen, betgeen te danken is aan het buitenlandsch meel, dat zoo uitstekend rijst. Hierop bekwam de heer E. Kluijver het woord. Spr. zegt dat hij is antiprotectionisl en ho«wel hij de rede van den heer Koo men met genoegen heeft aangehoord is hij toch Diet overtuigd omtrent de wensche- lijkheid eener heffing van graanrschteu en zal deze vergadering ook vermoedelijk wel als anti-protectionist verlaten. Spr. ziet in bescherming van den lan- bouw, eene bevoorrechting van de landbou wers boven andere klassen en als burgers van hetzelfde land mozen wij zulk een maatregel niet goedkeuren. Do treurige toestanden zijn niet te wij ten san de lage graanprijzen, maar aan geene goede verhouding van opbrengst der producten tegenover de koopen pacht sommen der landerijen. De heer B. Spaans wijst op Frank rijk, Duitschland en andere landen, waar graanrechten worden geheven en waar vol gens de couranten de toestand der land bouwers ook lang niet rooskleurig is. De Voorz. ziet ook het nnt dezer be weging niet in. Hij geeft toe, dat verbete ring van den toestand gewenscht is en dat er iets gedaan most worden, maar betwijfelt of het middel „beffing van invoerrechten' kan helpen. De heer C. Spaans is het volkomen met den heer Koomen eens; ook hij ziet in graanrechten het eenige middel, dat tot op heffing ran den treurigen toestand kan leiden. Of het voldoende zal helpen, weet hij niet- doch beter een half ei dan een lege dop' Verder betwijfelt hij het of de zaak wel tot wet zal worden gebricht. De geld mannen zullen er wel tegen wezen en men weet't, het geld regeert de wereld. De heer Koomen bespreekt hierop het geen door den heer Kluijver is aange voerd omtrent verlaging] der landprijzen. En tot hoever moet deze verlaging plaats hebben vraagt Spr. Ziehier eenige voorbeelden Toen voor jaren geleden in den Rest Nihil. Bij den hunrpiijs is dit natuurlijk het zelfde. Spr, ziet volstrekt niet iD, waarom de vroegere koopers gekken genoemd worden; toen gaf de opbrengst der productie, vol. gens bovenstaande cijfers, nog voldoende resnltateD, Verlaging van rente wordt ook vaak genoemd, doch waar dat goedkoope geld van daan te kaleo, daar de Staat zelf 3°/0 moet geren? Bij de rijkspostspaarbank wordt er ge zegd. Gond, als directenr geef ik belangrijke som op hypotheek aan een landbouwer. Morgen kernen echter de inleggers hun geld terughalen, en wat daD? Moet men dan maar tegen da luidjes zeggen: je geld is voor een jaar of wat aan een boer ge geven,' of, moet het geld direct weer van den boer teruggevraagd worden. Het platte land wordt bij Amsterdam en Rotterdam vergeleken, in den hoek ge drongen. Hetzelfde deed zich voor in de 18e eeuw. In Amsterdam en Rotterdam bloeide toen alles en bet platte land was verarmd. De boeren konden toen de lasten niet betalen, hetgeen bleek nit eene circulaire welke door het bestuur der Schager- en Niedorper-koggen aan de toenmalige re- «geeriDg werd verzonden. De bevolking dezer streeks verminder de in dien tijd met één derde, doch bet getal bedeelden vermeerderde met de helft. En hoe is bet nu Neemt bet getal der bedeelden niet toe, terwijl de draag kracht der ingezetenen op het platte land voor de belastingen minder wordt? Dit kan alleen verholpen worden door graanrechten; het is geen bevoorachting van enkelen, maar ten nationaal belang. Da Voorzitter meent dat de zaak vol doende besproken is, zooclat eeue beeissing kan worden genomen. Hen der aanwezigen verklaarden zicb véó', drie tegen en vier hielden zich bui ten stemming. Tot afgevaardigden naar de in Mei a.s. te houden algemeene vergadering zijn be noemd, de heeren: 1. Koomen At. en A. J. 7. Geertsema. Niets meer te behandelen zijnde en bij de omvraag niemand het woord verlangen de, sloot de Voorz. de vergadering. Donderdagavond om streeks half twaalf, ontstond er brand in het buis, bewoond door P. F. aan den dijk te WINKEL. In een oogenblik stond alles in volle vlam, zoodat er van den inboedel bijna niets gered kon worden. Twee spuiten waren spoedig aanwezig. Ge lukkig was de wind zoo, dat de belendende perceelen geen last hadden, anders had de brand een veel grootere verwoesting kunnen aanrichten. De oorzaak van den brand is onbekend. Huis en inboedel zekerd. I w r<Polder waaraan had deze motie deze groote 'w en ^r,et 'arid verkocht werd voor meerderheid te danken j 1 Per H.A. was dat berekenbaar. In de eerste plaats aan het schrikbeeld den zuivelboer voorgehouden, dat hij ont zettend zon lijden onder die verhoogde waarvan hij voor beuoodigde het gicotste deel zon bij - graan pnjzeu, voerartikelen dragen. Daarvoor waren nogwel de krasse cij- 40 H.L. tarwe per H.L. k f 12 f 160 f 50 f 100 rente 5% polderlasten explotatie-kosten f480 waren ver- den trein, die des m id- u. 9 m. (Greenwichtijd) van f 310 f 310 Rest f170 Met dags te 1 GRONINGEN naar Nieuw Schans ver trekt, had gisteren een klein ongeval plaats. Even na het vertrek werd plotseling, on geveer ter hoogte van de Gideon, met al le kracht geremd. Uit alle raampjes sta ken terstond hoofden naar buiten om te zien wat er was. En wat was er te doen Een jongen van 19 jaar, slecht gekleed, lag dwars over de rails waarover de trein ging. De machinist zag hem tijdig en had het geluk nog te kunnen remmen. Onge veer 5 meter véór den man stond hij stil. Toen de ongelukkige den trein zag stil staan, stond hij op en wilde vluchten, maar de machinist was hem te vlug, vat te hem en bracht hem in een goederenwagen. Te Hoogezaud moest hij den trein ver laten. Hij was niet dronkeu maar scheen eenigszius in zijn verstand gekrenkt. Met den volgenden trein is hij weer naar Gro ningen, waar hij thuis behoort, getranspor teerd. Te SCHAGERBRUG werd gis terenmiddag omtrent 1 nre, bij den heet L. aldaar door iemand de winkellade, be vattende ruim f 6. aan kleingeld, gelicht- Men is den vermoedelijke» dader op het spoor. Woensdag 6 dezer,te 2 uur des namid dags,zal de vergadering van het Nederlandsch Landbouwcomité plaats hebban in de vergaderzaal der Eerste Kamer. Gisterenbegaf deJustitie te HEERENVEEN zich naar OOSTERZEE naar aanleiding van een telegram, houden de mededeeling, dat aldaar een ?ijfjarI8 kind, vermoedelijk tengevolge van mishan deling door de moeder, was overleden. Het ingesteld onderzoek heeft geen en kel resultaat gehad, zelfs geen rechtelijk® schouwing werd noodig geoordeeld, da»' de oorzaak van den dood volkomen vast stond en voor ieder zichtbaar was; de her- sensubstantie kwam uit een gat in Ee» hoofd te voorschijn. De viouw verklaarde dat het gat het hoofd was ontstaan, doordien het kin met den tafelstoel omviel en een tang zonder bladen aan het einde die zeten moet hebebn, het kind zoo diep het hoofd drong, dat het voorwerp er geweld uitgetrokken moest worden. Geenerlei omstandigheid de Trop:v die gedurende het onderzoek onnstuur ij kalm was, en het kind waren trouwen 1D met

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1895 | | pagina 2