Buitenlandse!! Nieuws.
Politie! overziclit tier rel.
protecie is het «ach.woord ouzer tij
den.
D. de Jong.
PLAATSELIJK NIEUWS.
Se ValerMscta Meluopie
Men kent mijn invloed en vermogen
Wieu 'k even slechts de hand toereik
GEMENGD NIEUWS.
TER OVERDENKING.
Indien wij om een gepast mot'o voor
dit overzicht balden gezocht, waarlijk wij
zouden er geen geschikter hebben kannen
vinden. In bijna alle Earopeesche landen
wordt een streveu waargenomen om door
staatsbemoeiingen ecne kunstmatige ver
hooging van prijzon te verkrijgen. Jammer
echter, dat daar, waar men tot deze maat
regelen is overgegaan, de toestanden ale-
ven donker en somber blijven. Wij hoorden
het nog dezer dagen uit den mond van
Dnitechlands keizer, toen hij den voorzitter
van den Dnitachen landbonwerstond be
nevens eenige afgevaardigden te woord
stond. „Ik heb,' zoo moet Keizer Wilhelm
gesproken hebben, „den toestand in ande
re landen laten onderzoeken en mij is ge
rapporteerd, datmen in Frankrijk waar een
hoog invoerrecht op koren bestaat, even
ontevreden is, als de landbouwers in Duitsch
land.'
Op het ja\rlijksch diner van den Branden-
burgschen landdag bpeft de Keizer in ee-
ne rele onomwonden verklaard, dot, hoe
wel hij alles zou willen doen wat in zijn
macht was, om de landbouwers ter wil
le te zijn, men niet zou moeten rekenen
op de inwilliging van hunne te hoog ge-
sttlde verwachtingen. Kernachtig wis de
ni ing des vorsteD, toen bij vetklaarde,
dat de belangen van het algemeen, niet
mochten opgeofferd worden aan die van
een enkelen stand. Opmerkelijk is hel
echter dat waar de landbouw roept om
graanrechten, de .nijverheid en veeteelt van
die nchleu niet gediend wenschen te zijn
In de laatste jaren onzer eeuw, neemt men
bijna overal het verblijdend verschijnsel
waar om de belasting te heffen naar de
draagkracht van het vermogen; vele indi
recte belastingen zijn reeds afgeschaft,
want zoo luidde het beginsel, aan die be
lasting op zeep, zout en vroeger op het
gemaal, varkeosvUesch en meer andere,
betaalt de minder gegoede evenvpel, als
zijne rijker met aardsche goederen btdeel-
de medeburger. Dat strijdt tegen een ge
zonde moraliteit cn daarom, weg met hen:
ieder betale naar dat hij bezit. Keereu
wij echter met de invoering van graan
rechten niet tot het verworpen stelsel van
weleer terug Ja, zouden die verhoogde
graanprijzen niet vooral door de arbeiders
betaald worden?
De verlaging in graanprijzen is vooral
toegenomen met den grooleren invoer uit
Engelsch Indië.
Zeker, men kan dien invoer bezwaren,
ja desnoods geheel belemmeren, maar denkt
men daarbij we! aan d« gevolgen? Engelsch
Indie is een deel van Engeland en dat
land zon zeker met maatregelen van weer
wraak voor d«n dag komen, die op eeu
anderen stand in ons land zeer zouden
drukken. Tot dusver is de invoer van
geslacht vee uit Nederland in Engeland
g- heel vrij.
Onze schapenfokkers en vetweiders, zor«
den zeker alles behalve tevreden zijn, zoo
Engeland invoerrechten op het geslacht
ging heffen. Met hunne geldbeurs zou een
deel der graaurechten betaald worden.
Ten einde den Duitschen koeboer ter wille
te zijn, weid de vee-invoer uit Holland ver
boden.
En wat zien wij na P Adressen van
landbouw-vereeniüiugen van over de gren
zen richten verzoekschriiten aan den Prui-
sischen minister van landbouw, om het
verbod van vee-invoer op te heffen. Daar
zuivel en melk ongehinderd de grenzen
mogen passeeret', is de prijs van deze pro
ducten zeker wel ten genoegen van de ver
bruikers steeds dalende; de melk van 12 14
pfenning zelfs tot 8 per liter. De Duit-
sche veehouder is tegen eene dergelijke
woorden meer belekten dan verborgen, mocht
zij dan nog onder één dak blijven met hem?
Zg stiet een luide kreet uit en wierp zich
op een rustbed, het boold diep in de kussens
drukkend.
Was zoo iets mogelijk? Mocht zij aan iets
dergolijka geloovenP Had tg haar 'hart Die»
voor hem blootgelegd en bem elke zonde be
leden? Had bij daarom glimlachend toege
luisterd? Zou hij den moed gehad hebben, de
ze leugen neg jarenlang vol te houden, uur
na uur, dag na dag? Zoo dat mogelijk was,
moest tij twijfelen aan allen en alles Zij kon
nu niet tot hem gaan. t.j had geen boofd,
geen hersens meer. Nu niet! Het was on
mogelijk. Heden avond tou bet gebeuren, ja
heden avond! Nog oenmaal werd een luide
jammerkreet in de mollige kussens gesmoord,
dan bleef sy onbewegelgk liggen, gebroken
naar ziel en lichaam.
Eu Cbristina? Was het denkbaar, dat die
in het bewustzijn barer afkomst hier geleefd
bad, tusschen haar en hem? Afschuwwek
kend, wanneer zg het geweten heeft; be
klagenswaardig zoo zg eerst ook nu het vree-
selgke te hooren komt. Mocht zg ook dien
slag dat onschuldige hoofd doen treffen?
Ja,daartoe was zij gedwongen. Besluiteloos en
d r wanhoop ten prooi, wrong zij zich de
handen: „Vanwaar komt nu de hulp?"
Er werd zachtjes aan de deur geklopt. Angst
vol richtte zij zich op eu zag naar de deur.Deze
ging open en Cbristina wankelde binnen.
Met bare wijd geopende oogen staarde Mela-
nie haar aan, vervolgens strekte zij afwerend
de hindn uit en zonk sidderend in de kus
sens neder.
De brief was haar uit de hand gegleden
en bleef aan het ondereind van het rnstbed
liggen. Ct» was naderbij getreden, in
de hoop tooo nog gehoor te vinden en was
voor het bed nedergekoield.Zonder het te wil
len, viel baar blik op den brief en hare
scherpe oogen lazen ieder woord. „Arme
vrouw 1" Hare lippen raakte de hand van
concurrentie niet bestand, vooral omdat hij
voor zijn gebruik het Hollaodsche melk
vee, met zijne uitstekende eigenschappen
niet kan ontberen. Ii Duitschland neemt
men nog een ander verschijnsel waar en
wel ditDe pachtprijzen stegen na de
invoering der graanrechten. Dat ook dit
geval zich in ons laud zal voordoen, be
wijzen reeds gesloten pschtcontrac'en in
Zeeland. Daarin werd de c'ausale opgeno
men, d.t het contract geacht zon worden
ontbonden te zijn bij de invoering van graan
rechten.
Een leit is het echter, dat de beweging
alom bestaat.
In Denemarken is een verzoekschrift tot
de regeering gericht, om de invoering van
genoemde recht in. Het ministerie heeft
echter verklaard, dat men op Je indiening
van dergelijke wetten niet behoefde te re
kenen. Alleen voor dit jaar heeft de re
geering eene som van bijna 112 millioen
kronen toegestaan om de noodlijdende land
bouwers bij te staan. De verbouwers
van suikerbieten zijn zeker ook be
last op zoo'n buitenkansje. Ook zij heb
ben verzocht den iovoer van suiker te
belasten, daar hunne industrie tegen de
uitvoerpremiëa van Duitschland de con
currentie niet kon volhouden.
Men ziet het, eerst graan, dan suiker,
straks hout, confectie, daarna een lange
reeks van asdere invoerartikelen en tot
slot een protectie-stelsel dat alweer op
eene beweging naar vrijheid van beweging
zal uitloopen. E ne economische cirkelgang.
Wie had gedacht, bij de opening van het
Suez-kaDaal op 16 November 1869, waar
door men goedkooper producten uit Indie
hoopte te verkrijgen, dat dit kanaal, door
den verkorten afstand, ook al eeu der oor
zaken wordt genoemd, van het kwijnende
Europa. Een bijgeloovige zou waarlijk ge
loof hechten aan de oude S2ge, dat een
Sues-kanaal ongelukken en rampen in zijn
gerolg zou hebben.
't Was daarom dat voor 2000 jaren
Necho de Tweede, de zoon van Psammeti-
chus, het reeds begonnen werk staakte,
dat in later eenwen, onder de regeering
van Isinaïl Pacha werd voortgezet en vol
tooid.
't Is waar, het orakel is vervuld, maar
in een anderen geest, dan thans wordt op
gegeven. Ismaïl Pacha, de ex-Khedive
van Egypte, die heden aan de oevers der
Boshporus overleed, is het zoenoffer ge
weest; zijn leven kan in twee woorden om
schreven worden.- grootheid en val.
Opgevoed in Europa, wa6 de Earopeesche
vrijheid en beschaving hem lief. Openlijk
huldigde hij die beginselen bij de aan
vaarding zijner regeering. De Oostersche
weelde van zijn hof, gepaard aan de in
voering van vele nieuwigheden, eischten
echter te groote offers van zijn volk. De
aanwezigheid van Keizers eu Kouingeu,
alle grootheden op het gebied van kun
sten en wetenschappen, bij de opening van
het Snez-kanaal, kostte het reeds verarmde
land meer dan twintig millioenen franken.
Een leger en vloot naar Europeesch model
richtte verder Egypte financieel ten gronde.
Toen zijn streven naar onafhankelijkheid
Turkije al te duidelijk bleek, werd Ismaïl
door de Porte afgezet.Onmachtig zich daar
tegen te verzetten, boog de trotsche Pacha
het hoofd en vertrok met zijn harem naar
Napels.
Als banneling trok hij door Europa,
geminacht door hen, die eens om zijne
gunst hadden gebedeld, gevloekt door zijn
volk, dat h m had verheerlijkt en aan
zijne voeten had geknield. Na twintig
eeuwen W;rd de profetie van het orakel
aan dezen vorst vervuld. Wanneer de her
innering aan de opening van het Suez-
kanaal hij ons opduikt, dan denken wij
onwillekeurig aan de groote vlotenparade
die weldra Duitschland te wachten slaat
Nog slechts weinige weken en de wateren
van de Oost-en de Noordzee, worden door
het Oost-Noordzeekanaai, dat door de land-
Melanie. Toen deze het kalm geschieden
liet, drukte zg een vurige kus op de hand,
stond op en met de meer uitgestooteu dan
gesproken woorden „Heb dank voor alles,
bartelijken dank 1* verliet zg de kamer.
Christina wist wat haar te doen stond. He
lmie bleef onbewegelijk liggen. Slechts een
licht kreunen was alle teeken van leven
dat zg gaf. Zij was zich nauwelijks bewust,
dat er iemand by baar geweest was.
Christina's weg lag duidelijk en beider
voor baar. In de weinige minuten die zg
noodig had, om naar haar kamer te komen,
was baar alles klaar geworden en bad zij
een vast besluit genomen. Was dat, wat zij
zooeven gelezen had, waar, zoo moest zij
voor altijd weg van hier. Eén kon haar
daarvan slechts zekerheid geven; Hoppe, die
haar uit Halle bad weggehaald. Geen an
der kon zg onder de oogen treden, zoo zg
niet eerst nit zijn mond alles gehoord had.
Wanneer zij nn heenging, trof zij hem nog
thuis. Toonde hij dan duidelijk aan, dat de
ze brief vuile laster was, dan zou zg terug
gekeerd zijn, voor iemand hare afweiigheid
gemerkt had. Anders: „Leef allen gelukkig,
vaarwel voor eeuwig." Geheel alleen zou zij'
toch niet staan. Eén had zij er tot haar
hulp en steun. Dat gaf haar moed, maakte
haar kalm. Zg kreeg een klein pakje, in
linnen gewikkeld, dat Hoppe haar medege
geven had, bg het verlaten van haar moe
ders hnis. Er was ongeveer honderd mark
in, de rest van het voor baar overgespaarde
geld. Het lag al dien tijd onaangeroerd in
haar kast. Nu kou het baar wellicht van
dienst zijn. .Moeder, gij zorgzame moeder,
hoe goed hebt ge aan uw kind gedacht 1*
Zij borg dit pakje en bet noodige voor
den naobt in em kleine Iedere tasch. En
nu voorwaa-ts, voor een korten toebt of lan
gere reis, tot spoedige terugkeer óf tot een
vaarwel voor eeuwig
Wordt vervelgd.
engte van Holstein van Kiel naar den
Elbemond is gegraven, verbonden. Hon
derd millioenen mark werden aan dit
werk teo koste gelegd. Jutland, met zijn
„ijzeren kust" en jammerbocht, kerkhoven
van den zeeman, worden afg-sneden en
eer veilige weg, zal weldra de schepen
v ;n het westen, naar de bont— en koren
havens van Duitschland, Zweden en Prui
sen leiden. Zil bet met vooroordeeleD be
hepte nak-oost ook dezen verbindingsweg
met de zonden van eigen verkierdheden
belasten? 't Is niet te wenschen.
IJSTGkEZOTTIDEdSr.
Mijnheer de Redacteur!
Beleefd verzoek ik u, wanneer onder
staande door u geschikt geno g wordt be
vonden, om in uw geacht blad geplaatst
te worden, om eenige ruimte dasr voor.
Ik wenschte met bescheidenheid
een aanmerking te maken, op een
gedeelte van de lezing van den heer de
Boer, over het heffen vaD graanreclitön
waarmede ik door uw verslag van genoem
de lezing in kennis werd gesteld. Het be
treft dat gedeelte waar genoemde heer
spreekt over het heffeD van invoerrech
ten van graan, ook voornamelijk in het
belang der arbeiders. De heer de Boer nu
heeft volgons mij van de graanrechten
veel te gioote verwachtingen voor de ar
beiders. Ik meeu zelfs te mogen geloo-
ven, dat de arbeiders in het geheel niets
ten hunnen voordeele van invoerrechten
op graan hebben te hopen. Vooreerst ge
loof ik niet, dat dat de Landbouwers zoo
veel meer zullen laten werken. Want ik
meeu te mogen beweren dat de Landbou
wers de laatste jaren over het algemeen,
zooveel mogelijk hun best hebben gedaan
om van hunnen grond groote opbrengsten
te verkrijgen. Dat zij zooveel als zij kon
den hebben opgeofferd om hunne landerij
en zooveel mogelijk productief te maken.
Om de doodeenvoudige reden, dat de
steeds lager wordende graanprpijzen er
hen toe gedwongen hebben. Dien ten gevol
ge zijn de Landbouwers, wat natuurlijk
te begrijpen is, achteruitgegaan, maar hun
land is betrekkelijk goed in orde ^geble
ven.
En daarom kan volgens mij niet verwacht
worden, dat, wanneer zij door invoerrech
ten op graan, eenigszins verruiming krijgen,
zij dadelijk ma»r weer zooveel meer znllen
laten verwerken.
En dan, wie zullen er door die invoer
rechten op graan het meest gedrukt wor-
deu Ongetwijfeld de arbeiders. Zij toch
zijn verreweg de grootste graanverbruikers.
Roomboter en Kaas kennen de meesten hun
ner eukel maar bij Dameu, Het overgroote
deel der arbeiders moet zich met margari
ne tevreden stellen, en vele met margari
ne van de minste kwaliteit wie niet
weet hoe dat smaakt, ga het eens proe
ven. En ik vertrouw, hij zal het zich best
kannen verbeelden, wanneer hij hoort, dat
de kinderen van die arbeiders aan moe
der vragen, de boter toch vooral niet te
dik te smeeren, want dat zij dan hun
brood beelemaal niet weg kuur en krijgen.
Moeder nu kan zich daar niet verstoord
over toonen, want dan kan zij immers weer
zooveel langer met een pondje toe.
Dus het brood, het graan moet hoofd
zakelijk aan den arbeider zijn krachten le
veren om tp kunnen werken. Dat er dus
dagelijks in zoo'n arbeidersgezin zeer veel
brood gebruikt word, zal wel niemar.d
willeu ontkennen. Zoodat ik aanneem, dat
de invoerrechten op graan verreweg het
meest door de arbeiders zullen moeten wor
den gedragen.
En wanneer er dan niet wat meer ver
diend wordt, zal hun dat zeer zwaar val
len.
De heer de Boer nu wil dat gelooven.
Ilij zegt, wanneer wij maar invoerrechten
op graan krijgen, dan zullen de looneu
stijgen. M ar heeft de heer de Boer met
zijn veelzijdige kennis, diö hij in zijn le-
ziug getoond heeft te bezitten, nog niet
opgemerkt, dat er niet alleen van alles
wat er door de menschen wordt voortge
bracht, te veel, veel te veel komt en is,
maar dat er van die menschen, van de
arbeiders namelijk ook te veel komen en
zijndat zij elkander ook hoe langer zoo
meer een plaatsje beginnen te betwisten
dat zij hoe langer zoo meer elkander zoe
ken te verdringen D.n de heer de
Boer houde het mij ten goede maar dan
verwondert mij dal zeer.
Wij hebben toch maai slechts om ons heen
te zien,om ons van die bittere waarheidiekun-
overtuigeu. In ons wisselvallige landbouw-
vak toch, waar d.n veel dau weinig werk is,
ontmoet men het maar zeer zeldzaam dut
er handen te kort zijn. Zelfs i i den Oogst
heeft men het vaak kunnen zien, d t ai-
beiders, die van Gelderland naar hier kwa
men om een stak brood te verdienen, on
verrichter zaken weer naar huis konden
gaan natuurlijk nog armer dan zij geko
men waren. En dat oestaat niet alleen in
den Landbouw, maar dat bestaat immers in
a!!e takken van handel, nijverheid en in
dustrie ook In het kort de arbeiders
markt wordt evenals alle andere markten
overvoerd.
En dan zou de beer de Boer, bij dien
toenemenden overvloed van werkkrachten
nog een loonsverhooging verwachten O
mijnheer de Boer en allen dia het met u
eens zijn, wil het toch niet gelooven. Want
wanneer gij de arbeiders dat blijit voor
spiegelen dan bereidt gij hun, die het van
u willen gelooven, niets minder dan een
bittere teleurstelling. Neen, de arbeiders
kuunen van htt heffeu van invoerrechten
van graan geen verbetering verwachteo.
lutegendeel sy zullen er by verliezen
En dasrom geloot ik, dat de heer d» Boer
zich ve-gist heeft, waarbij bewe:rt ent de
arbeiders van WKringerwaard en omstreken
om kunstmatige dure graanprijzen zouden
roepen. Want dat konden en zouden zij
niet deen.
Neen, ik veronderstel, dat zij dan eerder
zouden vrageu: krimp onzen werktijd in
zuiver de arbeidsmarkt van overvoer, door
een wet op den arbeidsduur in het leven
te roepeD, zoo geregeld, dat r .ag en Aan
bod in evenwicht worden gehouden; want
daar meenen wij iets tot ons voordeel van
te kunnen verwachten.
Daar zullen misschien velen niet-arbei
ders tegen protesteeren m.ar waarlijk, ik
geloof toch, dat ook zij daar ten slotte bij
zouden winnen. En hiermede, Mijnheer de
Redacteur, wil ik eindigen.
Ik gevoelde mij als arbeider gedrongen
om de schoone. verwachtingen die de heer
De Boer ons van graanrechten beeft voor
gespiegeldvoorzoover zij tenminste schoon
kunnen worden genoemd zoo goed als
mij dat mogelijk was, te moeten weerspre
ken, omdat ik meende dat zij ijdel waren
U, Mijnheer de Redacteur mijn dank
voor de plaatsing.
ANNA-PAULOWNA.
Schvgen, 6 Maart 1895.
Wij maken belanghebben-
den opmerkzaam, dat de keuringen van 8
jarige en oudere hengsten,zoomede van heng
sten geboren inl893,alh'-er zullen plaatsheb
ben op Woensdag 13 Maart e. k. des
middags 12 ure. Vooraf is er gelegenheid
ter opname van hengsten en merriën in
het stamboek. Aangifte is noodzakelijk bij
der. Heer W. Teengs te WIERINGER-
WAARD.
Onze Gymnastiek— en Schermver-
eeniging LyCUrgUS zal in het einde van
deze maand een uitvoering geven in de
kolfbaan van den heer Slotemaker te OUD-
CARSPEL. Deze uitvoering is op touw
gezet, tot het maken van propaganda van
de gymnastiek in het algemeen en tot op
richting van een gymnastiekvereeniging te
Langedijk in 't bijzonder.
Met betrekking tot ach
terst Adv. van de voorstelling te geven
door Mevr. Rossing Sablairolles en den
heer J. Malherbe, geven wij o. st. re
censie tot aanbeveling
ZAANDIJK. Vrijdag j.1. hield bet
Departement KoogZaandijk der „Maat
schappij tot Nut van 't Algemeen", een
vergadering met dames in de kolfbaan
van de „Nieuwe Zwaan" alhier. Als spre
kers traden dien avond op, Mevrouw
Anna Rössing-Sablairolles en de heer
Jan Malherbe van Amsterdam. De mees
te voordrachten werden onder eene doo-
delijke stilte aangehoord en met dave
rend applaus begroet. Als samenspel be
viel het best„De Verzamelaar", blij
spel in één bedrijf en „Hoe een ver
standig vrouwtje haar zin krijgt", frag
ment uit de Trou-ringh van H. de
Veer. De causerie over de 17de-eeuwsche
Nederlandsche dichters viel in goede
aarde, terwijl de voordrachten van„de
Kinderstem", „Brug omhoog", „Als je
't maar weet, Mijnheer", „Mijn ossen
haas", „Komen en Gaan" den luiden
bijval der aanwezigen verwierven. Het
slotstukje „Lachebekje", voorgedragen
door Mevrouw Rössing, is een meester
stukje, dat zoo prachtig werd voorge
dragen, dat men overal lachende gezich
ten zag. Alles werkte weer mee om aan
de opgekomenen een genotvollen avond
te verschaffen.
[Zaanlandsche Ct. 5 Dec. 1894.)
Men meldt ons, dat Jan
Oudshoorn, tot heden nog niet
in hoogtr beroep is gekomen, tegen het
hem gewezen vonnis.
Iu de Kamper Courant van 18 Nov.
1844, No. 775, komt het volgende voor
onder het opschrift
O in den Haag, daar is 't een leven,
Mogt ik er blijven op den duur.
Wat hebben zij diners gegeven,
De Amphitrina van 't Hoog bestuur.
Hoe ook de liberale woeden,
Toch heb ik hun mijn woord verpand.
Wat ben ik dik en vet geworden
Tot heil van 't lieve vaderland.
't Zi,n onruststokers, onverlaten,
Die tegen ons met pers en mond,
Van Grondwet, orde en vrijheid praten,
Die schreeuwen: Neerland gaat ten grond.
Neen,Neeilands Grootheid zal Diet zinken,
Nu ik mijn woord hun heb verpand,
(Zie op mijn borst dit eerkruis blinken)
Tot heil van 't dierbaar vaderland.
Ja vriuw Je méégt er trotsch op wezen;
L w man is nu een man va i Staat,
Je kont het iu de kranten lezen
Hoe hij het land regeeren gaat.
En of het goed, dan of het naar is,
loch immer blijft zijn woord verpand.
(Met Mei wordt onze Piet Notaris I)
Tot heil van 't lieve vaderland.
Hoe voel 'k mijn binnenste veredeld
\oor elke glorie word ik rijp,
Mijn stem wordt zelfs mij afgebedeld
«n luen die ik ni*t begrijp,
k Laat dan maar violen zorgen
Getrouw aan 't woord door mij verpand.
Ai onze neven zijn geborgen
Tot heil van 't lieve vaderland.'
Die staat eerbiedig opgetogen,
En 't volk beschouwt mij als een eik
'k Was maar een lage dorre herster
Voor ik mijn woord had hun verpand
(Met Nieuwjaar word ik Bnrgemee'ste
Tot heil van 't lieve Vaderland.
Vrouw I wil je een goed vriend een
ptaizieren,
Zeg wien en laat mij dan begaan.
Bij hen wier borst grootkruizen sierer
Krijg 'k alles wat ik wil gedaan.
Ze vleijen, vieren m' als een Godje,
Sinds ik mijn woord heb hnn verpand,
('k Heb al drie vrijers voor ons Lotje
Tot heil van 't lieve Vaderland.
.Ta, zelfs Hoogadelijke Heeren,
Baronnen, Graven zijn zoo goed,
Mij soms het eerst te salueeren,
Een Eer die mij schier bersten doet.
Wat ze allen naar mijn vriendschap ha
ken.
Dank zij het woord door mij verpand,
(Men zal mij zelfs nog Jonkheer maken,
Tot heil van 't dierbaar vaderland.
Als ik dat alles moest verliezen
De zwijmel tuimelgeest der Eenw
Roept luid, men moet geen schape;
kiezen,
Voor wat den moed eischt van een leeuw
Och Leeuwen w«ten slechts te brullen,
't Schaap likt gedwee des herders hand,
('k Hoop dat ze mij herkiezen zullen]
Tot heil van liet lieve Vaderland.
Het Humeur.
Men onderscheidt het goede en het kwa
de 'aumear. Het goede humeur is een
lachende, vroolijke, levenslustige stem
ming, voortspruitende uit een gezond ge
stel, die alle dingen van hun beste zijde
beschouwt, die overal de lichtzijde zoekt,
die zich spoedig en gemakkelijk over al
de kleine bezwaren en hindernissen des le
vens heenzet, zeker wel de aangenaamst)
eigenschappen in hen, met wie we om
gaan.
Het kwade humeur is die sombere stem
ming, die aller inzicht, verkeerd opvat,
zich nergens overheen kan zetten, om 't
minste boos wordt, ge ju enkele teleurstel
ling kan verdragen en ook zeker wel de
naarste eigenschap in hen, met wie we
moeten leven.
Humearige, wispelturige, grillige, prik
kelbare menschen, het eene oogenblik in
de lucht, het andere in den kelder, om
nietigheden uitgelaten en droevig en boos
gestemd, ze zijn een plaag voor hun om-
geving.
Wat doet het humeur niet veel aaD het
geluk en het o-geluk der menschen, wat
kan het het leven aangenaam of onaange
naam, gemakkelijk of moeielijk maken,
wat kan het tot een zegen en eea vloek
zijn. Wat maakt de mensch met eea goed
humear zich zijn eigen leven lichter, wst
wordt hij gezocht in den omgan?, wat
brengt hij zon mee waar hij komt. Maar
een kwaad humeur, het verbittert het ei
gen leven, het kan niets hebban, nergeni
tegen, het ziet zonne- v le k k 6 n, wast
een ander zich koestert in den glans,
in de w e r m t e der zon.
Het goede humeur vindt de wereld
schoon, het leven goed, heeft de menschel
lief, houdt van gezelligen omgang, tilt
niet zwaar, klaagt op de hooge bergei
niet over sneeuw en kou, maar zoekt alpen-
rooz;n eu Edelweiss.Een goed humeur,is heel
iets anders dau luchthartigheid,onveischil-
ligheid, onaandoenlijkheid, maar het gevolg
van een gezond gestel en vocral van een
edel karakter, een ruim warm hart, het
zoo beminnelijk eu brengt zooveel goeds
en liefelijks.
Zegt ge nu soms, goedgehumeurde lezer,
want met een kwaad humeur valt niet '8
redeneeren: goed, maar dat goede humear
hebben we niet van ons zeiven, dat hangt
af van ons gestel, onze levensomstandighe
den, onzen levenskring, daar is niets aan
te doen, laat me u dan mogen opmerken,
dat ge op elk ander gebied zóó niet spreekt;
dan beproeft ge wel er wat aau te do®"
en dan lukt en helpt het toch dikwerf!
Zie uw gestel eu bovenal uw karakter
te verbeteren, leer wat meer liefde en voof-
al: oefen nw wilskracht.
Het hoogste dat ge in dit leven l"1 -
leeren en doen, is uzelven verbetereDel
zoo ook weer voor anderen ten zege» te fj"'
Moge dit weinige u nu niet uit hu®?
brengen, maar u aansporen tot oetcniD#
en strijd en overwinning van uzelven'
Rott. 0'
Vier jaren geleden P^ee?|
de een dienstmeisje, Léonie M ogra'i
een openbaar bal te Joigny een moord"
slag op haar ontrouwen minnaar, deuf
daat Louis Piètre, wien zij zes gij
toebracht, maar zonder hem te dooden-
stond deswegen terecht, maar zy *B' I
gesproken.
Zondag nu weid Piètre, die |ntu 1
getrouwd is, terwijl hij met zijn®
en zijn zwager wandelde, onverhoeds»4^
vallen dooreen zwairgebaard man, d,e u
een messteek in den schouder toe r»
Piètre vluohtte, maar de man ve,f
hem, totdat eindelijk een paar l
die op zijn hulpgeroep kwamen toes
zich meester maakten van den -
denaar die niemand anders bleek