Zondag 14 April 1895,
39ste Jaargang No. 2931.
D
Onderwijs.
MIS GEZIEN.
Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Uitgever J WINKEL
Bureau: 8CHAGKIÏ» liaan, D 4.
Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Bij dit nummer behoort
een Bijvoegsel.
Gemeente Schagen.
Bekendmakingen.
Binnenlandsch Nieuws,
Tegen den Alcohol.
fflSËfl
RAMT.
Aimtïitis- M\mM
Burgemeester en Wethouders van Scha
gen brengen ter kennis van de ingezetenen:
le. dat het toelaten van nieuwe leerlingen
op de Openbare Lagere School aldaar
zal geschieden op den Eersten Mei
a. s., en alsdan kunnen worden toe
gelaten de kinderen geboren in 1889.
2e. dat de ouders der betalende scholieren,
welke deze wenschen toegelaten te zien,
daarvan aan bet Hootd der School,
den Heer Ressingkennis moeten ge
ven vóór den 25en dezer.
3e. dat verzoeken om kosteloos onderwijs
voor de nieuwe leerlingen alleen moe
ten worden gedaan ter gemeentesecre
tarie vóór den 23en dezer.
De geboorte- en vaccinebewijzen der
nieuwe leerlingen moeten bij de toelating
tot de school worden medegebracht.
Schagen, 11 April 1895.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
S. BERMAN.
de Secretaris,
DENIJS.
Met groote belangstelling hebben wij
gezien, dat verreweg de meeste kiesver-
eenigingen, die haar oordeel over de
grondslagen van een nieuw programma
der Liberale Unie uitspraken, daarmede
in hoofdzaak instemden.
Wie onze artikelen over verschillende
punten van het ontwerp heeft gevolgd,
zal begrijpen, dat wij het met die kies-
vereenigingen eens zijn maar tevens,
dat wij daarom te minder kunnen
medegaan met een motie, die in de
Groninger kiesvereeniging Eendracht
maakt Machtis aangenomen. Deze ver-
eeniging heeft eerst verklaard, dat men
de totstandkoming der nieuwe kieswet
moet afwachten en nagaan, welke wij
ziging daardoor in de partijformatie ko
men zal, om daarna te overwegen, of
men zal kunnen medegaan met de hou
ding, welke de Liberale Unie alsdan zal
aannemen. Met deze gedragslijn zijn wij
het niet eens. Wij hebben evenwel daar
over onze meening reeds gezegd en ko
men daarop nu niet terug.
Daarna is evenwel de volgende motie
aangenomen op voorstel van den hoog
leeraar Reiger
s De kiesvereeniging Eendracht
maukt Machtacht het wenschelijk,
dat de Liberale Unie in het vervolg
zich in hoofdzaak bepale tot
het geven van leiding aan de ver
kiezingen voor de leden derStaten-
Generaal".
Wij zullen ons niet ophouden bij ze
kere tegenstrijdigheid, die in beide be-
sluiting ligt. Hoe men toch te weten
zal komen, welke houding de Liberale
Unie aanneemt, als zij in hoofdzaak
zich bepaalt tot het geven van leiding
aan de verkiezingen, is ons niet duide
lijk. Ofmoeten wij liever zeggen,
dat het eerste besluit de zwakke zijde
doet kennen van het laatste, omdat het
Bestuur der Liberale Unie geen leiding
an gtyen aan verkiezingen zoolaDg niet
a8 "welke houding de Unie aan
neemt P
Deze vraag plaatst ons in het hart van
Li;iluae8 waarbij wij eenige oogen-
hof >Ci\ T stilstaan niet om tegen
on f U1' Groninger kiesvereeniging
bena6 u omen' maar omdat dit besluit in
ren !r GU v.orm uiting geeft aan bezwa-
i ie wel meer tegen de houding van
lrteraU Vnie haar bestuur
*°jden ingebracht.
\^n}%berale Unie moet geen voorpar-
Z1dn het bestuur der Liberale
rin.^i- °et n*e' van boven af zekere be-
JUltraL n de ledea opdringen de
en Raar bestuur moeten
veel van wat zij doen, niet doen. Zulke
aanmerkingen roepen bij ons altijd de
herinnering wakker aan Lafontaine's fa
bel van den vader, die met zijn zoon
een ezel naar de markt bracht. Als de
vader reed en de zoon liep, werd dit
evenzeer afgekeurd als wanneer de vader
liep en de zoon reed. Toen zij samen
op den ezel gingen zitten, werden zij als
dierenbeulen uitgekreten en toen zij sa
men den ezel droegen, als dwazen uit
gelachen. De vader kwam daardoor tot
de overtuiging, dat het kwalijk gaat
„liet iedereen naar den zin te maken".
Maar de zekerheid, dat men, hoe men
het ook aanlegge, altijd stof tot op- en aan
merkingen zal geven, ontslaat niemand
van den plicht om te onderzoeken, of de
door hem gevolgde gedragslijn nu wel
de beste is en daarom willen wij ook,
naar aanleiding,der Groninger bedenking,
de vraag behandelen, of het niet beter
ware, dat de Lilerale Unie alleen de
verkiezingen leidde
In de eeiste plaats stellen wij ons de
vraagis het mogelijk En daarop
geeft de ervaring een leerzaam antwoord.
In de provincie Utrecht heeft nl., naar
wij indertijd vernamen, een Provinciaal
Comité voor verkiezingen in vrijzinnigen
geest bestaan. Het werkte in alle stilte
en met bescheiden middelen, maar niet
zonder vrucht. En dezer dagen verna
men wij, dat het niet meer bestaat.
Waarom niet Het deed niets dan met
raad en daad en zoo mogelijk met geldelijk
st un de vrijzinnige kiesvereenigingen
ter zijde staan en toch is het gestruikeld
over de kieswet-Tak, omdat het, juist
dewijl het zich uitsluitend bepaalde tot
het verkiezingswerk, in dien strijd niet
wist d quel Dieu se Vouer P
Ziet, eene kiesvereeniging kan, als zij
wil, zich tot het stellen en aanbevelen
van candidaten bepalen. Waarom P Om
dat zij in de keuze van haar candidaat
op het gegeven oogenblik partij kiest,
omdat zij door de keuze van den
candidaat met de richting, met de denk
beelden, met de beginselen van dien
candidaat instemming betuigt.
De Liberale Unie echter stelt geen can
didaten. Moet zij dus maar de candida
ten aannemen, die de onder liberale vlag
varende kiesvereenigingen stellen En
had zij dus, om bij het joDgste en
sterkst sprekende voorbeeld te blijven,
Takkianen en anti-Takkianen met even
veel ijver en warmte moeten steunen
De vraag beantwoordt zichzelve, zoo
dra men haar stelt. En al is het niet
altijd in die mate, meeningsverschil op
belangrijke punten deed zich steeds voor
en zal zich blijven voordoen. En hoe zal
het bestuur nu leiding geven aan de ver
kiezingen, indien de aangesloten vereeui-
gingen zich niet hebben uitgesproken o-
ver de zijde, die zij in die meeningsver-
schillen kit-zen.
Om leiding te kunnen geven aan de
verkiezingen, moet het bestuur weten in
welke richting men gaan, welk doel men
bereiken wil, en dat kan bet niet weten,
als de aangesloten vereenigingen hare
meening daarover niet doen kennen.
Maar zoo het al mogelijk ware, zou
het wenschelijk zijn P Neen. De Libera
le Unie heeft niet zulk een beperkt doel
als men haar hier wil opdringen, en
voor zulk een beperkt doel ware geen
Liberale Unie noodig. Zij is geboren
uit het besef, dat het individualisme in
de liberale partij kwaad deeddat zij
daardoor, hoewel sterk in aantal, geen
kracht kan uitoefenen, dewijl in tal van
gevallen de een afbrak wat de ander
opbouwde. Zij is ontstaan uit den drang
naar, de behoefte aan overeenstem
ming, aan eene gemeenschappelijke
overtuigiug op belangrijke pun
ten. En hoe zal nu die overeenstemming
blijken, die gemeenschappelijke overtui
ging geboren worden, zoo niet door on
derlinge bespreking van de belangrijkste
vragen van den dag, door onderlinge
voorlichting, door het op den voorgrond
stellen van datgene, waarover men het
eens worden kan, door het terzijde stel
len van datgene, wat voor beslissing nog
niet rijp blijkt
Doch waartoe beschouwingen Wij
kunnen immers op de heilrijke vrucht
wijzen, helaas te kort van duurde
krachtige meerderheid en het nog krach
tiger daaruit voortgekomen ministerie,
die van 1891 1894 aan de werkzaam
heid der Liberale Unie te danken zijn ge
weest en die waarschijnlijk nog in we
zen zouden zijn, als niet ten aanzien
van het kiesrecht velen de ondubbelzin
nige uitspraken der Liberale Unie in een
eigenaardig licht hadden beschouwd en
opgevatEn wanneer wij de staatkundi
ge geschiedenis van den dag met aan
dacht volgen, dan is het niet twijfelach
tig, dat de zwakheid van het uit zeer
bekwame mannen bestaande, tegenwoor
dige ministerie te wijten is daaraan, dat
het niet, als het vorige, rust op eene
krachtige, aaneengesloten meerderheid
van geestverwanten. Zulk eene meer
derheid kan slechts gevormd worden door
onderling overleg van de vrijzinnige kies
vereenigingen, en tot dat overleg is de
Liberale Unie het aangewezen middel
punt.
Doch, zoo heet het hier: de Liberale Unie
wordt alsdan een voorparlement, daar:
het bestuur dringt op deze wijze zijne
meening op aan de kiesvereenigingen.
Over ieder dier beide bezwaren nog
een kort woord: kort, want zij zijn in
derdaad de moeite niet waard er lang bij
stil te staan.
Een voorparlement! Maar nu willen
wij toch gevraagd hebben: welke staats
rechterlijke bevoegdheid, macht, invloed
heeft eene vergadering der Liberale Unie?
Welk gezag, welke bindende kracht
hebben hare besluiten, voor het parlement
ot zijne leden?
Welk een ander karakter heeft eene
Liberale Uniedan dat van elke verga
dering van belangstellenden in eene al-
gemeene zaak? Hier heerscht klaarblij
kelijk misverstand. Men denkt, dat de
leden van het parlement zich door kie
zersvrees zullen laten verleiden aan de
besluiten en de uitspraken van de Libe
rale Unie een overdreven gewicht te hech
ten; maar parlementsleden, die door kie
zersvrees bezield zijn, vreezen hun kie
zers, en die hebben een overwe
genden invloed in hun district,
maar een zeer beseheiden invloed in de
Liberale Unie.
En het bestuur zou zijn gevoelen op
dringen aan de vereenigingen! Hoe zou
het dit kannen? Hoe zou eene vergade
ring van zelfstandige mannen zich eene
meening laten opdringen, waarmede zij
het niet eens is? Neen, men verwart
hier oorzaak en gevolg.
Zeker: het bestuur heeft invloed, maar
een zeer gewettigden invloed op de be
sluiten der vergadering, omdat het be
stuur is de uitdrukking van de vergade
ring, door welke het gekozen wordt om
hare besluiten voor het bereiden en uit
te vueren.
Hier gaat de schijn voor het
wezen. De schijn is, dat de besluiten der
vergadering den stempel dragen van het
bestuur; maar in het wezen der zaak
draagt het bestuur den stempel der ver
gadering, wier geest ook die van het be
stuur is, en daarom zich openbaart in
de voorstellen, die het bestuur doet en
in de besluiten, die de vergadering dien
tengevolge neemt.
Die eenheid van geest, die gelijkheid
van stempel is het, die door de Liberale
Unie verkregen moet worden en waartoe
zij niet slechts verkiezingen leiden, maar
ook vragen van den dag bespreken moet.
Donderdag, den 4 den April, bevond zich
des avonds een groot getal belangstellenden
in het Kerkgebouw der Ned. Herv. Gemeen
te te NIEUWE NIEDORP, tot bijwoning
eener vergadering, uitgeschreveu door de
heereoSchermerhora vaoNieuweNiedorp
en Van der Heijden van Leeuwarden.
Beide heeren hadden tot onderwerp geko
zen geheel onthouding.
De heer Schermerhorn} die als eerste
spreker optrad, deelde mede, dat geheel
onthouding is een practische toepassing
van de beginselen des Christendoms en
waarom hij het zijn plicht achtte, geheel ont
houder te zijn. De menschen zijn voor
elkanders lot aansprakelijk, de samenleving
legt ons plichten op en waar wij toestan
den ontdekken, die tot ondergang onzer
medemenschen leiden, daar zijn wij ver
plicht mede te werken tot verbetering.
Het is eene gewoonte alcoholische dranken
te gebruiken. Geen feest wordt er bijna
gevierd zonder de flesch, geen vergadering
gehouden zonder bet gebruik van alcohol.
Alcohol ondermijnt de krachten, doodt
het zedelijk gevoel in den mensch, onder
den invloed van den alcohol doet hij din
gen waarover hij zich, nuchter zijnde,
schaamt. ProeveD, met soldaten io het
EGgelsch-Indische leger genomen, hebben
bewezen, dat onthouders beter tegen ver
moeienissen kunnen dan zij, die het vocht
gebruiken. Deelnemers aan wedstrijden
ontzeggen zich het gebruik, omdat het
verlammend werkt op hunne taaiheid en
hun volhardingsvermogen; geneesheeren
verklaren als één man den alcohol voor
gevaarlijk.
Als de wijn is in den maD, is de wijs
heid in de kan, zegt het spreekwoord en
zoo is het; de alcohol benevelt het ver
stand en maakt, dat de mensch niet ge
regeld meer kan denken. Het gebruik van
alcohol maakt welsprekend, van daar de
naam spraakwater, maar dat is zelfbedrog,
waut naarmate de hersenwerking er door
verlamt, stijgt het zeltbenagen en wordt
hij openhartiger en mededeelzaam, die
door levensbezwaren terneergedrukt was.
Wis spraakwater noodig heeft, verraad ge
mis aan zelfvertrouwen en toont zijn zwak
heid en lamheid.
Men moet het gebruik van alcohol na
laten, want men heeft geen recht zijn le
ven te verkorten. Eu dat doet men, als
men dat verdoovingsmiddel gebruikt. VeleD
zijn dronkaards geworden, doordat zij het
leven niet aandurfden. De zedelijke veer
kracht van het volk wordt door den alco
hol gedood en daarom moeten wij ons als
één man aangorden om de maatschappij
van dien demon te verlossen. Geheel ont
houding is daartoe voor ieder plicht. Men
laakt gewoonlijk hen, die zich schuldig
maken aan misbruik van sterken drank.
Maar wie zijn dronkaards O o k z ij, die
geregeld alcohol gebruiken,
zoogoed als zoo anderen.
De drinkvrijheid stvat gelijk met drink-
dwang, want er zal gedronken worden,
zoolang er drank is. Hebben wij recht een
dronkaard te verooideelen P Moeten wij
hem toeroepenwees matig Hij kan niet
matig zijn, hij kan het drinken niet laten,
zoolang hij gelegenheid heeft drank te
bekomen. De maatschappij zelve is de
oorzaak,dat zij vol gealcoholiseerde menschen
is, zij zelve geeft gelegenheid tot drinken,
zij werkt de zonde in de band. De staat
straft het misbruik, bouwt gevangenissen
voor de misbruikers en kr&nkziunigen-ge-
stichten voor alcohollijders. Waarom weert
zij den alcohol niet, die oorzaak van ellen
de en ongeluk Zeker niet om de belas
ting, want daaraan kleeft het hArtebloed
des volks, tranen van ouders en kinderen.
De Staat heeft het recht te wakeD, dat
er niet gestraft behoeft te worden en het
is toch beter misdaden te voorkomen dan
ze te straffen.
Treurig zijn de gevolgen der dronken
schap. Wie kent niet de tooneelen, die
er in het huisgezin plaats hebbeo, als de
man dronken te huis komt. Wie heeft
nooit de lage taal geboord, het liederlijk
gedrag van den dronkaard aanschouwd p
De demon van den alcohol doet het dier
in den mensch ontwakeD, scheidt harten
vaneen, brengt honger in de huisgezinnen,
duet duizenden te gronde gaan en is de
oorzaak van ongeluk, ziekte en ellende.
De kinderen van den drinker worden met
de zonde vertrouwd. Moeten wij dat aan
zien, moeten wij erin berusten, dat voor
ieder de gelegenheid tot drinken open
staat Wij mogen ons geweten niet paai
en met te z-ggenik heb gewaarschuwd.
Altijd is er gewaarschuwd tegen misbruik
van alcohol en toch is het steeds toege
nomen. Trauen van medelijden wellen op,
w ar we mannen van aanleg en talent door
het gebruik van alcohol zien verongeluk
ken; maar de waarde van den mensch
eischt meei van ons dan tranen, zij eischt
zelfverloochening en zelfopoffering. Ver
sterkt daarom de partij der geheel onthou
ders, opdat eenmaal de wetgevende macht
ez toe overga, verbodswetten tegen den
verkoop in te voeren. Geen ziekte maakt
zooveel slachtoffers als de alcohol. De Re
geering doet wat zij kan om ziekten te
voorkomen, dat zij dan ook met kracht
tegen den alcohol optrede. Moet alcohol
in sommige gevallen als geneesmiddel die
nen, dat hij dan naar de apotheek en wel
naar de vergiflkast verbannen worde. Als
hij uil de samenleving verdwijnt, zullen
de misdaden verminderen en zal het zede
lijk peil van het volk verhoogd worden.
Dat het drinken eene gewnonte is, mag
geen reden zijn om die gewoonte te doen
blijveD. Wie zijn volk lief heeft, vraagt
niet naarj gewoonte, maar naar wat goed is,
dit eischt de naasteu-liefde.
De kracht van een volk bestaat niet in
nieuwe geweien, maar in zijn zedelijk ge
halte, in zijn zedelijk weerstandsvermogen.
Geen toorn is het, waardoor ik voor u
optreed, maar omdat ik niet verdragen
kan, dat het volk zich te gronde richt.
Het volk wordt overheerscht door de booze
macht van den alcohol; du» wie zijn volk
lief heeft, schare zich bij de geheel-ont
houders, want liefde voor het volk en
het glas kannen niet samengaan. Hierme
de eindigde de heer Schermerhorn zijn
boeiende rede.
Na eene korte pauze betrad de heer
Van der Heijden het spreekgestoelte. Hij
begon met de woorden aan te halen van
den Engelschen kardinaal Mauning, die
aan den rand des grafs staande, over één
ding spijt gevoelde, namelijk, toen hij het
kwaad door den drank in de wereld ge
bracht inzag, dat hij dien vijand niet vroe
ger den oorlog had verklaard. En wat doen
wij? Wij handelen als de struisvogels, die
hun kop in het zand of achter een struik
steken, omdat die domme vogels meenen
dat geen gevaar hen kan treffen als zij
het niet zien. Zoo ook vreezen wij het ge
vaar van den alcohol niet als wij het niet
zien. Toen de alcohol uitgevonden was,
heeft de duivel de vlag uilgestoken en
dat was goed gezien van den duivel, want
door alcohol te gebruiken doen de men
schen dingen, die des duivels zijn. De
Staat geeft verguning tot het verkoopen
van alcohol, door welks gebruik zoovelem
ten onder gaan. Jaarlijks wordt door het
volk in ons land 80 millioen gulden ge
offerd aan den drank, dat is meer dan een
rijksdaalder per seconde en dat vergUBt
men. Het volk lijdt honger en zoekt dien
te verdooven door jenever. Als wij niet
opkomen tegen het kroegloopen, dan ge
ven wij vergunning, laten we daarom ous
acburen aan de zijde van de bestrijders en
de maatschappij verlossen van de ellende,
door den drank veroorzaakt. Van de 100
gevangenen zitten er 70 tengevolge vaD den
drank, de krankzinnigengestichten zijn voor
de helft erdoor gevuld. Er wordt alge
meen geklaagd over slechte toestanden en
men drinkt en laat toe, dat het voedzame
koom wordt verstookt tot jenever. Geef
het volk goed onderwijs, zeide men en ge
krijgt leege gevangenissen. Welnn, de scho
len sijn vol, de gevangenissen zijn vol
ende kroegen zijn vol. In Duitsch-
land werd in 1886 voor 300 millioen gul
den aan jenever gebruikt. Hoeveel wonin
gen had men daarvoor niet kunnen bou
wen? In Zwitserland besteden de arbeiders
7, van hun weekloon aan alcohol. In Bel
gië is in 30 jaar 500 millioen aan onder
wijs besteed, toch zijn de gevangenissen
vermeerderd. Het onderwijs kost per jaar
20 millioen; de drank eischt 120 millioen.
Meer dan 73 óer ziekten komen voort
uit gebruik vau alcohol, zeggen de Engelsche
doctoren.
Hospitalen, krankzinnigen—gestichten,
bordeelen, zij zijn gevuld voor een groot
gedeelte door drankzuchtigen. Het geluk
gaat de deur uit, als de drank erin komt,
de zelfmoorden nemen toe, naarmate het
drankgebruik toeneemt. De drankzucht is
eene ziekte, erfelijk als de tering. De zon
den der vaderen gaan over op de kinderen
tot in het derde en vierde geslacht. Dar-
win heeft gezegd, dat geen oorzaak zoo
veel lijden en ellende veroorzaakt als de
drauk. Duurt het drinken voort, de fami
lie sterft uit en de kinderen moeten boe
ten voor de zonden der ouders. Hierna las
de spreker een stukje voor uit het Sociaal
Weekblad: getiteld ^Dronkenschap en echt
scheiding," waarin een huisgezin geschetst
wordt, waarvan de man en vader verslaafd
is aan den drank, de zuur verdiende pen-
niugen dei vrouw verteert en er voor deze
laatste geen termen te vinden zija waarop
zij eene echtscheiding kan aanvragen.
[In een onzer vorige nummers hebben
wij dit stukje reeds geheel opgenomen,
(Red.)]
Voor de weduwen en weezen der op
Lombok gevallenen, ging spreker vooit,
zijn gelden bijeen gebracht en is een fonds
gesticht en daarbij dulden wij het( dat er
hier jaarlijks veel meer sterven door den
alcohol. In ons land woedt de vijand, ja
ook hier te Nieutoe Niedorp. "Wat kunnen
wij daartegen doen Het drinken laten en
anderen overhalen ons voorbeeld te volgen»
Geen eervolle vermelding zal ons dan ten