De eerste bezendingen
lammeren van de eilanden zullen den
kelijk a.s. Woensdag aan de losplaat
sen bij de Kolhorner Haven arriveeren,
om verder naar de Schager weekmark
ten getransporteerd te worden. Het ver
voer geschiedt uitsluitend in de over
dekte zeilschuiten en het vervolg der
reis in opene aken. Den nacht van
Woensdag op Donderdag brengen de
jonge dieren in de daarvoor ingerichte
stallen te Schagen door.
Men meldt nader om-
trent het gebeurde te JOURE:
De winkelier Kleefstra heeft iemand
in zijne nabijheid wonen, die slecht be
kend staat. Hij maakt veel gebruik van
sterken drauk, is dan opgewonden en
lastig. Met dezen persoon had K. ruzie
gehad over de plaatsing van een vat in
een steeg, en die persoon was daarbij in
drift ontstoken. Toen nu ongeveer half-
twaalf het gezin van K. in de kamer
zat, klonk een schot, dat vier ruiten ver
brijzelde en zells de sponning daartus-
schen. Niemand werd gedeerd en dade
lijk ijlde men de straat op, waar men
bedoelden persoon zag vluchten.
Er is dus reden te vermoeden dat hij
de dader is.
Ter Overdenking.
Levendbeg raven.
De Grieksche bladen melden het
volgende vreeselijke feit
De consul van Italië te Mersin, Azi
atisch Turkije, Ovidio Rossi, oie verle
den week stierf, werd met groote
plechtigheid begraven. De overheden
van het consulair korp woonden den
dienst bij en de bijzetting had plaats
op het Katholieke Kerkhof.
's Avonds echter hoorde de kerkhof
bewaker zeer duidelijk kreten in het
verschgesloten graf. Vol schrik ging hij
de familie waarschuwen. Men liep naar
het kerkhof en opende de kist.
Een vreeselijk schouwspel kregen de
aanwezigen te zien het lichaam was
vreeselijk verwrongen en had zich in
de kist omgekeerd, de haren waren
uitgerukt, het aangezicht opgezwollen,
de oogen puilden uit de kassen, de
vuisten waren gebald. Ovidio was le
vend begravenhij was gestikt in de
kist.
Gemengd Nieuws.
Te Berlijn is een Poolsch
werkman wegens Majesteitschennis tot
een jaar gevangenisstraf veroordeeld,
omdat hij een klein meisje had aange
zet, een bal, waarmee zij speelde, te
werpen tegen de portretten van de
Keizer en de Keizerin, welke in de
kamer harer ouders aan een muur hin
gen.
Drie parabelen van Tolstoï.
Als eene zeldzaamheid
deelt men ons het voleende mede. De
heer B. te WINKEL had onder zijne
kippen eene, die eecige dage* aan eene
riekte scheen te lijden. Het dier kon niet
meer eten, bewoog zich slech eo had ee-
nen opgezwollen krop. Hij liet het dier
opereereu en vond in deu krop ailerhanden
stollen, die als voedsel geheel ongeschikt
waren. Na alles goed verwijderd te heb-
bcu, werd de wond met gareu dicht ge
naaid en het dier licht verteerbare kost
tot voeder gegeven.
De kip ziet er weder goed nit en zal
waarschijnlijk geheel genezen.
Men zegt wel eenseeue zieke kip is
niet licht te genezeo, doch hieruit ziet
men, dat eene kippenoperatie toch ook
wel met goed gevolg kan plaats hebben.
De heer Jb. Knijper te
BARSINGERHORN ving eenigen tijd
geleden een vreemden vogel. Hij wist hem
eenige dagen in het leven te honden en
besloot hem aan het Genootschap „Natura
Artis Magistra* ten geschenke te geven.
Het dier stierf echter en nu zond hij den
dooden vogel op. Htt geschenk is, volgens
door den heer K. ontvangen schrijven,aan
vaard en in het Museum „Fauna Neer
landica geplaatst. De vogel bleek een ple
vier (Charadrins apricarius) te zijn.
Bijde wekelijksche Thee
Thomeon's verloting is de prijs f 25.- op
Woensdag 1 Mei 1895 gewonnen door
le prijs 110.door J N. v. d. Swierden^
le. v. Swindenstraat 122 Amsterdam. 2e
ptijs f 10.— door Mej. N. J. Lamman,
Alkmaar. 3e prijs f 5door C. Over
Oud-Carspel N. H.
Vermindering van pacht.
De gemeenteraad van KAMPEN heelt
een adres van 86 pachters van etaderven
op het Kampereiland, verzoekende vermin
dering toe te staan van 20 pet. hunner
pachtsommen, in handen gesteld eener com
missie van 3 leden, ten einde te onderzoe
ken hoe in deze zaak dient gehandeld te
worden.
Onder de zinspreuk: „Een
dracht maakt macht" circuleert te KOL-
HORN, en hoogt waarschijnlijk op meer
plaatsen met Schagen als Centrum, een
ïnieekenlijst. Tegen betaling eener jaar-
lijksche contributie van 25 ct. wordt men
bij teekening lid eener vereeniging,
die den strijd tegen het vrijhandel-stelsel
op Landbouwgebied verder wenscht aan
te binden. De lijst is rnim van handtee-
keningen voorzien.
Op den verhuisdag trol
de werkman J. D., arbeider bij den land
man D. S., te SINT MAARTEN, een ver-1
schrikkelijk ongeluk. Met den wagen,
waarop zijn huisboedel geladen was, ter
nauwernood op de kluit gekomen, die naar
de gemeente Zijpe voert, maakte een der
paarden eene averechtsche beweging, zoo
als men zegt, doordat eeD der strengen bij
't neergaan onder een der beenen geraak
te. J. D. van den wageu springende, ont-
v ngt een trap van bet paard en wordt
met verbrijzeld been op de plaats des on-
geluks aangetroffen, vanwaar hij naar het
Armehuis te Sint-Maarten is vervoerd ge
worden
J e u e v e r v e r b r u i k!
Uit Schiedam schrijft men
„Het veraccijnsd binnen- en buiten-
laDdsch gedistilleerd, bedroeg in de drie
laatste jaren
1892 4.12.647
1893 416.470
1894 420.077
Terwijl hetjeneververbruik per hoofd
der bevolking, dus kiuderen en vrouwen
ook daarbij, dooreengerekend in 1885 nog
9.10 liter bedro-g, is dat nn in 1894
tot op circa 8,82 iiter per hootd en per
ja r betaald.
Het verbruik in 1889 was 8.77 liter
per hoofd.
Doch van 1891 af teen het no£ 8.94
liter was, gaan «ij langzamerhand achter
uit, of liever vooruit!
Wat inzonderheid Schiedam betreft
de uitvoer van gedistilleerd naar het bui
tenland bedroeg in 1894 468.64 hectoliter
tegen 44.282.45 in 1893 en 48.114.79
H.L. in 1892.
Naar Amerika werd uit Schiedam nog
1892 toen evenwel die uitvoer bij een
twintigtal jaren vergeleken, geweldig was
verminderd uitgevoerd voor eene waar
de van f 158.208.11 en nu in 1894 voor
eene waarde van f 99.791.04. Hieibij moet
echter rekening worden gehouden met de
omstandigheid dat de gemiddelde prijs van
den moutwijn (de grondstof voor de jene
ver) in 1892 f 8.04 per H.L. (zonder
fust of accijns) en in 1894 gemid
deld f 5.24 per H.L. bedroeg.
Er waren dagen, dat men niet meer dan
4 gulden per 100 liter moutwijn kon be
dingen.
Er bestaan in Schiedam thans nog 199
branderijen en 1 alcoholf-briek, in 't ge
heel Jniet veel meer dan de helft van vroe-
Ser'
Het schijnt, dat maatschappijen op aan
delen zooals de gist- en spintnsfabriek
van den beer van Marken te Delft, de
kleine fabrieken langzamerhand, niet in kwa
liteit, maar in productie overvleugelen zul
len.
„Sluit Schiedam (Delft)» luidt het wacht
woord. Maar zon het baten zoolang
vreemde spiritoaliën, zooals cogDac,
spiritus enz. ons land bijna ongehinderd
binnenkomen P Al ware het, dat hier
3chiedam werd afgebroken, en Delft ban
kroet sloeg, de „Buitenlanders» zouden
ons volk wel blijven vergiftigen. Stand.
De moordte ENSCHEDE.
Het onderzoek der justitie in zake den
moord op Terriet, heeft thans aan het
licht gebracht, dat de dader van Jen moord
is,de 18-jarige O. M. Plas, wonende inde
buurt „de Krim" te Enschedé. Genoemde
O. M. Plas is werkzaam in een der fabrie
ken te Gronau, en werd van daaruit reeds
naar Enschedé overgebracht, teneinde te
worden verhoord.
De dader heeft schuld bekend.
Da zaak moet zich volgenderwijzs heb
ben toegedragen
Toen Zondagavond de verslagene zich
met twee vrienden naar huis begaf, ont
moetten zij zes personen, waaronder ook
G. M. Plas, die plotseling op het drietal
toeschoot en aan Terriet den noodlottigen
steek toebracht, die hem terstond deed ter
aarde storten.
Eenigj oogenblikken later was hij reeds
een lijk. Het zestal was spoedig verdwe
nen.
De verslagene Terriet staat niet zeer
gunstig bekend.
Door en door Solide!
„Alles gaat in deze wisselvallige wereld
voorbij. Men ziet er eiken dag voorbed
den van, schrijft de V e e n d. Cf. „Zoo
werden onlangs allen, die belang stellen
ia al wat eerlijk betalend, degelijk, in 't
kort wat solied is, verblijd door 't bericht,
dat te GRONINGEN was opgericht de
„Nederlandsche-Failliet - Waarborg - Maat
schappij.» Mocht de titel niet erg duide-
delijk en voor meerdere uitleggingen vat
baar zijn, het prospectus beloofde veel en
sprak in ronde taal.
De maatschappij wilde hare leden waar
borgen tegen schade, die zij mochten ko
men te lijden bij „eventueel of kennelijk
onvermogen hunner debiteuren Zoo stond
er. En de Maatschappij vroeg, als meer
van haar degelijke zusters, soliede agen
ten, in alle deelen des Rijks. En wie er
een aandeel in wilde nemen, moest vooraf
een solide som als cautie betalen ten alle
tijde zijn boeken openleggen en dergelijke
buitengewoon soliede voorwaarden meer.
Men ziet het, de inrichting was van
overstelpende soliditeit.
En thans is deze door en door solide
„Nederlandsche Failliet-Maatschappij»
't bedroeft ons het te moeten zeggen
bankroet.
De ijverige directeur is, als men met
vorderingen komt, nit de stad, de zaak op
de flesch en de solide agenten zullen ze
ker naar andere bezigheden moeten omzien.
bedwang wist te houden. En het vind van
het verhaal van dan woedenden kuiper, die
in een vat zat, is zooils wij het vinden
opgeteekendverschijnen voor den rech
ter wegens mishandeling en verzet tegen
de politie.
Sprenken en spreekwoorden.
De wijsheid en de ervaring van enkele
personen of van geheele volken heeft zich
te allen tijde pogen uit te drukken in
spreuken en spreekwoorden. En deze heb
ben over het algemeen iets zeer aantrek
kelijks. In beknopten vorm worden ze ge
makkelijk in het geheugen opgenomen en
bewaard, kunnen soms diepen indruk ma
ken, en ontzaglijk veel goeds stichten.
Meer dan vele lang redeneeringen en diep
zinnige woorden, blijft zoo'ii spreuk of
spreekwoord ons soms in het geheogen
gelift en op het sterfbed oefent vaak nog
zijn kracht, wat we eens lazen op het
schoolbord, toen we nog op de schoolban
ken zaten.
Wie vermag in cijfers voor te stellen
welk een nat, welk een gezegenden in
vloed op ons leven hebben nitgeoetend,
voor hoeveel kwaad in gevaarlijke oogen
blikken ons hebben bewaard, woorden als
deze
„Eerlijk dunrt het langst."
of„Al is de lengen nog zoo snel,
De waarheid achterhaalt haar wel."
of„Gestolen goed gedijt niet.»
Intusschende zaak heeft ook haar
schaduwzijde.
Maar al te veel sprenken en spreek
woorden zijn de uitdrukkingen van een
zeer platte en alledaagsche levensbeschou
wing, van zeer onedele beginselen, van een
hoogst erbarmelijke zedeleer, van een el
lendige soort godsdienst of wel van wer
kelijke onzedelijkheid en goddeloosheid, al
gebruikt men ook een zeer vroom klin
kende taal. Maar al te dikwijls worden
soortgelijke spreukeu, of spreekwoorden,
door konderden gedachteloos nagesproken
en richten ontzaglijk veel kwaad aan
met die ellendige spreekwoorden op de
lippen begaat men, zouder de minste aar
zeling, allerlei zonden en verontschuldigt
men zonder eenige gewetenswroeging, heel
wat kwaad als, 't gepleegd is.
Wie zal schetsen al de ellende, ver
oorzaakt door spreekwoorden als dtze:
„Wie eens steelt, is altijd een dief*
of„Er is geen koe bont, of er is een vlek
je aan
Redeneeit zooveel ge wilt, pnt u uit in
allerlei vertoogen over de harteloosheid en
de karakterloosheid en de goddeloosheid,
waarvan deze en soortgelijke spreekwoorden
getuigenalles om niet I Morgen
worden ze u weer voor de voeten geworpen
als onomstootelijke, onbedriegelijke waarhe
den, als de meest proefhoudende resulta
ten van alle wijsheid en levenservaring.
Eu daarom, laat ons ter wille van andere
en van onszelven, ook in dit opzicht op
onze hoede zijn Toetsen wij de waarheid
van elke spreuk of elk spreekwoord aan
ons verstand, aan ons hart, aan ons gewe
ten, en bezigen we zoo'n spreuk of spreek
woord nooit, zonder te weten, wat we er
mee willen en doen
RoltNieuwsblad. I. W. B.
vet. Deze goede eigenschappen kannen al-
les'n dan tot haar goed recht komen, wan
neer het lijuzand goed wordt toebereid.
Gewoonlijk wordt het geweekt of gekookt
hierdoor wordt bloot het slijm, dat de
bast of zaadhoid in groote hoeveelheid be-
*at, opgezwollen; de zaadhaid zelf, die de
eigeulijke voedingsstoffen bevat, blijft en
verhindert de inwerking der ma-gsappen
op die stoffen. Bovendien verhindert bet
slijm nog de inwerking van de spijsver-
teringsvochten op het zaad. Deze gaan
daardoor voor 't groots e deel onverteerd
den mest over. Lijnzaad moet niet an-
1Q
ders dan geplet gevoerd worden.
Gedresseerde eieren.
Algemeen bekend is de aardigheid om
een ei op zijn punt te laten staan door
het hard op tafel neer te zetten, zoodat de
punt. indrukt. Aardiger wordt het toertje,
wanneer men bepaalt, dat het ei niet be
schadigd mag worden.
Hiertoe behoort de volgende bewerking
te geschieden.
Men neemt twee eieren (ongekookt) en
blaast deze door middel van een groot
en een klein gat, in beide zijden van het
ei gemaakt, geheel leeg. Zijn de overge
bleven schalen inwendig droog geworden,
dan vult men No. 1 voor ongeveer
met droog fijn zand en maakt daarna de
gaatjes met witte was zorgvuldig dicht.
In No. 2 doet men voor ongeveer
gips met water, dun aangemaakt, waar
door het fijne gaatje van zelf gesloten
raakt, terwijl na hard worden van het
gips het grootere weer met was gesloten
wordt. Nn worden ds eieren op een ken
baar plaatsje in den schotel op de huista
fel gelegd en bij het ronddienen door den
grappenmaker voor zich uitgekozen. Tot
ieders verbazing kan ei No. 1 in iederen ge-
wenschten stand gebracht worden, b.v. bo
venop een flesch, terwijl No. 2 evenals een
duikelaar altijd op de punt komt te staan.
In ei no. 1 bepaalt het zand altijd het
zwaartepunt op de gewenschte plaats, ter
wijl in No. 2 het vastgehechte gips steeds
het zwaartepunt iu de punt houdt.
het eenvoudigste antwoord op die vraag
Immers, bij vele liefhebbers van visch,
inzonderheid bij vele huisvrouwen,
bet als een algemeene vaste regel, dat
men alleen schelvisch moet eten in de
maanden, in wier naam eene r Voorkomt
dus van September tot einde van April'
en dat de viscli later slecht wordt en
wormen heafl. Op deze meening heeft het
blad hit volgende aan te merkeD. In den
'nerlst begint bij den schelvisch de voor.
bere-ding tot de voortteling, die in Febrn!
ari en Maart plaats heeft.- Dat wil Zet>.
gen in dien tijd van voorbereiding ontwik,
kelen zich de eieren en de hom, waartoe
zij een gedeelte tot zich nemen van het
voedsel, hetwelk de visch gebruikt. In
December en Januari begint de trek der
schelvischen naar de groote diepten en
strekeD, die hun wel niet zulk eene vol.
beid van voedsel opleveren ais de kust
streken, maar die ze tcch in afwachting
der voortplantings-periode opzoeken. Heb°
ben zij onder die mindere gelegenheid tot
voeding reeds te lijden, na afloop der voort-
plantings-periode zijn ze geheel uitgeput.
Vandaar dat ze, om weder te bekomen in
Maart en April slap en mager raar de
Kust terugkeeron, waar zij rijkelijk voed-
sel vinden en in Juni en Jnli het vetst
en stevigst zijn. Het is bekend, dat er
naar schelvisch het meest woidt gevraagd
in deu vastentijd, alzoo in een tijd,
waarin het knitschieten pas is afgeloopen.
Na den vastentijd en wel juist in den
vollen zomer, wanneer de schelvisch zich
goed heeft gemest aan het vele gewormte,
hetwelk hij in de zomer rijkelijk aan den
zeebodem vindt, wordt hij niet aangekeken
en dientengevolge dikwijls voor spotprijzen
verkocht, ofschoon de visschen alsdan veel
frisscher ter markt komen dan in den win
ter en oak veel vleeziger en steviger zijn.
De bewering dat schelvisch in den zomer
met wormen is bezet, is eenvonding een
gevolg van het feit, dat wanneer er nog
enkel onuitgesneden schelvisch ter markt
kwam, men daarin wormen heeft gevonden.
Maar die waren dan toch alleen in de maag.
En wanneer de visch pas kort geleden
was gevangen, dan was dat gedierte in
de maag nog levend en poogde bij het
opeusnijden er uit te kruipen. Zóó is het
gekomen dat menige huisvrouw zich ver
beeldt dat de geheele schelvisch des zo-
meis met wormen is bezet.
Hectoliter ad
45% sterkte
Een treurige historie van
een man, die in een vat zat en daardoor
voor den rechter zal moeten verschijnen.
Een kuiper van Revel (Haute-Garonne)
maakte een wijnvat van buitengewone af
metingen een leerling hielp hem. Het
werk was bijna afhet vat behoefde nog
slechts gesloten te worden. De kuiper
springt in het vat, om nog eens te zien
of alles goed in orde was en roept den
leerling toe „'t is goed, je kunt sluiten!"
en de leerling sluit het vat.
De kuiper bemerkt nn, dat hij in zijn
eigen fabrikaat opgesloten zit, het wordt
hem angstig te moede en hij huilt erbar
melijk.
Buren en burinnen, vrienden en kennis
sen komen toeloopen en hooren het ge
weeklaag van den kuiper in de ton. Doch
zij bespotten hem en steken geen band nit
om hem te redden en steeds komen er
meer bnren en burinnenen hoe grooter
hun aantal, hoe luider hun spotternijen en
hoe woedender de kuiper, die in zijn vat
zit. Hij zweert, dat hij zich zai wreken, en
om zijn bedreiging tot uitvoering te kun
nen brengen, kruiot hij door het groote
spongat. Zijn klecren scheuren hem van
het lichaam, het bloedt loopt hem laDgs
het gelaat en kleurt zijn wangen rood als
vuur en vuur glom er ook in zijn oogen,
vnnr van heiligen toorn.
Eindelijk valt hij uit het gat op den
grond, er ligt een zware knuppel in den
nabijheid en daarmede dorscht de verloste
kuiper op de buren en zijn vrienden en
kennissen, die hem hadden bespot in zijn
verdriet. Er ontstond groote ontsteltenis,
tot de politie kwam, die ook gedorst werd,
doch eindelijk dea woedenden kuiper in
Suikerala voeding.
De Engelsche hoogleeraar dr. Yaughan
Harley heeft op zichzelf proeven genomen
met de kracht welke het gebruik van sui
ker geeft. Hij heeft daarbij bevonden dat
men in den namiddag sterker is dan io
den voormiddag, en wei het zwakste 's
voorin, tegen 9 uur, het sterkst 'a nam.
te 3 uur.
Als men zich enkel met suiker voedt,
kan men evenveel arbeid verrichten als
met gewone voeding, maar men gevoelt zich
eerder vermoeid. Het enkel gebruik van
een pond suiker maakt dat men 60 tot
70 pCt meer arbeiden kan dan bij ge
heel vasteD. Door bij den maaltijd sui
ker te gebruiken kan men 8 tot 40 pCt
meer arbeid uitrichten. Neemt men 50
gram suiker dan verdwijnt de vermoeie
nis die men gewoonlijk tegen 5 uur waar
neemt.
De bevindingen van prof. Harley beves
tigen overigens reeds erkende feiten. In
landen waar suikerriet groeit, zooaïs in
de Antillen, zijn de negers in den werk
tijd als zij grootendeels zich met suiker
vceden, veel kiachtiger dan iu stille maan
den.
Men heeft ook aaubevolen het vee in
mime mate met suiker te voeden en of
schoon daartoe de zwaar belaste broodsui
ker zeker wat duar is, hebben proefnemin
gen in Oostenrijk bewezen, dat men met
melasse,de niet meet kristalliseerbare stroop
die bij snikerbereidiug wordt verkregen,
het doel uitstekend bereiken kan.
Yeegen wij er nog bij, dat prof. Har
ley zij krachtproeven nam, door om de
tweede seconden met den middelvinger van
de linkerhand een gewicht van 3 K. G.
en met dien van de rechterhand 4 K. G.
op te heffen. De verrichte arbeid werd
daarbij op een toestel afgeschreven.
II et lijnzaad heeft als
voedingsmiddel groote waardehet is
licht verteerbaar, werkt uitstekend op de
spijsverteringsorganen, heeft een hoog ei
witgehalte en bijzondere licht verteerbaar
Hoe rein en frisch een
melkkamer cok moge zijn, toch mag zij
neen room bewaren, onder dan 3 dagen.
De ouderdom gaat ook hier gepaard met
gebreken eerst te zure room, daarna slech
te smaak der boter. Om den graad der
zuurheid vau den room te bepaleD, kan
men gebruik maken van lakmoespapier,
dat een blauwe kleur heeft, die door „zuui"
verandert in rood. Wordt het blauw zacht-
rood of rooskleurig, dan is de room goed
voor de karn. Wordt het absolnut rood,
dan is de room te zuur, terwijl geen of
weinig kleurverandering een le zwakken
graad van zuurheid aanduidt. Te zuren
room kan men ontzuren met dubbel kool
zure soda.
Gehuwd man, die een da-
raa wil plagen Maar waarom ben je niet
getrouwd, Betsy Je hebt nn al de drie
kruisjes achter den mghel wordt nu
meer dan tijd.
Betsy Ocb, wanneer ik zoo gemakke
lijk te voldoen was als uw vrouw, zou
ik reed3 lang gehuwd zijn
E en nieuwengroeten soort.
Onder de nieuwigheden, welke bet
buitenland ons dit jaar oplevert, behoort
de reuzen-radijs.
Waar deze reuzen-radijs gewonnen is, is
niet met zekerheid bekend. Maar het doet
er ook niet toe. Men vertelt dat ze is
ontstaan door een kruising van onze ge-
woue ronde radijs met zomer-ramenas, en
dan is het wel duidelijk, ,dat ze van de
eerstgenoemde nogal aanmerkelijk moet
verschillen.
Toch üiet zooveel als men allicht zou
denken. Ze is wel is waar viermaal zoo
groot, maar heeft den smaak van onze
radijs geheel behouden. Ze heeft het geu-
rige, milde, pittige van radijs, zonder iets
van het scherpe bijtende van de ramenas.
Ondank de grootte, ziju haar knollen vroeg
rijp men zegt zelfs, dat ze gelijk klaar
zijn met de vroegste radijs. Wat hiervan
aan is zal natuurlijk wel blijken.
Een ander voordeel is, dat men haar
bet geheele jaar door kan zaaien- Ook 's
winters in de bak gezaaid, voldoet ze uil-
muutend, want het loof blijft kort.
De groote vraag is, of het publiek van
zoo groot radijzen zal zijn gediend. In elk
geval zijn er enkele jaren mee gemoeid om
het wantrouwen er tegen te overwinnen.
Wanneer is de schelvisch
het schoonst Iu den tijd waarin hij het
minst wordt gegeten en het goedkoopst
is I Lat is, zegt ten Duitsch visscherijblad,
In een goed stuk weiland groeide slecht
gras de eigenaars maaiden het weg, maar
het kwam des te sterker weer op. Een
verstandige boer raadde hun nn aan, om
't gras niet te maaien, maar met den
wortel uit te roeien. Dezen raad sloegen
ze in den wind en ten slotte was 't gehee
le weiland met het slechte gras begroeid.
Toen heriunerde zich een man den raad
van den goeden boer en bracht dien ook
in 't geheugen der anderen terugmen
lachte hem evenwel nit en overlaadde hem
met hoon en spot, men maakte hem voor
gek uit of stelde 't voor, ais gaf hij met
slechte bedoelingen zijn wenken.
„En lóo is 't mij ook gegaan», zegt
Tolstoï, „toen ik de menschen herinnerde
aan 't Evangelisch voorschrift om het
kwaad uit te roeien.
Er waren menschen, die handel dreven
in meel, bofer, melk en andere levens
middelen. Om spoediger rijk te zijn, meng
den ze allerlei vreemde bestanddeelen on
der hun warenkrijt in 't meel, water in
de melk, margarine iu de boter. Lang-
zimerhand kon men met anders dan ver-
vaischte waren in de stad krijgen en de
inwoners raakteo er zóó aan gewend, dat
zij er ten slotte zelfs niet meer over
klaagden.
Doeh daar kwam een vrouw van 't
platteland naar de stad, die nog gewoon
was zuivere en gezonde waren le gebrui
ken en die zich met de vervalschte niet
wilde tevreden stellen; zij voer tegen Je
kooplui in valsche waren uit en zei, dat
ze hun artikelen in discrediet zon bren
gen. De kooplui namen haar in de ma
ling en de gausche stad ging tegen haar
te keer, omdat zij de koopwaren in prijs
deed achteruitgaan en het er op scheen
aan te leggen, dat de menschen van hon
ger zouden sterveni
„En zoo is het mij gegaan», zegt Tol
stoï weder, „toen ik mijn denkbeelden over
de wetenschappen van mijn tijd ontwik
kelde. Toen ik er van in de *e-
tenschappelijke bazaars met „magarine
vervalschte wetenschap voorwette, die niets
gemeen heeft met de eenige, ernstige
wetenschap, heeft iedereen me uitgeschol
den, aaDgeblait en gezegd, dat, aangezien
ik zelf van professie geen wetenschappe
lijk man ben, ik niet bevoegd was om
over zulke groote dingen mee te praten.
Een groep van reizigers verdwaalde w
een bosch bij zonsondergang. Sommige11
gaven den raad rechtsaf te gaan anderen
de tegeovergestelde richting te volgen.
Een man was echter van meening,
dat 't het beste was, een oogenblik te
blijven staan, goed rond te zien, te over
leggen en dan den weg te kiezen naaf
den stand der sterren. Maar men luisterde
niet naar hemzijn reisgezellen dreven
den spot met het hem eu beleedigden
hem, omdat hij, volgens hen, ontmoediging
en lamlendigheid aanprees.
„En zoo is het mij alweer gegaan", zfg*
Tolstoï andermaal, „toen ik te verstaan gn|.
dat de weg, dien wij zijn opgegaan in
diepe woud der sociale quaestie, niet de goe
de weg ia, dien we moeten volgen; dat het
in alle geval beter is een wijle stil te
staan, om te overpeinzen en onzen verue-
ren gang te regelen naar zekere algemee
ne, voor alle eeuwen geldende grondbeg»0"