PLAATSELIJK NIEUWS.
In den op Dinsdag 31
Dec. 1.1. gehouden vergadering van den
Raad der gem. WIERINGERWAARD
werd de heer G. Brand* herbenoemd tot
lid van het Burgerlijk Armbe
stuur.
Besloten werd, met den heer K.
Schenk wederom een contract te sluiten
voor het gebruik van den ijskelder. Uit
de gehouden kasveriticatie bleek, dat het
batig saldo bedroeg f2302.185.
Provinciale Boud van
Harmonie- en Fanfarekorp
sen in Noord Holland. Bo
vengenoemde Bond hield Zondag te 12
uur in het hotel ,,De Doelen" te PUR
MEREND eene algemeene vergadering,
ouder leiding van den heer J. P. Groot,
voorzitter van den Bond.
Vertegenwoordigd waren de korpsen:
Amsterdam, Beverwijk, Broek in Wa
terland, Bussum, lip, Landsmeer, Stede
lijk Muziekkorps van Purmerend, Offi
cieel Stedelijk Muziekkorps van Purmer
end, Weesp, Winkel, Wormerveer en
Zaandijk.
.Knollendam was afwezig.
Uit de notulen bleek dat het volgend
concours zal worden gehouden op Zon
dag 5 Juli e.k. en den volgenden dag
te Beverwijk, waartoe door een in
gezetene aldaar gratis een stuk gronds
voor dat doel beschikbaar is gesteld, het
geen met dankbaarheid werd aanvaard.
Aan den burgemeester dier gemeente is
het eere-voorzitterschap aangeboden en
door hem aangenomen.
Uit het jaarsverslag, dat daarna werd
voorgelezen, werd medegedeeld dat de
korpsen Bovencarspel en Beets uit den
Bond waren getreden.
Herkozen werden de aftredende be-
hoofdbestuurders, de heeren J. P. Groot,
(voorzitter)Veldkamp, (ondervoorz
J D. Thie, (secretaris) en Hellings,
(penningmeester).
Besloten werd het tien-jarig bestaan
van den Bond in 1897 te Purmerend
te herdenken, tegelijk met het concours
daar te houden.
Vastgesteld werd de volgorde waarin
de verschillende corpsen dit jaar in Bever
wijk zullen optreden in de verschillende af-
deelingen en wel: lste ald Harmonie: Bus-
sem, Weesp 2e afd Harmonie: Bever
wijk, Amsterdamlste afd. Fanfare:
Broek in Waterland, Purmerend, Zaan
dijk 2de afd. Fanfare: Landsmeer, lip;
3e afd. Knollendam, Purmerend, (offi
cieel) Winkel.
De benoeming van 5 jury-leden
die buiten Noord-Holland zullen worden
gekozen zal Zondag, 19 Januari a. s,
plaats hebben in de vergadering met de
verschillende directeuren.
(Alg. Hdbl.)
Schagen, 8 Januari 1896.
Verslag der vergade
ring van den Raad, der ge
meente Schagen, ge
houden op Dinsdag 7
Januari, des mor
gens ten 10
ure.
Afwezig was de heer J. Stammes.
N a opening der vergadering en lezing
en goedkeuring der notulen, nam de
ling van den mol n en bleet vlak voor hët
water staan.
Jn'st op het punt tot waartoe Clare ge-
rarterd was, was de vloed breed en diep.
I'aarover liep anders een houten bruggetje,
maar nu h«dden de herfstregens het glad en
glibberig gemaakt, zoodat het planken voet
pad een zeer gevaarlijken overtocht bood.
Te-z bad den vorigen dag een klein ventje
er «oorzichtig en want lend over zien gaan,
wellicht had Clare zulks ook waargenomen;
boe bet echter ook zij, nu betrad hij echter
het plmken voetpad en schreed er op voort,
zorgvuldig den etnen voet langzaam achter den
ander zettend.
Zou hij haar in het water willen werpen?
Bijna scheen het zoo. De plaats was een
zaam en de vloed di p en breed genoeg om
een dergelijk voornemen ten uitvoer te bren
gen; hij kon baar naar beneden storten, wan
neer hij maar wilde en het was beter ge
weest, dan morgen vaneen te gaan en voor
eeuwig zich van elkander te scheiden.
Het water schoot warrelend onder heD
been, schnimend en borrelend, door het
maanlicht beschenen. Waren nn beiden in
bet water gevallen, dan hadden hare armen,
tich zco vast om hem geslagen, dat zij niet
meer los te makeD warenzij zonden de
wereld zonder smart verlaten hebben en
niemand bad hen ooit weder een verwijt
kunnen doen. Het laatste half nur dat bij
met haar zon hebben doorgebracht, was
heerlijk geweest, terwijl bij zijn ontwaken
de werkelijkheid weder zijne eischen zou
stellen en dit slechts een vluchtige droom
zou zijn.
Wel lachte haar dit voornemen toe, maar
zij had den moed niet, er aan toe fe geven,
eene beweging te maken die ben beiden in
het stroomende water zon doen storten.
Hoe weinig waarde zij san haar leven
hechtte, bad zij reeds getoond, maar het zij
ne - zij h«d geen recht, het op het spel
te zetten. Hu bereikte ongedeerd met baar
den and ren oever.
Hier kwamen zij op het terrein, dat on-
m'd el tijk aan bet oude kloostergoed grens
de, en ba-<r stivigtr vasthoudend, ging bij
'eenige schreden voorwaarts tot over bet
'vervallen koor van de oude kloosterkerk.
A-n den noordelijken wand bevond zich een
steecen bauk, waarop de toeristen gewoon
lijk huDne vermoeide leden uitstrekten.
Voorzitter, de heer S. Berman, het
woord en wenschte den leden in deze
eerste vergadering in het nieuwe jaar,
Heil en Zegen in Huiselijkeu en Maat-
schappelijken werkkring, tevens den
wensch uitsprekende, dai de raadsverga
deringen steeds zich mogen blijven ken
merken door den vriendschappelijken
geest en aangename verstandhouding,
welke een waarborg zijn voor de getrou
we behartiging der gemeente-belangen.
Tevens verzocht Voorz. den heer Hoog-
schagen het goed te vinden, dat zijn ia
de vorige vergadering gedaan voorstel
in de volgende vergad. als eerste punt
op de convocatie zal worden geplaatst.
Met het oog op de uitgebreide agenda
van deze vergad. keurt de heer Hoog-
schagendit goed.
Ingekomen waren
a. Schrijven van den Minister van
Waterstaat, mededeelende dat de door
den Raad aangevraagde hangwerken aan
de spoorweg-afsluitboomen zullen wor
den aangebracht.
b. Goedgekeurd terug van Ged. St.
de kohieren voor Hoofdelijken Omslag
en Hondenbelasting.
C. Goedgekeurd terug Begrooting
1896.
d. Procesverbaal-kasverificatie, d. d.
17 Dec., sluitende met een saldo ad.
f 6167.17.
e. Missieve Ged. Staten, houdende
goedkeuring der geldleening met den
heer P. Timmerman Dt.
1. Missieve van h.h. Kerkvoogden
der Hervormde Gemeente alhier, mede
deelende dat in hunne vergadering van
4 Januari 1.1. met algemeene stemmen
was besloten, een kerk te bouwen over
eenkomstig het door den beer J. A. G.
v. d. Steur vervaardigde plan B. Tegelijk
zonden h. h. Kerkvoogden hierbij een
situatieplan van kerk en toren op het
plateau, over hetwelk, daar deze geheel
afwijkt van den stand der afgebrande
kerk, het oordeel van den Raad werd
gevraagd.
g. Adres van den heer A. Kudders,
gedomieiliëerd alhier, verzoekende door
den Raad benoemd te worden tot
Makelaar.
In zijn advies zeide de Yoorz., de heer
S. Bermanhet volgende:
„Op grond van art. 64 van het Wet
boek van Koophandel is men vrij alge
meen van gevoelen, dat er geene make
laars kunnen worden aangesteld in on
roerende goederen. In de zitting van
den Raad der gemeente Amsterdam van
23 Febr. 1863 is dan ook een voorstel,
om voortaan volgens de zienswijze der
Ministers van Binnenlandsche zaken en
van Finantieën, alsmede van Gedepu
teerde Staten van Noordholland, geen
makelaars in owroerende goederen meer
te benoemen, aangenomen met 29 tegen
2 stemmen.
„Reeds vroeger hadden de besturen
van andere groote steden in ons land,
uit eigen beweging dergelijke besluiten
genomen en de quaestie, dat de betrek
king van zulke makelaars rechtens on
bestaanbaar is, is dus feitelijk beslist.
„De Raad der gemeente Rotterdam
heeft voorts in zijne zitting van 8 Aug.
1889 eene motie aangenomen, waarbij
eveneens verklaard wordt, dat de wet
geen aanleiding geeft tot benoeming van
makelaars in vaste goederen.
„Om deze redenen meen ik dat de
Raad den heer Kudders slechts zou kun
nen aanstellen tot makelaar in roerende
goederen.
Clare Lgtle haar zorgvuldig daa op m der
pu nadat hij tweemaal zijne lippen op de
bare gadrukt had, haalde hij diep adem, als
of een vurig door hem verlangd doel ba-
reikt was.
Yervolgengs strekte Clare zich uit op den
grond en viel in een diepen slaap. De drang,
die hem tot dit alles had aangezet, scheen
verdwenen.
Tesz richtte zich vanaf haar plaats op.
De nacht, ofschoon droog Gn in verhouding
tot het jaargetijde mild, was toch nog koud
genoeg, om hem bij langer blijven in dien
hall gakleuden toestand gevaarlijk te doen
worden Zoo Angel aan zichzelven werd over
gelaten, kon hij er morgen wellicht nog liggen
en zich een zware verkoudheid op zijn minst
op den hals halen. Zij zou hem kannen
wekken; maar dan moest zij zeggen, wat er
al geschied was en dit zou hem ten zeerste
krenken. Toch steeg Tesz van de bank af
en stiet bem zachtkens aanhet was on
mogelijk hem zonder hardhandig schudden
wakker te krijgen.
Daar viel haar plotseling in, dat zij eens
probeeren moest met kalm tot hem te pra
ten en zij fluisterde bem met kalmte en
vastberadenheid, zooveel het haar mogelijk
was, in het oor
„Laat ons verder gaan, Angel,* gelijktij
dig hem bij den arm vattend. Tot hare
vreugde gaf hij dadelijk bereidwillig hieraan
gehoor; hare woorden hadden hem blijkbaar
in een andere extase gevoerd, in welke hij
zich inbeeldde, dat zij hem als gedfct nit den
hemel verscheen. Zoo geleidde zij hem aan
haren arm naar de tot de wouing voeren
de Bteenen brug en daarover tot aan de
denr van het ouden heerenbuis. Tesz was
op bloote voeten en leed pijn op de ruwe
steenen en door de koudeClare had wol
len kousen aan en scheen van dit alles
niflts te voel»n.
Nn waren de zwarigheden evenwel over
wonnen. Zij legde hem op de sol» neder,
dekte hem warm toe en maakte een vuur
aan, opdat hij goed warm zou worden. Zij
dacht dat het gestommel hem wel wakker
zou maken, en eigenlijk wenschte zij het.
Maar zijn geestelijke en lichamelijke toe
stand was van dieu qprd dat hij niets
merkte.
WORDT VERVOLGD.
„Is echter zulk eene aanstelling voor
deze gemeente noodig Ik geloof het niet.
„Bovendien zou bij den Raad de vraag
kannen rijzen, of iemand als de heer
Kudders, die, ook al heeft hij zjjn ver-
huisbiljet nog niet opgevraagd, feiteljjk
reeds elders woont, door het plaatselijk
bestuur (lezer gemeente tot makelaar kan
worden benoemd. En of deze vraag niet
aan bedenking onderhevig is, zou ik
ongaarne bevestigend beantwoorden. Ik
voor mij, zou er echter geen gewetens
bezwaar in zien, den heer Kudders eene
aanstelling te verleeneu, oindat in Schagen
niet bestaat eene plaatselijke verordening,
waarbij, om tot makelaar te worden be
noemd, inwoning wordt vereischt.
„De heer Aadders heeft mij voorts ge
zegd, dat men te Amsterdam, de plaats
waar hij zijn domicilie denkt te vestigen,
in het geheel geen makelaar meer
aanstelt en dat hij daarom zoo gaarne wilde
dat de raad van Schagen kan goed vin
den, hem tè* benoemen.
„Ik heb derhalve de eer, den Raad te
adviseeren, den heer Kudders, die als een
fatsoenlijk en oppassend man bekend
staat, en dien wij allen zeker gaarne
willen helpen aan eene hem passende
betrekking, welke hem tevens wel
licht een behoorlijk middel van bestaan
oplevert, te benoemen tot makelaar in
roerende goederen.
De heer van der Maaten meent inwil-
ligging van het adres van den heer Kud
ders gevaarlijk, ten opzichte van de mo
gelijkheid, dat andere gemeenten wel
een minder vertrouwd persoon tot ma
kelaar zouden kunnen benoemen, die
zich dan hier te Schagen zou kunnen
vestigen. Met twee stemmen tegen, die
der heeren Bijpost en v. d. Maaten, werd
de heer Kudders tot makelaar aange
steld.
Conform voorstel B. en VY. werd be
sloten, de uitgaven voor den Tolkerdijk
te bestrijden uit den post onvoorziene
uitgaven.
Evenzoo werd met algem. stem. be
sloten, het maximum voor de heffing van
den Hoofdelijken Omslag, onder nadere
goedkeuring, vast te stellen op f7000.
10 opcenten.
Door B. en W. werd nu voorgesteld
de jaarwedde van den Marktmeester,
thans f 65.— bedragende, te verhoogen
met f 35.
De Voorzitter leidde dit punt aldus in:
„Door de vlucht, welke de markt voor
vette varkens alhier genomen heeft, zijn
de werkzaamheden van den waagmeester
op Marktdag zoozeer uitgebreid, dat hij die
bij zijne betrekking van Marktmeester
onmogelijk zonder assistentie voor het
wegen van varkens, kan waarnemen. Tot
heden is die hulp verleend door een der
gemeenteveldwachters. Dewijl echter een
der veldwachters dienst moet doen in de
boterhal, heb ik Donderdagochtend feite
lijk over geen politie te beschikken Buiten
dien ligt dit wegen niet op den weg der
gemeentepolitie.
„Om van gemeentewege een assistent
aan te stellen, is echter niet wensche-
lijk. Deze toch, zou later allicht wanneer
de betrekking van Waagmeester vacant
mocht komen, uit deze aanstelling eenige
aanspraak op de opengevallen betrekking
willen putten en B. en W. zijn van oor
deel, dat het wenschelijk is, de betrekking
van bode, markt- en waagmeester, door
denzelfden persoon te doen waarnemen,
omdat de daaraan verbondene wedden en
emolumenten te zamen een bestaan op
leveren.
„B. en W. achten het daarom beter,
dat de waagmeester zelf voor een ge
schikt assistent zorgt. Doch daar de wed
de als waagmeester slechts f 65.be
draagt en hij aangesteld is, toen de markt
voor vette varkens niet bestond, terwijl
bovendien deze markt geen onbelangrijk
voordeel afwerpt (de marktgelden die
vroeger ongeveer f 70.opbrachten,
klommen in 1895 tot ongeveer f200.
vinden B. en W. het billijk dat de ge
meente in de kosten van het
stellen van een assistent tegemoet
komt, door verhooging van de jaarwedde
des waagmeesters. Zij stellen mitsdien
voor, die tijdelijk te verhoogen tot f 100.
„Mocht later de varkensmarkt achter
uitgaan, en daardoor de drukte op markt
dag aan de waag verminderen of geheel
ophouden, dan zal op deze tijdelijke re
geling teruggekomen kunnen worden.
Met algemeene stemmen aangenomen.
Met het oog op de aanstaande verkie
zing voor een lid van de Prov. Staten,
vacature Rezelman, werden de heeren
P. Buis en O. Smit gekozen tot leden
van het stembureau.
'Bij de nu volgende rondvraag ver
zocht de heer P. Meurs, dat door B. en
W. worde overwogen, of het niet moge
lijk is, ter bevordering van het verkeer
op de Gedempte gracht op
marktdag, dat de stalletjes aan één rij
worden geplaatst, beurtelings week om
week aan Hoog- of Laagzijde.
Voorz. doet toezegging, te onderzoe
ken, in hoeverre aan dezen wensch zal
kunnen worden voldaan.
Op eene vraag van den heer lloog-
schagen antwoordt de Yoorz. dat de lig
ger der wegen waarschijnlijk nog in de
ze maand gereed zal zijn.
De heer IV. Roggeveen, wijzende op het
eventueel gebrek aan drinkwater hetwelk
in den zomer nu zou kunnen plaats
grijpen, geeft B. en W. in overweging,
een onderzoek in te stellen naar de kos
ten van het water van een artesischen put.
Mocht vroeger het boren van een nor-
tonpomp falen, Spr. heeft inlichtingen
gekregen omtrent de wijze van maken
van artesische putten, die hem doen ver
moeden dat hier in Schagen zulk een
put zeer goed tot stand zou kunnen wor
den gebracht.
Yoorz. belooft van en in deze door den
heerRogge veen gegeven wenken gebruik te
zullen maken om een onderzoek in te
stellen.
Nu giug de raad in comité, teneinde
van den heer A. G. v. d. Steur de
vereischte inlichtingen te bekomen met
betrekking tot de plannen van kerk- en
torenbouw.
De vergadering heropend zijnde,neemt
de heer v. d. Maaien het woord en her
innert er aan, hoe in der tijd door den
raad het besluit werd genomen, den to
ren in den geest van den verbranden to
ren weder te doen opbouwen. Spr. merkt
op, dat hij toen daarop zoo sterk aandrong,
uit een zeker gevoel van piëteit. Men
hecht toch veel aan de plaats zijner inwo
ning en aan den toestand waarin deze
zich bevindt. Toen vernam men daarna het
bericht der Kerkvoogdij, dat zij na dat
besluit het uitschrijven van een prijs
vraag nietmeer noodig achtte. Het spijt
nu spr. dat die prijsvraag niet is uitge
schreven, want nu heeft de kerkeraad,
door plan B. te nemen, den raad voor
een fait-accompli. gezet. We zijn nu wel
verplicht een toren te bouwen in den
geest der kerk.
De heer Hazeu verdedigt den Kerkeraad
door de mededeeling dat de Kerkvoogdij
geen kerk in den ouden stijl kan bouwen,
omdat zoo'n plan te veel geld kost. Plan A
toch zou 85 duizend gulden kosten.
De heer IV. Roggeveen had in den be
ginne gedacht, dat er overeenstemming
zou zijn betracht tusschen kerk en ge
meente. Thans is gebleken dat het kerk
bestuur van het aanvankelijk plan is af
geweken. Spr. had gaarne gezien dat het
kerkbestuur, vóór te besluiten, met den
raad bad geconfereerd.
De Yoorz. erkent dat de spits van den
ouden toren sierlijk genoemd mocht wor
den, doch den nieuwen toren volgens plan
B. zal men toch zeker niet onsierlijk
noemen? Ja, het kan zeer goed zijn, dat
men dien later nog mooier zal vinden en
nu het kerkbestuur besloten heeft, plan
B te volgen, meent Spr. dat men zich
nu ook dient te richten naar het oordeel
van den heer v. d. Steur.
Is de raad van dezelfde meening dan
is toch door het raadsbesluit van heden
het vroeger genomen besluit vanzelf ter
zijde gezet.
Overgaande tot stemming werd met
algemeene stemmen besloten, een toren
te bouwen volgens plan B. van den heer
v. d. Steur.
Hierna wordt de heer v d. Steur ter
vergadering genoodigd, waarna de Voor
zitter, de heer S. BermanZEd. aldus
toesprak
„Ik acht mij gelukkig, mijnheer van
der Steur, U te kunnen mededeelen, dat
de Raad met algemeene stemmen
zijne goedkeuring heeft verleend aan
plan B, uwer torenontwerpen, waardoor
u tevens opdracht is verleend, den to
ren naar dat ontwerp te bouwen.
„Aan deze vooral voor U zoo heuglij
ke mededeeling, verbind ik gaarne m ij-
n e n, neen, ons aller hartelijken geluk-
wensch.
„Belangrijk in ieder opzicht is de op
dracht waarmede men u heeft vereerd.
„Een schoon en eerbiedwaardig monu
ment is hier door brand jam
merlijk vernield. Honderden hebben
dat monument gezien, en zoo vaak zij
het zagen, moesten zij het bewonderen.
„Kan het dus wel anders, dan dat,
vooral de echte Schagers er zwak voor
hadden, als voor een dierbaar kleinood,
en dat zijne vernietiging als het ware
een deel van hun hart heeft medege
nomen
„Men was er aan gehecht en men
was er tevens trotseh op.
„Zalmen dat eens ook van uwe schep
ping getuigen
„Wij willen het hopen. Wij meenen
het te mogen vertrouwen. Gij staat be
kend als een bekwaam en kundig archi
tect en de door u ingediende projecten
zijn met zorg bewerkt en spreken van
een gekuischten smaak
„Daarenboven kunt gij wijzen op ver
schillende belangrijke bouwwerken door
u ondernomen, waaronder de Remon-
strantsche Kerk te Haarlem en het nieu
we Brongebouw aldaar, waarlijk niet de
minste zijn.
„Wij dragen dus het werk aan u op
met den wensch, dat Schagen's nieuwe
kerk en toren, u tot glorie en de ge
meente tot sieraad zal verstrekken.
De heer van der Steur zegt daarop
den Voorzitter dank voor de welwillende
woorden op hem uitgebrachtbetuigt
aan den Raad zijne erkentelijkheid voor
de hem verleende opdracht, belooft het
werk met den meesten ernst uittevoeren
en spreekt den wensch uit, dat men
eenmaal zeggen zal„het oude was
mooi, maar het nieuwe is niet minder."
Vervolgens wordt het „heien" als punt
van bespreking ingeleid, enz.
Thans volgde de bespreking over de
vraag: moet de nieuwe toren onderheid
worden, ja of neen?
De heer v. d. Steur meende in zijn be
redeneerd ontwerp dat onderheiïng
niet noodig was. De geheele zwaarte van
den toren 1350000 kilo. Deze zwaarte
wordt verdeeld over een grondvlak van
132 M2. In den grond komt na ontgra
ving een betonlaag van 75 c. M. dik
te ter oppervlakte van 132 M2.
Hierop komt een steenfundeering van
72 M2 oppervlakte, ter dikte van 1
Meter; op deze steenfundeering komt dan
de toren.
Door den heer v. d. Steur werd nu ge
wezen op bouwwerken in andere landen
en ook in ons land, waar men op een
gelijke kleilaag als de heer v. d. Steur
uit de voor hem gedane boringen meen
de hier te mogen veronderstellen aanwe
zig te zijn, zelfs veel zwaardere gebou
wen met succes en zonder heiwerk had
gesticht.
Maar de heer v. d Sleur zou gaarne
het oordeel vernemen van vakmannen,
die hier beter met de geaardheid van
den grond bekend waren, dan hij.
De voorz. licht toe, dat door hem te
dezer zaken twee bouwkundigen zijn ge
raadpleegd de heer C. Visser en de heer
Vlaming.
De heer C. Visser had verklaard het
met den heer v. d. Sleur eens te zijn,
dat hier niet behoefde geheid te worden.
De heer Vlaming, nu het woord ver
krijgende, betoogt de dringende noodza
kelijkheid van heien; waarschuwt den
heer v. d. Steur, vooral niet op zijne
grondboringen te vertrouwen, want de
geaardheid van den grond in onze ge
meente is hem uit zijn ruim 35-jarige
ondervinding gebleken ten eenenmale on
betrouwbaar te zijn.
De heer Vlaming staaft zijne meening
door het noemen van verschillende bouw
werken in onze gemeente en in omlig
gende gemeenten, die bij veel minder
zwaarte reeds de nadeelen van het niet-
heien tot groote schade van den eigenaar
ondervonden.
Bovendien, de kosten van een paal-
fundeering zal slechts een verschil geven
van f 200 ongeveer. En dat is toch ze
ker te gering om niet het wisse voor
het onwisse te nemen.
De heer v. d. Steur verklaart ten slot
te, afgegaan te zijn op de door hem ge
dane grondboringen en is na de door
den heer Ylaming gegeven inlichtingen
overtuigd, dat hier wel geheid moet wor
den maar niet alleen den toren, maar
dan ook vooral de kerkna de gege
ven inlichtingen mag Spr. niet anders
adviseeren.
Tot stemming overgaande wordt met
vijf stemmen, die der heeren BuisHoog-
schagenVlaming, Roggeveen en v. d. Maa
ten besloten, den torenbouw op heifun-
deering op te trekken. De heeren: Bij-
post, Asjes, Smit, Meurs en llazeu hielden
zich buiten stemming, verklarende even
wel zich bij het gevoelen van den heer
v. d. Steur te zullen neerleggen.
Ten slotte kwam de beraadslaging
over de situatie van toren en kerk op
het plateau. Met het oog op de aanwe
zigheid van den grafkelder, stelde de lieer
v. d. Steur voor, toren ea kerk in schuin-
sche richting te plaatsen met toren te
genover perceel van den heer „de
Beurs", en achtergevel tegenover per
ceel van den heer „de Wit".
Die richting vond evenwel hevigen
tegenstand en na breede bespreking
werd die dan ook afgekeurd met 9 te
gen 1 stei», die van den heer Hazeu.
Toen legde de Voorz., de heer
S. Herman, een nieuw situatieplan ter
tafel, volgens hetwelk men den toren
bouw zou beginnen achter den grafkelder
in de richting van toren en kerkge
bouw, gelijk die vroeger was. Daardoor
toch werden alle moeielijkheden voorko
men van terrein-verwisseling en terrein
ruiling en gaf men ongetwijfeld aan het
gebouw den meest voordeeligen stand.
De heer IV. Roggeveen echter kwam
hiertegen op. Spr. wilde den toren te
genover perceel Boontjes en dus een
andere schuin sche richting.
Daardoor hoopte spr. dan nog aan de
Noordzijde een weinig markterrein aan
te winnen en in de gelegenheid te zijn,
het Rensgas te verbreeden.
De heer P. Buis kwam tegen deze
voorgestelde richting met nadruk op. De
terrein-aanwinsten beteekenden veel te
weinig. De verbreeding van het Rensgas
was voor het marktverkeer overtollig,
daar toch niemand in dien kouden hoek
ooit zou willen staan markten en deze
schuinsche richting zou de waarde van
het gebouw, uit een schoonheidsoogpunt
totaal bederven. Wil men het marktter
rein vergrooten, dat zou beter kunnen,
Spr. stelt voor, toren en kerk te plaat
sen op de oude plaats, maar te beginnen
achter den grafkelder. De ruimte laat de
ze terugsehuiving uitstekend toe dit plan
geeft den schoonsten stand aan het ge
bouw, terwijl van de voorzijde van het
plateau een aanzienlijk gedeelte bij het
martplein kan worden getrokken.
De aanwinst van dit marktterrein zal
juist op het beste gedeelte zijn en aan
die zijde van het terrein waar dit onge
twijfeld nog van voordeel is voor de ne
ringdoende burgers, die aan deze zijde
wonen.
Dit voorstel van den heer Buis, het
welk precies is als het plan dat de
Voorzitter zooeven had voorgelegd, vond
wederom felle bestrijding «bij den heer
11'. Roggeveendie de uitbreiding van
marktterrein aan de door den heer Buis
voorgestelde zijde niet van belang vond,
maar daarentegen terrein wilde aanwin
nen aan de zuidzijde tegenover koffie
huis de Beurs.
De heer v. d. Maaien had op het si
tuatieplan van den heer Buis niet te
gen mits de grondruiling met de kerk
voor den torenbouw kosteloos geschied
de.
Ook de heer Vlaming verzette zich