Donderdag 5 Maart 1896 40ste Jaargang Mo. 3077. en Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- Zat e r d a g a v o n d. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger Uitgever: J. WINKEL ISureau: SCHAGEI, Laan, D 4. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60. Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van l tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Binnenlandsch Nieuws. FEUILLETON. Het Neder landsch. Paarden stamboek. SGHAGGR meen Nieiws- 1 AiTErtemiB- Laitliullai Verslag der vergadering van den raad der gemeente Zijpe, gehou den op Dinsdag 2 Maart, des morgens ten 10 ure. Afwezig met kennisgeving wegens onge steldheid, de heeten: vanBeusekom en de Wit. Na opening der vergadering worden de notulen gelezen en goedgekeurd. Daarna wordt voorlezing gedaan van een schrijven der Bell.-Telefoonmaatschappij, waarin zij verklaarde bereid te zijn, Scha- gerbrug telefonisch te verbinden met Win kel, wanneer de gemeente voor hare reke ning neemt, het kosteloos beschikbaar stel len van een geschikt locaal, waar het in strument zal kunnen hangen. Voor de ver dere kosten zal de maatschappij zorg dragen, tenminste als er in de gemeente een per soon gevonden wordt, die tegen een vaste vergoeding en premie van elk telegram, bereid is, de verzending der telegrammen op zich te nemen. Wanneer de gemeente hiertoe bereid is, zal de maatschappij zich tot de gemeente Schagen wenden, om zich aan te sluiten en daarna de goedkeuring van de hooge autoriteiten vragen. De Voorzitter wijst er op, dat ai de kosten, die de gemeente zal moeten maken, is, het laten boren van een klein gaatje in den muur van het raadhuis, daar het instru ment in het postkantoor zal worden opge hangen. De heer Nobel oordeelt dat hiertegen on mogelijk bezwaren kunnen bestaan. De heer Nemer informeert naar een ge schikt persoon. Voorzitter deelt mede, dat die reeds is gevonden. De heer Morra herinnert aan de bezor ging der telegrammen. Voorzitter zegt, dat dit de zaak der maatschappij is, en volgens vast tarief gaat. De heer Francis oordeelt de bezwaren veel minder dan voorheen. Met algemeene stemmen wordt nu het door de maatschappij aangevraagde verleend. Daarna wordt voorgelezen een brief na mens den minister van Biunenlandsche Zaken, waarin medegedeeld wordt, dat de 49. VAN Thomas Hardy. Mevrouw Brooks had geen enkel af scheidswoord tusscheo Alex en Tesz hooren wisselen. Wellicht hadden zij nog beiden gekibbeld, wellieht was mijnheer D'Ur- berville weder ingeslapen, want hij stond gewoonlijk niet vroeg op. Zij ging weder naar de achterkamer, waar zij zich het meest bezighield, en naaide verder. De dame (TeszJ keerde ech ter niet terog en de mijnheer belde even min. Telkens weder dacht de patrones aan de vertraging van haar hniselijken arbeid en aan de betrekking die er zou konnen beslaan, tusschen den vroegtijdigen bezoe ker eo het paartje boven. Nadenkend leun de zij in haar stoel achterover. Toen zij hare oogen toevallig over bet plafond liet dwalen, werd zij plotseling een vlek gewaar, die «ij daar nooit te voren bad opgemerkt Toen zij die de eerste keer zag, had zij de grootte van een gol den, maar snel evenwel vergrootte *ij zich tot een hand. Het helder witte plafond met de scharlaken vlek zag er uit als een reusachtig hart. Mevrouw Brooks begon zich plotseling bezorgd te maken. Zij klauterde op de ta- iel en raakte met hare vingers de vlek aan. Zij was vochtig, en zij verbeeldde zich, dat het wel bloed koo zijn. Zij sprong weer van de tafel verliet de kamer en ging naar boven met het plan, de slaapkamer binnen te dringen en te «ien of alles in orde was. Yoor de denr staan de, kon zij er evenwel niet loe besluiten die te openen; een gevoel van vrees en angst hield haar terog. Zij luisterde. He' doodstille daarbinnen werd slechts afge broken door een regelmatig zwak ge luid .Drup, drup, drup I® klonk het. Mevrouw Brooks snelde de trap af, open de de huisdeur en liep de straat op Eeo man, dien zij kende, een arbeider,die op de dicbts'.bijzijnde villa werkte, kwam voorbij; dezen verzocht zij dringend, met haar bin nen en naar heven te gaan, daar zjj vrees- vroeger geopperde bezwaren tegen den nieuwen Hoofdelijken Omslag, door het schrijven der gemeente niet zijn opgehe ven en niet op de gemaakte opmerkingen kon worden terug gekomen. Voorzitter stelt nu voor, daar de ge meentewet wellicht, over eenigen tijd zal worden veranderd, tot dien tijd de oude verordening maar te gebruiken, daar bij die nieuwe gemeentewet de zaak beter zal kunnen worden geregeld. Door toe te geven aan de eischen van den minister, zou de gemeentekas schade, worden be rokkend en is het verstandiger de oude verordening te handhaven. De heer Feisser oppert de vraag,of het niet mogelijk is, een paar artikels te veranderen, en dit gemaakte punt te laten, zooals het in de oude verordening is. De heer Vrijburg stelt voor, een paar maanden te wachten, daar de oude ver ordening nn toch zal moeten worden ge bruikt en dan een paar artikels te veran deren. De Voorzitter kan zich hiermede heel goed vereenigen en hoopt, dat de oude commissie, de heeren Vrijburg, Nobel en Feisser, nogmaals dat in dien zin zullen wijzigen. M't algemeene stemmen wordt hiertoe besloten. Hierna gaat de raad in comité ter be handeling van het kohier van den Hoof delijken Omslag. Vrijdag den 28sten F e b r u- ari 1. 1. vergaderde voor't eerst in 1896 de Atd-eling Winkel van Volksonder wijs. De vergadering werd geopend door den nieuwbenoemden Voorzit'er, den heer A. J. Onnekes, en de secretaris, de heer J. E. Bergmandeelde mede de werk zaamheden van het Bestuur sedert de Jaat- ste vergadering in 1895 gehouden. De rekening van den Penningmeester, den heer N. Loder, werd nagezien door de heeren Fan Eeijst, Meijer en Van Eeerikhuhen, daartoe in de vorige vergadering benoemd, en in volkomen orde bevonden. De ont vangsten hebben bedragen f 449.586, de uitgaven f410.496, zoodat er een voordee- lig saldo is van f 39.09. Het aantal leden bedraagt jthans 109, Uit de verslagen der schoolspaarbanken de, dal er bij een barer huurders iets niet in den haak was. De arbeider willigde in en volgde baar de trap op. Zij opende de deur van de huiskamer en trad achter hem aan. De kamer was leeg; bet ontbijt stond onaangeroerd op de tafel, als was het juist gebrachtslechts het groote broodmes ontbrak. Zij verzocht den man door de vleugeldeur in het aangrenzend vertrek te gaan. Hij opende de deur, deed één of twee schreden naar binnen en kwam onmid dellijk daarop weder met ontsteld gelaat terug. .Mijn God, die heer in bed is dood t" riep hi;. .ik geloof dat hij met een mes gestoken is gewoiden een plas bloed is op den vloer gedroppeld.® Er werd alarm gemaakt, en het huis dat zoo even nog zoo rnstig lag, schalde nu van de schreden van tallooze nieuwsgierigenonder deie bevond zich ook een chirurg. De wond was klein, maar de pnnt van het mes, bad het hart door boord; bet offer lag bleek, stijf en dood op den rug, alsof het zich ca den doo- de'ijken stoot niet meer bewogen had. Een kwartier later was het nieuwtjeeen heer, die e n paar dagen in Sta'bourne ver olijf hield, was in zijn bed doorstoken ge worden, door alle straten en iedere villa verspreid. HOOFDSTUK V. Intnsschen was Clare werktuigelijk den weg weder teruggewandeld, welken hij afgeko men was; zoodra hij zijn hotel weder be reikt had, zette hij zich aan de ontbijt tafel en staarde voor zich nit. Hij at en dronk, zonder dat het hem bewust was, tot hij plotseling opsprong en om zijne re kening riep. Nadat hij, met den koffer in de band, - bet i enige reisgoed dat bij bij zich had, zijn schold betaald had, ging hij heen. In hetzelfde oogenblik dat bij het huis verlaten wilde, werd hem een telegram overhandigd eenige weinige woorden van zijne moeder, waarin zjj meldde, dat Mary Cbant en Angel's broer Guthbert een paar geworden waren. Clare scheurde het papier in stukken en wandelde de straat naar het station op, toen hij dit bereikt had, bemeikte bij, dat er nog over geen uur een treiD ging. Hij zette zich t eder, om te wachten en nadat bij een kwartier had gezeten, geroeide hij, dat bjj niet langer zoo in dadelooze rust bleek, dat het kapitaal in die te Winkel op 1 Jannari 1896 bedroeg: f918,616, te Groetpolder 1 486,43 en te Lutjewinkel f 867,6l5, alzoo te zamen f2272.66. Besloten werd, het schoolfeest evenals vorige jaren weer te doen plaats hebben, n. 1. met de kinderen der hoogste klasse, die elf jaren oud zijn en geen enkel wil lekeurig verzuim hebben, een uitstapje naar Amsterdam, en met de kleineren een feest op de platts. Uit het verslag van de inrichting voor het onderwijs in Handen arbeid, dat hierna uitgebracht werd na mens het Bestuur dier Inrichting, bleek, dat dit onderwijs steeds met vrucht gege ven wordt en kan worden, dank zij de ook in 1895 genoten subsidies. Het aantal leerlingen bedroeg den lsten Januari 18, namelijk 3 meisjes en 15 jongens, waarvan 8 in karton- en 10 in houtarbeid onderwijs ontvangen. Een voorste), betr'ffende een adres aan den Gemeenteraad, omtrent de toelating der kinderen op de school, werd aangenomen; over een ander omtrent ver meerdering van het onderwijzerspersoneel staakten de stemmen, wat volgens 't reg lement gelijk staat met verwerping. Bij de omvraag deed de heer Porte het voor stel, het lid, dit een voorstel indient, in de bestuursvergadering toe te laten, waarin 't voorstel wordt behandeld, omdat de toe lichting door den voorsteller van invloed kan zijn op het door 't Bestuur uit te brengen prae-advies. Dit voorstel zal in de volgende vergadering behandeld worden. Hierna werd de door 25 leden bezochte vergadering door den Voorzitter gesloten. Tot Kerkvoogd bij de Ned. Herv.Gem. te Oudcarspel, is wegens ver trek van den heer R P a a r 1 b e tg, be noemd, de heer H. Hakt Cz. De gymnastiekvereni ging te Petten, gaf Zondagavond j.1. voor een zeer talrijk opgekomen publiek hare jaarlijksche uitvoering; het publiek gaf on dubbelzinnig blijk van zich uitermate te amuseeren en het optreden der vereeniging zeer op prijs te stellen. Het Bestuur der Vereen i- ging .het Rundveestamboek Noord Holland" heeft hare negentiende alge- gemeene vergadering bepaald op Maan- zou kunnen doorbrengen. In het barte ten doode gedoemd, was er niets meer dat hem tot spoed kon aandrijvenalleen wenschte hij zoo spoedig mogelijk een stad te verla ten, die zulk een hartverscheurend verdriet voor hem in haar schoot verborgen had gebonden hij wandelde derhalve naar het volgende station om daar op den trein te gaan. De landstraat, welken hij volgde was een open, vlakke weg, dien men geheel kon overzien. Het grootste gedeelte bad bij reeds afgewandeld, to°n hij, om adem te scheppen, staan bleef en onbewust zieb om draaide. Wat het was, wist hij niet, maar iets scheen hem tot deze daad te dwingen. Het bandaebtige beeld der straat werd hoe langer boe smaller; toen hij nauwkeuriger toezag ontdekte hij een zwart punt dat zich bewoog. Het was een haastig naderbij snellende menscheljjke gedaante. Clare wachtte, met het duister gevoel, dat iemand hem trachtte in ie halen. De gestalte, die den weg afkwam, was die eener vrouw, maar zoo weinig dacbt bij er aan, dat zijn vrouw hem volgen zou, dat hij haar, zelfs toen zjj naderbij kwam, in de veranderde kleeding, die zij droeg, niet herkende; eerst toen zij vlak voor hem stend, overtuigde hij zich, dat het zijn Tesz was. ,Ik zag n het slation verlaten, juist toen ik het bereikte; den ganschen weg ben ik achter n aangeloopen." Zij was zoo bleek en boiten adem en sidderde zoo zeer over haar ganschen lichaam dat bij geen vragen tot haar richtte, maar hare band greep en zijn arm om haar heen sloeg en met zich voorttrok. Om ontmoe tingen te vermjjden, verliet hij den straatweg en sloeg ten voetpad iD. Toen zij ver ge noeg verwjjderd waren bleet hij staan en zag haar vragend aan. .Angel," zeide zij, alsof zij slechts op dit oogenblik gewacht had, „weet ge, waar om ik u ben achterna gesneld Slechts om u te zeggen, dat ik hem gedood heb.' Een medelijdeoa, pijnlijk lacbje gleed daarbij over haar gelaat. „Wat P" zeide bij, terwijl bij door haar sor.dcrlinge manier van doen dacht, dat zij in opgewondenheid maar iets zeide. ,Ja,ik heb het gedaan",ging zij voort, „maar ik weet niet, boe. ik was het n en mij ver schuldigd, Angel I Ik hrb het lang genoeg gevreesd; sedert ik hem met mijn handschoen een klap in het aangelicht heb gegeven, heb dag, den 23 Maarte, k., des voor middags te lOVs nur, in een lokaal van den heer L. de Goedete HOORN, ter behandeling o. a. van Verslag van den afgevaardigde naar de najaarsvergadering van *Hol- lands Noorderkwartier". Uit te brengeu door den heer J. J. Winkel. Rekening van den Penningmeester, over 1895. Vaststelling van bet salaris van den Sec retaris-Penningmeester. (Art. 9 der Statu ten). Benoeming van 2 Bestuursleden, wegens periodieke aftreding op 1 November 1896 van het niet-herkiesbare lid C. S t a p e 1, en wegens het bedanken van den heer G. Stam. Benoeming van een afgevaardigde naar de vergaderingen van #Holland3 Noorder Kwartier.® Voorstel van het Bestuur tot het houden van één- en tweejarige stieren, te Hoorn op de Nieuwe Veemarkt bij den heer L. de Goede, op Woensdag 29 April e. k. (behoudens toestemming van het Gemeen tebestuur). Uitreiking der prijzen, behaald bij de stisrenkeuring op 29 April 1895. Te VENRAAI is het 2-jarig kind van den landbouwer R. in een pot met kokende melk gevallen. Eenige uren later is het overleden. De afdeeling Noord—Holland hield Maan dagmiddag te Amsterdam haar jaarver gadering, onder voorzitterschap van den heer J, Breebadrt Kz. Na lezing van de notulen bracht de voorzitter een woord van hulde aan de na gedachtenis van den heer D. Schoenbe stuurslid der afdeeling. In zijn plaats werd benoemd, de heer L. Visser Ezn., Beemster. Als afgevaardigden Ier volgende alge meene vergadering te Rotterdam werden aaDgewezPD,de heeren: K. DelCourt, Velsen, P. S. ZijlmansHaarlemmermeer en C. SchoenHoutrakpolder. Nu kwamen aan de orde de volgende vragen a. Is het gewenscht, dat het Rijk heDg- ik gevreesd, dat ik bet op een dag doen zou, om het onrecht, dat hij tegenover mij in mijn schuldelooze jeugd aan mij, en door mij aan u bedreven had, te wreken. Hij is tnsschen ons getreden en heeft ons ongeluk kig gemaaktmaar nu is het voorbij. Ik heb hem nooit lief gehad, zooals ik u heb lief gehad, Angeldat weet ge, niet waar P Dat gelooft ge 1 Gij zijt tot mjj teruggekomen, en ik was gedwongen, tot hem terug te hee ren, Waarom zijt ge heengegaan, waarom, o schoon ik n zoo lief had P Ik kan mij nier voorstellen, waarom. Maar ik duid bet u niet ten kwade slechts iets, ADgelwilt gij mjj nu mijne zonde tegenover u vergeven, nu, daar ik bem tocb gedood heb P Ik dacht, toen ik achter u aan»nelde, dat gij mij na vergeven zondt. Het werd mjj als een open baring, dat ik u hier op dezen weg vinden zou. Ik kon uw verlies niet langer dragen gij kunt u niet voorstellen, boe onmoge lijk het mij was, te kunnen verdragen, dat gij mij niet zoudt liet hebben. Nu, zeg mjj, dierbare, geliefde ech'genoot, zeg mjj, dat gjj mij nu nog lief hebt, nu, daar bij toch dood is,!" „Ja, ik beb u lief, mijn Tesz 1 O, zeker bet is weer teruggekomen, die liefde voor u I" Hjj legde zjjn arm om haar been, en trok baar hartstochtelijk aan zich. „Maar wat wilt gij daarmede zeggen, dat gjj hem gedood hebt „Ik geloof, dat ik het gedaan heb 1" mom pelde zij als in een droom. „Hoe, lrchameljjkP Is hjj doodP® „Ja. Hjj hoorde boe ik om u weende, en lachte mjj daarom nit; vervolgens noemde hij n met een schimpnaam en daarom deed ik het. Mijn hart koo dat niet verdra gen. Daarop heb ik mij aangekleed en ben nitgegaan om u te zouken." Langzamerhand kwam hij er toe, haar te gelooven, wat zij gedaan zeide te hebben. Niet in staat zjjnde de zware ernst van haar daad te begrjjpen, scheen zij teD vol le tevredenen bij zag op haar neer, die weenend aan zijne schouders lag, en vroeg zichzelf af, of het bloed der D'Ur- bervilles dat zij in de aderen had, haar tot dezen daad gedreven had. De gedachte dook in Angel op, dat de familie-traditie in Tezz levendig geworden kon zjjn, omdat de D Ur- bervilles bekend stonden, als dergeljjke ge- weldadigbeden te begaan. Even goed als bare overdreven ideeëo de oorzaak kond' n zjjn geweest, eveDgoed was bet ondertosschen mogelijk, dat in het oogenblik van ondrage lijk leed, waarvan zjj gesproken had, haar st>-n aankoopt en stationeer!, ot b. Is het verkieslijk, dat het Rijk af gaat van het geven van kleine subisidiën, waardoor wel goede, doch geene uitmun tende hengsten worden ingevoerd, en alznu het particulier initiatief krachtig steunt, door het geven van bijdragen van 70 ii 10 pCt. van de ko psom De heer E. F. Bultman, het eerst het woord verkrijgende, acht een groote staats subsidie noodzakelijk ter verkrijging van goede fokdieren. Spr. is tegen stationnee- ting door het rijk. De heer Wickevoort Crommelin zou punt a beslist ontkennend willen beantwoorden. Het Rijk zon zich hiervoor groote uitga ven moeten getroosten en wellicht bedro gen worden in de koopsom der te station- neeren hengsten. N» langdurige discussie over punt a werd bij stemming de daarin gestelde vraag ontkennend beantwoord, zoodat de groote meerderheid der vergadering zich ver klaarde tégen aankoop en stationneering van hengsten door het Rijk. De heer Bultman lichtte nu zijn standpunt ten opzichte van punt b nader toe. Wanneer de stamboekvereenigingeu prijzen uitloven, dan moeten vier of vijf mededingers den vollen prijs voor hun aankoop betalen en slechts één hunner krijgt den prijs. Anders is het, wanneer he.t Rijk den aankoop ruim subsidieert. De bedenkingen van den heer Crommelin be antwoordend, zegt spr. te gelooven, dat bij groote staatssubsidie toch de aankoopen van uitstekende hengsten niet zoo overma tig talrijk zullen zijn. En bovendien kun nen zekere voorwaarden aan het verleenen der Rijkshulp worden verbonden ten op zichte van de plaats van slationneering bv. Enkele heeren waren van meening, dat de verkoop niet geheel moest worden over gelaten aan particulier initiatie!, want niet in alle streken kunnen de boeren voldoende gelden bijeenbrengen. Daarom zou het weuschelijk zijn, dat de stamboekvereeni- giDgen bleven voortgaan op den w<-g, die tot dusver werd gevolgd, namelijk dat zij voer den aankoop en de stationneering zorgen, gesteund van Rijkswege. Zien de boeren hun belang in, dan kunnen zij zelf, door lid te worden dezer vereenigingen, invloed oefenen op de aanwending der be- gemoed het evenwicht verloren had, en haar in de«en afgrond gestort bad. Het was overig-ns verschrikkelijk, wan neer zij de waarheid sprak. Maar hoe het ook zijn mocht, voor hem was er geen keus meer voor hem S'ond zone verlatene vrouw, die hem waar ch'ig lief had, die zonder 'wij- tel met haar gnheele ziel aan b<-m hing wat kon hij anders zijndan haar beschermer. Schielijk drong zijn liefde voor haar elk ander gevoel terug Bij kostte haar eiud'loos met zijne witte droge lippen, drukte haar hand en zeide „Ik «al u nooit verlaten. Wat gjj ook ge daan of niet gedaan moogt hebben, engel, ik zal je met al de midieLn, die in mijn mtcht zijn, trachten te beschermen." Zjj giugen verder onder de boomen door, terwjji Tesz nn en dan haar hoo d naar hem ophief. Ofschoon hjj leelijk en mager gewor den was, zy ontdekte blijkbaar in hem gee ne gebreken. Voor haar was hjj evenals vroe ger, bet toppunt aller lichamelijke en gees telijke volmaaktheid. Nog steeds was bjj haar a'god, haar alleszijn ziekelijk uitzicht was voor haar verlield oog, schoon als de morgen van dezen dag niet minder schoon en lie.eljjk dan te voren want was het niet bet gelaat van den eenigen man op de wereld, die haar rein bad lief gehad en die haar rein vereerd had Met een instinct voor zekere mogelijkheid, begaf Angel zich nu niet, zooals hij eerst van plan was gewnest, naar het naaste sta tion, maar ging meer landwaarts. Nanwaan elkander gedtongen stapten *jj naast elkan der voort, zonder te denken dan alleen aan zichzelf en hunne hereeniging. Zoo liepen zij voort tot Tesz uit haar mijme ring ontwaakte, om zich heenzag en vrees achtig vroeg „Gaan wg naar een bestemde plaats P" „Ik weet het niet lieve. Waarom P* „Ik weet het ook niet." „Nu, wij kannen nog wel een eindweegs verder wandelen en wanneer het avond is, ergens een onderkomen zoeken; wellieht in een alleen staande hut. Kunt gij goed loo* pen, Tesz „O ja 1 Met nwe armen om mij heen, zou ik tot in alle eeuwigheid willen wandelen 1" Dat scheen tenminste het verstandigste wat zij doen konden. Derhalve verhaastten zij hunne schreden, vermeden de 1 mdstraten en vervolgden onbekende paden; dio allen min ot meer in noordelijke richting voerden. SLOT VOLGT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1896 | | pagina 1