PLAATSELIJK NIEUWS.
ren-
Nederlandsehe Boerenbond.
S. V.
hunne voldoening, nu zij de overtuiging
hebben verkregen, daardoor bereikt te heb
ben het schoone doel: aan de kinderen, die
een jaar lang getrouw de school hebben
bezocht een feestdag te hebben verzekerd.
Den kinderen een prettigendag dus,
zelf zich beschavend door het juist weer
geven der karakters, en tegelijkertijd het
publiek van Kolhorn een avond van ge
past en fatsoentijk genoegen te hebben
bezorgd, ziedaar het succes van den eer
sten paaschavond 1.1., een succes, waar
aan en uitvoerenden èn hoorders zeker
eene aangename herinnering zullen bewa-
Niet onvermeld mag blijven, dat eenige
jeugdige dillettanten op muziekaal gebied
het hunne deden, om de onvermijdelijke
pauseeringen zoo kort mogelijk te ma
ken.
Het Bloemencorso.
Ten einde het Bloemencorso op 12
April a. s. zooveel mogelijk te doen sla
gen en, daar het een feest is van een
paar afdeelingen ma*r van den
geheelen Algetn. Nederl. Wielrijders-Bond,
daar deze een subsidie van f1500.heeft ge
schonken, zijn zoogenaamde afdeelingstoch-
ten uitgeschreven van Amsterdam, van
Den Helder, Schagen eu Alkmaar, van
Utrecht, van Rotterdam, 's Gravenhage,
van Gouda en Leiden. A.1 deze afdee-
lingstochten zullen ongeveer 12 uur te
Haarlem aankomen en zich daarna naar de
verzamelplaats begeven, vanwaar het corso
omstreeks twee uren zal vertrekken en
den vastgestelden weg zal volgen.
De deelneming is zeer groot, o. a. heb
ben een dertigtal officieren, allen wielrij
ders, zich daartoe aangemeld.
Het programma der voorloopige samen
stelling van den stoet belooft veelkosten
noch moeiten worden gespaard.
Het hoofdbestuur der Ne-
derlandsche maatschappij voor tuinbouw en
plantkunde en het hoofdbestuur der Hol-
landsche maatschappij van landbouw, heb
ben instemming betuigd met het adres
van het hoofdbestuur der vereeniging
Westland, waarbij het de regeering ver
zoekt, het daarheen te willen leiden, dat
tuinbouw-voortbrengselen snel en tegen
matigen prijs per spoorweg kunuen wor
den vervoerd.
De keuring8Commissiën voor
de in 1896 te houden keuring van
krijgsdienst geschikte paarden zijn samen
gesteld als volgt
C. voor de prov. Noordholland
le district (omvattende alle gemeenten,
waarvan het bestuur zetelt ten zuiden van
het Noordzee-kanaal, het Pampus en de
Zuiderzee)1 e d e u gep. maj. der art.
C. E. van Strijen, te 's—Gravenhage, voor
zitter eerv. ontsl. ritrn. der cavalerie
D. Blaaaw, te 's-Gravonhageen distr.-
veerarts M. J. Hengeveld Gz., te Haar
lem plaatsver v. lid: plaatsverv.
distr.-veearts J. Mazure Cz., te Amster
dam
2e district (omvattende alle gemeen
ten, waarvan het bestuur zetelt ten noor
den van het Noordzeekanaal, en die door
sneden worden door, of ten westen liggen
van het Nooidhollandsch Kanaal van Am
sterdam over Purmerend naar Alkmaar,
en den spoorweg van Alkmaar naar Den
Helder, bovendien de eilanden Wieringen,
Tessel,' Vlieland en Terschelling)1 e-
d e ngep. ritm. der cavalerie F. M.
baron Van Lijnden, te Haarlem, voorzitter;
eervol ontsl. Ie luit. der cavalerie W. G. G.
vau Weideren baron Rengers, le '«-Gra
venhage en plaatsverv. distr.-veearts
J. Wester, te Alkmaarplaatsverv.
lid: plaatsverv. distr.-veearts G. Muijs,
te Schagen
3e district (omvattende alle gemeenten,
waarvan het bestuur zetelt ten noorden
van het Noordzeekanaal en ten oosten van
het Noordholl. kanaal, van Amsterdam
over Purmerend naar Alkmaar en den
spoorweg van Alkmaar naar Den Helder);
leden: gep. maj. der cavalerie P. v.
Tienhoven Arnhem, voorzitterkap. J. L.
v. Heukelom, van het 3e reg. veld.-ait.
en plaatsverv. districts-veearts J. M. Bill-
roth, te Hoornplaatsverv, lid:
plaatsverv. distr.-veearts J. W. H. Geer-
lings, te Purmerend
Plaatsvervangende leden voor de beide
districteneersteluit. F. L. de Voog»,
v/h. 2e re. huzarenkapt. J. L. Vogel,
v/b. 3e reg. veld-ark, en ritm. L. Bolle,
v/b. escadron ordonnansen.
Een jeugdig misdadiger.
Diefstal uit een toonbanklade, diefstal
van een aanzienlijke som gelds nit een
kastje en brandstichting, ziedaar de drie
ernstige feiten.die een 16-jarigen smids
knecht nit ZALK voor den Zwolschen rech
ter hadden gebracht.
De jongen was bij den smid Van Nee
te Zalk in huis; zijn vader woont teItter-
sum, zijn moeder heeft hij reeds vroeg ver
loren en het Openbaar Ministerie zoowel
als de verdediger wezen er op' dat hij in
de tweede vrouw, die zijn vader nam, geen
tweede moeder gevonden heeft. Verscheide
ne malen is hij vroeger reeds nit huis ge-
loopen, omdat hij het daar niet kon uit
houden; maar telkens weid hij terugge
bracht.
Op 13-jarigen leeftijd was hij voorgoed
het huis uitgegaan, had eerst gewerkt te
Zwolle tot tevredenheid van zijn metsteis
en was toen naar Van Nee te Zalk geg/an.
Hij kreeg van dezen spo°dig een kwartje
zakgeld, maar, volgens zijn eigen verkla
ringen, moest hij zijn geld iedere week af
geven aan zijn stiefmoeder, die daarvoor
zijn kleeren wilde betileD. Zoodoende kon
hjj niet met zijn vrienden meedoen. Dat atak
hem en hij begon geld te stelen.
Naast Van Nee woont de winkelier Spij
kerboer en bij de boodschappen, die de
jODgen daar deed, nam hij herhaaldelijk
kleingeld weg uii de toonbauklade, in het
geheel wel tot een bedrag van f 15. Dit
werd eindelijk bemerktde jongen beken
de en beloofde het geld terug te zullen
geven. Maar waar zou hij het vandaan ha
len Toen kwam het noodlottige plan in
hem op, zijn baas Van Nee te bestelen en
dan Spijkerboer te voldoen. Zondag 8 Maart
volbracht hij deze daad. Hij nam uit een
lade vau een kastje, dat in de slaapkamer
in het woonhuis vau Van Nee stond, een
zakje mtt geld weg, dat, zooals later bleek,
f 115 inhield. Hij verstopte dit zakje in
den schoorsteen van de smederij. Maar die
diefstal kon niet verborgen blijven.
Deze vrees leidde (het is hier een tref
fend voorbeeld van de steilheid vau het
pad der ondeugd) tot de derde misdaad
hij stak het woonhuis van Van Nee in
brand, in de hoop, dat daarooor het ge
mis van het geld niet ontdekt zou wor
den. De brand werd echter bedwongen,
het achterhuis brandde af en de diefstal
kwam aan het licht. De ongelukkige jon
gen werd onmiddellijk van brandstichting
verdacht, daar hij het huis had verlaten
op het oogenblik dat er reeds brand was
en toen zonder iets te zeggen in de aan
de overzijde van den weg gelegen smede
rij aan het werk was gegaan. Laag duur
de het dan ook niet oi hij bekende al
les.
Met dikke wallen onder de oogen van
het voortdurende schreien stond hij voor
de rechtbank en legde snikkend en ooder
blijken van diep berouw een openhartige
bekentenis af van zijn daden. De officier
achtte hier zoo veel verzachtende omstan
digheden aanwezig, dat hij, niettegenstaan
de de ernst der feiten, een betrekkelijk ge
ringe straf meende te moeten eischen 8
maanden gev.-straf,
Mr. R. F. C. H. baron Beutinck trad
als toegevoegd verdediger op. Hoewel hij
dit requisitoir zeker zwaar zou noemen,
achtte hij toch voldoende grouden aanwe
zig om een nog lichtere straf op te leg
gen. Hij wees op de ongelukkige jeugd
eu opvoeding van den hek!., ea op de
angst en radeloosheid, waarin deze de b-ei-
de laatsten feiten heeft gepleegd en riep
met vertrouwen declemeutie in der recht
bank
De uitspraak is bepaald op 15 April.
(Zw. Ct.)
In de maand Mei a. s. zal de vergade
ring worden gehouden tot vaststelling van
een algemeen reglement van den „Neder-
Lndschen Boerenbond^, waarvoor een ont
werp is opgemaakt door de hb. L. Riddrr
D. v. d. Schueren, J. E. Pauwen, Th. Pruis,
mr. A. baron van Wijnbergen, B. J. Huls
hof en Theod Peters.
Aan dat ontwerp is het volgende ont
leend
Art. 1. De Nederlindsche Boerenbond
heelt zijn zetel te UTRECHT.
Art, 2. De Ned. Boerenbond heeft ten
doel, door aaneensluiting van alle zelfstan
dige boerenveieenigingen de zedelijke en
stoffelijke belangen van don boerenstand
te behartigen, dieDS maatschappelijken toe
stand te verbeteren eu alzoo werkzaam te
zijn tot de vorming van een krachtigeu,
welvarenden boerenstand.
Art. 3. Dit doel tracht de Bond te
bereiken
a. door het bestrijden van slechte ge
woonten en misbruiken, als verkwisting,
drankmisbruik enz.) en door het bevorde
ren der spaarzaamheid.
b. door het streven naar eene recht
vaardige en doelmatige hervorming van de
wetgeving ten voordeele van den boeren
stand.
c. door het verbeteren van het land-
bouw-crediotwezen (spaar-en voorschotkas-
seD, enz.)
J. door het stichten van vereenigingen
in het belang van den landbouw, zooaJs,
aan- en verkoopvereenigingen, verzekering
fondsen, enz.
edoor het verbreiden van voor den
boerenstand nuttige kennis.
door verzoening van strijdige belangen
en door beslechting van geschillen.
g. door het houden van vergaderingen.
Art. 4. Da Nederlandsehe Boerenbond
is samengesteld uit Provinciale Boerenbon
den, elke Provinciale Bond nit afdeelin
gen.
Art. 5. De reglementen der Pro
vinciale Boerenbonden behoeven de goed
keuring van bet Centraal bestuur, die der
afdeelingen de goedkeuring van het Pro
vinciaal bestuur.
De goedkeuring der provinciale en af-
deelingsreglementen wordt slechts dan ge
weigerd, indien zij strijdig zijn met het
algemeen reglement.
Art. 6. In elke gemeente kunnen eene
of meerdere afdeelingen worden gevestigd.
Verschillende kleine aan eikander gren
zende gemeenten kunnen ééae afdeeling vor
men.
Art. 7. Niemand kan lid van den Bond
zijn, zonder tot eene afdeeling te behoo-
ren en omgekeerd.
Art. 8. De aanneming van leden ge
schiedt door de afdeejingsbesturen behou
dens goedkeurirg van da provinciale be
stuten.
Art. 9. Om als lid eener afdeeling te
kunnen worden aangenomen, wordt ver-
eischt
1. dat men tot eene der Christelijke
belijdenisse behoore.
2. dat men grondeigenaar of pachter
of vruchtgebruiker of beheerder vad gron
den zij, of het landbouwbedrijf nitoefene.
3. dat men meerderjarig zij.
Minderjarigen kunnen, zoodra zij den
leeftijd vau achttien jaren bereikt hebben,
tot leden worden aangenomen, doch missen
uitoefening van het stemrecht tot hunne
meerderjarigheid.
Art. 12. Aan het hoofd van den Bond
slaat een centraal bestuur, samengesteld uit
het dagelijksch bestuur, de voorzitters van
de provinciale bestaren, alsmede uit afge
vaardigden nit iedere provincie, waar een
provinciaal bestuur gevestigd is.
Het aantal dezer afgevaardigden en de
wijze hunner verkiezing wordt bij huishoude
lijk reglement geregeld.
Het centraal Bestuur kiest uit of bui
ten zijn leden een voorziUer, onder-voor
zitter, algemeenen secretaris en algemeenen
penningmeester, die hst dagel. Bestuur van
den bond uitmaken.
Art. 13. De provinciale besturen zijn
samengesteld uit de voorzitters der afdee
lingen. Ieder provinciaal bestuur kiest uit
zijn midden een voorzitter, onder—voorzit
ter, secretaris en penningmeester.
Art. 14. De afdeelingsbesturen zijn sa
mengesteld uit minstens één voorzitter,
secretaris en penningmeester, nit en door
de leden gekozen of herkozen.
Art. 15. De leiding van den ganschen
Bond berust bij het centraal bestuur.
De voorzitter van het ceDtraal bestuur
vertegenwoordigt den Bond in en baiten
rechten.
De voorzitter zal, volgens art. 19, mins
tens ééamaal 's jaars, in de maand Maart
eene bondsvergadering uitschrijven alsme
de binnen ééne maand, nadat zulks door
drie Provinciale besturen aan den voor
zitter schriftelijk zal zijn verzocht.
Iedere afdeeling zendt, volgens art. 20,
een stemgerechtigd afgevaardigde ter ver
gadering. Telt eene afdeeling meer dan
vijftig leden, zoo zendt zij voor iedere vijf
tig leden of begonnen vijftigtal leden een
afgevaardigde meer.
Iedere bondslid betaalt, volgens art. 23,
jaarlijks een contributie van 50 ets., en
ontvangt, volgens art. 24, kosteloos het
door den bond uit te geven Maandblad.
Door de vier pastoors te
Maastricht is bij openbare bekendmaking
in de dagb.aden gewaarschuwd tegen de
daar verschenen conrant »I)e Maasstroom",
die zich noemt het orgaan der neutrale
Maustrichtsche arbeidersvereenigingen en
in haar program schrijft, „dat zij de trou
we echo zal zijn van Paus Leo's encycliek
Rerum Novarum, in de strengste toepas
sing."
Volgens de genoemde geestelijken kan
niemand, die zich goed katholiek noemt,
eene courant steunen, welke arbeidersver-
eenigingen vertegenwoordigt, die als neu
traal optreden en elk godsdienstig begin
sel, eiken godsdienstigen grondslag en in
vloed buiten hun werkkring sluiten.
Deheer C. Honigh te Zwolle
was zaterdag gaan fiets-rijden op de Wan
delwegen in het Nieuwe Werk. Toen hij
des namiddag niet te huis kwam, is men
des avonds en volgendenochtend zeer vroeg
naar hem gaan zoeken. Meu vond
eerst zijn rijwiel en daarna zijn
lijk in den grooten vijver ter zijde
van den hoogen afrit. Vermoedelijk heeft
hij bij het afrijden van dien afrid niet
voldoende kunnen remmen en is hij in
den vijver terecht gekomen.
De heer 0. Honigh was daar eerst sedeit
7 maanden als directeur der R. H. S.
werkzaam.
Terwijl Zondagmorgen de
heer Van Wickevoort Crommelin te Haar
lem bezig was een driejarigen hengst in
een spoorwagen te laden, sloeg de harddra
ver Almanetta, die baiten stond, op hol.
Het paard liep zich tegen de Zijlbrug dood.
Op een schrijven van den
inspecteur van het Landbouwonderwijs
met de vraag of de Hollandsche Maatschap
pij van Landbouw er belang in stelt dat
in de provincie Zuid-Holland een Rijks-
landbouw-winter-school wordt opgericht
en zoo ja, welke plaats het geschiktst
daarvoor wordt geacht, heeft het hoofd be
stuur besloten, te berichten dat op pnjs
zal worden gesteld zoo een dergelijke school
wordt gesticht en als plaats daarvoor Dord
recht aan te bevelen.
In den afgeloopen winter
is in 80 gezinnen gebruik gemaakt vande
boeken der Volksbibliotheek //Barsinger-
horn" voor BarsingerAorn, Haringhuizen,
de Kreil en Poolland.
Hoewel weinig, wordt toch ieder jaar
dtzs bibliotheek vergroot, zoo door aan
koop als door schenking van geschikte
boekwerken.
Op de voordracht door
dijkgraaf en hoogheemraden van de Uit-
waterende Sluizen in Kennemerland en
Westtriesland, opgemaakt voor de vervul
ling der beslaande Secretaris-vacature, zijn
geplaat* met het lot, tegen JWC. Kroon
1 mr M. Pj. J. J. LidlA de Jevde, ALK
MAAR 2 J. W. C. Aroo»,ZUIDSCHAR-
WOUDE en 3 mr. K. A. Colen Stuart
ALKMAAR.
Men schrijft ons uit Scha
gerbrug:
Die Paasch-maandag
lust hadden in gezelligen kring door te
brengen, hadden waarlijk niet lang te
zoeken en als ze niet al te kieskeurig
waren, niet ver te gaan. Zelden bevatten
de couranten zooveel aankondigingen van
tooneelvoorstellingen als het dit jaar voor
Paschen het geval was en daaronder
bevond zich ook voor het eerst sinds ja
ren, een uitvoering te Schagerbrug.
Schagerbrug, dat vroeger blonk met een
rederijkerskamer als „Kennis kweekt
Kunst", daarna lang op het gebied der
rederijkerjj dood was, en waar men een
spoedig herleven niet verwachtte, schaart
zich eensklaps in de rij.
Eenige dames en heeren heb
ben zich vereenigd ter beoefening der
welsprekendheid, eenige stukken in stu
die genomen en kwamen nu maandag
avond de resultaten van deze studie aan
het oordeel van het publiek onderwer
pen.
Het eerst werd ten tooneel gebracht
„Een zangersfeest" blijspel naar het
Duitsch van G. von Moser.
„Er zal een groot zangersfeest in 't
stadje zijn. Alle concurreerende en el
kaar anders 't-licht-in-de-oogen-niet-
gunnende-vereenigingen geen onge
woon verschijnsel op dit gebied heb
ben zich tot een bond vereenigd en een
groot feest is er het gevolg van. Mr.
Scheffier moet de feestrede uitspreken;
hij rekent echter niet op den tegenstand
zijner vrouw, die niet vergeten is, hoe
haar man verleden jaar thuis gekomen
is; ze wil hem in zoo'n hoogst opge
wonden (leesdronken) toestand niet
meer zien en dreigt met een oogenblik-
kelijk vertrek naar haar broer te Rozen-
dorp. De advocaat kan echter niet meer
terug, tot overmaat komt nog een vriend
voor eenen anderen vriend gebruik ma
ken van de indertijd aangeboden gele
genheid ten zijnen huize te logeeren
en Bertha, Scheffler's vrouw, vertrekt,
niet echter naar haren Rozendorpschen
broer, maar naar oom Bolten in dezelfde
stad. Scheffier niets daarvan wetende
stuurt ook zijn opgedrongen logé naar
zijn oom. Het blijkt dat met oom Bol
ten wat aan te vangen is. Deze goede man
verkeert in het tegenovergestelde ge
val van zijn armen verlaten neef. Hij
wil het feest niet bijwonen; zjjnevrouw
echter dwingt hem, het wel te doen.
Bertha, bij haren oom verblijf zoekende,
geeft hem als reden op, dat door een
defect aan het fornuis, er ten harent
niet gekookt kan worden. Oom raadt de
waarheid en besluit d e fornuisgeschie-
nis in 't reine te brengen. Dr. Steen
man, de logé van Scheffier, komt opda
gen en installeert zich ook bij oom
Bolten. Daar herkent hij nichtje Julie,
als de dame, aan wie hij verleden jaar
te Baden-Baden zijn hart verloren heeft.
De kennismaking wordt hernieuwd en in 't
bijzijn van oom Bolten, die door zijn vrouw
aangesteld is om ze te bewaken,doch
met den gieter in de hand in een gerusten
slaap is gedompeld, worden ze het voor
't volgende leven eens, en oom door het
omvallen van een tafeltje plotseling ge
wekt, ziet ze in elkanders armen. Oom
blijkt geen bezwaar tegen de vereeni
ging der gelieven te hebbenanders
echter tantedie tegenstand moet o-
verwonnen worden en ook de fornuis -
geschiedenis is nog niet in orde. Na
een gesprek met tante, die haren man
eene ontspanning gunt, ja ze hem op
dringt, begint Bertha te begrijpen, dat
ze wel wat hard geweest isoom Bol
ten weet de jaloezie van dr. Scheffier op
te wekken en de twee gescheidenen
vallen in elkanders armen. Tante
geeft na het lezen van een brief
van Julie's vader, waarin deze de be
schikking over haar hand aan oom over
laat, haren tegenstand op. Ten slotte
komt bode Praatman (een eenige
babbelaar) nog eens ten tooneele om te
vertellen, dat het geheele zangersfeest door
oneenigheid in duigen ligt en zoo is ook
deze bron van al het kwade en goede
hier afgespeeld, vernietigd. Een feest van
herstelden vrede en een feest van een
gelukkige echt vereeniging zal gevierd
worden en Brimboris van 't feestcomité
zal toch zijn zin hebben kanonscho
ten zullen bulderen en tante tante
krijgt den lang begeerden landauer. Al
len zijn tevreden."
Ziehier den inhoud van dit alleraar
digst blijspel, dat we elke Kamer ter op
voering kunnen aanbevelen. Zoo gespeeld
als het Maandagavond door de Schager-
bruggers gedaan werd, zal het immer
„pakken". De rolverdeeling had met
groote zorg plaats gevonden een eer
ste en voornaamste factor voor een goed
slagenhet samenspel uitmuntend en
vlot een bewijs van ijverige studie
en goede leiding.
Mevr. Scheffier, de heeren Bolten en
Hartman, (Scheffler's vriend) speelden
zoo, dat ook de grootste fitter er geene
aanmerking op kon maken. De rollen
van Scheffier en dr. Steenman, alsmede
die van Wilhelmina (de tante) en Julie
kwam ook uitstekend tot haar rechtde
eerste kon soms meer „mr" geweest zijn,
Wilhelmina was soms iets te snippig,
Julie iets te schroomvallig; maar 't was
hun eerste optreden en daarom allen lof.
Praatman (de bode) deed zijn naameer
aan het was een raffelen en kake
len aan elkaar en alleen dit moet
ons zijnentwege van 't hart, dat hij op
ons in den beginne, spelende tegenover
mevr. Scheffier, den indruk maakte wel
een beetje te vrij te zijn.
De kleine rollen van Brimborius, Frans
en Jan werden zeer correct uitgevoerd
en hoewel minder dankbaar, dan de hoofd
rollen, kunnen de vertolkers, ook eerste
lingen, tevreden zijn, daar ook zij het
hunne hebben bijgedragen om het geheel
zoo uitstekend te doen slagen.
No. 2 van 't programma was „Eèn
moet er trouwen", een blijspel, dat de
lachlust zelfs van den grootsten knie
zer moet opwekken.
Van twee broers, professoren, moet
er volgens den wensch van hunnen va
der, één trouwen.
Tante Geertruida zal dat in orde ma
ken en ze krijgt het met behulp van
een lief nichtje, Louise, ook in orde.
Jacob en Ernst besluiten, het lot uit
spraak te laten doen, wie zich onder
het huwelijksjuk zal moeten buigen.
Ernst loot vrij en Jacob is in zak en
asch. En toch het loopt anders af
Ernst stapt met verheugden zin in 't
huwelijksbootje en Jacob, die zich reeds
eenigszins met het denkbeeld van te trou
wen verzoend had, begraaft zich weder
bij zijne boeken. Dat die verandering ge
schiedde in een allergrappigst tooneeltje,
laat zich begrijpen. De vertolking was
weer aan zeer goede handen toevertrouwd.
De broeders speelden samen uitmun
tend, de professorale verstrooidheid van
Jacob liep wel wat de spuigaten uit,
doch dat is een klein verwijt aan 't stuk,
Louise, de lieftallige nicht en tante Geer
truida waren als voor hare rollen ge
knipt.
Voor we onze beschouwing over de
zen genotvollen avond eindigen, moet ons
de hartgrondige wensch van het hart,
dat deze kring verandere in een duur
zame Kamer.
Deze dilettanten kunnen ons nog veel
te genieten geven en onze omgeving zal
spoedig naast Philotechnie te Wierin-
gerwaard kunnen wijzen op eene uitste
kende Rederij kerskamer te Schagerbrug.
Ten slotte nog een woord van dank
aan den heer A. Bruin voor de nauw
gezetheid waarmede hij zorgde voor de
handhaving van het verbod „niet rooken"
in de goed bezette zaal.
Woensdag 8 April ver
gaderde het polderbestuur van den Zijpe
en Hazepolder. In die vergadering
werd tot secretaris van dat college be
noemd, de heer G. Vrijburg Jz. On
geveer een negental sollicitanten had
den zich aangemeld.
Schagen, 8 April 1896.
Gisterenavond verga
derde de Schager Harddraverij-Vereeni-
ging „West-Friesland", ten lokale
van den heer P. Roggeveen Pz. Uit het
jaarverslag bleek, dat het aantal leden
bedraagt 118 en dat der donateurs 69.
De rek. en verantwoording sloot met een
nadeelig saldo ad f 0.73 de ontvangsten
bedroegen f520.50, de uitgaven f 521.23.
De periodiek aftr. bestuursleden, de
heeren: Dr. A. C. MELCHIOR en C. de
PATER, werden als zoodanig herbe
noemd.
De heer C. ASJES, penningmeester, die
had bedankt, werd tot bestuurslid herko
zen.
Tweede Paaschdag'smor-
gens ten 5 ure ongeveer, brak, vermoe
delijk door het in brandvliegen van de
kachelpijp, brand uit in het Stations
koffiehuis van den heer A. Visser Jzn.
Dank zij de snelle en flinke hulp van
onze wakkere en steeds gereede Brand
weer, werd de brand in den aanvang
bedwongen. Behalve de vrij groote scha
de aan perceel en goederen, is de water
schade énorm. Alles was verzekerd bij
de Ond. Brandwaarb. Maatschap, Dir. de
Jong Comp, te Amsterdam. De
heer Visser is mede verzekerd in de
Ned. Neringverzek, Maatsch. te Nieuwe
Niedorp,
Voor een flink bezette zaal,
trad j. 1. Maandagavond in het Noord-
Holl, Koffiehuis, van den heer D. v.
houweralhier, op, het Ned. Operette-
Gezelschap van Amsterdam, onder dir.
der heeren Kreeft en Buderman.
Dit gezelschap, dat zich nu voor het
eerst hier heeft doen hooren, maakte, in
zijn genre, een goeden indruk.
De opvoering van het kluchtspel de
„Drie hoeden", liep uitstekend;
daar zat een gezellige bedrijvigheid in
geheel de actie, welke de aandacht van
het publiek onafgebroken boeide. De
verschillende types waren scherp getee-
kend en de geestige trucs werden in
juiste mate op den voorgrond geplaatst.
Het geheel gaf aan het auditorium veel
vuldig aanleiding eens naar hartelust te
lachen. De geestigste type was onge
twijfeld de heer J. PA. Kellyals Willem,
de bediende van Mandelman. Hij was
een echte snuiter, leuk in zijn doen. Wij
kunnen ons wel voorstellen, dat de lief
hebbers van een kluchtspel bij deze
opvoering volop hebben genoten.
Wat betreft het nastukje„De oude
Vioolspele r", operette, de uitvoering
hiervan pakte niet zoo bijzonder. Ons
inziens ligt dat hieraan, dat de zang
veel te wensehen overliet De tenor Kel
ly, de klompenmaker, was goed in zang
uitstekend in actie, De actie was bij
Mattheis, Vioolspeler en Reinette, de ver
loofde van Pierre, evenzeer goed.
Het effect evenwel kon niet tot zijn
hoogte komen, doordat beiden qua zan
ger en zangeres te wensehen overlieten,
en zeer onverstaanbaar waren. Trouwens,
zingen en goed verstaanbaar, dat zijn er
te dege twee. De sopraan was te zwak
en te beperkt van omvang, de bariton
te krakend en krassend. Voor eene ope
rette behoort behalve uitstekende actie,
onvoorwaardelijk uitstekende zang. Is dat
niet te verkrijgen, dan kan de opvoering
niet Daar den eisch slagen.