PLAATSELIJK NIEUWS. ren- Nederlandsehe Boerenbond. S. V. hunne voldoening, nu zij de overtuiging hebben verkregen, daardoor bereikt te heb ben het schoone doel: aan de kinderen, die een jaar lang getrouw de school hebben bezocht een feestdag te hebben verzekerd. Den kinderen een prettigendag dus, zelf zich beschavend door het juist weer geven der karakters, en tegelijkertijd het publiek van Kolhorn een avond van ge past en fatsoentijk genoegen te hebben bezorgd, ziedaar het succes van den eer sten paaschavond 1.1., een succes, waar aan en uitvoerenden èn hoorders zeker eene aangename herinnering zullen bewa- Niet onvermeld mag blijven, dat eenige jeugdige dillettanten op muziekaal gebied het hunne deden, om de onvermijdelijke pauseeringen zoo kort mogelijk te ma ken. Het Bloemencorso. Ten einde het Bloemencorso op 12 April a. s. zooveel mogelijk te doen sla gen en, daar het een feest is van een paar afdeelingen ma*r van den geheelen Algetn. Nederl. Wielrijders-Bond, daar deze een subsidie van f1500.heeft ge schonken, zijn zoogenaamde afdeelingstoch- ten uitgeschreven van Amsterdam, van Den Helder, Schagen eu Alkmaar, van Utrecht, van Rotterdam, 's Gravenhage, van Gouda en Leiden. A.1 deze afdee- lingstochten zullen ongeveer 12 uur te Haarlem aankomen en zich daarna naar de verzamelplaats begeven, vanwaar het corso omstreeks twee uren zal vertrekken en den vastgestelden weg zal volgen. De deelneming is zeer groot, o. a. heb ben een dertigtal officieren, allen wielrij ders, zich daartoe aangemeld. Het programma der voorloopige samen stelling van den stoet belooft veelkosten noch moeiten worden gespaard. Het hoofdbestuur der Ne- derlandsche maatschappij voor tuinbouw en plantkunde en het hoofdbestuur der Hol- landsche maatschappij van landbouw, heb ben instemming betuigd met het adres van het hoofdbestuur der vereeniging Westland, waarbij het de regeering ver zoekt, het daarheen te willen leiden, dat tuinbouw-voortbrengselen snel en tegen matigen prijs per spoorweg kunuen wor den vervoerd. De keuring8Commissiën voor de in 1896 te houden keuring van krijgsdienst geschikte paarden zijn samen gesteld als volgt C. voor de prov. Noordholland le district (omvattende alle gemeenten, waarvan het bestuur zetelt ten zuiden van het Noordzee-kanaal, het Pampus en de Zuiderzee)1 e d e u gep. maj. der art. C. E. van Strijen, te 's—Gravenhage, voor zitter eerv. ontsl. ritrn. der cavalerie D. Blaaaw, te 's-Gravonhageen distr.- veerarts M. J. Hengeveld Gz., te Haar lem plaatsver v. lid: plaatsverv. distr.-veearts J. Mazure Cz., te Amster dam 2e district (omvattende alle gemeen ten, waarvan het bestuur zetelt ten noor den van het Noordzeekanaal, en die door sneden worden door, of ten westen liggen van het Nooidhollandsch Kanaal van Am sterdam over Purmerend naar Alkmaar, en den spoorweg van Alkmaar naar Den Helder, bovendien de eilanden Wieringen, Tessel,' Vlieland en Terschelling)1 e- d e ngep. ritm. der cavalerie F. M. baron Van Lijnden, te Haarlem, voorzitter; eervol ontsl. Ie luit. der cavalerie W. G. G. vau Weideren baron Rengers, le '«-Gra venhage en plaatsverv. distr.-veearts J. Wester, te Alkmaarplaatsverv. lid: plaatsverv. distr.-veearts G. Muijs, te Schagen 3e district (omvattende alle gemeenten, waarvan het bestuur zetelt ten noorden van het Noordzeekanaal en ten oosten van het Noordholl. kanaal, van Amsterdam over Purmerend naar Alkmaar en den spoorweg van Alkmaar naar Den Helder); leden: gep. maj. der cavalerie P. v. Tienhoven Arnhem, voorzitterkap. J. L. v. Heukelom, van het 3e reg. veld.-ait. en plaatsverv. districts-veearts J. M. Bill- roth, te Hoornplaatsverv, lid: plaatsverv. distr.-veearts J. W. H. Geer- lings, te Purmerend Plaatsvervangende leden voor de beide districteneersteluit. F. L. de Voog», v/h. 2e re. huzarenkapt. J. L. Vogel, v/b. 3e reg. veld-ark, en ritm. L. Bolle, v/b. escadron ordonnansen. Een jeugdig misdadiger. Diefstal uit een toonbanklade, diefstal van een aanzienlijke som gelds nit een kastje en brandstichting, ziedaar de drie ernstige feiten.die een 16-jarigen smids knecht nit ZALK voor den Zwolschen rech ter hadden gebracht. De jongen was bij den smid Van Nee te Zalk in huis; zijn vader woont teItter- sum, zijn moeder heeft hij reeds vroeg ver loren en het Openbaar Ministerie zoowel als de verdediger wezen er op' dat hij in de tweede vrouw, die zijn vader nam, geen tweede moeder gevonden heeft. Verscheide ne malen is hij vroeger reeds nit huis ge- loopen, omdat hij het daar niet kon uit houden; maar telkens weid hij terugge bracht. Op 13-jarigen leeftijd was hij voorgoed het huis uitgegaan, had eerst gewerkt te Zwolle tot tevredenheid van zijn metsteis en was toen naar Van Nee te Zalk geg/an. Hij kreeg van dezen spo°dig een kwartje zakgeld, maar, volgens zijn eigen verkla ringen, moest hij zijn geld iedere week af geven aan zijn stiefmoeder, die daarvoor zijn kleeren wilde betileD. Zoodoende kon hjj niet met zijn vrienden meedoen. Dat atak hem en hij begon geld te stelen. Naast Van Nee woont de winkelier Spij kerboer en bij de boodschappen, die de jODgen daar deed, nam hij herhaaldelijk kleingeld weg uii de toonbauklade, in het geheel wel tot een bedrag van f 15. Dit werd eindelijk bemerktde jongen beken de en beloofde het geld terug te zullen geven. Maar waar zou hij het vandaan ha len Toen kwam het noodlottige plan in hem op, zijn baas Van Nee te bestelen en dan Spijkerboer te voldoen. Zondag 8 Maart volbracht hij deze daad. Hij nam uit een lade vau een kastje, dat in de slaapkamer in het woonhuis vau Van Nee stond, een zakje mtt geld weg, dat, zooals later bleek, f 115 inhield. Hij verstopte dit zakje in den schoorsteen van de smederij. Maar die diefstal kon niet verborgen blijven. Deze vrees leidde (het is hier een tref fend voorbeeld van de steilheid vau het pad der ondeugd) tot de derde misdaad hij stak het woonhuis van Van Nee in brand, in de hoop, dat daarooor het ge mis van het geld niet ontdekt zou wor den. De brand werd echter bedwongen, het achterhuis brandde af en de diefstal kwam aan het licht. De ongelukkige jon gen werd onmiddellijk van brandstichting verdacht, daar hij het huis had verlaten op het oogenblik dat er reeds brand was en toen zonder iets te zeggen in de aan de overzijde van den weg gelegen smede rij aan het werk was gegaan. Laag duur de het dan ook niet oi hij bekende al les. Met dikke wallen onder de oogen van het voortdurende schreien stond hij voor de rechtbank en legde snikkend en ooder blijken van diep berouw een openhartige bekentenis af van zijn daden. De officier achtte hier zoo veel verzachtende omstan digheden aanwezig, dat hij, niettegenstaan de de ernst der feiten, een betrekkelijk ge ringe straf meende te moeten eischen 8 maanden gev.-straf, Mr. R. F. C. H. baron Beutinck trad als toegevoegd verdediger op. Hoewel hij dit requisitoir zeker zwaar zou noemen, achtte hij toch voldoende grouden aanwe zig om een nog lichtere straf op te leg gen. Hij wees op de ongelukkige jeugd eu opvoeding van den hek!., ea op de angst en radeloosheid, waarin deze de b-ei- de laatsten feiten heeft gepleegd en riep met vertrouwen declemeutie in der recht bank De uitspraak is bepaald op 15 April. (Zw. Ct.) In de maand Mei a. s. zal de vergade ring worden gehouden tot vaststelling van een algemeen reglement van den „Neder- Lndschen Boerenbond^, waarvoor een ont werp is opgemaakt door de hb. L. Riddrr D. v. d. Schueren, J. E. Pauwen, Th. Pruis, mr. A. baron van Wijnbergen, B. J. Huls hof en Theod Peters. Aan dat ontwerp is het volgende ont leend Art. 1. De Nederlindsche Boerenbond heelt zijn zetel te UTRECHT. Art, 2. De Ned. Boerenbond heeft ten doel, door aaneensluiting van alle zelfstan dige boerenveieenigingen de zedelijke en stoffelijke belangen van don boerenstand te behartigen, dieDS maatschappelijken toe stand te verbeteren eu alzoo werkzaam te zijn tot de vorming van een krachtigeu, welvarenden boerenstand. Art. 3. Dit doel tracht de Bond te bereiken a. door het bestrijden van slechte ge woonten en misbruiken, als verkwisting, drankmisbruik enz.) en door het bevorde ren der spaarzaamheid. b. door het streven naar eene recht vaardige en doelmatige hervorming van de wetgeving ten voordeele van den boeren stand. c. door het verbeteren van het land- bouw-crediotwezen (spaar-en voorschotkas- seD, enz.) J. door het stichten van vereenigingen in het belang van den landbouw, zooaJs, aan- en verkoopvereenigingen, verzekering fondsen, enz. edoor het verbreiden van voor den boerenstand nuttige kennis. door verzoening van strijdige belangen en door beslechting van geschillen. g. door het houden van vergaderingen. Art. 4. Da Nederlandsehe Boerenbond is samengesteld uit Provinciale Boerenbon den, elke Provinciale Bond nit afdeelin gen. Art. 5. De reglementen der Pro vinciale Boerenbonden behoeven de goed keuring van bet Centraal bestuur, die der afdeelingen de goedkeuring van het Pro vinciaal bestuur. De goedkeuring der provinciale en af- deelingsreglementen wordt slechts dan ge weigerd, indien zij strijdig zijn met het algemeen reglement. Art. 6. In elke gemeente kunnen eene of meerdere afdeelingen worden gevestigd. Verschillende kleine aan eikander gren zende gemeenten kunnen ééae afdeeling vor men. Art. 7. Niemand kan lid van den Bond zijn, zonder tot eene afdeeling te behoo- ren en omgekeerd. Art. 8. De aanneming van leden ge schiedt door de afdeejingsbesturen behou dens goedkeurirg van da provinciale be stuten. Art. 9. Om als lid eener afdeeling te kunnen worden aangenomen, wordt ver- eischt 1. dat men tot eene der Christelijke belijdenisse behoore. 2. dat men grondeigenaar of pachter of vruchtgebruiker of beheerder vad gron den zij, of het landbouwbedrijf nitoefene. 3. dat men meerderjarig zij. Minderjarigen kunnen, zoodra zij den leeftijd vau achttien jaren bereikt hebben, tot leden worden aangenomen, doch missen uitoefening van het stemrecht tot hunne meerderjarigheid. Art. 12. Aan het hoofd van den Bond slaat een centraal bestuur, samengesteld uit het dagelijksch bestuur, de voorzitters van de provinciale bestaren, alsmede uit afge vaardigden nit iedere provincie, waar een provinciaal bestuur gevestigd is. Het aantal dezer afgevaardigden en de wijze hunner verkiezing wordt bij huishoude lijk reglement geregeld. Het centraal Bestuur kiest uit of bui ten zijn leden een voorziUer, onder-voor zitter, algemeenen secretaris en algemeenen penningmeester, die hst dagel. Bestuur van den bond uitmaken. Art. 13. De provinciale besturen zijn samengesteld uit de voorzitters der afdee lingen. Ieder provinciaal bestuur kiest uit zijn midden een voorzitter, onder—voorzit ter, secretaris en penningmeester. Art. 14. De afdeelingsbesturen zijn sa mengesteld uit minstens één voorzitter, secretaris en penningmeester, nit en door de leden gekozen of herkozen. Art. 15. De leiding van den ganschen Bond berust bij het centraal bestuur. De voorzitter van het ceDtraal bestuur vertegenwoordigt den Bond in en baiten rechten. De voorzitter zal, volgens art. 19, mins tens ééamaal 's jaars, in de maand Maart eene bondsvergadering uitschrijven alsme de binnen ééne maand, nadat zulks door drie Provinciale besturen aan den voor zitter schriftelijk zal zijn verzocht. Iedere afdeeling zendt, volgens art. 20, een stemgerechtigd afgevaardigde ter ver gadering. Telt eene afdeeling meer dan vijftig leden, zoo zendt zij voor iedere vijf tig leden of begonnen vijftigtal leden een afgevaardigde meer. Iedere bondslid betaalt, volgens art. 23, jaarlijks een contributie van 50 ets., en ontvangt, volgens art. 24, kosteloos het door den bond uit te geven Maandblad. Door de vier pastoors te Maastricht is bij openbare bekendmaking in de dagb.aden gewaarschuwd tegen de daar verschenen conrant »I)e Maasstroom", die zich noemt het orgaan der neutrale Maustrichtsche arbeidersvereenigingen en in haar program schrijft, „dat zij de trou we echo zal zijn van Paus Leo's encycliek Rerum Novarum, in de strengste toepas sing." Volgens de genoemde geestelijken kan niemand, die zich goed katholiek noemt, eene courant steunen, welke arbeidersver- eenigingen vertegenwoordigt, die als neu traal optreden en elk godsdienstig begin sel, eiken godsdienstigen grondslag en in vloed buiten hun werkkring sluiten. Deheer C. Honigh te Zwolle was zaterdag gaan fiets-rijden op de Wan delwegen in het Nieuwe Werk. Toen hij des namiddag niet te huis kwam, is men des avonds en volgendenochtend zeer vroeg naar hem gaan zoeken. Meu vond eerst zijn rijwiel en daarna zijn lijk in den grooten vijver ter zijde van den hoogen afrit. Vermoedelijk heeft hij bij het afrijden van dien afrid niet voldoende kunnen remmen en is hij in den vijver terecht gekomen. De heer 0. Honigh was daar eerst sedeit 7 maanden als directeur der R. H. S. werkzaam. Terwijl Zondagmorgen de heer Van Wickevoort Crommelin te Haar lem bezig was een driejarigen hengst in een spoorwagen te laden, sloeg de harddra ver Almanetta, die baiten stond, op hol. Het paard liep zich tegen de Zijlbrug dood. Op een schrijven van den inspecteur van het Landbouwonderwijs met de vraag of de Hollandsche Maatschap pij van Landbouw er belang in stelt dat in de provincie Zuid-Holland een Rijks- landbouw-winter-school wordt opgericht en zoo ja, welke plaats het geschiktst daarvoor wordt geacht, heeft het hoofd be stuur besloten, te berichten dat op pnjs zal worden gesteld zoo een dergelijke school wordt gesticht en als plaats daarvoor Dord recht aan te bevelen. In den afgeloopen winter is in 80 gezinnen gebruik gemaakt vande boeken der Volksbibliotheek //Barsinger- horn" voor BarsingerAorn, Haringhuizen, de Kreil en Poolland. Hoewel weinig, wordt toch ieder jaar dtzs bibliotheek vergroot, zoo door aan koop als door schenking van geschikte boekwerken. Op de voordracht door dijkgraaf en hoogheemraden van de Uit- waterende Sluizen in Kennemerland en Westtriesland, opgemaakt voor de vervul ling der beslaande Secretaris-vacature, zijn geplaat* met het lot, tegen JWC. Kroon 1 mr M. Pj. J. J. LidlA de Jevde, ALK MAAR 2 J. W. C. Aroo»,ZUIDSCHAR- WOUDE en 3 mr. K. A. Colen Stuart ALKMAAR. Men schrijft ons uit Scha gerbrug: Die Paasch-maandag lust hadden in gezelligen kring door te brengen, hadden waarlijk niet lang te zoeken en als ze niet al te kieskeurig waren, niet ver te gaan. Zelden bevatten de couranten zooveel aankondigingen van tooneelvoorstellingen als het dit jaar voor Paschen het geval was en daaronder bevond zich ook voor het eerst sinds ja ren, een uitvoering te Schagerbrug. Schagerbrug, dat vroeger blonk met een rederijkerskamer als „Kennis kweekt Kunst", daarna lang op het gebied der rederijkerjj dood was, en waar men een spoedig herleven niet verwachtte, schaart zich eensklaps in de rij. Eenige dames en heeren heb ben zich vereenigd ter beoefening der welsprekendheid, eenige stukken in stu die genomen en kwamen nu maandag avond de resultaten van deze studie aan het oordeel van het publiek onderwer pen. Het eerst werd ten tooneel gebracht „Een zangersfeest" blijspel naar het Duitsch van G. von Moser. „Er zal een groot zangersfeest in 't stadje zijn. Alle concurreerende en el kaar anders 't-licht-in-de-oogen-niet- gunnende-vereenigingen geen onge woon verschijnsel op dit gebied heb ben zich tot een bond vereenigd en een groot feest is er het gevolg van. Mr. Scheffier moet de feestrede uitspreken; hij rekent echter niet op den tegenstand zijner vrouw, die niet vergeten is, hoe haar man verleden jaar thuis gekomen is; ze wil hem in zoo'n hoogst opge wonden (leesdronken) toestand niet meer zien en dreigt met een oogenblik- kelijk vertrek naar haar broer te Rozen- dorp. De advocaat kan echter niet meer terug, tot overmaat komt nog een vriend voor eenen anderen vriend gebruik ma ken van de indertijd aangeboden gele genheid ten zijnen huize te logeeren en Bertha, Scheffler's vrouw, vertrekt, niet echter naar haren Rozendorpschen broer, maar naar oom Bolten in dezelfde stad. Scheffier niets daarvan wetende stuurt ook zijn opgedrongen logé naar zijn oom. Het blijkt dat met oom Bol ten wat aan te vangen is. Deze goede man verkeert in het tegenovergestelde ge val van zijn armen verlaten neef. Hij wil het feest niet bijwonen; zjjnevrouw echter dwingt hem, het wel te doen. Bertha, bij haren oom verblijf zoekende, geeft hem als reden op, dat door een defect aan het fornuis, er ten harent niet gekookt kan worden. Oom raadt de waarheid en besluit d e fornuisgeschie- nis in 't reine te brengen. Dr. Steen man, de logé van Scheffier, komt opda gen en installeert zich ook bij oom Bolten. Daar herkent hij nichtje Julie, als de dame, aan wie hij verleden jaar te Baden-Baden zijn hart verloren heeft. De kennismaking wordt hernieuwd en in 't bijzijn van oom Bolten, die door zijn vrouw aangesteld is om ze te bewaken,doch met den gieter in de hand in een gerusten slaap is gedompeld, worden ze het voor 't volgende leven eens, en oom door het omvallen van een tafeltje plotseling ge wekt, ziet ze in elkanders armen. Oom blijkt geen bezwaar tegen de vereeni ging der gelieven te hebbenanders echter tantedie tegenstand moet o- verwonnen worden en ook de fornuis - geschiedenis is nog niet in orde. Na een gesprek met tante, die haren man eene ontspanning gunt, ja ze hem op dringt, begint Bertha te begrijpen, dat ze wel wat hard geweest isoom Bol ten weet de jaloezie van dr. Scheffier op te wekken en de twee gescheidenen vallen in elkanders armen. Tante geeft na het lezen van een brief van Julie's vader, waarin deze de be schikking over haar hand aan oom over laat, haren tegenstand op. Ten slotte komt bode Praatman (een eenige babbelaar) nog eens ten tooneele om te vertellen, dat het geheele zangersfeest door oneenigheid in duigen ligt en zoo is ook deze bron van al het kwade en goede hier afgespeeld, vernietigd. Een feest van herstelden vrede en een feest van een gelukkige echt vereeniging zal gevierd worden en Brimboris van 't feestcomité zal toch zijn zin hebben kanonscho ten zullen bulderen en tante tante krijgt den lang begeerden landauer. Al len zijn tevreden." Ziehier den inhoud van dit alleraar digst blijspel, dat we elke Kamer ter op voering kunnen aanbevelen. Zoo gespeeld als het Maandagavond door de Schager- bruggers gedaan werd, zal het immer „pakken". De rolverdeeling had met groote zorg plaats gevonden een eer ste en voornaamste factor voor een goed slagenhet samenspel uitmuntend en vlot een bewijs van ijverige studie en goede leiding. Mevr. Scheffier, de heeren Bolten en Hartman, (Scheffler's vriend) speelden zoo, dat ook de grootste fitter er geene aanmerking op kon maken. De rollen van Scheffier en dr. Steenman, alsmede die van Wilhelmina (de tante) en Julie kwam ook uitstekend tot haar rechtde eerste kon soms meer „mr" geweest zijn, Wilhelmina was soms iets te snippig, Julie iets te schroomvallig; maar 't was hun eerste optreden en daarom allen lof. Praatman (de bode) deed zijn naameer aan het was een raffelen en kake len aan elkaar en alleen dit moet ons zijnentwege van 't hart, dat hij op ons in den beginne, spelende tegenover mevr. Scheffier, den indruk maakte wel een beetje te vrij te zijn. De kleine rollen van Brimborius, Frans en Jan werden zeer correct uitgevoerd en hoewel minder dankbaar, dan de hoofd rollen, kunnen de vertolkers, ook eerste lingen, tevreden zijn, daar ook zij het hunne hebben bijgedragen om het geheel zoo uitstekend te doen slagen. No. 2 van 't programma was „Eèn moet er trouwen", een blijspel, dat de lachlust zelfs van den grootsten knie zer moet opwekken. Van twee broers, professoren, moet er volgens den wensch van hunnen va der, één trouwen. Tante Geertruida zal dat in orde ma ken en ze krijgt het met behulp van een lief nichtje, Louise, ook in orde. Jacob en Ernst besluiten, het lot uit spraak te laten doen, wie zich onder het huwelijksjuk zal moeten buigen. Ernst loot vrij en Jacob is in zak en asch. En toch het loopt anders af Ernst stapt met verheugden zin in 't huwelijksbootje en Jacob, die zich reeds eenigszins met het denkbeeld van te trou wen verzoend had, begraaft zich weder bij zijne boeken. Dat die verandering ge schiedde in een allergrappigst tooneeltje, laat zich begrijpen. De vertolking was weer aan zeer goede handen toevertrouwd. De broeders speelden samen uitmun tend, de professorale verstrooidheid van Jacob liep wel wat de spuigaten uit, doch dat is een klein verwijt aan 't stuk, Louise, de lieftallige nicht en tante Geer truida waren als voor hare rollen ge knipt. Voor we onze beschouwing over de zen genotvollen avond eindigen, moet ons de hartgrondige wensch van het hart, dat deze kring verandere in een duur zame Kamer. Deze dilettanten kunnen ons nog veel te genieten geven en onze omgeving zal spoedig naast Philotechnie te Wierin- gerwaard kunnen wijzen op eene uitste kende Rederij kerskamer te Schagerbrug. Ten slotte nog een woord van dank aan den heer A. Bruin voor de nauw gezetheid waarmede hij zorgde voor de handhaving van het verbod „niet rooken" in de goed bezette zaal. Woensdag 8 April ver gaderde het polderbestuur van den Zijpe en Hazepolder. In die vergadering werd tot secretaris van dat college be noemd, de heer G. Vrijburg Jz. On geveer een negental sollicitanten had den zich aangemeld. Schagen, 8 April 1896. Gisterenavond verga derde de Schager Harddraverij-Vereeni- ging „West-Friesland", ten lokale van den heer P. Roggeveen Pz. Uit het jaarverslag bleek, dat het aantal leden bedraagt 118 en dat der donateurs 69. De rek. en verantwoording sloot met een nadeelig saldo ad f 0.73 de ontvangsten bedroegen f520.50, de uitgaven f 521.23. De periodiek aftr. bestuursleden, de heeren: Dr. A. C. MELCHIOR en C. de PATER, werden als zoodanig herbe noemd. De heer C. ASJES, penningmeester, die had bedankt, werd tot bestuurslid herko zen. Tweede Paaschdag'smor- gens ten 5 ure ongeveer, brak, vermoe delijk door het in brandvliegen van de kachelpijp, brand uit in het Stations koffiehuis van den heer A. Visser Jzn. Dank zij de snelle en flinke hulp van onze wakkere en steeds gereede Brand weer, werd de brand in den aanvang bedwongen. Behalve de vrij groote scha de aan perceel en goederen, is de water schade énorm. Alles was verzekerd bij de Ond. Brandwaarb. Maatschap, Dir. de Jong Comp, te Amsterdam. De heer Visser is mede verzekerd in de Ned. Neringverzek, Maatsch. te Nieuwe Niedorp, Voor een flink bezette zaal, trad j. 1. Maandagavond in het Noord- Holl, Koffiehuis, van den heer D. v. houweralhier, op, het Ned. Operette- Gezelschap van Amsterdam, onder dir. der heeren Kreeft en Buderman. Dit gezelschap, dat zich nu voor het eerst hier heeft doen hooren, maakte, in zijn genre, een goeden indruk. De opvoering van het kluchtspel de „Drie hoeden", liep uitstekend; daar zat een gezellige bedrijvigheid in geheel de actie, welke de aandacht van het publiek onafgebroken boeide. De verschillende types waren scherp getee- kend en de geestige trucs werden in juiste mate op den voorgrond geplaatst. Het geheel gaf aan het auditorium veel vuldig aanleiding eens naar hartelust te lachen. De geestigste type was onge twijfeld de heer J. PA. Kellyals Willem, de bediende van Mandelman. Hij was een echte snuiter, leuk in zijn doen. Wij kunnen ons wel voorstellen, dat de lief hebbers van een kluchtspel bij deze opvoering volop hebben genoten. Wat betreft het nastukje„De oude Vioolspele r", operette, de uitvoering hiervan pakte niet zoo bijzonder. Ons inziens ligt dat hieraan, dat de zang veel te wensehen overliet De tenor Kel ly, de klompenmaker, was goed in zang uitstekend in actie, De actie was bij Mattheis, Vioolspeler en Reinette, de ver loofde van Pierre, evenzeer goed. Het effect evenwel kon niet tot zijn hoogte komen, doordat beiden qua zan ger en zangeres te wensehen overlieten, en zeer onverstaanbaar waren. Trouwens, zingen en goed verstaanbaar, dat zijn er te dege twee. De sopraan was te zwak en te beperkt van omvang, de bariton te krakend en krassend. Voor eene ope rette behoort behalve uitstekende actie, onvoorwaardelijk uitstekende zang. Is dat niet te verkrijgen, dan kan de opvoering niet Daar den eisch slagen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1896 | | pagina 3