40ste Jaargang No. 3153. verleent vergunning, Zondag 22 November 189S. Nationale Militie. en Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- Zat e r d a g a v o n d. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. UitgeverJ. WINKEL Bureau: SCHAOEï, &aan, D 4. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60. Atzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Bij dit Nummer behoort een Bijvoegsel. GemeenteSchagen. B K e i» tl ra a K ie n. Marktpolitie. Oproeping' voor de eerste zit ting van den Militieraad. TOESPRAAK in de Algemeene Vergade ring der Liberale Unie van 14 November 1896 door den Voorzitter ge houden, en ingevolge besluit van de Vergade ring afzonderlijk gedrukt en aan de Kiesvereeni- gingen gezonden. Binnenlandse!) Nieuws. SCHAGER titti COURANT. AiïBriEiiie- LHilimiM Butgemeester en Wethouders van SCHAGEN brengen ter kennis van be langhebbenden, dat de gewone Najaars- Paardenimrkt («eulenmarkt) zal gehoudeö worden op 26 November a. s. Schagen, 17 November 1896. Burgemeester en Wethouders voor noemd, S. BERMAN, de Secretaris, DENIJS. Burgemeester en Wethouders van Scha- gen Gezien art. 20 van de Politieverorde ning dezer gemeente Brengen ter algemeene kennis, dat bij gelegenheid der zoogenaamde Veulen- markt op den 26er. dezer, de aange voerde paarden en veulens van bet markt terrein moeten zijn weggevoerd, vóór des namiddags 4 ure. Overtreding van het vorenstaande is strafbaar met eene boete van ten hoogste f 25, of hechtenis van ten hoogste Z6S dagen. Schagen, 20 November 1896. Burgemeester en Wethouders voornoemd S. BERMAN, De Secretaris, DENIJS. De Burgemeester der gemeente SCHAGEN; Gezieu de artt. 8, 10 en 145 van de Politieverordening dezer gemeente aan de tapper8, om bij gelegenheid der VEULENMARKT, op Donderdag den 26 N o v e m b e r a. s., ta tappen, muziek te laten maken en danspartijen te doen houden, tot des nachts één ure. Schagen, 20 November 1896. De Burgemeester voornoemd S. BERMAN. De Burgemeester van Schagen brengt ter kornis van belanghebbenden, dat eene afwijking van de verbodsbepalingen, ver vat in het Koninklijk Besluit van 8 De cember 1870 (Staatsblad No. 194) is toe gestaan, ten aanzien van den invoer uit België hier te lande, van runde ren, schapen en geiten, waarvan de toelating door de Belgische autoriteiten op grond van de daar te lande geldende veeaitsenijkundige voorschiiften mocht worden geweigerd. Verdere inlichtingen zijn te bekomen ter gemeentesecretarie alhier. Schagen, 20 November 1896. De Burgemeester voornoemd S. BERMAN. (Artt. 86, 87 en 88 der wet op de Nationale Militie.) Burgemeester en Wethouders van de gemeente Schagen brengen ter kennis van de belanghebbenden dat de eerste zitting van den Militieraad zal worden gehouden ten Raadhuize te Hoorn, op Woensdag den 16 December eerstkomende, des morgens te 12 ure. Dat voor den Militieraad moeten ver schijnen lo. de vrijwilliger voor Militie 2o. de loteling, die vrijstelling verlangt wegens ziekelijke gesteldheid of gebreken of gemis van de gevorderde lengte So. Hij, die voor een loteling als plaats vervanger of nummerverwisselaar verlangt op te treden. Schagen, den 20 November 1896. Burgemeester en Wethouders voornoemd S. BERMAN, De Secretarie, DENIJS. M. H. Wij geven heden uitvoe ring aan het laatste gedeelte van wat ons door de Algemeene Vergadering van 22 Juni 1895 werd opgedragen om saam te stellen en, na behandeling in de Kiesvereenigingen, aan de goedkeuring der Algemeene Vergadering te ontwer pen „een Ontwerp-Hervormingsprogram- ma, geschikt om te strekken tot ver- eenigingspunt voor alle vooruitstrevende vrijzinnigen". Deze zaak heeft eene lange geschiedenis. In 1894 reeds is bij hot Bestuur het denkbeeld geboren; nadat het ook waar genomen had kenteekenen, waaruit mocht worden afgeleid, dat de wensche- Ijkheid van zulk een programma in ver scheiden kiesvereenigingen werd gevoeld. Bij een rondschrijven van 2 Januari 1895 werd toen het denkbeeld in den kring van alle kiesvereenigingen neergelegd. Als leiddraad voor de bespreking werd daarbij gevoegd een lijst van vraag punten over allerlei onderwerpen van algemeen belang. Immers, alleen wanneer zich de denkbeelden ontwikkelden over concrete vraagstukken, kon o. i. eene overtuiging worden gevormd omtrent de algemeene richting, waarin de vooruitstrevende vrijzinnigen wenschten, dat wetgeving en staatsbeleid zich zouden bewegen. In de meeste kiesvereenigingen wer den die vraagpunten besproken; en men zond ons de verslagen van hetgeen be handeld wa"s. Toen volgde, in de reeds genoemde Algemeene Vergadering van 22 Juni 1895, de belangrijke beslissing, waarbij ons de opdracht verstrekt werd. Aanstonds hielden wij ons nu bezig met het samenstellen van een voorloo- pig-ontwerpop den grondslag van wat vóór ons lag. Dat stuk was den 30sten December 1895 gereed en werd bij rondschrijven van dien datum aan de kiesvereenigin gen toegezonden. Dezelfde concrete vraag-stukken werden daarin genoemd de richting, waarin wij meenden, dat de oplossing moest gevonden worden, werd aangegevenen de motieven, op grond waarvan de onderscheiden hervormingen gewenscht voorkwamen, werden uitge drukt. Hoogst belangrijke beschouwingen wer den daaraan in de Kiesvereenigingen gewijd en ook nu weer ontvingen wij daarvan verslag. Daarop volgde het moeilijkste gedeel te van ons werk om, na overweging van de meeningen, die over ons voorloo- pig ontwerp waren uitgesproken, en van de veranderingen, die waren aan de hand gedaan, aan het stuk dien vasten vorm te geven, die voor een „Ontwerp-Her- vormingsprogramma", dat aan de Alge meene Vergadering kon worden voorge legd, werd verlangd. De moeilijkheid van die taak en de groote verantwoordelijkheid, daaraan ver bonden, hebben wij diep gevoeld. Maar het was ons eene verheffende gedachte, te mogen meewerken aan het formulee ren van de volksovertuigingen omtrent den weg, dien eene vooruitstrevend-vrj- zinnige staatkunde moest opgaan. Im mers, die volksovertuigingen moeten eene kracht vormen, waarop de staatslieden kunnen steunen. Wij leggen thans, na tijdige rondzen ding aan de Kiesvereenigingen, U het programma als definitief ontwerp voor. Aan Uwe Vergadering, om het pro gramma vast te stellen. Wij hebben, zeide ik, het gewicht der zaak on onze verantwoordelijkheid altijd diep gevoeld. Bij het ontwerpen, bij het beslissen van wat in het ontwerp moest worden opgenomen en hoe alles moest worden geformuleerd hebben wij gezien noch naar rechts, noch naar links. Wij heb ben ons eenvoudig afgevraagd, als eer lijke mannen, welke hervormingen, naar onze overtuiging, zouden zijn in 's lands belang en in den geest van eene vooruit strevend-vrijzinnige politiek. Wij weten en beseffen, dat ons werk zijne gebreken heeft. >Iwe Vergadering zal kunnen verbetéren en met ons over leggen zij zal ten slotte beslissen. Iieeds dadelijk stond liet bij ons op den voorgrond, dat een tijdperk van krachtige sociale hervormingen moest aanbreken. Ook de Vergadering van 22 Juni 1895 had dit diep gevoeld. Daar om had zij aan hare opdracht doen voorafgaan de overweging, dat bo venal de sociale* vraagstukken de aan dacht vorderen." Wij hebben in het Ontwerp, dat nu in behandeling komt, die overweging overgenomen, zooals zij toen werd vastgesteld. Dit was daarbij het geformuleerde beginsel: dat in de wetgeving alleen van wetgeving is hier sprake elke bevoorrechting van het kapitaal moet ophouden, de belangen van den arbeid en den arbeider tot hun recht moeten komen, en in het alge meen, voorzoover de wetgeving invloed uitoefent op de verdeeling der maat schappelijke goederen, meer rechtvaar digheid moet worden betracht. De wetgever kan niet langer zich terughouden tegenover zoovele misstan den, welke of eene gebrekkige wetgeving of de onbelemmerde werking der socia le krachten bestendigt. Niet alsof het te doen zou zijn om staatsbevoogding, om verslapping van de zelfstandige krachten in het volksleven, op het gevaar af een volk te scheppen van parasieten. Integendeel. Juist om, met den steun der wet, de gezonde kracht van het volk - maar ook van het geheele volk - te verster ken vooral bij hen die, niets hebbend dan hun persoon en hun arbeid, gevaar loopen in het leven die kracht zelve, die levensenergie te verliezen, tot scha de voor de geheele gemeenschap. Eene lange reeks van hervormingen op allerlei gebied wordt in ons voorstel ge wenscht verklaard. Eene lange reeks. Maar alleen uit het noemen van sprekende hervormingen, niet uit algemeene zin sneden, kon naar onze overtuiging - en dat hebben ook onze kiesvereenigin gen bij hare besprekingen steeds ge voeld - de richting uitkomen, waarin zich de wenschen bewogen. Bij het overzien echter van die lange reeks beseften ook wij, dat voor de toe komst veel gevraagd werd; doch dat, waar de krachten der menschen aan tijdperken, gebonden zijn, ook aan tijd perken binnen welke de verwezenlij king verwacht kon worden, moest wor den gedacht. Zoo kwamen wij er toe, aan het Ontwerp-Hervormingsprogramma een Ontwerp-Program van urgentie toe te voegen, waarin sommigen van de her- vormingswenschen werden herhaald. Te eerder was deze weg aangewezen, om dat in 1897 algemeene verkiezingen aan de orde zullen zijn. De strekking van het „urgentie- pro gram" is duidelijk uitgedrukt. Het wijst die hervormingen aan alle in geheel dezelfde bewoordingen, waarin ook het Hervormings-program ze formuleert - die wegens hare bijzondere beteeke- nis voor de welvaart van het geheele volk en voor de verbetering der maatschap pelijke verhoudingen op den voorgrond moeten worden gebracht en voor het eerst volgend legislatief tijdperk moeten worden urgent verklaard. Allerminst is het de bedoeling, andere vraagstukken achter uit te zetten. Onze begeleidende brief zegt dit duidelijk. Maar - zoo staat het er ook - met de hier voorgedragen her vormingen mag zeker niet worden ge draald. Ook de keuze, die wij deden, onder werpen wij aan Uw oordeel. Het is mogelijk, dat door de Vergadering aan vulling wordt gewenscht. Waar begren zing noodig is, zal over de juiste gren zen altijd verschillend worden gedacht. Eene opmerking echter reeds nu. De bedenking is gemaakt van vele zijden, dat 6, handelend over „behar tiging van landbouw, veeteelt, Kandel en nijverheidop het urgentie-programma niet voorkomt. Wij hebben zelve te dien aanzien geaarzeld. Van het hooge gewicht van die behartiging op de daar aangegeven wijze waren ook wij natuur lijk doordrongen. Maar de mogelijk heid, dat het hier wellicht minder op wetten dan op regeeringsmaatregelen kon aankomen, deed ons, bij noodza kelijkheid van zelfbeperking, het er af laten. Bij nadere overweging erkennen wij echter gaarne, dat onze vroegere beslissing niet goed was. Wij brengen dus ook die 6 op ons urgentie-ont werp over. Waarom kiesrechthervorming in dit ontwerp niet geplaatst werd, is toegelicht. De ervaring zal omtrent de uitkomsten der vastgestelde kieswet met betrekking tot het aantal kiezers uitspraak hebben te doen, en Staten-Generaal zoowel als Regeering moeten onverdeeld aan de dringende hervormingen, die de welvaart van het geheele volk en de verbetering der maatschappeljke verhoudingen in al hare diepte raken, krachtig de hand kun nen slaan. In het „Ontwerp-Hervor mingsprogramma" echter heeft het kies- rechtvraagstuk principieel zjne plaats. Het daar omtrent dit punt geschrevene is met den geest van wat de Liberale Unie reeds zoo herhaaldeljk uitsprak, in kla re overeenstemming. Door de aanneming van die paragraaf zal z j aan haar verleden getrouw bijven. Dat is zoo eenvoudig, dat het toelichting niet noodig heeft. Aan be paalde wetten of wetsvoorstellen echter hebben w j bij het kiezen van de ruime for muleering aldaar niet gedacht. Het is het beginsel zelf van wat de vooruitstreven de vrjzinnigen op dit punt voor de toe komst moeten wenschen, dat daarin is neergelegd. Eene lange reeks van gewenschte her vormingen. Yerschil van meening zal, met name over de formuleering, voorkomen. Maar wj zullen elkaar daaromtrent wel verstaan. Wat toch zoeken wj anders, dan een heid van allen, die, principieel en op recht, geestverwanten zjn. Waartoe zjn wj bjeengekomen, an ders, dan om in gemeen overleg ons te verstaan. Hier nu moet ik waarschuwen tegen een misverstand en aanraken eene zeer subtiele quaestie. Het geldt dit. In ons Ontwerp trou wens in de vroegere stukken geschiedde het ook zjn niet enkel onderwerpen aangegeven, maar zjn de bjzondere her vormingen genoemd, met opgave van de richting, waarin w j ze zouden wenschen, somtjds zeer nauwkeurig. Dit houden wj voor eene deugd. Ook waar het geldt, de programma's voor te leggen aan candidaten bj de stembus. Immers. Men hebbe genoeg van al gemeene phrases, die niets zeggen, en waaruit zooveel misverstand en zooveel teleurstelling voortkomt. Bjeen moeten bijven, wie principieel en oprecht bjeen behooren; maar ook waarheid moet er zjn in de politiek, zuiverheid in de po litieke verhoudingen. Daarom moet o. i. duideljk worden geformuleerd; en mag het aangeven van menige bjzon- derheid niet worden ontweken. Hoe meer de vraagstukken in de volksover tuigingen doordringen, hoe duideljker de geestverwanten moeten zjn onder el kaar en hoe meer ook de kiezers van hen, aan wie zj hun vertrouwen zullen geven, duideljke en onomwonden ver klaringen zullen vragen. Wordt hiermede bedoeld, dat men aan letters gebonden wordt; met name de candidaat door den kiezer Allerminst ligt zoo iets in onze ge dachte. En, voor zoover men dit mee- nen mocht, is er misverstand. Wj schreven, dat van de candidaten o. i. moest worden verlangd het betuigen van instemming met de strekking van het geheele Hervormingsprogramma en het erkennen van de urgentie der maatregelen in het programma van urgen tie herhaald. Ik noemde deze vraag subtiel. Z j is er eene die niet met onbeholpen formu les kon worden uitgemaakt, maar waar omtrent men elkaar loyaal moet ver staan, en die alleen in eene loyale prak- tjk hare oplossing kan vinden. Het eenvoudigst is wel, dat ik met een voorbeeld onze opvatting toelichte. Wanneer de meening van een candidaat gevraagd wordt b.v. over No. 1 van het urgentie-programma „invoering van een stelsel van verplichte verzekering te gen de nadeelen, waaraan de arbeid blootstaat, tengevolge van ongevallen ziekte, invaliditeit en ouderdomen zulks, althans voor invaliditeit en ouderdom, ten deele op kosten van den Staat", dan zijn nog andere antwoorden mogeljk dan een principieel „Ja" of ,,neen".Zegt een candidaat: stellig, ik ben voor zulk een stelsel van verplich te verzekering; maar, kan bet niet an ders bereikt worden, dan ten deele op kosten van den Staat, dan moet het m. i. worden opgegeven, want staatsgeld voor zulk een doel uittegeven, acht ik niet oorbaar dan is tegenover die pa ragraaf zulk een candidaat o. i. onaan nemelijk. Zegt hj: stellig, ik ben er voor, en in beginsel ook wel hiervoor dat de Staat een deel der lasten drage; maar, mocht mj bij ken wat ik o- penhartig verklaar nog niet te weten dat de zaak ook zonder die staatshulp goed te verwezenl jken is, zoo zal ik geen staatsgeld beschikbaar stellen dan zal tegenover die paragraaf zulk een candi daat o. i. wel aannemeljk zjn. Besprekingen over concrete vraagstuk ken op die wjze gevoerd, zullen duide ljk doen uitkomen, waar de instemming met de strekking begint en waar zj op houdt. Maar door de duideljke, nauwkeurige formuleering van de vragen, wordt van den candidaat verlangd, dat lij over de vraag in haar geheel zich uitlateen wordt vermeden, dat hj zich van haar afmake door eene algemeene instemming, die ten slotte niets zegt, een dier holle zinsneden waaruit ik herhaal het slechts misverstand en teleurstelling wor den geboren. Waarheid, openhartigheid, loyaliteit te bevorderen ook in de verhouding tusschen kiezers en candidaten, dat is het, wat w j beoogen en wj zjn ervan overtuigd, dat gj allen niets anders verlangt. Zoo wordt de zedelijke band tusschen de kiezers en den gekozene een innige band van vertrouwen, wat h j juist voor de kracht van den volksvertegenwoordi ger wezen moet. Laat mj nog eens zeggen ten slotte, wat ik reeds zeide, dat wj in eene stem ming zjn samengekomen, om, principieel en oprecht eensgezind, een groot werk te doen, dat naar wj hopen, ons volk tot zegen zal zjn. In welwillendheid willen wj overleg plegen. Ik hoop in dien geest uwe de batten te leiden. Eene zware taak. B j misgrepen wilt gj mij wel te hulp ko men. Ik doe daarom op uwe welwillend heid een openhartig beroep. In de vergadering van het dagelijksch bestuur en hoofdingelanden van de Banne te Oudcarspel, is als lid van het dagelijksch bestuur herbenoemd de heer Jacob Pranger Jz aldaar. De heer Koelser, klerk 2e klasse aan het post- en telegraafkantoor te Winkel, is benoemd tot telegrafist in de Transvaal. In het begin van Janua ri hoopt hj er heen te vertrekken. Tot directeur der zang- vereeniging van de afdeeling uAlkmaar" der Maatschappij tot bevordering van Toonkunst, is benoemd de heer A. Tie- rie, leeraar der muziekschool te Amsterdam. Van de op Woensdag 18 November te Alkmaar op de schei-na- jaarsmarkt aangevoerde runderen werden per Hollandsche IJzeren-Spoorwegmaat schappij 28 waggonladingen vee naar elders verzonden. Rechtstreeks naar Frankrijk werden uit gevoerd ruim 80 stuks, terwijl voor Spanje 18 stuks werden aangekocht. De uitvoer van schapen van de wekelijksche markten naar Franki jk is begonnen. Van de Maan- dagsche markt werden 180 stuks recht streeks naar Frankrijk uitgevoerd. Door een twintigtal pre dikanten bij de Ned. Herv. Kerk, te HOORN vergaderd, is hit besluit geno men om op te richten eene Vereeniging tot handhaving der vrijheid van belij denis in de Ned. hervormde kerk, onder den naam van Evangelische Unie. Aan eene commissie van vjf personen werd opgedragen de veroischte statuten te ontwerpeD. De Maasbode plaatst aan het hoofd van haar nummer van eergister avond zonder commentaar het volgende haar gestelde Ultimatum Aan de Redactie van de Maasbode. De Maasbode van 16 November bevatte de ernstige vermaning van het Neder-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1896 | | pagina 1