Zondag 6 December 189S. 40ste Jaargang iTo. 3158. Onze plicht. Nationale Militie. Ij Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag Z a t e r d a g a v o n d. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUIKEN één dag vroeger. Uitgever: J. WINKEL Bureau: SCHAGEN, Laan, B 4. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60. Atzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Bij dit Nummer behoort een Bijvoegsel. GemeenteSchagen. Bekendmaking-en. Ter Secretarie dezer gemeente wor den inlichtingen verzocht, omtrent een op 3 dezer vermist vet schaap en een over hou der, terwijl inlichtingen zijn te bekomen, betref fende een op 26 November j 1. ge vonden gouden broche, en een op 3 dezer achterge bleven vet schaap en een overhouder. Inschrijving*. Openbare Vergadering; van den Milild der gemeente SCHAGEN, op Dinsdag 8 December 1896, des voormiddags ten 10 ure. Punten van Behandeling: 1. Ingekomen stukken. 2. Adres Noorder-Stoomtramver- eeniging. 3. Benoeming leden vasfe commis- siën. verpachting van plaatsing van 4. Jaarlijksche marktgelden. 5. Loting voor de marktvee. 6. Wijziging verordening begrafe nisrechten. 7. Verhooging maximum Hoofd. Omslag. 8. Bliksemafleider gemeentetoron. 9. Suppletoir Kohier belasting op de honden. 10. Idem Hoofdelijke Omslag. Schagen, 4 Dec. 1896. De Burgemeester, S. BERMAN. Binnenlandse!) Nieuws. SCHAGER j COURANT. AMtit- LaillniiM en Politie. Burgemeester en Wethouders van SCHA GEN Gezien art. 97 der Algemeene Politie verordening voor die gemeente Bevelen den eigenaars, vruchtgebruikers of beheerders van binnen of aau de grens van de kom der gemeente gelegen slooten of wateren, die te doen uitbaggeren of te doen Slooten op eene diepte van 0.80 Mr. en bodembreedte van 0.90 Mr., en zulks vóór den len Maart 1897. Belanghebbenden worden herinnerd, dat nalatigheid ten deze strafbaar is inet eene geldboete van ten hoogste f 25.of hechtenis van ten hoogste zes dagen, onverminderd de bevoegdheid van Burge meester en Wethouders, tot het doen uit baggeren of slooten ten koste van eigenaar, vruchtgebruiker of beheerder. Schagen, 1 December 1896. Burgemeester en Wethouders voornoemd, S. BERMAN. De Secretaris, DENIJS. Burgemeester en Wethouders van SCHA GEN herinneren de ingezetenen, aan het bepaalde bij alinea 4 van art. 122 der Algemeene Politieverordening voor die gemeente, luidende als volgt „Onder privaten, geplaatst boven vaar den, slooten of wateringen, moet bij eene „uitgestrektheid van minstens 1 M* eene „waterdiepte van minstens 0.5 M. aanwezig „zijn." Een onderzoek, of deze bepaling behoor lijk wordt nagekomen, zal worden inge steld in de eerste dagen van de maand Maart des volgenden jaars. Nalatigheid is strafbaar met eene geldboete van ten hoogste f 25.of hechtenis van ten hoogste zes dagen. Schagen, 1 December 1896. Burgemeester en Wethouders voornoemd, S. BERMAN. De Secretaris, DENIJS. De BURGEMEESTER van SCHAGEN brengt, ter voorkoming Van bekeuringen, ter kennis der ingezetenen, dat de SChoor- Steenen, ingevolge het bepaalde bij de Politieverordening dier gemeente, ten min ste t w e e m a a 1 's j a a r s, ea wel in DE CEMBER en MAART, moeten worden geveegd en schoongemaakt. Schagen, 1 December 1896. De Burgemeester voornoemd, S. BERMAN. (Art. 19 der Wet.) BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Gemeente SchageD Brengen ter openbare kennis, dat de mannelijke ingezetenen, geboren in het jaar 1878, zich ter i n s c h r ij v i n g voor de Nationale Militie behooren aan te mel den ter Gemeente-Secretarie, tusschen den lsten en den 81 Januari 1897. Voor die inschrijving zal zitting worden gehouden iederen werkdag van des voor middags 9 ure tot des namiddags 4 ure, zoodat men ver zocht wordt zich zooveel mogelijk op dat tijdstip aan te melden. Verder wordt de aandacht gevestigd op onderstaande artikelen der wet van den 19den Augustus 1861 (Staatsblad No. 72), welke betrekking hebben op de inschrij ving voor de Militie ART. 15. Jaarlijks wordeu voor de Mi litie ingeschreven alle mannelijke ingezete nen, die op den lsten Januari van het jaar hun 19de jaar waren ingetreden. Voor ingezeten wordt gehouden 1°. hij, wiens vader, of, is deze over leden, wiens moeder, of, zijn beiden over leden, wiens voogd ingezeten is volgens de wet van den 28sten Juli 1850 (Staats blad No. 44) 2°. hij, die, geen ouders of voogd heb bende, gedurende de laatste, aan het in de eerste zinsnede van dit artikel vermel de tijdstip voorafgaande, achttien maanden in Nederland verblijf hield 3°. bij, van wiens ouders de langstleven de ingezeten was, al is zijn voogd geen ingezeten, mits hij binnen het Rijk verblijf houdt. Voor ingezeten wordt niet gehouden de vreemdeling, behoorende tot eenen Staat, waar de Nederlander niet aan den ver plichten krijgsdienst is onderworpen, of waar ten aanzien der dienstplichtigheid het beginsel van wederkeerigheid is aangeno men. ART. 16. De inschrijving geschiedt: 1°. vaneen ongehuwde in de Gemeente, waar de vader, of, is deze overleden, de moeder, of zijn beilen overleden, de voogd woont; 2°. van een gehuwde en van een we duwnaar in de Gemeente, waar hij woont; 3° van hem, die geen vader, moeder of voogd heeft of door d^zea is achterge laten, of wiens voogd buiten 's lands ge vestigd is, in de Gemeente, waar hij woont; 4° van den builen 's lands wonenden zoon van een Nederlander, die ter zake van 's lands dienst in een vreemd land woont, in de Gemeente, waar zijn vader of voogd het laatst in Nederland gewoond heeft. ^ART. 17. Voor de Militie wordt niet ingeschreven: 1®. de in een vreemd Rijk achtergeble ven zoon van een ingezeten, die geen Ne derlander is; 2°. de in een vreemd Rijk verblijf hou dende ouderlooze zoon van een vreemde ling, al is zijn voogd ingezeten; 3°. de zoon van den Nederlander, die tei zake van 's lands dienst in 's Rijks overzeesche bezittingen of koloniën woont. ART. 18. lste en 2de lid. Elk, die vol gens art. 15 behoort te worden ingeschre ven, is verplicht, zich daartoe bij Burge meester en Wethouders aan te geven tus schen den lsten en den 31sten Januari. Bij ongesteldheid, afwezigheid of ont stentenis is zijn vader, ot, is deze overle den, zijne moeder, of, zijn beiden overle den, zijn voogd tot het doen van die aan gifte verplicht. ART. 20. Hij, die eerst Da het intre den van zijn 19de jaar, doch vóór het vol brengen van zijn 20ste, ingezeten wordt, is verplicht, zich, zoodra dit plaats heeft, ter inschrijving aan te geven bij Burgemees ter en Wethouders der Gemeente, waar de inschrijving, volgens art. 16, moet geschie den. Daarbij gelden de bepalingen der 2de zinsnede van artikel 18. Zijne inschrijving geschiedt in het regis ter van het jaar, waartoe hij volgens zijnen leeftijd behoort. Afgekondigd en aangeplakt voor de Eerste maal te Schagen, den len December 1896. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, S. BERMAN. De Secretaris, DENIJS. Zoo hebben wij, vooruitstrevende vrij zinnigen, dan onze programma's. Wat moeten wij er nu mee doen Om op die vraag, voor ons van meer be lang dan die, wat anderen er over den ken en wat anderen naar aanleiding daar van zullen doen, het juiste antwoord te vinden, moeten wij bij twee punten, in ons vorig artikel reeds ter sprake gebracht, nog even stilstaan. Bij de samenstelling van de program ma's der Liberale Unie heeft het bestuur van dat lichaam noch naar rechts, noch naar links gezien. Wat heeft men daaronder te verstaanPNaar onze bescheiden meening ditdie programma's zijn niet bestemd om het verschil aan te geven, dat er bestaat tusschen de liberale partij in haar geheel en de andere groote staats partijen de anti-revolutionnaire, de room- sche, de sociaal-democratische; dat was niet noodig en voor wie er behoefte aan heeft, vindt men dat voldoende uitge drukt in de beginselverklaring, die door het bestuur op den voorgrond is gesteld. Het eigenlijke doel ishet standpunt aan te geven, dat de vooruitstrevende vrijzinnigen in die liberale partij inne men. In die partij toch openbaren zich bij alle overeenkomst in algemeene rich ting, verschillende stroomingen, die zich kenmerken door de meer of mindere snelheid, waarmede zij noodzakelijke hervormingen willen zien aangebracht, maar bovenal door de mate, waarin zij overheidszorg, staatsbemoeiing willen toe laten. Terwijl het verschil in tempo heel en al eene vraag van meer of minder is, raakt het vraagstuk der Staatsbe moeiing een principiëel verschil. Het standpunt der vooruitstrevende vrijzin nigen vinden wij door den voorzitter der Unieden heer van Hamel, in zijne in leidende rede aldus volkomen helder uit gedrukt „De wetgever kan niet langer zich „terughouden tegenover zoovele misstan den, welke of eene gebrekkige wetgeving „of de onbelemmerde werking der socia- „le krachten bestendigt. Niet alsof het „te doen zou zijn om Staatsbevoogding, „om verslapping van de zelfstandige „krachten in het volksleven, op het ge- „vaar af een volk te scheppen van pa rasieten. Integendeel. Juist om, met den „steun der wet, de gezonde kracht van het „volk maar ook van het geheele volk te versterken; vooral bij hen, die,niets „hebbend dan hunnen persoon en hunnen „arbeid, gevaar loopen in het leven die kracht zelve, die levensenergie te verlie zen, tot schade van de geheele gemeen schap." Derhalve: daar,waar de Staatsvoogdij zou beginnen, daar, waar tengevolge der Staatsbemoeiing verslapping dreigt van de zelfstandige krachten in het volksleven, daar is de grens naar links.Daar, waardoor Staatsonthouding degenen, die niets bezit ten dan hunnen persoon en hunnen arbeid, die kracht zelve,hunne levensenergie drei gen te verliezen, daar is de grens naar rechts. En tusschen die twee grenzen in ligt het gebied, waarop, naar het oordeel der vooruitstrevende vrijzinnigen,eene vrucht bare, heilbrengende taak voor den Staat is weggelegd, eene taak, tot welker vervulling zij hem willen brengen door de verkiezingen in dien geest te leiden. Dus scheiding te brengen in de libera le partij is dan toch wel degelijk het doel Het doel niet, maar het niet te ont wijken gevolg van den toestand, die nu eenmaal niet anders is. Liever dan van scheiding, zouden wij dan ook van orde ning willen spreken in dien zin, dat de geheele liberale partij door de Unie-pro grams verdeeld worden in drie groepen, die o. i. naast elkander kunnen en niet vijandig tegenover elkander behoeven te staan. "Wat nu aangaat, dat men bij het ont werpen noch naar links, noch naar rechts gezien heeft, dit beteekent niet anders dan dif: dat men de programma's heeft ontworpen met het oog op de middel- groep en geenszins met het doel om 't zij links of rechts versterking te krijgen van hen, die niet volkomen met de vooruitstrevende vrijzinnigen eenswillend zijn. Dat men omgekeerd evenmin ie mand met opzet heeft willen afstooten, behoeft ternauwernood vermelding. De programma's zijn en dit is het tweede punt, waarop te wijzen valt niet alleen bestemd om eene vaste groe peering, eene doelmatige ordening te bren gen in de liberale partij: zij zijn meer dan dat bestemd,om te worden het vereeni- gingspunt der vooruitstrevende vrijzin nigen. Vereenigingspunt. Dat wil zeggen, dat wij niet enkel aan die programma's zien kunnen, of wij nu wel heusche vooruitstrevende vrij zinnigen zijn; maar dat wij om niet en kel vooruit te streven, maar ook voor uit te komen, de handen ineen moeten slaan, om die programma's tot uitvoe ring te brengen; dat men met hen, met wie men één doel bereiken wil, ook één weg bewandelen moet. Men moet zich derhalve van den geest vaa dat programma recht doordringen, men moet eigen voorkeur, eigen voorliefde prijs geven, om met de geestverwanten ge zamenlijk de handen aan den ploeg te slaan. Dat kan. Hiervoor wordt van niemand gevergd, dat hij zijne overtui ging geweld aandoe, want wat in de programma's opgenomen is, ligt alles op het gebied, dat de vooruitstrevende vrij zinnigen zich als het hunne hebben af gebakend, wat met hunne beginselen in zeer algemeenen en meer bij zonderen zin dus geheel overeenstemt. Het eeni- ge, waarover tusschen hen verschil van meening zou kunnen bestaan, zon zijn de volgorde, waarin die programma's zullen worden uitgevoerd. En nu is het zeer waar, dat daaromtrent ieder zijne voorkeur hebben kan, en dat die volg orde lang niet onverschillig is, maar niet minder waar is, dat men toch er gens beginnen moet, ea dat als ieder op zijne eigen gelegenheid begint, niemand iets tot stand brengt. Hier moet men dus naar samenwerking trachten en die is te gemakkelijker, omdat de program ma's de vrucht zijn van herhaald over leg tusschen de aangesloten kiesvereeni- gingen en het bestuur der Unie, zoodat men na de besluiten van 14 Nov. jl. met grond mag aannemen, dat, wat nu op het program van urgentie is gebracht, naar de meening van de groote meer derheid der geestverwantschap inderdaad op den voorgrond dient te staan. Ver eenigingspunt derhalve, niet alleen, om dat wij in de programma's de beginse len vinden neergelegd, die de onze zijn de lijnen zien aangegeven, waarlangs wij ons bewegen moeten, maar ook, om dat wij ons in de bijzonderheden er naar voegen willen, niet wijl wij ons bukken voor anderer bevel, niet omdat ande ren ons dwingen of binden willen, maar heel eenvoudig, omdat, waar wij eenzelf de doel beoogen, wij over de middelen om het te bereiken, ons moeten ver staan, en omdat wij bij eenstemmigheid over het doel niet langer onze krachten wenschen te verspillen in een onvrucht- baren strijd over den weg, waarlangs wij er komen moeten, een strijd, die eene treurige ervaring van vele jaren leerde het ons het doel met zeker heid deed missen. Vereenigingspunt alzoo voor hen, die 't met ons eens zijn. En zonder naar rechts of naar links te zien. Doch daar om blij ve onze blik niet beperkt tot hen, die nu reeds tot ons behooren. Integen deel. Wie het met ons eens is, dat in de programma's der Liberale Unie de goe de richting is aangewezen, waarin het Schip van Staat vooral op maatschappe lijk gebied gestuurd moet worden, mag zich niet met die overtuiging tevreden stellen zij mogen het niet genoeg achten, als zij in hunnen eigen kring arbeiden aan de zegepraal van een' candidaat, die hun ne beginselen deeltzij hebben een groot- scher, een verhevener, een moeilijker taak. Ziet, duizenden en duizenden staan gereed om in het volgende jaar aan den stembusstrijd deel te nemen. En van alle zijden tracht men hen te be werken. Met vooruitzienden blik heb ben reeds lang verschillende partijen op allerlei wijzen pogingen in het werk gesteld, om de aanstaande kiezers op hare paden te leiden. Wij deden in die richting nog niets. Wij konden niets doen, omdat wij zel ve onzen weg niet met volkomen nauw keurigheid hadden afgebakend, omdat wij geeno beloften wilden doen, geene verwachtingen wilden opwekken, zoo lang wij niet met ons zelve te rade wa ren gegaan, ot wij die beloften zouden kunnen vervullen, die verwachtingen verwezenlijken of wij, doende wat wij zVden te willen doen, het best de be langen van land en volk zouden behar tigen. Doch dan nn ook niet langer ge draald. Thans, nu wij voor ons zelve na lang en ernstig en veelzijdig beraad tot het inzicht gekomen zijndat is het doel en daar ligt de weg, die er henen leidt, nu moeten wij die over tuiging ook doen deelen door anderen, ook door hen, die eerlang van een hun te lang onthouden recht zullen gebruik maken. Want als ons doel het goede en onze weg de beste is, dan volgt daaruit, dat naar ons inzien, het doel, dat anderen beoogen, niet het goede is en dat, als anderen ons doel langs an dere paden bereiken willen, zij er niet zoo snel, of niet zoo goed komen zullen. Ieder onzer verbreide dus in wijde ren of in engeren kring, met de midde len, die hem ten dienste staan, naar de mate zijner gaven en zijner krachten de denkbeelden, die in onze programma's neergelegd zijn en winne daarvoor zoo veel aanhangers, als hem mogelijk is. Niemand late die taak aan anderen over; niemand wachte daarbij op anderen. Yereenigingspunt voor ons zijn de Unie programs. Ze te maken tot vereeni gingspunt voor velen, die thans nog van verre staan, dat is onze plicht. Woensdag den 2den D e- cember hield de „Nieuwe Niedoiper Ver- eei iging voor IJs- en Volksvermaak* hare jaarlijksche algemeene vergadering ten huize van den heer B. Bijl aldaar. De heer W. C. Visser opende, als voor zitter dier vereenigiug, de bijeenkomst met eecige hartelijke, van toewijding getuigen de woorden, waarna de uitgebreide notu len der vorige jaarsvergadering, na voorle zing door den secretaris, den heer J. B. Wüken, werden vastgesteld. De rekening, nagezien door de heeren: B. v. d. Stok, S. Wit en 3L. Timmer man, werd goedgekeurd, sluitende met een saldo van f 45.97, waarbij nog niet is gerekend, pl.m. f 125 contributie van dit jaar. De heer W. CVisser werd met 19 van de 21 geldige stemmen tot bestuurslid herkozen, waarbij de heer J. Coster 2 stemmen bekwam en 1 biljet van onwaar de was. Vervolgens stelde het bestuur aanvanke lijk voor, 3 kleine wedstrijden in het hardrijden te houdeu voor jongens van 6 8, van 8 10 en van 10 12 jaar. Op voorstel van den heer Bv. d. Slok, ondersteund door den heer J. Costerwerd hardrijden in schoonrijden veranderd en op idem des heeren P. Maats, die zich schoon heid zonder dames moeilijk kon voorstellen, wijzigde mep het voorBtel zoo, dat ook meisjes konden meedingen. Er werd alzoo besloten, 8 wedstrijden in schoonrijden uit te schrijven voor kinderen van 6-8, 8-10 en 10-12 jaar, waarvan de laatsten gepaard moeten rijden. Op voorstel van den heer J. Coster zullen deze wedstrijden spoedig bekend gemaakt worden, opdat de jeugd zich kan voorbereiden. Nog vroeg en verkreeg het bestuur na eenige bespreking machtiging, eene groote hardrijderij voor mannen uit te schrijven met prijzen van f75.f40.en f 10.- Het fanfarecorps te Niedorper-Verlaut zal gevraagd worden nsar conditiën van opluistering van eventueele feesten. Ook verzocht het bestuur machtiging, om de exploitatie van de consumptietent te verpachten, hetgeen schier eindelooze overwegingen uitlokte. Enkelen waren n. 1. voor het bepalen van eene minimum pachtsom het bestuur en anderen waren daartegeD. Gelukkig echter wisselde men niet van pantoffels, scheldwoorden en bierglazen, maar alleen van gedachten en werd ten slotte met 16 tegen 6 stemmen besloten, de consumptie tent voor eiken feestdag te verpachten, zonder vooraf eene minimum pachtsom vast te stellen. Ten slotte werd het bestuur nog mach tiging gegeven, om, als na genoemde wed strijden de kas nog in goeden staat was, den heer Be Kordes, kurstschaatsenrijder te 's Hertogenbosch uit te noodigen, in den waren zin des woords, zijne ^kunsten te

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1896 | | pagina 1