Donderdag 11 Februari 18S7.
41ste Jaargang No. 3176.
Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en
Z a t e r d a g a v o n d. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Uitgever: J. WINKEL
Burean: SCHAGENT» Laan, 4.
Prijs per jaar f 3.—. Franco per post f 3.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cents. f
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel méér 5 ct.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Bij dit Nummer behoort
een Bijvoegsel.
In dit nummer wordt
een aanvang gemaakt
met ons nieuw feuilleton, getiteld
GESTOLEN GELUK,
roman van Reinhold Ortmann.
Daar ons vorig feuilleton zich in
eene zeer groote belangstelling mocht
verheugen en allerwege in den smaak
scheen te vallen, hebben wij ook dit
maal onze uiterste best gedaan, we
derom een boeiend feuilleton te
vinden, hetgeen ons o. i. uitstekend is
mogen gelukken.
Wij maken daarom onze lezers
opmerkzaam op dezen zeer belangwek-
kenden roman. De Red.
Gemeen teSchagen.
Beheodmakingen,
De Burgemeester van 8clia-
gen brengt ter kennis van be
langhebbenden, dat hij tot en
met 13 dezer ook des avonds
van 6 tot 8 ure, ten Maad-
liuize te spreken zal zijn voor
hen, die meenen aanspraak te
kunnen maken,oui op de kiezers
lijsten te worden gebracht.
Schagen, 9 Februari 1897.
De Burgemeester voornoemd,
S. BERMAN.
a. zoo zij in eene andere gemeente
over het volle laatstverloopen dienstjaar
in eene der volgende Rijks directe belas
tingen zijn aangeslagen
b. véér 15 Februari a. s aangifte ter
Secretarie te doen (volgens model, al
daar verkrijgbaar,) van als medeëige-
naar voor een bedrag van ten minste één
galden in hoofdsom en rijks opcenten
aangeslagen te ziju in de grondbelasting,
wegens ouroerendo goederen ecner onver
deelde nalatenschap
FEUILLETON.
VAN
2e. gedurende den tijd onder le. ge
noemd, krachtens eigendom, vruchtgebruik
of huur, eonzelfde vaartuig van tenminste
24 M'. ter bewoning te hebben gehad
3e. op den Sisten Januari dezes jaars
sedert 1 Januari van bet laatst verloopen
jaar (dat is dus 13 maanden ach
tereen) bij denzellden persoon,
dezelfde onderneming, openbare of
bijzondere instelling in dienstbetrekking
of als inwonende zoon in het bedrijf of
beroep der ouders werkzaam te zijn en
als zoodanig over dat VOlle jaar een in
komen te hebben genoten van f 300.
{Hierbij verdient opmerkingdat, wanneer
men tengevolge van ziekte of verwon
ding het loon gedurende twee maanden
niet heeft genoten, in dat geval toch
gerekend wordt het volle bedrag te zijn
ontvangen.)
bhet genot van vrije inwoning
öf inwoning (voor deze gemeente ge
steld op f37.50);
Chet genot van vrijen kost alléén
tot een bedrag van f162.50
2 e. Met betrekking tot het onder b
medegedeelde
Z. genieteen loon van ƒ5.per week,
makende een jaarlijksch inkomen van f 260.
Dewijl hij f 300.verdienen moet, is hij
dus géén kiezer. Doch behalve zijn loon
krijgt hij bij zijn baas nog bovendien gedu
rende 't geheele jaar den vrijen kost,
die berekend mag worden op f 162.50. Dit
gevoegd bij zijn loonmaakt hem tot kiezer.
Voor alle verder verlangde in
lichtingen is de ondergeteekende
dagelijks van 10 tot 12 72 ure te
spreken ten Raadhuize der ge
meente.
Jacht en Visscherij.
81181 Nitlll-,
COURANT.
Mmttitit- Uiillimilii.
,s
u
De ondergeleekende, Burgemeester der
gemeente SCHAGEN
Gelet op de artt. 11, 12 en 13 der
Kieswet
Noodigt de mannelijke inwoners der
gemeente, die vóór of op 15 Mei s.s.
den 25-jarigen leeftijd hebben bereikt,
uit, om
Vermogensbelasting, dienstjaar 1 Mei 1895
1 Mei 1896.
Bedrijfsbelasting, dienstjaar 1 Mei 1895
1 Mei 1896.
Personeele belasting, dienstjaar 1 Mei
1895 1 Mei 1896, en
wat de grondbelasting over het dienst
jaar 1896 betreft, in eene andere gemeente,
of in meer gemeenten te zamen, tot een
bedrag van ten minste één galden (in
hoofdsom en rijks opcenten) daar
van door overlegging der voor voldaan
geteekende aanslagbiljetten véér den 15
Februari a.s. ter secretarie dezer gemeente
te doen blijken
(Be aanslag over het volle laatst
verloopen dienstjaarmoet in zijn geheel
vóór of op 1 Maart zijn betaaldterwijl
voorts zij opgemerktdat de aanslag der
vrouw geldt voor haren man en die van
minderjarige kinderen, wegens goederen
waarvan hun vader het vruchtgenot heeft
voor hunnen vader.)
C. voor zoover zij niet in eeniga
Rijks directe belasting zijn aangeslagen,
te bewijzen, dat zij voldoen aan een der
volgende voorwaarden
lo. als bootden van gezinnen of ah
alleen wonende personen op den Sisten
Januari dezes jaars sedert den len Au
gustus van het vorige jaar (Z08 maanden
dus) te hebben bewoond
Giitilti Gelik
ROMAN
1.
Reinhold Ortmann.
(-t—OH)
HOOFDSTUK I.
De bankier Memlinger was juist zooeven
nit de club, alwaar hij een sterk ontbijt
gebraikt had, in zijn kantoor ternggekeerd
en vlijde zich nu achterover in zijn' stoel,
die voor de schrijftafel stond. Hij verwaar
digde de voor hem liggende couranten en brie
ven met geen enkelen blik. De donkere, zware
havaDasigaar, die bij tusscben de dikke
vleezige lippen hield, scheen hem op dit
oogenblik een voorwerp te lijn, dat hij zijne
gedachten waardiger koorde, dan dien papier
rommel op de schrijftafel. Een vergenoegd,
maar weinig zeggend lachje deed zijn gelaat
nog onaangenamer en terugstootender wor-
deo, dan het op het eerste gezicht reeds
was.
Er werd bescheiden op de denr geklopt
en een van de kantoorbedienden vroeg ne
derig, of zijn ehef eeo oogenb'ikje voor
partienliere aangelegenheden te spreken was.
„Wat voor particuliere aangelegenheden?
Wie voor den duivel is er na reeds
„Eene jonge dame juffrouw Forbach.
Het is, meen ik, over bet toekennen van de
benrs voor de universiteit haar broer beeft
die noodig, om te kannen blijven studeeren."
De bankier tilde het zware hoofd een wei
nig in de hoogte.
Is dat soms die juffrouw Forbach van den
schouwburg P dat zou niet te versmaden
lijo. Laat de juffrouw maar eens voor het
front komen, Kleinert."
De kantoorbediende verdween en een oo
genblik later verscheen de verwachte op
den drempel. Het was eene slanke blondine
met een lief en fijogeteekend gelaat. In
haar donker, eenvoudig kleed en met hare
verlegenheid zag zij er volstrekt niet nit als
eene tooneelspeelster. Memlinger, die haar
kende, zag bij den eersten blik, dat hij de
rechte voor had.
„Goeden morgen, waarde juffrouw," be
antwoordde hij, met moeite opslaande, haren
schuchtere!) groet- „Wat ik, u verzoeken mag,
kom een weinig naderbij. Waarmede kan
ik n van dienst zgn P*
krachtens liuur, achtereenvolgens in
dezelfde gemeente niet meer dsn twee
huizen of gedeelten van huizen,
voor elk, waarvan de werkelijke huurprijs,
per week berekend, tenminste heeft be
dragen de som van 11.
Eenmaal verhuizen binnen dezelfde
gemeente doet het kiesrecht niet vervallen
doch beide woningen moeten voldoen aan
de eischen voor den huurprijsbedragende
voor deze gemeente f 1.per week)
Als inkomen, mits in het geheel
f 300.bedragende, wordt óók gerekend
ahet genot van vrijen kost en
inwoning (voor deze gemeente vastge
steld op t 200.
Tot goed begrip van het onder a, b.
en C. bepaalde, diene het volgende
le. Met betrekking tot het onder a me
degedeelde X verdient f 100.Hij
woont echter bij zijn patroon inen heeft
behalve dief 100.vrijen kost en
inwoning, door de wel gelijkgesteld met
f 200.— verdienste. Ergo f 100 200
ƒ300.al zoo is X kiezer.
Y. verdient f 0.75 per dag -f- vrije
woningdat is dus per jaar f'2.73.75 -|-
het bedragdat de wet vaststelt voor vrije
woningzijnde f 37.50. Deze ƒ37.50 bij de
ƒ273.75 opgesteldmaaktf 311.25 en vormt
Y tot kiezer.
3 e. Met betrekking tot het onder C
medegedeelde
4. op den len Februari dezes jaars
iu het genot te zijn van een door eene
openbare instelling verleend pensioen van
f 300.—, (zoonoodig mogen, ter be
reiking van het vereischte be
drag het inkomen, dat men ge
niet, bij het pensioen worden sa
mengesteld)
5e. op den lsten Februari dezes jaars
sedert een jaar den eigendom met- recht
van vrije beschikking te hebben van ten
minste f 100.(nominaal,) ingeschreven in
de grootboeken der Nationale Schuld of
van ten minste f 50.ingelegd in de
Rijkspostspaarbank
6e. te hebben voldaan aan de eischen
van bekwaamheid, door of krachtens de
wet gesteld voor de benoembaarheid tot
eenig ambt voor de vervulling van eenige
betrekking of voor de uitoefening van
eenig bedrijf of beroep
daarvan ter Secretarie te doen blijken
véér 15 Februari aanstaande, door ver
klaringen, waarvan de modellen aldaar
kosteloos verkrijgbaar zijn.
Schagen, 2 Februari 1897.
De Burgemeester,
S. BERMAN.
De vriendelijke ontvangst scheen de jonge
dame zeer op haar gemak te zetten. Zij
ging op den stoel zitten, dien de backier ei
genhandig naast haar plaatste en bracht
vervolgens op zachteu toon hare boodschap
ten gehoore.
„Mijn broeder Walter Forbach, die reeds
drie jaar gestudeerd heeft, dingt mede ter
verkrijging van eene beurs, om in staat te
blijven, zijne studiën voort te zetten. Daar
men ons heeft verleid, dat n een van de in
vloedrijkste persoonlijkheden is, die in deze
zaak beeft te beslissen, ben ik bier geko
men, om n te vragen, in deze goedgunstig
op de vraag van mijn' broeder te beslis
sen I"
Memlinger's kleine, door het veelvnldig
gebruik van wijn koortsachtig gloeiende
oogjes, rustten onafgebroken op het blozen
de gelaat voor hem.
„Ja, mijne lieve juffrouw bet valt mij
zeer zwaar, daaromtrent iets te beloven.
Een groot aaotal aanvragen zgn tot ons ge
komen en daar zijn iaidjes bij, voor wie
seer hooggeplaatste personen zich sterk in-
teresseereD. Bovendien heb ik niet alleen
over dit pont te beslissen, maar ook nog
een paar andere heeren, die mij, zoo maar
zonder meer, in dese zaak niet inllen vol
gen. Heeft mijnheer nw broeder iets ge
daan, dat ten zijnen gnnste kan worden aan
gevoerd
„Hij beeft zeer goede getuigschriften en
aanbevelingsbrieven. De copieën daarvan heeft
hij bij zijne aanvrage ingezonden.'
„Zeer go d en wel, maar in deze zaak
zgn nog andere ponten, die veel invloed
nitoefenen, nl. zijne persoonlijke omstandig
heden en vóór alles zijne atkomst, en of hij
dese ondersteuning noodig heeft. Gij kunt
mij daaromtrent nu reeds de noodige inlich
tingen geven Zgn uwe ouders in leven
„Neenl Wij verloren onze modder reeds
in onse vroegste jeogd eD ongeveer een jaar
geleden, moesten wij ook onzen vader mis
sen."
„Dat ia zeer trenrig. Gij beiden staat
dus feitelijk alleen op de wereld
„Ja, mijn broer en ik staan geheel alleen
op de wereld. Onze vader heeft kort voor
zgn' dood zeer zware verliezen geleden in
zaken. Hg zon zich wel weder iD de hoog
te gewerkt hebben, als hem een langer
leven gegund ware geweest. Maar nu heeft
bij ons Diets anders kunnen nalaten, dan
zijn eerlijken naam.'
„Was uw vader koopman?'
„Neen bouwkundige en wanneer a in
F. naar hem wilt informeeren, zal men n
niets dan goed van hem kunnen zeggen.'
Memlinger maakte eene kleine buiging.
„Ik geloof u op uw woord. Gij zijt dus
waarschijnlijk na uw vaders dood op het
tooneel gegaan
Het jonge meisje bloosde, als had men
haar een groot onrecht aangedaan.
„Gjj weet dus mijnheer, dat ik
De bankier rnkte zijnen van rollen voor-
zienen kantoorstoel wat dichter bij haar en
betzelfde terngstootende laehje van straks
verscheen weder op zijn gelaat.
„Maar natuurlyk eene zoo lieve kun
stenares vergeet men niet ligt weder, als
men eenmaal het genot heeft gehad, baar
te zien optreden. Ik behoor tot de vaste
schouwburgbezoekers. De belangstelling voor
de dramatische kunst is mijne eenige uit-
spanning.'
Ofschoon zijne vleierij haar een weinig onaan
genaam had aangedaan, nam zij er weinig
DOtitie van en bepaalde zich tot een soort
van levensgeschiedenis van haar persoon.
„Ik besloot om tooneelspeelster te worden,
toen de noodwendigheid mij dwong, mijn ei
gen brood te verdienen. Ik had vroeger
wel eens voor mjjn genoegen bij eene uit
voering onzer dilettanien-vereeniging mee
gespeeld en dan had men mij altoos veel
goeds van mijn spel gezegd, zoodat ik het niet
onverstandig oordeelde, als ik die loopbaan
koos. Een tbeatetdirectear, die mij eens
had zien optreden, nam roijue verdere op
leiding voor zyno rekening. Hij deed mij een
paar maanden onderricht geven door een
geoefend tooneelspeler en beval mij daarna
aan bij den directeur van dezen Stads-
scboowbnrg*.
„Dit is dus ow eerste engagement? Eu
ge bezit das geen anderen beschermer dan
□w broeder
„Waarvoor zon ik meerdere bescherming
behoeven? Wjj zgn aliijd bij elkander, zoo
ver mijn beroep en Walters studie dat toe
laten.En ik koester slechts esn enkelen wenscb,
dat mijne contract voor bet volgende seizoen
verlengd wordt, opdat wjj niet van elkander
zullen behoeven te scheiden'.
„Een edel, nobel samenleven waarlijk!
Maar Daar mijn oordeel, lieve jonge dame,
kan ons tooneel n niet naar waarde beioe
nen. Wanneer gij een zoo schoon talent
bezit en znlk eene bekoorlijke verschijning
de nwe moogt noemeD, dan
Hij was wederom een weinig naderbij ge
schoven, ditmaal schoof Ilse haar stool een
j goed eind achteruit.
„Wij sprakeD over de beurs van mijn'
I broer, mijnbeer Memlinger, mag ik hopen,
dat u daaromtrent goedgunstig zult beschik
ken?"
ter kennis van belanghebbenden het na
volgende
De Commissaris der Koningin in
Noordholland,
Gezien het besluit van Gedeputeerde
Staten dier provincie van 27 Januari 1897
n°. 24
Gelet op art. 11 der „Jagtwet";
Brengt ter kennis van belanghebbenden:
a. dat de jicht op houtsnippen in deze
provincie zal worden gesloten op den lsten
Mei 1897 met zonsondergang
b. dat de jacht op eenden zal worden
gesloten den 27sten Februari 1897 met
zonsondergang
c. dat de jacht op ander waterwild
zal worden gesloten den 27sten Maart 1897
met zonsondergang;
d. dat hel wetspel van kwartelen met
steekgaren of vliegnet zal mogen worden
uitgeoefend van 1 Mei tot en met 15 Ju
li 1897;
e. dat de visscherij met uitzondering
van die met aalkorven, aaldobbers en pa-
lingfniken, van die met het schepnet of
de gebbe om kleine vischjes te vangen
voor de aaldobbers en van die op snoek in
de gemeente Texel zal zijn gesloten van
15 M.art tot i 1 Jnni 1897, en
dat gedurende den gesloten vischtijd
ook het visschen met den hengel in de hand
ia verboden.
En zal deze in bet Provinciaal Blad
worden geplaatst en voorts in elke gemeen
te van Noordholland worden aangeplakt.
Haarlem30 Januari 1897.
De Commissaris der Koningin voornoemd,
Bij afwezen,
Het Lid van Gedeputeerde Staten,
(get.) P. B. J. FERF.
Schagen, 9 Februari 1897.
De Burgemeester voornoemd,
8. BERMAN.
De Burgemeester van Schagen brengt
Het HOOFD van bet PLAATSELIJK
BESTUUR der Gemeente SCHAGEN,
brengt bij d.-ze ter kenuis van de ingezetenen
dier gemeente, dat net kohier No. 4 van de
Belasting op het personeel, dienstjaar
1896/97, op den 4 Februari j.1. door den
Heer Directeur der Directe Belastingen te
„Daar nw broeder zulk eene lieve vraag
ster op mij heeft afgezonden, zal mij niet
veel anders overblijven te doen,' lachtfe de
bankier. De tooneelspeelster echter haastte
zich, hem uit den droom te helpen.
„Mijn broeder beeft mij niet tot n gezon
den. Hij weet niets van hetgeen ik doe,
want daar ik het in zijn belang doe, mag
hij daaromtrent ook Diets te weien komen."
„Zooals gij gelieft te bevelen, lieve juf
frouw I Uw bezoek zal dus een geheim
tusschen ons blijven. Maar daar n mij nn
eenmaal toch in nwe geheimen hebt inge
wijd, en uwe familie-omstandigheden bebt
blootgelegd, zult gij mij ook wel toestaan,
ook vcor u een weinig de voorzienigheid te
spelen. Uw directeur is eeu heel goede
bekende van mij en mijne wenschen zijn
voor hem in zekere omstandigheden wet.
Ik zal er zorg voor dragen, dat men u in
't vervolg betere rollen toevertrouwt, mijn
lief kicd.'
Zgn toon was telkens vertrouwelijker
geworden In sterkere mate keerde hare
angst, dien zij ook zooeten reeds gevoeld
had, terug en haastig stond zij van haren
stoel op.
„Ik dank n voor nwe goede bedoelingen,
mijnheer Memlinger, maar dat behoeft reeds
niet meer. Morgen al zal ik mijne eerste
groote rol spelen.'
„Zooveel te beter. Ik zal mij natuurlijk
onder nwe bewonderaars bevinden. En wat
nw succes betreft, daaromtrent behoeft ge
geen zorg te koesteren. Wanneer ge een
weinig vriendelijk tegen mij zijt.
Met eeoe handigheid, die men van zijne
corpulentie niet zon hebben verwacht, had
hij sich tnssehen Ilse en de denr van het
kantoor geplaatst. Na maakte hij eene be
weging, alsof hg hare handen pakken wilde
en de jonge tooneelspeelster kon omtrent de
eigenlijke oorzaak van zijne vriendelijkheid,
niet lang in het onzekere blgven. Meteen
trotseh gebaar en hoog opgericht hoofd, week
zij voor hem terug.
„Ik heb uwe hulp gevraagd voor mijn'
broer, niet voor mij persoonlijk en ik
verzoek n
„Maar laat dien vervelenden broer na eens
op den achtergrondviel Memlinger, die
haar toorn zekerlijk voor comedie hield,
baar in de rede. „Hij krijgt mijnentwege
zijne beurs en nog eene goede dosis geld daar
bij, wanneer zgn aardig zustertje, dat zoo
vriendelijk voor hem gebabbeld heeft, het
ook op zich neemt, mij haar' dank te betui
gen. Eéa klein kusje
Hij had haar willen omarmen, doch zij
stiet hem heftig en alles behalve zachtzin
nig van zich al en in een paar sprongen
was zij bij de deur.
„Gij beschimpt en beleedigt een weerloos
meisje, dat zieh aan uwe eer heeft toever
trouwd," riep zij met eene door tranen ver
stikte stem. „Uwe handelwijze is erbarme
lijk en verachtelijk."
Zij snelde naar buiten, zonder de denr
achter zich te sluiten. Memlinger's aanvan
kelijke verwarring maakte alras p'aats voor
de grimmigste woede.
„BI-- - theaterprinses 1' bulderde hij, ter
wijl bij de deur van bet kantoor in bet slot
gooide, zoodat de klerken verschrikt opke
ken. „Maar dat zal je mij betalen, dubbel.
Wacht maar, kleine slang
Nog klopte Ilse's hart luide en heftig,
toen zij reeds in bare woning, die dicht
bij den schouwburg gelegen was, aankwam.
Hare eerste gedachte was geneest, om alles
aan haren broeder mede te deelen en hem
op to dragen, de haar aangedane beleediging
te wrekenmaar hoe dichter zij hare wo
ning naderde, hoe minder haar dit voorne
men toelachte. Gisteren nog, toen zij hem
had verzocht, persoonlijk Daar mijnheer
Memlinger te gaan, en hem om zjjne voor
spraak te verzoeken, had bij dit met groote
beslistheid afgewezen, en dus zou hij haar
ook nu over haar bezoek aan Memlinger
de ernstigste verwijten doen. En dan
welke genoegdoening zon hij haar kunnen
verschaffen, zonder zich zelf aan de grootste
ongenade bloot te stellen F
Wellicht zou de jonge man eene DÏenwe
beleediging oploopen, want de groote ban
kier zou den jongen student ongestraft de
eene of andere beleediging kunnen aandoen.
„Neen, het was bepaald beter, wanneer zij
over datgene, wat geschied was, voor altijd het
stilzwijgen bewaarde. Zij was weer eenige
mecschenkennis rijker geworden, zij had we
der eene van die oogenblikken doorleefd,
waaraan het tooreelleven zoo rijk scheen
ie zgn en zij zou ook dit maar stilzwijgend
verdragen, zooals sij al reeds in dien korten
tijd zooveel had moeten dulden.
De woning, welke broeder en zuster
van een kleermaker hadden gehnurd, bestond
uit twee, op de tweede verdieping gelegen,
eenvoudige kamers, die door een kleinen over
loop van elkander waren gescheiden. Ilse
had baar broeder op dezen tijd niet thnis
verwacht, maar zij bad, op bare kamer aan
gekomen, nog nauwelijks haar hoed en man
tel afgelegd, of zij hoorde reeds zijn wel
bekend kleppen op hare kamerdeur.
WORDT VERVOLGD.