Zondag 23 Mei 1897. 41ste Jaargang No. 3206, Politiek overzien der veel. Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en Z a t e r d a g a v o n d. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Bureau: SCBAttüS» liaan, I) 4. UitgeverP. TRAPMAN. MedewerkerJ. WIKKEL, Prijs per jaar f 3.Franco per post f 8.60. Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct Groote letters worden naar plsatsruimte berekend. Bij dit Nummer behoort een Bijvoegsel. Gemeente Scbagen. Bekend maki 11 gren. Binnenlandse!) Nieuws. Buitenlaiidsch Nieuws. i lïilin Mmteilis- Lullnilli POLITIE. Ter Secretarie dezer gemeente zijn in lichtingen te bekomen omtrent een ge vonden botermand. Ter Hrairai. Nu de dag der verkiezing meer en meer nadert, gaat men ook hoe langer hoe meer aan het volk van Nederland koeien met gouden horens beloven, als de kiezers maar aan de anti-liberalen de meerderheid verschaffen. De room- schen willen tot een christelijk allegaar tje meewerken, mits de prijs niet te hoog zij, doch de anti-revolutionairen zijn bereid niet te overvragen en, als de roomschen de plaatsvervanging hoo- ger stellen dan de christelijke meerder heid, de anti revolutionairen zijn bereid, ter wille van zoodanige meerderheid, hun beginsel van persoonlijken dienst plicht een jaar of wat op te zouteu. Wij hebben ons met dat stembusgesoha- cher niet in te latenalleen zij hier ter loops gemeld, dat men in het voor jaar van 1888 het in beide kampen even goed eens scheen als thans, doch dat later, toen het op het vervullen der beloften aankwam, de eene partij de andere verweet, zich daaraan niet te houdendat ter afwering van dit ver wijt er zelfs sprake van was, dat men „geen schrift kon toonen", maar dat men in ieder geval bedrogen is uitge komen. Wat voor het voetlicht gebracht wordt, toont nu in heel veel opzichten groote overeenkomst met hetgeen vroe ger te aanschouwen gegeven werd maar is, wat achter de schermen geschiedde, wat de leiders met elkan der binnenskamers bedisselden, nu wellicht secuurder in elkaar gezet dan toen Het is niet onmogelijkmaar ddn nog is er aan een duurzaam ver bond tusschen roomschen en anti-revolu tionairen niet te denken. Waarom niet Omdat, als men hunne kerkelijke kleur ter zijde laat, er niets overblijft dan de gewone wereldsche staatkundige richtingen, die wat meer of wat minder conservatief of wat meer of minder vooruitstrevend zullen zijn, maar die zich in niets van het meest alledaagsche conservatisme, of liberalisme of radicalisme onderscheiden. Wel heeft men onder het vorig zoo genaamd christelijk ministerie gesproken van eene Regeering van het Christelijk Bewustzijn, en een soort christendom boven geloofsverdeeldheid, uitgevonden om aan het samengaan van roomschen en orthodoxe protestanten een zeker aannemelijk tintje te geven, maar men weet heel goed, dat dit niet gaat; dat zoodanig christendom alleen denkbaar is bij eene liberale opvatting, bij de erken ning, dat ieder recht heeft op eene eigen overtuiging, dat iedere overtuiging recht van bestaan heeft, maar niet bij eenige ker kelijke partij, die meent, dat zij alleen, met uitsluiting van elk ander, de waarheid heeft, en dat elke leer, afwijkende van hare leer, eene dwaalleer is. Als men zoo heel in het algemeen hoort gewagen van eene christelijke meerderheid, dan moge dit heel mooi klinken, en mogen gemoede lijke menschen denken, dat zij meer te verwachten hebben van eene zoogenaamd christelijke regeering, dan van eene in hunne oogen zwart gemaakte liberalisti sche, doch dan zij den roomschen eens aangeraden om te overwegen of zij bij de anti-revolutionairen, en den ortho doxen protestanten, of zij bij de room schen evenveel erkenning en handhaving hunner rechten en vrijheden zouden vinden als bij de liberalen, die eens an ders overtuiging eerbiedigen, niet maar omdat zij niet anders kunnen, doch om dat zij niet anders willen, omdat hun grondbeginsel is, dat ieder mensch recht heeft op eene eigen overtuiging, gegrond op eigen onderzoek. Nu beweert men, dat de christelijke partijen ook wel eens hunne eigen zaken door hunne eigen mannen willen laten be handelen. De vraag is, of dit geschiedt, als roomschen die behandeling aan an ti-revolutionairen en anti-revolutionai ren haar aan roomschen opdragen. Maar dat is hunne zaak. De vraag, waar de natie belang bij heeft, is wat zij als hnnne eigen zaken beschouwen, en wat zij anders en beter zullen doen dan de liberalen, wien zij de suprematie ont wringen willen. Tot die vraag is thans meer aanleiding nog dan vroeger. Toen in 1888 ook het regeerkasteel bestorrad werd, had de rechterzijde nog een schuldeloos verleden. Zjj was nog nooit meerderheid, nog nooit regeeringspartjj geweest en zij kon nog al hare illusiën als regeeringsbeloften verkondigen Maar nu is het anders. Wij hebben eene re geering uit de rechterzijde gehad en die is, ook door ons, niet onvriendelijk ontvan gen wij hebben van ganscher harte het goede gewaardeerd, dat de ministers van die kleur tot stand brachtenmaar on danks onze ernstige begeerte, om de ver- eenigde rechterzijde niet te belemmeren in haar pogen, om ook eens te toonen, wat zij vermag, waren wij toen toch al spoedig in de noodzakelijkheid, om te wijzen op „de bijzondere bescheiden heid," waarmede de toen bovendrijvende richting optrad, zonderling afstekende tegen, „den hoogen toon", waarmede het doen en laten der vroegere regeerings partjj afgekeurd werden en waarop niet allqen eene geheel veranderde staatkunde, maar ook allerlei hervormingen beloofd werden, toen nog de toenmalige meer derheid minderheid was. Wij moesten er, reeds kort na het optreden van dat nieuwe ministerie, op wijzen, dat noch bij de regeeriug, noch bij de verschil lende richtingen der toenmalige meerder heid, noch in een der luidst sprekende tn hardst oordeelende bladen de hooge toon van voor de verkiezing meer ge voerd werd. „Als," zoo zeiden wij o. a., „de vroegere regeeringspartjj de zaken zóó slecht behandeld had, als vóór de verkiezing den volke werd voorgehouden, als de zaken toen zóó slecht, zóó partjjdig, zóó onrechtvaardig behandeld waren; als de tegenwoordige meerderheid zóó overtuigd ware van die verkeerdheden, zich zóó zeker gevoelde van hare roeping en hare bekwaamheid, om te herstellen, wat be dorven was, dan zou men met meer zelfvertrouwen, met meer bewust- zjjn van kracht zjjn opgetreden, men zou althans bjj de eerste schreden, die men deed, getracht hebben, de groote woorden, die men gesproken heeft, in daden om te zetten En dit oordeel, door den verderen loop der zaken volkomen be vestigd, leidde ons tot deze slotsom „Wjj verwachten, dat de kiezers zich dit herinneren zullen, als er weer keuzen gedaan moeten worden, en dat zjj dan bedenken zullen dat het iets anders is af te keuren en te voroordeelen, en iets anders zelf iets goed en beteï dan anderen te doen." In 1891 hebben de kiezers zich dat herinnerd, zullen zjj het nu vergeten met de conservatief-liberalen. Maar als nu al die anti-revolutionairen in het clericaal gareel gespannen zjjn, en dat span den weg des behouds uitgaat, wat hebben wjj er dan aan, dat zjj onze wenschen dèelen, maar tot hunne vervulling niet kunnen mede werken P En wanneer zjj op sommige hoofdpunten, bjjv. dat der bescher mende rechten dan nog een anderen weg uit willen dan wjj, dan kunnen wjj er immers niet aan denken, met hen samen te gaan Ook wanneer wjj de zaak van deze zjjde beschouwen, komen wjj tot dezelfde slot som, als waartoe andere overwegingen ons leidden zjj, die het Unie-program omhelsden, doen wel, met zich daaraan te houden. Alleen daar, waar voor hen hoegenaamd geen kans is, doen zjj wel zich aan te sluiten bjj die candidaten, van wie zjj voor rechtvaardige sociale hervormingen de meeste medewerking en de minste tegenwerking verwachten. Maar overigens, waar conservatieven van allerlei gading eenerzjjds met kerke- ljjke en anderzjjds met onkerkelijke kleu ren elkander de meerderheid betwis ten, mogen de hervormingsgezinde libe ralen wel alle krachten inspannen, om daartusschen een groep in de Kamer te breDgen, die niet alleen door haar ge tal, maar vooral door de zuiverheid ha- rer beginselen, en de eensgezindheid ha- rer leden, eene groote kracht zal uitoe fenen. Zoo zjj niet de meerderheid wordt, zal dat een der conservatieve groe pen zjjn, maar welke van de twee het zjja moge, zjj zullen geen van beide groote kracht ontwikkelen de conser vatief-liberalen niet, omdat zjj huns on danks en tegen hun beginsel in zoo wat zullen moeten hervormen op sociaal ge bied en de kerkeljjk-conservatieven niet, omdat zjj wereldsche staatkunde drijven moeten, waar zjj kerkeljjke bedoelen. Daarom zal de vooruitstrevend-liberale groep met of tegen de regeering een hoogst belangrijken, zoo niet overwegen- den, invloed uitoefenen. Waartoe deze herinnering P Wjj kunnen weinig hoop hebben, om daarmee de kerkeljjke partjjen te weerhouden van eene poging, om ook eens de baas te zjjn, al kunnen zjj dan niet doen, wat zjj naar haar aard zouden willen. Maar wjj wenschen de vraag te stellen aan welke twee der beide tegenstrijdige par tgen komt de leiding toe Naar allen schjjn hebben de anti-revolutionairen zich nu gevoegd naar de roomschenmaar dan zal het resultaat der gezamelijke ac tie bjj het welslagen zjjneen conserva- tiefkabinet. Natuurljjk met een kerke- ljjk kleurtje. De namen zullen anders zjjn dan in de Heemskerksche kabinet ten, maar het karakter zal hetzelfde zjjn evenals het kabinet Mackay was een kabinet Heemskerk van de rechter- zjjde. Zoo zullen de conservatieve kabi netten der toekomst overeenkomen met die van hst verleden, zjj zullen meer wereldsch of meer kerksch getint zjjn, maar zjj zullen daarin overeenkomen, dat er weinig kracht van uitgaat. Dit is voor ons van veel belang. Onder de an ti-revolutionairen zjjn er, die, wat som mige sociale maatregelen aangaat, ons zeer nabij staan, en met wie wjj in elk j geval verder zouden kunnen komen dan l Kamerverkiezing. Door de arbeiders—kieavereenigicg Vooruit* ts Langeudijk is tot candi- daat gesteld voor het lidmaatschap der Tweede Kamer in bet district Alkmaar, de heer J. G. van Kuykhof, onderwijzer te Rotterdam. De heer van Kuykhof, die onlang» te Noordscharwonde met de Lai gendijker kiezers kennis maakte, zal zaterdag, den 22, te Zuidschaiwoude in de kolfbaan van den heer A. Kist weder als spreker optreden. Dezer dagen werden van Tessel met 4 stoombooten en 3 tjalken 4613 lammeren naar de Leidsche markt verzonden. De liberale kiesvereeni- giog te SchoorI (district ALKMAAR) heeft Mr. W. van der Kaaij candidaat jestetd. Door het dagelijksch be stuur van den Noord-Brabantsrhan Chris- telijken Boerenbond, welke Bond reeds bestast ait 78 afdeelingen met rnim 8000 leden, is aan de Staten dier provincie voor het jaar 1897 eene subsidie aange vraagd van f 3000, ter tegemoetkoming in de groote geldelijke uitgaven, die tot bereiking van het doel van den Bond wor den vereischt. Woensdagmorgen te onge- veer kwart voor twaalf werd plotseling een kogel door een venster van een der benedenlokalen van het gymnasium te ARNHEM geschoten. Het projectiel ging rakelings langs Let hooid van een der leerlingen en kwam tegen den munr te recht, waarin het een gat sloeg. Bij on derzoek bleek, dat het schot gelost was in een der vertrekken van het politiebu reau. Een agent atond voor een raam zijn revolver schoon te maken, toen het schot bij ongeluk afging. De weduwe I. K e ji p e r, te SAPPEMEER, had hare kachel reeds op zolder gezet, msar vond het ta kond in haar kamertje en plaatste vier testen met ko len in het vertrek, om dat te verwarmen. Tegen den avond bemerkten de bnreD, dat de thee onaangeroerd op tafel stond. Er werd een onderzaek ingesteld, en nu bleek, dat de bejaarde vrouw bedwelmd was ge worden. Ofschoon weder bijgekomen, ie zjj j toch aan de gevolgen van het ongeval bezweken. Fereeniging gilet Ned. Rundvee- Stamboek De afdeeling "Noord-Holland* van „Het Nederlandsch Rundvee—Stamboek", hield eergistermiddag in Krasnspolrky hare twee-en-twintigste vergadering onder lei ding van jhr. mr. P. van Foreeit. Na opening der vergadering en voorlezing der notulen, werd bij de ingekomen stukken eene aanvrage behandeld van het Land bouwkundig congres te Hoorn om fiaan- cieelen steun, wat met het oog op den stand der financiën der afdeeling gewei gerd moest worden. Uit het verslag, door den sec- retuis, den heer Willxngeuitge bracht, bleek, dat 37 leden bedankten. Op het einde van het jaar bedroeg het aan tal begunstigers 11,dat der gewone leden266. Bij den secretaris kwamen totaal S5 aan vragen tot keuring in. De financiëa waren: ontvangsten f 590.30, de uitgaven f 572.31, zoodat er een voor- deelig saldo bleef van f 17.99. Door den toestand der kas werden de werkzaamhe den van bestuur en leden tot het strikt noodzakelijke beperkt. Tot leden der commissie tot onderzoek der rekening over 1896 en der begroo ting voor 1897 werden benoemd de hee- renP. Zijlmans. C. de Goede Hzn. en J. Koopman. Amsterdam werd aangewezen als de plaats, waat de volgende vergadering der atdeeling zal gehouden worden. Hierop kwamen de punten van be schrijving iu behandeling door de alge- meene vergadering der vereeniging te Meppel waar de heeren W i 1- liuge en Koopman de afdeelingen zullen vertegenwoordigen. Na een kort debat over de begrooting van 1897 naar aanleiding van het voorstel, de bijdrage van ds leden der afdeeling van f 0.75 op f 0.50 ie brengen ging de vergadering over tot het laatste punt der agenda, de bespreking van verdere werkzaamheden. Niemand het woord verlangend, sloot de voorzitter de vergadering. Het heeft maandag, maar vooral zondag, op verscheidene plaatsen in het Zuiden van ons land zwaar geon weerd en gehageld. Te ARCEN in Lim burg, aan den grooten weg van Nij megen en Venloo zijn hagelsteenen geval len, zoo groot als duiveneieren en in het aangrenzende duitsche stadje Geldern woedde bijen na het onweer een zware storm, waar bij op de stadswallen 40 zware boomen ontworteld werden. Vacantie oord. Op het buitengoed ^Frieswijk", op een uur afstand van DEVENTER gelegeD, bijna 200 H. A. groot, te midden van uitgestrekte bosschen op hoogen, golven- den zandgrond, wordt een vacautie-oord gevestigd. Hst gebouw bevat ruim 13 vertrekken, voldoet aan alle eischen en is in etue bij uitstek gezonde streek gele gen. De ondernemers stellen zich voor, van 14 Juni tot Stptember, en desge- weDScht langer, ten beperkt aantal jon gens tusschen 6 eu 14 jaien gelegenheid te geven, een aan alle paedagogische en hygiënische eischen beantwoordend buiten verblijf te genieten. De zucht naar koloniaal gebied, door Crispi kunstmatig opgewekt en aange wakkerd, schijnt thans in Italië door ee ne reactie gevolgd te worden, die alleen in een volledigen afstand der afrikaan- sche bezittingen heil en zegen ziet. "Wij hebben er meermalen op gewe zen, dat de dorre hoogvlakte van Abes- synië economische, noch financiëele voor deden aan Italië kon opleveren. De ze bewering werd dezer dagen door den minister Rudini ten volle in de Ka mer van afgevaardigden bevestigd. Hij verklaarde rondweg, dat de hoop, om in de kolonie eene landbouwkolonie te ves tigen en landverhuizers te krijgen, ijdel was gebleken. 't Is dus louter een weeldeartikel, dat 's lands schatkist met eenige milli- oenen bezwaart. Om toch Italië's te genwoordige positie in Afrika te kunnen handhaven, vraagt de regeering eene ex tra bijdrage van 30 millioen lire, ter wijl ze eene jaarlijksche som van 19 millioen noodzakelijk vindt. Deze som men zijn noodig bij vrede. Mocht de Negus het in zijn hoofd krijgen, op zijne beurt eens aanvallend op te treden, dan zou de regeering voor de mobilisatie van twee legercorpsen nog om 80 millioen moeten aankloppen. De minister zou het liefst zich on middellijk uit Afrika terugtrekken, doch daar dit aanleiding kon geven tot inter nationale moeilijkheden, meent hij, dat de beste uitweg hierin bestaat 1. Kassala onder zekere voorwaarden aan Engeland af te staan. 2. De Kolonie onder souvereiniteit van Italië te doen besturen doorinland- sche hoofden. 3. De italiaansche bezetting alleen te beperken tot Massowah. Maandag komen deze verschillende voor stellen in nadere behandeling. Voorden fi- nancieelen toestand van Italië is het zeker hoogst wenschelijk, dat de meerderheid zich bij deze plannen kan neerleggen, 't Gaat in Spanje als in Italiëde uitgaven voor koloniën doen het budget jaarlijks op onrustbarende wijze stijgen. De spaansche begrooting, die voor een paar dagen werd ingediend, eischt eene vermeerdering van uitgaven van 100 millioen. Wist men nu maar, waar deze som vandaan te halen, doch de regeering weet zelve niet, hoe deze hoogere uitga ven te dekken. De liberale oud-minister Sa- gasta vond hierin eene schoone gele genheid, om een stormloop op de politiek van het conservatieve kaïn net Canovas te doen. Hij hing een somber tafreel van den toestand op; behalve de oorlogen op Cuba en de Philippijnen, was een Carlis- ten-oorlog in 't vooruitzicht. Hij hekel de de financiëele en diplomatieke poli tiek, die het verschil met de Vereenigde Staten deed ontstaangeen enkel vraag stuk is opgelost, de kwalen zijn verer gerd. De strijd tusschen Sagastisten en Canovisten is weer begonnen. Er zijn er, die de twee spaansche groepen in conservatieven en liberalen onderschei den, doch deze qualificatie is feitelijk bezijden de waai'heid, daar bij beiden een leidend politiekbeginsel ontbreekt, iets, wat men echter in meer noordelijk gelegen landen ook wel eens waarneemt. Het groote onderscheid tusschen de aan hangers van Sagasta en Canovas bestaat hierin, dat de aanhangers van Sagasta de ambten en betrekkingen krijgen, zoo deze op het kussen zit, terwijl weer het tegendeel gebeurt, wanneer Canovas met de leiding van 's lands zaken wordt belast. Dit is zoo al jaren gegaan en de toe komst voorspelt vooralsnog geen ver andering. Men begrijpt, dat zulk een toestand zeer tot nadeel van land en volk is. Want de ambtenaren, die weten, dat hunno heerlijkheid slechts van korten duur is, doen in dien tijd hun best, zich zooveel mogelijk te bevoordeelen, ten koste van de bevolking en de open bare geldmiddelen. Zij moeten immers ook leven, als hun leider niet meer aan het bewind is. Dit laatste denkbeeld beheerscht geheel het ambtenaarspersoneel en heeft op hunne eerlijkheid en nauw gezetheid een zeer nadeeligen invloed. Overigens zijn de heeren Sagasta en Canovas de beste vrienden. Elk weet en begrijpt, dat hij op zijn tijd plaats moet maken voor den ander. Binnen eenige weken zullen de heeren elkaar weer vrij zeker aan het bewind afwis selen. Of de heer Sagasta de koloniale vraag stukken op zal lossen, is niét te ver wachten. Zoolang de strijd op Cuba niet geëindigd is, blijven botsingen tusschen de Unie en Spanje mogelijk. Sedert het door rapporten van amerikaansche consuls op Cuba, bekend is geworden, dat er onder de amerikaansche bevolking op het ei land gebrek heerscht, zijn de Cuba-aan- gelegenhedcn het onderwerp van veler gedachten. President Mac Kinley heeft eene bood schap aan het Congres verzonden, waarin de kwestie zakelijk wordt uiteengezet. De president wijst op de ellende on der de amerikaansche burgers in het oosten en het centrum van het eiland.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1897 | | pagina 1