Eene Republiek van kin-
deren vindt men op eene boerderij van
48acres" te Libreville bij Elmira in
den Staat Nieuw-York. Er zijn 200
arme jongens en meisjes van 12 tot
11 jaar bijeen, afkomstig uit de voor
steden der stad Nieuw-York, die zich
verbonden hebben, er 70 dagen te blij-
ten. Sommigen blijven langer en een
daarover steeds zijne tevredenheid.
Den vierden dag kwam Brassai den
dokter tegemoet in den gang. „Kijk
eens aan, waarde heer," riep de dok
ter hem toe, gister nog op bed en nu
reeds heelemaal gezond, hoe komt dat
zoo Brassai knipoogde en zeide
„Ziet ge dan niet, waarde zoon van
Aesculaap, dat ik de ochtendjas draag,
veertigtal hebben er den geheelen win- die gij genezen hebt, terwijl ik in Bu-
„S^raCtlt- Stoliteren President dapest was?"......
f, bet recht van veto in de laatste jaren, dat hij college
rnn*"ree^eiTvVeI a^e van was <je ouae heer zeer verstrooid*
fe fón ':)estaat uit twee Kamers Gedurende een voordracht voor de stu-
„ol_ei1 WOfdön bij algemeen stem- denten wilde Brassai zien, hoe laat het
dacron Dd °ve?ü Senatoren voor 14 was, maar tot algemeene verwon-
U QiKsvertegenwoordigers voor dering haalde hij, in plaats van zijn horlo-
r,n p -enerechtbank wordt door ge, een kikvorsch te voorschijn. Hij
,r;3 0Et benoenid, er zijn twee had dit beest dienzelfden morgen in
e,r 's politie, er worden be-1 ien vijver gevangen voor een onderzoek
geneven, en het geld der Re- en toen zeker in zijne verstrooidheid
iU bestaat uit ronde tinnen plaat- zijn horloge in het water geworpen,
j gestempeld naar de waarde, van on den kikvorsch in den zak gestoken
een dollarcent tot een doflar. De Re- u
geering geeft, er kleeren en aardappelen T Cecii 5.h°dei..ls,zon
voor, die de kinderen naar hunne Jan! geweest. Hij had bij deze gele-
ouders kunnen zenden genheid een paar honderd Matabele-
De Regeering, de rechtbank, enz., be- e,ten gevraagd op zijn boer-
wonen drie houten gebouwen, waaman der« b« Boeloewayo Er zijn dnehon-
's zomers tenten worden toegevoegd. derd ^P611 geslacht voor het feest-
Er is ook eene school, eene ambachts- maa'*
school, eene boekerij. Gedwongen om Oogsttijden over den
te werken wordt niemand, maar die aardbodem. Tarweoogst in Australië
met werken wil, moet aan de tafel der "heeft plaats in Januari, alsmede in
bedeelden eten. Chili en Argentinië in Oost-Indië in Fe-
De Republiek is geen grap, maar t>e- bruari en Maartin Mexico, Egypte,
staat reeds drie jaren en werkt uit- Perzië en Syrië in April ;in China, Japan,
stekend. De stichter ging uit van Klein-Azië, Tunis, Algiers en Marokko
weerzin tegen de amerikaansche phi- in Meiin Caüfornië, Spanje, Portugal,
lantropische instellingen, die, volgens Italië, Griekenland en Zuid-Frankrijk
hem, den arme slechts vernederen, en in JuniMidden- en Noord Frankrijk,
van het denkbeeld, dat zijn Staatje Zuid-Duitschland, Oostenrijk-Hongarije,
bijzonder bevorderlijk moest zijn aan Zuid-Rusland, en in het grootste ge-
de*- ont-tfikkeling der persoonlijkheid, deelte der Y. S. van Noord-Amerika
Deserteurs, die vóór het einde der 70 in JuliWest- en Middel-Rusland,
dagen wegloopen, worden door de po- Noord-Duitschland, België, Holland,
litie opgespoord en onverbiddelijk te- Denemarken, Engeland en Canada in
ruggebracht, maar zij zijn zeer j AugustusZweden, Noorwegen, Schot-
schaarsch. Het aantal wandaden neemt land, Noord-Rusland in September en
ook elk jaar af. De ergste booswicht October. In November en December
was een ventje van twaalf jaar, dat
vijfmaal brand poogde te stichten. Se
dert hij onder de hoede van een bij-
"~2önderen bewaker voor hem alleen is
gesteld, heeft men zich niet meer over
hem te beklagen. Inderdaad schijnt het
voor „groote menschen" spelen op
iopetrkleine republikeinen uit achter.
rten^ eejL-Yeffrfcrtenrien en verede-
-iwfden invloed te oefenen.
De oude professor.
Onlangs is te Klausenburg in Zeven
bergen een man gestorven, de hoogleeraar
Brassai', die niet alleen door zijn
buitengewone geleerdheid bekend was,
maar ook door zijn hoogen leeftijd,
hij werd nl. 100 jaar oud. Brassai be
zat onder vele andere eigenaardigheden
ook eene hartstochtelijke liefde voor de
muziek. Men weet te vertellen, dat hij
ineens door van Klausenburg naar Ber
lijn reisde, alleen om Patti te hooren
*"~2iügsa, .een daad, die van de energie
en de kracht van den toenmaals 85-
jarigen man een even gunstige getuige
nis aflegt, als van zijn geestdrift voor
de kunst.
Nog vermakelijker is de volgende
anecdote, die een geschiedenis vermeldt,
welke voor ongeveer 30 jaren moet zijn
gebeurd. Liszt, Reméygi en von Bülow
kwanten in Budapest, om daar een zon-
Uj^qetkie geven. Meer behoefde Brassai
^*Diet te weten. Hij rustte, ondanks bet
krachtig protest van zijn huisdokter,
zich uit voor de reis. „U blijft hier,
of u sterft ODderweg," verklaarde de
arts. De bijna 70-jarige Brassai haalde
de schouders op en schelde, toen de
dokter was heengegaan, zijn bediende.
„Daar heb je mijn ochtendjas, vul die
op met stroo, leg haar op den divan
met de voorzijde naar den muur en
als de dokter komt, zeg je, dat ik
slaap." De bediende gehoorzaamde
en Brassai ging op reis naar Budapest.
Driemaal kwam intusschen de dokter
een visite maken en telkens heette het,
dat Brassai sliep, en de arts betuigde
l^ks i0|g jjau zjen_
wordt dus nergens geoogst.
Gul. A. Wat he^.-"je
daar bij je
B. Ja, jg. ik ben een goede ke-
rel- A'ffi ik van de reis kom, breng ik
mijn vrouw altijd het een of ander
meê waar ik veel van houd
De plichten derkippen
in China.
In China weet men de kip voort
durend bezig te houden. Broedt zij niet
haar eigen eieren uit, dan dwingt
men haar, vischeieren uit te broeden.
De viscbkuit wordt in een eierschaal
gedaan, welke hermetisch gesloten en
onder de argelooze kip gelegd wordt.
Na eenige dagen neemt men de eier
schaal weg en breekt die voorzichtig
open, waarna de vischkuit, waarin
zich door de warmte het leven ontwik
keld heeft, in een ondiepen, door de zon
verwarmden vijver gedeponeerd wordt.
Hier worden de zich spoedig ontwik
kelende grondelingen gekweekt, totdat
zij sterk genoeg zijn, in een meer of
stroom overgebracht te worden.
Te Southsea Common
liet een kanonnier aan een gezelschap
dames de batterij der marine-reserve
zien. Hij laadde een Nordenfelt met
wat hij voor een looze patroon hield,
maar het was een scherpe, trok af,
en een reservist, die eenige meters
voor den vuurmond stond, werd door
den kogel doorboord. Hij stierf op de
plaats zelf. De kogel ging nog door
een schutting heen en viel in een ar
tilleriekamp in de buurt.
Te Montpellier is een
jongske van negen jaar, dat een flesch
wijn droeg, door een fietser omverre
gereden. De flesch brak en de scherven
kwetsten het kind zoo ongelukkig aan
den buik, dat de ingewanden te voor
schijn kwamen. Naar een hospitaal
gebracht, liet het zich zeer moedig ope-
reeren, volstrekt niet willende gechloro
formeerd worden.
Uit en voor de Pers.
Predikbeurten.
Hervormde Kerk
Barsingerhorn c. a.
te Anna Panlowna,
Doopsgezinde Gemeente
Barsingerhorn c.a.
Hervormde Kerk te Hippolytus-
hoef e. a. op Wieringen.
Snelpersdruk van P. Trapman te Schagen.
genoeg beschut zul zijn voor den regen en
nog tijdig genoeg thuis zat zijn. Na de
ze inleiding zetten de beide dames zich
naast elkander, drinken thee nit de
oode porseleinen koppen, die ook de reis
"//eb'nen meegemaakt naar de nieuwe woning,
,;ren beginnen een geregeld gesprek over de
nabuurschap.
HOOFDSTUK XXYI.
Het bliksemt, dondert en regentde hemel
wordt donker, immer dichter en dichter
drijven de wolken.
Inea legt de zweep over de ponys en
jaagt naar huis. Haar gelaat brandt nog bij
de herinnering aan lady Dermot'a woorden.
Zij gevoalt zich ongelukkig, geërgerd en
ellendig gestemd, dat zij Moritz
deze woorden niet mag overzeggen, of
schoon zij er naar verlangt, voer hem baar
hart uit te aiorten.
Past zij werkelijk niet voor hem F Zij
roept zich al zijne barlelykheid, zijne vrien
delijkheid, zijn volkomen geiuk aan hare
tijde in herianering. Nog geen enkele
maal heeft bij haar doen gevoelen, dat hij
niet met zijne kens tevreden was. En leef'
zjjjiifii alleen slechts voor hem F Heeft zij
niet elf» dezen rit ondernomen, om bem wel
gevallig te zijn F
„Zoudt ge uwen mantel niet aan doen, mi-
lady F* stoort eene stem haar in ha-e over-
peiuziugeD.
De groom heeft haar dit gevraagd, daar
hij- vast overtuigd is, dat zij biunen een
paar oogenblikken geen drogen draad meer
san hun lichaam zullen hebben. En do re
gen stroomt neder, koud, zwaar en altijd
zwaarder, eu binnen een paar minuten is
de geheele hemel in een donkeren zak ver
tederd.
De ponys baigen de koppen en de regen
*Lat lues in het gelaat, zoodat zij nauwe-
öb rijtuig ratelt haar voorbij. Mevrouw
Blaks ea Flora zitten er in, maar I-
nes T'udt nauwelijks tijd, een blik op
te werpen de ponys »9n
jooi' bet onweer zoo onrustig geworden, dat
fjj bare goheeio aandacht vergen, om ze in hare
macht te honden. Da weg is binnen weinige
oogenblikkon eene watervlakte, waarvan in
alle richtingen vuile stroomen wegloopen.
Het onweer wordt immer heriger en komt
steeds nader, maar Ines ia er volstrekt niet
bang voor. Zij lacht, wanneer de regeu
haar in het gelaat slaat en van haar mooien
witten hoed eene vormlooze massa maakt.
Plotseling worden de ponys ingehou
den. De groom, die op het achterbankje zit
met de parapluie in de hoogte, die meer
hem zelf, dan zijne meesteres besehudt,
schrikt op en ziet tegen een boom
geleund eene doornatte gestalte, die wanho
pig rondziet.
„Ga naar die dame en vraag haar, of
het mij geoorloofd is, baar naar hnis te
brengen,* roept lnes den groom over haar
schouder toe.
„Zeer goed, milady," antwoordt de ge
trouwe John met een stillen zacht en
maakt langzaam aanstalten, om zjjne persoon
lijkheid aan] het onweer bloot te stellen.
O «er den weg balanceerend, voert hij het
bevel nit.
„Gij zijt reeds zoo nat,* zegt Ines nn,
nadat zij de paarden vlak in de Dabijheid
van de dame gebracht heeft. „Kom, laat mij
n naar huis brengen, bet is juist in mijn
weg." Zij bad mevronw Yivian herkend,
die eenigen tijd geleden zich als lid van
de balclub had laten voordragen, maar afge
stemd was.
Mevrouw Yivisn aarzelt. Zjj is door en
door nat en siddert en beeft in baar dun
manteltje. Hdt gelaat, dat zjj hare bevrijd
ster heeft toegewend, is bleek en ziet er
ellendig nit. Bovendien is sij ten prooi
aan eene hoestbui, die Ines' geheele hart
met medelijden vervult.
„Kom gauwstijg ia 1" dringt lady Der
mot en met een gefluisterd„ik dank n,*
neemt mevroaw Yivian de uitnoodiging aan.
„Het is seer goed van u I"
„O, in 't minst niet. Ik zal zoo hard
rijden als mogelijk is, opdat gij spoedig
droge kleederen zult kannen aantrekken,"
zegt Ines, haar vroolijk gezichtje der dame
aan bare zijde toewendend.
In dit oogenblik rijdt de familiekoets der
I Nieuwe onderzoekingen
van Bertholot, wat betreft gereedschappen
en wapenen van het kopertijdperk in
Egypte, hebben aan het licht gebracht,
dat zij van de oudste egyptische tijden
dateeren en nit zaiver koper zonder tin
bestaan.
Eenige koperen naalden, in een graf te
Abydos gevonden, bleken vervaardigd te
te zijn nit dnnne bladen van metaal, na
melijk door die over elkander te vouwen
en dan te smeden. "Op dezelfde wijze was
een kleine beitel gemaakt.
Merkwaardig was eene holle koperen
naald, van dan koperblad gemaakt en
wel op dezelfde wijze of gelijkende op de
tegenwoordige fabricatie van schroefvor
mige buizen voor tweewielers.
Uit de herberg.
Meester. Hannes, Hannes, komt gij
alweer uit de herberg.
Hannes. Nn meester, ik kon er toch
niet altijd in blijven.
Overbodig.
Klerk. Alzoo betaalt u f 40 per maand,
daarvan kan ik geen groote sprongen ma
ken.
Patroon. Mijn kantoor iz ook geen
cirque.
Groote zaken.
„Wat doe ik toch alles in het groot,
daar is bijna geen denkbeeld van te ma
ken Straks heb ik aan mijne vronw, die
op reis is, 1000 knssen gezonden en na
moet ik mijn zoon 1000 verwijten over
zijn liederlijk gedrag doen toekomen."
Grootebitte heerscht in
de middenstaten van Noord-Amerika, Ve
le sterfgevallen aan zonnesteek hebben
plaals gehad. Te Ottawo wees de ther
mometer 97° in de schaduw.
Een wonderaap.
Geheel Parijs volgt tegenwoordig het
voorbeeld van de kinderen en bezoekt in
troepen deD Jardin d'AcëÏTmatation, om den
jongen. vTónder-orang-oetang Tynan te zien,
aie weelderig in een kooi leeft, welke
onder andere meubels en bed bevat, dat
door bewonderaars van den snuggeren aap
voor hem gekocht is.
Hij is een vijftal jaren geleden op Bor-
neo geboren. Toen hij in den Jardin was
overgebracht, werd bij als een andere aap
in een kooi opgesloten. Doch zijn schit
terende oogen en verstandige handelingen
trokken spoedig de aandacht van zijn be
waker, die hem in een grootere kooi zette
en hem begon op te voeden.
Het dier maakte snelle vorderingen en
is nn een van de meest populaire persona
ges in Parijs.
Men heeft hem leeren vegeD, stof af
nemen, op een lei teekenen en zijn toilet
maken. Hij slaapt in een bed, dat hij
zelf in orde brengt. Een kleine aap brengt
hem zijn ontbijt. Na zijn OGtbijt wascht
hij aangezicht en handen, trekt zijn klee
ren aan en is gereed zijn gasten te ont
vangen.
Hij schaamt zich nu werkelijk zonder
kleeren te verschijnen.
Zijn slaapkamer bevat een grooten spie
gel, een bed enz. Onlangs is ge
meld, dat Tynan zijn kamer niet meer
zelf veegt, doch nu den aap, die met hem
in de kooi is gezet, dwingt dat werk te
verrichten.
Tynan is een wonder, niet omdat hij
in staat geweest is, al deze kunsten te
leeren, maar omdat hij het vermogen be
zit, zijn kennis aan een anderen aap mee
te deelea en 't zich zoo gemakkelijk te
maken.
In het britsche machine-
bouwvak is een zeer zware strijd op
handen. Op de'staking van de Londen-
sche werklieden, die een acht-uurs-werkdag
eischen, hebben de verbonden patroons van
het geheele rijk,behalve teBelfast en Sheffield
geantwoord met een lock-out van 25
percent der arbeiders tegen den eerstvol-
genden betaaldag. Door dit besluit wor
den te Londen alleen 6000 werklieden
Grimsbaw's, door eeu dak van druipende
paraplnies overdekt, voorbij.
„Lady Dermot rijdt die mevroaw Yivian iü
haar eigen ponywagen. Hoe ontzettend I"
Zij hadden mevronw Yivian eerder op den
weg laten omkomon, dan haar eene plaats in
haar rijtuig aangeboden.
„O, arme sir MoritzYoor hem zal het
verschrikkelijk zijn. Ik heb het reeds in
den beginne gezegd, zijne vronw zal hem in
eene zeer burgerlijke atmosfeer brengen,
't Is sohaDde, dat zij die mevroaw Yivian
met een blik verwaardigt, laat staan haar in
baar rijtuig eene plaats geelt."
Deze opmerkingen makend, rijdt de familie
Grimshaw verder en de regen stroomt over
hare schermen. De Blake'z zijn eveneens
zeer opgewonden.
„Zaagt ge mevroaw Yivian tegen een boom
staan te hoesten F" vraagt mevronw Blake.
„Ja, die arme'" antwoordt Flora. „Zij
ziet er uit, alsof hare aren geteld zijn."
Mevrouw Blake, die na warm en droog
baar hnis bereikt, voelt eene heimelijke ge
wetenswroeging bij de herinnering aan me
vroaw Yivian, dat zij haar een kwartier
geleden is voorbijgereden, terwijl zij, aan het
gansche lichaam sidderend en hoestend in
dien killen regen stond-
„Ik betreur het werkelijk, haar niet op
genomen te hebben,* spreekt zij in onbehaag
lijke stemming; „maar ik vreesde, dat zij
er eene verdere kennismakiog aan vast sou-
de knoopen en met eene bucrvrouw van het
gehalte alz zij is, kan men niet voorzichtig
genoeg zgn.*
De sehoone Fiora leeht.
Maar den geheelen avond kan mevrouw
Blake de holle wangen en treurige oogen
van mevronw Yivian maar niet vergeten.
Intusschen rijdt Ines, onbewust, dat zij
reeds weder tegen de gebrniken gezondigd
heeft, naar de villa, waar mevrouw Yivian
woont. Juist toen zij daar aanlanden, is het,
of de hemel bersten wil. De ponys stei
geren en springen en de groom snelt toe,
om hen in bedwang te houden.
Mevroaw Yivian wendt zich tot Ines
en een verraderlijk rood kleurt hare wan
gen.
'getroffen. De vakvereenigingder engineer»
wil nn de arbeiders bewegen, allen zonder
onderscheid het werk neder te leggen.
Het gaat hard legen hardde patrooDs
zij'n in het minst niet geneigd, toe te geven
en de werklieden wijzen met trots op eene
weerstandskas van 350.000, die zij voor
den strijd beschikbaar hebben.
De Time* verwacht, dat bij deze bewe
ging rechtstreeks 80.000 menschen zullen
betrokken zijn, maar het aantal van hen,
die indirect onder d» staking lijden, is
natuurlijk veel grooter. Yan voorstellen
om tot overeenstemming te geraken hoort
men niets.
W a t e e n t o e k o m s t i g e oor
log zal koeten, is uitgerekend door een
fransch militair tijdschrift. Het dage-
lijksch onderhoud van een soldaat te vel
de zal gemiddeld koeten f 1.50, daaron
der begrepen de Kosten van bewapening,
munitie, vervoer, enz. Voor eene groote
mogendheid, Frankrijk bijv., zou dat onge
veer 1.5 miljoen gulden der dag bedra
gen. Zuinig berekend is dat voor de zes
groote mogendheden, bij een grooten alge-
meenen oorlog, 9 miljoen dasgs. En daar
de kleine mogendheden er wel niet heele
maal buiten zullen kunnen blijven, moet
men de uitgaven te zamen maar rekenen
op 12 miljoen daags of in de maand 360
miljoe». Hoe lang kan Europa dat vol
houden f En dan is hierbij nog niet ge
rekend het nadeel aan landbouw, handel
en nijverheid, particulier en openbaar-
eigendom berokkend in zoo'n grooten oor
log. En wat nog de vlcot kost 1
Oude liefde. Te Laporte
in den Staat Indiana heeft onlangs een
merkwaardige huwelijksvoltrekking plaats
gehad. De 86-jarige James Saxton stap
te namelijk in het bootje met de 80-ja-
rige Mary Twinke. Reeds van hun pril
le jeugd af hadden beide oudje» elkander
bemind.
Saxton bracht, voordat hij eindelijk zijn
dierbaarste' wenschen vervuld zag, drie
▼rouwen ten grave, terwijl juffrouw Twin
ke viermaal weduwe werd.
De gelukkige bruid bezit nog den ver
lovingsring, dien Saxton haar in zijn jon
gelingsjaren gaf.
Yerkiezings-ui.
Yraag#Wat is 't werk der stemop-
nemers
Antwoord #Te constateeren, dat wit
zwart is
Het rij wiel is door de vij-
anden ervan reeds herhaaldelijk en dap
per uitgescholden. Heel origineel is de
benamiDg, die een fanatiek engelsoh gees
telijke er aan gaf. Hij noemde het wiel
„dagelijksche sneltrein naar de verdoe
menis.' Waar het wiel des naohta den
mensch heen brengt, heelt zijn WelEer-
waarde tot op heden niet medegedeeld.
Teveel verlangd.
In het Noorden van Engeland bestaat de
gewoonte, een flink maal aan te richten in
geval er een van de familie sterft. Al
gemeen wordt als het „pièce de réeistancev
van zulk een maal beschouwd een koude
ham, voor het verorberen van welke alle
vrienden en verwanten worden uitgenoo-
digd.
Een dezer dagen lag in Yorkshire een
man op het ziekbed. De dokter bezocht
hem reeds geruimen tijd en moest einde
lijk aan de weenende echfgenoote mede-
deelen, dat de uren van haar man op de
ze aarde geteld waren en dat zij hem
gerust alle voedsel kon geven, waarin hij
trek kreeg.
Is er iets, dat je erg graag lust
lieve schat? vroeg ze hem.
Neen, vrouw, zei hij zwakjes. Ik
heb nergens trek in. Plotseling viel de
blik zijner half gesloten oogen op een
versch gekookte ham, die op de beste
tafel lag, keurig uitgepakt met groen en
papier.
Ik zou wel een stukje van die
ham daar lusten, fluisterde hij.
Ach neen, man, daar kan ik nu
niet aankomensnikte zij. Die is voor
de
„Ga sooiang binnen, tot de regen voor
bij is. Bij aulk een onweer zou u iets kan
nen overkomen. Het rijiaig kan onderwijl
het koetshuis inrijden
Ines geeft bereidwillig gehoor aan de
nitnoodiging, «ouder een oogenblik aan het
oordeel van anderen te denken. En ach,
wanDeer eenige harer bekenden haar voor
het vuur in het salon van mevroaw Yivian
hadden zien zitten en kannen booreD, hoe zij
er bepaald op aandringt, dat mevroaw Yivian
kurkdroge kleeren aanirekt, mis
schien zou haar oordeel dan wat zachter
zijD. Maar wanneer zij wisten, hoe de bei
de dames later aan de smaakvol gearran
geerde theetafel «aten en Ines ongedwongen
met de ontzettende mevroaw Yivian had
zitten praten, hoe zou dan haar oordeel heb
ben geinid I
„Ik vrees, dat ga ziek fijt," zegt Ines
medelijdend, naar de doorzichtige banden en
het bleeke gelaat ziende, waaraan zelfs hare
onervaren jeugd het naderend levenseinde
opmerkt.
„Ja, ik was langen tijd ziek," antwoordt
mevronw Yivian treurig. „Ik weet, dat
ik de tering beb, ofschoon de dokter het
mij niet wil bekennen." En met een on
uitsprekelijk weemoedig lachje voegt zij
er aan toe „Hij weet natuurlijk niet, dat ik
mij over mijn naderenden dood zeer verheng."
„Mij doet dat oneindig leed," fluistert
Ines en diep medelijden spreekt haar uit
de oogen.
„O neen, betreur dat nietwanneer gij
alles wist, zoadt gij mjj die verlossing gun
nen," zegt ze, een blik op eene tegenover den
schoorsteen hangende pbotographie werpen
de, die een dikken, laclnnden baby voorstelt.
Ines' oogen volgen dezelfde richting.
„Welk een heerlijk kind."
„Ja, dat was het," fluistert mevrouw Vivian,
en Ines weet nu, dat de knaap gestorven is.
De regen heeft opgehouden en de pony
wagen Btaat reeds weder voor de denr. Ines
staat op, em heen te gaan eu reikt der kranke
de hand. Mevroaw Yivian wil die hand aan
vatten, maar haalt de hare weer terug en
spreekt aarzelend, terwijl zij hevig bloost
„Lady Dermot, laat mg u danken. Gij
Joh. Brahms als weldoe-
ner. In de herinneringen aan Joh.
Brahms indeNene Freie Presse
wordt ook hnlde gebracht aan het goede
hart van den overleden knnstenaar. Niet
altijd even hoffelijk in zijn manieren, bezat
Brahms echter een weldoende hoffelijkheid
des harten. Hos zeer verheugde het hem,
als hij anderen een pleizier kon doen I
Maar vooral deed hij in stilte goed en
zeer weinigen weten, wat hij al
gedaan heeft. Zoo vond de schrijver in
de Neue Freie Presse hem op een
zondagmorgen bezig, verscheidene fles-
schen champagne in een mand te pak-
keD. „Die zijn voor...., wiens nieuwe com
positie vandaag wordt uitgevoerd. Als hij
na het concert met zij De familie aan tafel
gaat, moet bij wat plezier hebbeD
Kort voor zijn laatste ziekte bezocht
hem de vronw van eeu uitstekend compo
nist, die in Bohemen woonde. Brahms zei-
de lot haar, dat het een groot voordeel zon
zijn voor de kunstenaarsloopbaan haars
mans, als deze er toe kon komen, om in
Weenen te gaan woneD. jrJa*, zuchtte de
vrouw, yals het leven io Weenen maar
niet zoo dour was voor een groot gezin."
„Als het daaraan alleen mankeert,' ant
woordde Brahms, yneemt u dan wat geld
van mij aan, zooveel u noodig hebt, want,
ik zelf heb heel weinig noodig De
vrouw barstte door ontroering in znlk een
hevig snikken snikken uit, dat zij niet
kon antwoorden.
Bramhs had vooral een sterk gevoel
voor recht en billijkheid, voor strenge
juristen was hij soms misschien al te ge
voelig voor wat recht of onrecht was. Een
karakteristiek feit uit zijn leven, zegt de
bedoelde schrijver, die zijne herinneringen
aan Brahms ophaalt, kan dit bevestigen.
Ik ontmoette eens bij Brahms een bleeke,
interessante vrouw van oDgeveer 40 jaren,
de gescheidene echtgenoote van een gepen
sioneerden officier. Deze dame, wier ner-
veuse eenzaamheid alleen verdragelijk was
door een hartstochtelijke liefde voor mu
ziek, dweepte met de composities van
Brahms en niet minder met Brahms zelf.
Deze bezocht hare even buiten de stad
gelegen woning, meer nit deelneming dan
uit persoonlijke sympathie. Eens, dat is
nu bijna 25 jaar geleden, vertelde Brahms,
dat mevr. Amalia M. gestorven was en
hem eenige muziekstukken had vermaakt,
mooi ingebonden werken van hem zelf nit
het begin zijner loopbaan als componist.
Op elk titelblad stond in sierlijk hand
schrift de naam der erflaatster. Later sprak
hij nooit weer over zijne vereerster. Eerst
drie dagen vóór zijn dood vertelde de zeer
zieke componist aan zijn vriend Simrock,
dat hg toenmaals door die vronw benoemd
was tot universeel erfgenaam van haar ge
heel vermogen, dat betrekkelijk nog al
groot was. Maar Bramhs vond deze be
schikking zeer onrechtvaardig tegenover
den nog levenden echtgenoot en snelde
terstond naar den notaris, om bij dezen een
verklaring te teekenen, dat hij afzag van
de erfenis ten gunste van den gescheiden
echtgenoot.
De grootste prediker der
wereld.
Een kleine jongen ging eens met zijn
vader mede naar Spurgeon's Tabernakel.
Hij had hooren zeggeD, dat Spnrgeon de
grootste prediker was der wereld en dat
daarom zijn vader, vóór hij Londen ver-
He', hem wenschte te hooren.
Toen hij pas zat in de reusachtige kerk,
was de knaap geheel en al belangstelling;
en toen de prediker den dienst begon,
stak de knaap al meer en meer het hoofd
vooruit en luisterde met open mond den
geheelen tijd onafgebroken door, Eijne oogen
nauwelijks van den spreker afwendende.
Nadat de dieost geëindigd was, en zij
beiden wéér buiten waren, zeide de vader
„Wel Wim, wat zeg je van dien man P"
De knaap stond een oogenblik stil, keek
met zijne schrandere oogen zijn vader in
het gelaat, ec vroeg„Is dat nn de
grootste prediker, vader
„Ik zou zoo denken," was het antwoord.
„Wel," zeide de jongen, met de meest
mogelijke beslistheid, „dan weet ik, hoe
men de grootste prediker kan zijn."
weet, wie ik ben- Andere dames reden
mij vandaag voorbijgij naamt mij op- Nn
begrijp ik de gescbiedenia van den barm-
hartigen Samaritaan."
Ines vat de beide banden der zieke vronw
en ziet haar medelijdend aan.
„Mag ik nog eens bij n terugkomen F"
vraagt zij eenvondig. „Ik won dat eoo
gaarne."
Als antwoord op die vraag begint mevronw
Yivian te Bohreien.
„O, wanneer ge dat wildet 1" snikt zij.
„Gij kant a niet voorstellen, hoe eenzaam het
mij eiken dag is, wanneer ik mg ziek en
ongelukkig gevoel i want telkens en telkens
komt de dood nader, maar ach zoo lang
zaam.*
„Ik zal komen," belooft lnes, die haar
eigen tranen voelt opwellen. „Ik zal te
rugkomen."
Sir Moritz snelt den gang in, als hij den
hittenwageo hoort aankomen. Ines sehijDt
door het tochtje opgevroolgkt te zijn, en
als antwoord op zijne vragen zegt ze, dat
ze niet in het minst nat is.
„En waar denkt ge, dat ik geweest ben,
Moritz F"
„Dat ksn ik onmogelijk weten, mijne lieve I"
antwoordt bij, haar aan de hand naar het
salon geleidend. „Bg mijne moeder denk ik."
„Daar ben ik ook geweest," zegt ze
bij de herinnering aan de woorden zgner
moeder zeer ernstig wordend. Vervolgens
vertelt sij hem van hare ontmoeting met
mevrouw Yivian en ontrolt een treurig
schilderij van het eenzame leven der uit de
maatschappij verbannen en vogelvrij ver
klaarde.
Sir Moritz ziet zijne vronw zeer ernstig aan.
„Het was zoer goed en edel van n, haar
naar hnis te brengen, Inesmaar het spijt
mij,^ dat ge met haar naar binnen, in bare
woning «ijt gegaan."
„Hoe dat?" vraagt zij, met znlke trouw
hartige, onschuldige oogen, dat hij nauwelijks
weet, wat hjj zal antwoorden.
„Maar Ines, gij hebt toch zeker de ge
schiedenissen wel gehoord, die over haar
„Hoe dan P" - vroeg de vader nieuws-
gierig.
„Wel, gij kiest een mooi hoofdstuk uit
den Bijbel en vertelt jnist wat erin staat
zóó dat iedereen u begrijpen kanmeer
niet
Men schrijft uit DEN
HAAG
Ten spijt vsd de geruchten en gissin
gen, die zoo nu en dan in trin of meer
sericuse gedaante naar de drukpers ver
dwalen, is er nog altijd niets wezenlijks
bekend omtrent de samenstelling van eeD
nieuw kabinet.
Waarschijnlijk zullen ten slotte de oud
ste geruchten de meest juiste blijken eu
zal alles daarop neerdraaien, dat de heer
Roëll met eene, naar de eischen van het
oogenblik omgewerkte, tweede editie van
zijn vorig ministerie voor den dag komt.
En omwerking schijnt dan echter nog
al veel omvattend te zullen wezen, zoo-
dat misschien niemand aoders overblijft
dan de heer Sprenger van Eyk, tenzij het
noodzakelijk mocht geacht wordeD, dat de
heer Pierson mede van de partij is, niet
tegenstaande er voor hem op het oogen
blik weinig belangrijks op den Kneuter
dijk te verrichten valt.
Het zal echter de kunst wezen, om voor
de vrijkomende portefeuilles eenigszin»
roodgetinte liberalen te vinden, zooveel
mogelijk zóó gekozen, dat ze toch naast
den heer Roëll niet sl te scherp afsteken.
Eén ding schijnt allerwege boven iede-
ren twijfel verheven te worden geacht, na
melijk dat het rijk van den heer Van
Houten nit is. Dit laat {zich dan ook
klaar begrijpen; de geavanceerd liberalen
willen niets van hem weten en bij de
conservatief-liberalen is hij onder de te
genwoordige omstandigheden ook niet recht
meer op zijne plaats, immers het is dui
delijk het conservatief-liberalisme zal
voortaan nederlandsch-hervormd moeten
zijn, of het zal niet meer zijn,
Wanneer dus de heer Van Houten het
Torentje verlaat, zal dit, naar verluid,
betrokken worden door den heer Roëll,
zoodat dan de gedurende de laatste twee
periodes in zwang gekomen vereeniging
van het premierschap met Buitenlandsche
Zaken weer voor het meer normale over
wicht van Binneolandsche Zaken plastB
maakt.
11 Juli voorm. Barsingerhorn.
jr nam. Hariughuizen.
voorm. Barsingerhorn.
geen dienst.
18
25
Predikbeurten b\j de Herv. Gemeente
gedurende de maanden Juli, Augustus eu
September.
Geen Dienst: 11 Juli, 1 Augustus,
22 Augustus en 12 September.
Overigens telkens 's morgens te half tien.
11 Juli Barsingerhorn Ds. Kooiman.
18 Juli Kreil Ds. Kooiman.
25 Juli Barsingerhorn Ds. Kooiman.
1 Aug. Krcil Ds. Kooiman.
11 Juli te Westerland n.m. 3 uur De. Wieringa.
18 Hippolytush. v. m. 10 Ludwig
25 Westerland. n. m. 2 Mühring.
1 Aug. Hippolytush. v. m. 10 Bax.
8 Westerland n.m. 2 Hobu».
15 Hippolytush. v. m. 10 de Boer.
22 „Westerland n. m. 2
29 Hippolytush. v.m. 10 „vanKIuijro.
5 Sept. „Westerland n.m. 2 Beekhui».
12 „Hippolytush. v.m. 10 Wieringa.
f® „Westerland n.m. 2 v. Beursen.
26 „Hippolytush. v.m. 10 ludwig.
schandaal in omloop zjjn F Nu mag sij met
niemand omgaan. Daarom wensch ik niet,
dat gij met haar eene nadere kennismaking
zult aanknoopen. Gij moogt haar niet weder
zien," brengt hg eindelijk zoo overtuigend
mogelgk te berde.
,lk beloofde haar echter, te zullen te
rugkomen," antwoordt Ines met neerge
slagen oogen.
„Dat baloofdet gij F Maar kind, 't i< of
ge er uw best toe doet, om telken» iet»
verkeerds te doen F" roept sir Moritz, Beer
na er aan toe zijnde, nn eens ernstig boo»
te worden.
Ines ziet hem met hare groote oogen
kommervol aan.
„Hoe kan ik weien, wat recht is, wan*
neer het recht allemaal onrecht schijnt te
zgn F" vraagt zij hartstochtelijk. „Er ecbijnt
mjj niets sleohts ie gelegen, dat ik mevrouw
Vivian naar hnis heb gereden. Mevrouw
Blake en anderen lieten haar, nat en van
koude bevende, verschrikkelijk bosstend aan
den weg staao. O Moritz, ik dacht niet,
dat gij mjj, daarover tenminste nie', toornen
zondt."
„Ik ben er ook niet boos over," ant
woordt hg, zjjn vrouwtje aanziende an
denkend, dat dit kleine interval zeer goed
voor haar is. „Mijne lieveling, ween niet,
voegt hjj er aan toe; want Ines is mof
een tranenvloed harerzijds eu hjj met eene
omarming van zjjn kant geëindigd. „O neen,
toch niet, toe, laat dat, terwilie van mij,"
gaat bjj voort, terwijl hg haar allerlei vlei-
naampjes in hei oor fluistert en haar toestaat,
naar mevroow Yivian te mogen gaan zoo*
vele malen als het haar goeddunkt en doen
mag, wat zjj wil, slechts moet zjj hem niet
ongelukkig mukeD, door zoo hartstochtelijk
te weenen.
Ines verzwjjgt bem de ware oorzaak harer
tranen. Lndy Dermot'a woorden hebben haar
te diep getroffen, om ze zoo spoedig te
kannen vergeten-
WORDT YERVOLGD.