Politiet oraziclit der week. PLAATSELIJK NIEUWS. Wieringen. Wieringen. Egmond aan Zee. Dirkshorn. Verkiezing Prov. Staten. Helder. Gekozen de heeren dr. P. P. C. Hoek met 1845, G. J. O. D. Dikkers met 1774 st. Beiden aftredend liberaal. De heer A. P. Staalman had 1399 en de heer N. Oosterbaan 1164 st. (beiden antirev.). Enkhuizen. Herkozen de heeren Z ij p met 2807 en Sluis met 2806 st. De heer v. d. Steen verkreeg 2757, de heer Buis 2658 stemmen. Mieniemum-lijders magere varkens. Een gemeenteraadslid van een plaats benoorden Alkmaar zit in de trein in een gezelschap, dat het druk heeft over de verhoging van de brood prijzen en het drukkende daarvan, voor al voor de boerenwerkman, die 6 a 7 gulden in de week verdient. Prijsvraag Veeverloskunde. Buitenlandsch .Nieuws. Citslag der op Donderdag 23 J een Lid van de Prov. State» van funi ^elionden herstemming voor i!.-II., Hoofdkiesdistrict Schagen. KERMIS. Gewest „Noord-HollaiuFAmstok Kracht en Vriendschap", „Olympia", „Sparta", „Spartacus", „1'lato", van Amsterdam„Beverwijksche G. V.", Beverwijk „Westfries", Barsingerhorn „Jahn", Edam„Sparta", Haarlem „Uitsp. d. Insp.", Hoorn„Simson", Koog-Zaandijk„Volharding", Purmer- end„Lycurgus", Schagen„Voor waarts", Nd.-Schermer„Kracht door Oefening", Weesp „Olympia", Wisrin- gerwaard; „Hercules", Wormerveer „Concordia", Zaandam. Door 't bestuur van 't Heemraadschap alhier werd publiek aanbesteed het los sen van grint op 3 plaatsen. Laagste inschrijvers waren: voor den Oever de hr.P. Everts a f 0.46 per M3., voor Wester- land de hr. J. v.Duin f 0.44 per M3en voor Polder Waard-Nieuwland de hr. C. v. Schoorl f 0.49 per M3. Allen gegund. Tot heemraad van het Heemraadschap Wieringen is herbenoemd de heer P. J. Koom. Beroepen tot predikant bij de Neder- landsch Hervormde Gemeente alhier de Eerw. heer J. Vissercandidaat te Leer- sum (Er.). Onze lezers worden at- tent gemaakt op de in dit nummer voor komende advertentie der Hollandsche IJzeren Spoorwegmaatschappij, waarin het publiek gelegenheid geboden wordt om tegen veel lager prijzen dan die van de gewone goedkoops uitstap- biljetten, een uitstapje langs de lijnen dier Maatsohappij, de door haar geëx ploiteerde tramwegen en het Stoomboot- veer Enkhuizen-Stavoren te maken, mits een reis worde gemaakt van min stens 180 kilometers. Dinsdagavond had in de nabijheid van deze plaats een droevig ongeluk plaats. Een meisje van twee en een halfjaar, dat bij tijdelijke afwezigheid van de moeder, die met en ten behoeve van een ander dochtertje naar Amsterdam was, vader den geheelen dag gezelschap had gehouden in 't hooiland, geraakte, terwijl het alleen naar huis terugkeerde, in de nabijheid der woning in een sloot en werd na eenige oogenblikken leven loos opgehaald. Uitslag der aanbeste- ding, gehouden te Alkmaar den 22 Juni 1898, wegens de werken van het Ambacht van Westlriesland, genaamd „Geestmer-Ambacht", als Perceel no. 1 Huigen- en Zuider-Re- kerdijk raming kf 250.aangenomen door Ja. Oldenburg te Bergen voor f 225.Perceel no. 2: Omloopdijk; ra ming f 60.aangenomen door P. Breg- man te Oudorp voor f 50.Perceel no. 3Noorder-Rekerdijkraming i 2000. aangenomen door G. Blom te Schoorl voor f 1425.Perceel no. 4 Verschillende werken raming f 135. aangenomen door P. Without te Ha- riDgcarspel voor f 125.Perceel no. 5: Zeedijk; raming f 1700.aangenomen door G. Blom te Schoorl voor f 1300. Perceel no. 6 Ursemmerdijk of Zeedijk bij Winkelraming f 40.aangenomen door P. Komen te Winkel voor 1 34. Perceel no. 7 Walingsdijk te Ursem raming f 650.aangenomen door Joh. Hille te Ursem voor f 600. Idem als boven van de Geestmer- Ambacht-werken te Veenhuizen. Perceel no.1; raming f 1630.aan genomen door O. Kuin te Veenhuizen voor f 1560. Perceel no. 2 raming f 50.aangenomen door D. Kriller te Oude Niedorp vooi f 43. Door den Geneeskundi gen Raad voor de provinciën Friesland en Groningen is eene aanbeveling aan het publiek gericht, met het oog op de gevaren voor de gezondheid, die uit het gebruik van melk en zuivelproducten kunnen voortspruiten. Daarbij wordt de naleving van de volgende eischen aan bevolen 1°. De leverancier drage zorg, dat bij het melken het gebezigde vaatwerk, de over- en rondbrenging der melk uit het eogpunt van zindelijkheid niets te wen- schen over laat. 2°. Zoo in het gezin van den melk- leverancier of bij diens personeel een besmettelijke ziekte, hieronder tubercu lose begrepen, voorkomt, wordt de melk niet anders gebruikt dan als veevoeder. (Met het oog op dezen eisch is aan sluiting bij eene maatschappij tot ver zekering tegen de financieele nadeelen van besmettelijke ziekten wenschelijk.) 8°. Het aan het vee toegediende drink water zij van goede qualiteit. Ander water, b. v. tot het reinigen van het benoodigde vaatwerk, eveneens, of worde slechts in gekookten toestand gebruikt. 4°. De melk zij afkomstig van ten hoogste vijf jaar oud zijnde koeien, die gezond zijn en bij inspuiting van tuber- culine geen vermoeden op tuberculose doen ontstaan. 5°. De stalling en voeding van het vee voldoen aan de daaraan te stellen eischen. Te MADE (N.-B.) heeft men eene zeer vreemdsoortige afkondiging van de pui van het Raadhuis kunnen hooren. Een der veldwachters maakte den volke op die officiëele wijze bekend, dat bij den burgemeester dier gemeente te koop iseen oude fiets. Kersen. De correspon dent van de N. R. Ct. te Andelst schrijft Zie zoo, manneke nou weet ik 't krek. De groote kerseverkoopinge zijn veur- bij en nou za'k oe is vertelle, dat de kans, om ons buekske ins goed dik te ête, glad verkeke is. We zulle al arg blij zijn, as we'n henjevol wrak of 'n kweks- ke musschepikkers vur ons eiges over- hauwe. Da kunne de minse buite de Betu we nou mar nie begrijpedie denke, gleuf ik, da wij in de kersetijd mar niks ête als kerse en dan de moiste en beste. Och, melleve minse, wat zij de de plank mis, die kerse en de fruit over 's geheel genomen, da's hier goud, daor mot de schorsteen van rooke, en denkte dan, da wij eiges het beste zouwe ge- bruike Jao, dat kunde begrijpe. Nee man het beste is vur de groote lui in stad, die kunne 't betaole en die zien op geen paor cente meer vur 'n pond, as 't mar mooie zijn en 't ütschot is vur ons. En toch, van 't jaor, nou der zoo weinig zijn 't is nog geen vierde gewas nou kunne wij vège mit de spons van Blaones. En gebleuidGebleuidnee mar, daor kunde oe gin adee van vurme. Ze hebbe van 't jaor merakel mooi gebleuid, zóó da we al tege mekaore zeejepas op, jongvléje jaor mit de appels, nou mit de kerse, da zal der her gaon. Mar kek nou is aon daor komt op ins 'n sturmweind mit régen en veul kauw en weg vloge de bluusems en weg vloog al onze hoop op 'n goed kersejaor. Zie de, zoo kan 't in 'n om mezientje glad verkeere, en zoo kwam mijn weer 't versje in de kop, da 'k vroeger op schol geleerd ha Réken niet te veul op goed, Da ge nog ontvange moet Veultijds valt 't ut de gis En dan is oew rèkening mis. Nou, zoo is onze rèkening ok mis, en ik zij bang, da de kersebaoze ok 'n mis se rèkening zulle maoke. Ze hebbe de overgeschote kerse gekocht tegen zeuve, acht oente per pond op den boom. Nou hoef ik oe niks meer te zegge. Réken daorbij nou de koste vur de mandes vur plukke vur keere want kee- re motte nou net zoo veul, jao mis- schiens nog meer, as dat er 'n vol ge was is dan kunde op oe vijf vingers wel fittelle, da ze op z'n minst vijftien of twentig cente moete gelde, wil 't vur de baoze wa werd zijn. 't Is verduveld jammer, dat is 't. De kersetijd is anders vur deze streke zu'n plezierige tijd, en as ter veul zijn, hoeve we der zelf nie zoo zuinig op te zijn, ok nie, We zullen nou êvel mar zoo denkewe hebbe ze zien bleue en greuie, zien rood worde en zien rijpe ze zien plukke en inpakke enze onze neus veurbij zien gaon we hebbe er dus alles van gezien en dan zegge we mit Gremer: Maor wa'k er van heb, kek da heb ik Mijn ooge, die hebben 't rejaol. Gelukkig nog mar, dat er van 't jaor alderiesends veul pruime en stekbesse zijn. Nou neme we mar 'n prumke en 'n knoeperke, dan hewwe toch ok wa, wü gij Ten gevolge der hevige wolkbreuken in de naburige Belgische gemeenten, zijn vele weilanden te Groot- en Klein-Zundert (N.-B.) overstroomd. Al het hooigras is bedorvende schade bedraagt voor de boeren ruim f 50.000. Een orkaan. Men schrijft uit GULPEN d. d. 23 Juni: Gistermiddag kwamen hier zware on- weders, gevolgd door hevige stortbuien en hagelslag, onze streken teisteren en onze prachtig verschenen en welig groeien de veldvruchten vernielen. De regen was zoo hevig, dat in wei nige oogenblikken tijds de veldwegen en grintwegen geheel overstroomd waren, karrevrachten slijk en aarde, tot zelfs gekorte boomstammen medevoerende. De wegen waren als 't ware in rivieren her schapen. 't Leek wel of er een plotse ling invallende overstrooming plaats had. Op een pachthoeve werden niet minder dan 70 boomen omvergeslingerd, eens deels door den stroom van het water, anderdeels door den hevigen storm, die welhaast een orkaan moet geweest zijn, die tijdens het on weer woede. Op sommige plaatsen zijn de appelboomen door den hagel ontbladerd, en de schors der takken ge deeltelijk verbrijzeld. Niet één menschen- leven stond op 't spel, ten gevolge van den watervloed, maar meerdere. Yan tarwe, rogge en boonen heeft het noodweer niet alleen de Btengels gebro ken, maar zelfs te gronde geslagen. De aardappelen zijn van de akkers met wortel en al weggespoeld. Men trof er hagelkorrels als duiven eieren. Wij lezen in do Volks- onderwijzer het volgende „Ja", zegt hij, „'t is wel onaange naam, maar een ander wordt er toch weer beter van, en plezier doet het mij, dat de onderwijzers, die toch een ho ger traktement hebben, er ook aan be talen." „Nou," replieseert een ander, „die traktementen zijn over 't algemeen ook niet zoo schitterend." „Och wat," klinkt het nu van 's mans lippen, „al geef je ze meer, ze schreeu wen toch als magere varkens!" Dit vriendelijke gemeenteraadslid is geen oude konservatieve boer 't is een jong man, die beweert alles van Multatulie te hebben gelezen (P) en on der liberale vlag gekozen tot lid van de raad, indertijd als kandidaat geprokla- meerd en verdedigd werd door een onderwijzer. De Vereeniging tot ontwikkeling van den landbouw in Hollands Noorderkwar tier vraagt een beknopte handleiding, waaruit de veehouder zal kunnen leeren: 1. welke maatregelen hij kan nemen om het veelvuldig voorkomen van moei lijke verlossingen of van verwerpen der kalveren in zijnen veestapel te vermij den 2. hoe hij voor, tijdens en na eene verlossing heeft te handelen, ten einde de bereikbare zekerheid te hebben, dat deze zonder nadeelige gevolgen zal plaats hebben en wat hij daarbij zal kunnen doen om mogelijke gevaarlijke besmetting of verwonding van moederdier en vrucht te voorkomen, of om de gezondheid van beide te bevorderen 3. hoe hij kan beoordeelen, of de vrucht eene normale dan wel eene abnormale ligging heeft, en hoe hij ook, bij ver schillende abnormale liggingen, eene goe de verlossing zal kunnen bewerkstelli gen. Yoor deze prijsvraag wordt een be drag van f 100 beschikbaar gesteld. De al of niet toekenning behoudt het be stuur zich voor. Antwoorden worden ingewacht, vóór 1 Mei 1899, bij den secretaris der Ver eeniging, den heer W. T e e n g s, te Alkmaar. Zij moeten geschreven zijn in de Nederlandsche taal, met een andere hand dan die van den inzender, niet onderteekend worden en voorzien zijn van een kenmerk, dat zich ook bevindt op een begeleidend, verzegeld couvert, bevattende den naam van den inzender. Bij gebrek aan werkelijk oorlogsnieuws houden de meeste bladen zich met al lerlei beschouwingen bezig, die even wel alle werkelijke waarde mis sen. Wij zullen dan ook hun voetspoor niet volgen, doch liever eenige regels wijden aan de Philippijnen, de eilanden groep ten noord-westen van Nieuw-Gui- nea, die in dezen oorlog tot heden de belangrijkste plaats heeft ingenomen. De oorspronkelijke bewoners van dezen Ar chipel zijn de Negritos, een klein ras van negers, dat vele overeenkomsten met de Boschjesmannen van Zuid-Afrika bezit. Hunne gelaatstrekken zijn zeer goed, behalve dat hun neus breed en plat is en zij bijna geen kin hebben. Evenals andere Papoea's hebben zij wol lig haar, dat door hen in een verwar den bos wordt gedragen. Verder hebben zij een vooruitstekenden buik en inge vallen rug; hunne geheele kleeding be staat uit een van boombast gevlochten gordel. Zij leven van de jacht en 'tgeen zij kunnen stelen. Lansen van bamboe en bogen met vergiftige pijlen zijn hun ne weermiddelen. Zij zijn handige boog schutters, waardoor zij zelden hun doel missen. Zij zijn van nature zeer aan het leven te midden hunner bosschen en bergen gehecht; vandaar, dat men ze in de door de Spanjaarden en Maleiers bewoonde steden zelden aantreft. De Negritos hebben geene vaste woonplaats, doch zwerven in troepen van 50 tot 60 personen door het land. In naam aan de Spanjaarden onderworpen, hebben zij geen bepaalden regeeringsvormde oudste man wordt bij iederen kleinen stam tot opperhoofd gekozen. In één opzicht staan ze ver boven vele andere wilde of half-wilde volkenelke man heeft slechts ééne vrouw en beiden zijn elkander in het huwelijk zeer getrouw. Als een jonkman trouwen wil, vraagt hij de toestemming der ou ders van het meisje. Zij wordt op een bepaalden dag voor zonsopgang in het bosch gezonden en een uur later gaat de jongeling haar achterna. Kan hij haar vinden en brengt hij haar voor zonsondergang terug, dan wordt in het huwelijk toegestemd is zijn zoeken te- vergeefsch geweest, dan moet hij al zijne aanspraken opgeven. Hieruit volgt, dat de eigenlijke keus berust bij bet meisje, daar dat zich altijd wel kan verbergen, zoo zij voor haren aanbidder een afkeer heeft. Hun godsdienst bestaat in een fetisch-dienst, dat wil zeggen, dat hun- Aantal Geldig uitgebr kiezers. stemmen. Schagen 453 246 Zijpe 610 156 Barsingerhorn 322 122 Wieringcrwaard 184 136 Anna Paulowna 130 Wieringen 4G7 78 W inkel 267 197 Haringcarspol 297 102 Heerhngowaard 512 177 St. Maarten 146 47 Callantsoog 82 21 Warmenhuizen 246 57 O. Niedorp 179 101 N. Niedorp 274 117 N. Scharwoude 223 151 Z. Scharwoude 244 133 Oudcarspel 283 122 Br. op Langend. 314 127 St. Pancras 125 54 Bergen 259 66 Koedijk 187 CO Schoorl 226 100 Petten 27 15 2515 Gekozen dus de ne goden met den dag verwisselen. Groo- ten eerbied koesteren zij voor hun ge vallen krijgers. Boven elk graf van een krijgsman han gen zijn boog en pijlen. De wilden ver beelden zich, dat hij des nacht zijn graf verlaat, om zich tot den morgen op het jachtveld te vermeien. Als een krijgs man sterft, zijn zijne metgezelion ver plicht, hunne wapenen op te nemen en het land af te loopen, ten einde het eerste levende wezen, dat zij ontmoeten, te doodon. Met de Negritos worden de eilanden nog bewoond door van elders aangekomen Maleiers. Op sommige ei landen hebben de nakomelingen van de Spanjaarden zich met de Maleiers en Negritos vermengd, waaruit feitelijk een nieuwe stam is ontstaande Tagalen. De kern der opstandelingen bestaat uit deze Tagalen. Zij werden door de Spanjaarden tot heden, evenals de kleur lingen, Mestiezen en Mulatten op Cuba, van alle bestuur uitgesloten, terwijl nog bovendien de wereldlijke en geestelijke macht hun binnen streng afgebaken de perken van maatschappelijke, eco nomische en godsdienstige vrijheid hield. Vooral de vele monnikenorden, die sinds eeuwen op de Philippijnen zijn geves tigd, hebben zich door hunne heersch- en hebzucht bij de Tagalen zeer gehaat gemaakt. In navolging der Cubanen, begon nen de Tagaleezen voor een paar jaar de wapenen tegen hunne onder drukkers op te vatten. Met afwisse lend geluk werd de krijg door beide partijen gevoerd, totdat voor eenige maanden de nieuwbenoemde gouver neur-generaal Primo de Riviera eene overeenkomst met de opstandelingen wist te treffen. Bij het verdrag van Biacnabato, dat tusschen genoemden gouverneur en den aanvoerder der opstandelingen gesloten werd, kwam men overeen, dat het belastingstelsel op de Philippijnen zou worden her zien, dat de ambten en betrekkingen op de eilanden ook voor Tagaleezen verkrijgbaar zouden zijndat het rechtswezen en het onderwijs, in o- vereenstemming met de eischen des tijds zouden worden gebracht en dat de monnikenorden den archipel zouden verlaten. Aquinaldo en andere chefs verplichtten zich daarentegen, tegen eene financieele vergoeding het l»nd te verlaten. Zij werden door een Spaansch oorlogsschip naar China ge bracht. Toen hield men in Spanje den opstand voor geëindigd en Primo de Riviera vergat natuurlijk de be loofde hervormingen in te voeren. Tot aan den oorlog bleef die toestand bestaan. Eerst toen de oorlog was uitgebroken, toen admiraal Dewey naar Hongkong ging en zich met Aquinaldo in verbinding stelde, besefte men te laat hot gevaar. De Spaansche vloot werd in de baai van Cavite ver nield, Aquinaldo aan land gezet, en de inboorlingen, die hadden ingezien, dat op Spanje's woord niet viel te rekenen, schaarden zich opnieuw om hunnen aanvoerder. In korten tijd hebben de opstandelingen uit bijna alle versterkte stellingen de Span jaarden verdreven, waarbij zij duizenden krijgsgevangenen maakten. Thans hebben zij het beleg voor Manilla geslagen. Het staat te vreezen, dat de Spanjaarden zich niet lang in deze positie kunnen hand haven. De toestand in de stad en op de forten moet zeer treurig zijn. De levens middelen ontbreken, terwijl de citadel zich onmogelijk lang tegen de moderne kanonnen van den vijand zal kunnen verdedigen. De Amerikaansche vloot ziet vanuit de baai van Manilla de belege ring lijdelijk aan. Admiraal Dewey mist de noodige troepen, om de stad te kun nen bezetten. Wel zijn reeds een twee tal expedities uit San Francisco vertrok ken, doch deze kunnen eerst omstreeks 25 Juni voor Manilla aankomen. Mocht de stad dan nog niet door Aquinaldo genomen zijn, dan zullen zeker de 20.000 Amerikanen, die onderweg zijn, aan de bezetting wel den laatsten slag toebren gen. Wat er daarna met do Philip pijnen gebeuren zal, is eene vraag in het duister. Volgens mededeelin- gen, in de Spaansche Kamer gedaan, is Aquinaldo met Amerika overeengeko men, om op de Philippijnen een repu bliek te stichten, die onder Amerikaansch protectoraat zal staan. De havens zouden openstaan voor handel en emi granten, behalve voor Chineozen. Onwaarde. J. Koouion Hz. Jb. Zijp Hz. 9 42 204 1 63 103 4 31 91 2 13 123 2 40 90 2 47 31 5 138 59 1 40 62 2 68 109 2 10 37 0 4 17 0 35 22 8 58 43 1 48 69 3 51 100 4 35 98 3 35 87 4 102 25 0 23 31 0 32 34 3 10 50 4 42 58 0 8 7 55 965 1550 Jb. Z ij p Hi. De rechtspraak zou hervormd worden, er zou persvrijheid worden ingevoerd, benevens vrijheid van godsdienst. Volgens latere berichten is de overgave van Manilla een voldongen feit en hebben de verschillende mogend heden troepen aan land gezet, om hunne landgenooten en dier goederen te be schermen. Allerlei dwaze vertellingen omtrent de voornemens der mogendh. zijn in omloop. Zoo wordt uit Madrid aan de New-York- Herald geseind, dat Frankrijk, Duitsch- land en Spanje aan het onderhandelen zijn. Duitschland zou de Philippijnen krijgen, Frankrijk zou Elzas-Lotharingen terugkrijgen en samen zouden zij bij Amerika tusschen beiden komen om den oorlog te eindigen, waarop Frankrijk de door Amerika gemaakte oorlogskosten zou betalen. Uit Amerika weet men te vermelden, dat Duitschland aan Spanje heeft voorge steld, de Philippijnen voor 20 jaar onder zijn protectoraat te nemen en daarvoor aan Spanje 500 millioencn mark in goud te betalen, waardoor dit in staat zou zijn, den oorlog op Cuba voort te zetten. Sagasta zou evenwel dit voorstel van de hand hebben gewezen. Wanneer zulk een voorstel werkelijk gedaan ware, gelooven wij, dat de Spaan sche premier het met beide handen zou hebben aangegrepen. Een reeds feitelijk verloren bezit aan den vijand te ontruk ken, onder belofte, het later terug te ontvangen, en daarenboven de noodige fondsen om den oorlog nog geruimen tijd voort te kunnen zetten, waarlijk, zoo'n voorstel zou een niet te versma den buitenkansje zijn. Voorts zou men al zijn aandacht slechts aan Cuba be hoeven te schenken, wat meer en meer blijkt hoog noodig te zijn. De Ameri kaansche troepen toch zijn op 8 mijlen afstands van Santiago aan wal gezet, zoodat een aanval op deze stad spoedig verwacht kan worden. Doch ook de Spanjaarden concentreeren al hunne beschikbare krachten in deze stelling. De Spanjaarden moeten in Santiago 31000 man bij elkaar hebben, die, ver sterkt met de bemanning van de Spaan sche vloot, een geduchte macht vormen. Uit deze gegevens blijkt, dat men elk oogenblik van Cuba belangrijke berich ten kan verwachten. Schagen, 25 Juni 1898. Wat al oogen hadden de reclamepla ten, waarop de heer W. Hart eenige momenten uit „De Levende Brug" aan 't publiek te zien gaf, aanschouwd en wat al monden hadden daarover 't hun ne gezegd. De een bij voorbaat, afgaande op Hart's ouden roem, vol bewondering, de tweede evenwel met den achterdocht, velen menschen eigen, in twijfel trekken de, of zooals 't daar op de platen stond wel gespeeld zou worden. Dat kon je begrijpen, een heel schip op 't tooneel, 't mocht wat. Nu, als die twijfelaar toch naar de schouwburgtent van den heer Hart is gegaan, dan heeft hij kunnen zien, dat er op de voorstelling van De Levende Brug niets is achterwege gebleven, wat maar eenigszins kon helpen om de ge geven teekeningen getrouw na te komen. Het decor, volgens aankondiging des heeren Hart expresselijk voor dit sensa tie-drama vervaardigd, was bepaald heel mooi. Hot changeeren bij open doek, het naderende schip, dat tegen de rotsen dreigt te pletter te loopen, de vuurtoren, waarop een strijd op leven en dood wordt gestreden, terwijl door een der strijden den de noodklok wordt geluid, de Levende Brug, geformeerd door de heeren F.L. Hart en de gebr. Robinsonhet verdiende dubbel en dwars het donderend applaus en het zes, zeven maal halen van het scherm, 't Is te begrijpen dat de heer Hart, bezwe ken voor den aandrang, Vrijdagavond nog eens de Levende Brug heeft opgevoerd en evenalsWoensdagavond voor een volle tent. Het stuk is een draak, zooals men dat pleegt te zeggen, maar 't is een aardige draak. Er wordt op schei po en hoekig geteekende wijze aangetoond het ellendi ge van te groote liefde van een moe der voor haar zoon. Het spel der verschillende dames en heeren was heel goed en werkte mede, om don indruk van het geheel zoo pak-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1898 | | pagina 2