Hot Wompraagsii
B.H. Correspondenten
uitgebreide
Zondag 28 Augustus 1898.
42ste Jaargang No. 3340.
Aan onse_Lezers!
gratis.
Attentie s. v. p.
Dit nummer bestaat uit
twee bladen.
EERSTE RL AD.
Wegens de KRONINGS-
FEESTEN zal het nummer
der Schager Courant van
Donderdag I September
verschijnen Woensdagmor
gen 31 Augustus, te acht
ure. Inzendingen van adver-
tiën gelieve men dus tij
dig te doen.
Wil men het
uiterst keurig be
werkte, extra-
der Schager Courant bezit
ten, men abonneere zich dan
nog spoedig en men ontvangt
het, evenals andere abonné's,
Bekendmakiugren.
Gemeente Schagen.
KENNISGEVING.
KENNISGEVING.
worden vriendelijk verzocht van de
Kroningsfeesten in de plaatsen hun
ner inwoning geen
verslagen in te zenden en spoedige
inzending is noodzakelijk.
Red. Sch. Crt.
Binnenlandsch Nieuws.
AllCICEl NiÊlIS-
3
Almtsitit- LaiSI
al.
en
Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag-
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTENTLEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Bureau: SCHAGKW, Laan, f» 4.
UitgeverP. TRAPMAN.
MedewerkerJ. W 1 N II JE L.
Prijs per jaar f 3.Franco per post f 8.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADYERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
«OilIGSNÖÏIEt
De Burgemeester der Gemeente
Schagen;
Gezien de artt. 10 en 145 van de
Politieverordening dier gemeente,
verleent vergunning
aan de tappers, om op Woensdag en
Donderdag den 31 Augustus en 1 Sep
tember a. s. muziek te laten maken,
danspartijen te doen plaats hebben en
na bezetten tijd te tappen.
Schagen, 26 Augustus 1898.
De Burgemeester voornoemd,
S. BERMAN
Burgemeester en Wethouders van
Schagen;
Gelet op art. 46 van do Politiever
ordening dier gemeente
Brengen ter algemeene kennis
dat het op den 31 Augustus en 1
September a. s. in het belang der o-
penbare orde verboden is, in de kom
der gemeente vanaf de punten waar de
daartoe betrekkelijke waarschuwingen zijn
geplaatst, anders dan stapvoets te rijden.
Overtreding wordt gestraft met eene
boete van ten hoogste f 25.of 6 da
gen hechtenis.
Schagen, 26 Augustus 1898.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
S. BERMAN.
De Secretaris,
DENIJS.
ii.
{Slot.)
Sinds wij ons vorig artikel schreven,
en reeds vroeger, hebben de praeadvie-
zen van de heeren Van Houten, Krab
be en Van Nierop, aan de Vereeniging
voor de Staaihuinhoudkun.de en de Statistiek
uitgebracht, vele pennen in beweging
doen komen.
Het Sociaal Weekblad beging o. a. de
vermakelijke vergissing, om het verhaal
van de zitting van den gemeenteraad van
Amsterdam, door den heer Van Nierop
geschetst, voor ernst op te nemen, wel
een bewijs hoe deze met zijn Engelveld
de waarheid nabij kwam.
Nu gelooven wij, dat over deze zaak
nog zeer veel geredeneerd en gepraat
kan worden zonder tot eenig resultaat
te komen, wanneer
1. Niet in tal van gemeenten een
nauwkeurig onderzoek van particuliere
zijde wordt ingesteld.
2. Wanneer men niet de arbeiders
tot de overtuiging weet te brengen, dat
een gezonde woning en het toepassen
der regelen van de gezondsheidsleer een
der eerste voorwaarden is van levensge
luk.
Den toestand kennen, ook in kleinere
gemeenten, hoe zullen wij daartoe ko
men f
Dat dit mogelijk is, kan blijken uit
het volgende.
In 1892 drong de cholera ook tot ons
land door. Enkele sporadische gevalle u
werden geconstateerd, voorzorgsmaatre
gelen werden genomen en het bleef voor-
loopig bij eene ernstige waarschuwing.
In verschillende gemeenten van ons land
rees de vraag, of de cholera, indien zij
ware uitgebroken, soms aldaar een bij
zonder voorbeschikt terrein had kunnen
vinden. Die vraag werd ook gedaan door
het bestuur van de Afdeeling Purmerend
van Eet Witte Kruisen in verbinding
met het bestuur der Werkmans-Vereeni
ging Vooruit in dat landstadje, besloot
het een onderzoek in te stellen naar
de woningtoestanden aldaar. Afgevaar
digden der gecombineerde besturen wer
den benoemd tot het vormen eener com
missie. Deze verdeelde zich in sub-com
missies, die elk een gedeelte van het
overigens zoo welvarende en van zinde
lijkheid blinkende stadje zouden onder
zoeken.
Men ging systematisch te werk. Het
aantal bewoners der woning, de lucht-
verversching, het aantal ramen en deu
ren, de vochtigheid in gewone omstan
digheden en bij regen en sneeuw, de af
voer van werkwater en faecaliën, de hoeda
nigheid van het drinkwater, de toestand
van een straat, steeg of het slop waarin
men woonde, de reinheid en de hoogte
van de straat, het plaveisel enz. werden
onderzocht.
De commissie gaf haar algemeenen in
druk in de volgende bewoordingen weer:
„Bedroevend is de schets, die met
deze verzamelde gegevens van het te
huis van den Nederlandscben werkman
kan worden gegeven. De Commissie
aarzelt soms het woord „woning" te ge
bruiken, zoo vaak zij van het verblijf
gewaagt, waar de arme zijn vrije uren
doorbrengt. Vaak is „de dampkring
verpest door alles, wat er opgestapeld en
verricht wordt," onbreekt het der huis
vrouw „aan elk onmisbaar hulpmiddel
om orde in hare omgeving te scheppen
en te handhaven" moet zij zich „wel
gewennen aan ordeloosheid en onrein
heid, die twee vijandinnen van
het huiselijk leven"; bestaat er „geen
gelegenheid om de individuen van ver
schillende sekse te scheiden" zoodat hier
de zedeloosheid haar wieg en bakermat
kan vinden en brandpunten ontstaan van
ziekten, wier invloed zich wijd en zijd
rondom verspreidt." Hokken in één woord,
die „slecht verlicht, onvolkomen tegen
den invloed der atmosfeer beschut, op
vochtige plaatsen in gangen en stegen
gelegen, zonder aanvoer van rein en
overvloedig water, zonder afvoer van de
meest afzichtelijke onreinheid, bronnen
van verderf zijn en de lichamelijke ver
standelijke en zedelijke ontwikkeling van
eene zeer gewichtige klasse der maat
schappij belemmeren en tegengehouden."
Hetgeen te Purmerend in 1893 is ge
vonden, zal ook wel elders in kleine
gemeenten voorkomen, al vertoont de
uiterlijke schijn evenals daar niets van
die vreeselijke toestanden.
Dat daarover door de bewoners zoo
weinig geklaagd wordt, vindt zijn oor
zaak ten eerste in de gewoonte, ten twee
de in den huurprijszoo variëerde te
Purmerend de huurprijs der arbeiders
woningen van f 0.50 tot f 3.Er wa
ren er 70 van f 1.waarvoor natuur
lijk onmogelijk een goede woning te huur
was, en vat de gewoonte in deze doet,
weet iedereen, die pogingen heeft aange
wend om op het platteland zelfs maar
een denkbeeld van volledige reiniging
van het lichaam iugang te doen vinden-
Zij, die met deze toestanden in klei
ne gemeenten het best bekend zijn, zijn
de geneesheeren en predikanten, die uit
den aard hunner betrekking vaak tot de
allerzonderlingste ontdekkingen op het
gebied van het woningvraagstuk komen.
Aan hen is het in de eerste plaats ge
vraagd om het initiatief te nemen.
Er zijn in Nederland nog veel Van
Houten's die meenen, dat de onbewoon
baarverklaring van een perceel alleen
mogelijk is bij bouwvalligheid en onrein
heid, en hoe meer er nu op gewezen
wordt, dat elke gemeente haar Engelveld
heeft en dat juist de hygiënische zijde
van het vraagstuk ter wille van het al
gemeen belang een krachtig ingrijpen
der overheid noodzakelijk maakt, des te
eerder zal het beginsel van overheids
zorg en het uitbreiden van de macht
der gemeenten in deze ingang vinden.
In het rapport der Purmerender Com
missie troffen ons vooral deze woorden
„De zeven hoofdzonden der woningen
zijnvochtigheid, lage ligging (gelijk
vloers of beneden de straat), te geringe
hoogte der vertrekken, gebrek aan lucht-
verversching, ontoereikend daglicht, on
der water loopen en gemis aan privaat.
„De hoofddeugden van een goede wo
ning zijn goede verlichting, ruime toe
voer van lucht, gelijkmatige warmtegraad
en matige droogheid van lucht.
Vochtige woningen zijn doodkisten voor
de levenden.
Waar de lucht niet binnenkomtkomt
de dokter
Het komt ons voor, dat deze regelen
voor elke commissie tot handleiding kun
nen strekken.
Nu kan men op congressen en in
staathuishoudkundige vereenigingen over
deze zaak veel praten en een wetgeving
op dit punt als 't ware voorbereiden,
dit zal niet veel helpen, indien men er
niet tevens naar streeft, om zulk een
wet, als zij komt het Rijk heeft
sinds 1853 nog niets gedaan dan de me-
dedeeling, dat een wetsontwerp in Sep
tember jl. in bewerking was populair
te maken.
Wij kunnen als een bekend feit con-
stateeren dat, in weerwil van reeds be-
Btaande gemeentelijke verordeningente
Amsterdam is men ten minste er in ge
slaagd, om eenige honderden kelderwo
ningen zonder lucht of licht onbewoon
baar te verklaren niettegenstaande
het bouwen van geheele blokken gezon
de arbeiderswoningen, de huisjesmelker
toch zijn krotten blijft verhuren en wel
om de volgende redenen
1°. omdat de gezonde woning altijd
nog te duur blijkt te zijn voor die dui
zenden, wier levensstandaard door de
chronische werkloosheid en het inkrim
pen der verdiensten meer en meer daalt
2°. omdat de lagere volksklasse nog
in den regel op het gebied der gezond
heidsleer te conservatief denkt, als dit
al denken mag genoemd worden, om de
daaraan verbonden voordeelen, toegepast
op de woning, te kunnen begrijpen.
Het vraagstuk om goede, zeer goed-
koope woningen te bouwen, zal vooral
in de groote steden, waar de grond goud
waard is, altijd een moeilijk probleem
blijven. Het bouwen van een cité ou-
vrière buiten de stad is niet aan te ra
den. In de plaats van bestaande agglo
meraties van krotten, dienen blokken ge
zonde en goedkoope arbeiderswoningen
te worden gebouwd en daarin zal men
al zeer moeilijk kunnen treden, tenzij
men er geld bij wil loggen en derhalve
philanthropie gaat beoefenen.
Voor alles is daarvoor echter een goe
de onteigeningswet noodig, in den geest
zooals mr. Krabbe deze verlangtwaar
bij niet meer als maatstaf worde geno
men de markt- of veilingswaarde der
goederen. Heeft een gemeentebestuur,
door de onbewoonbaarverklaring uit te
spreken, de macht om in ieder geval die
marktwaarde sterk te doen dalen, dan
wordt daardoor de onderhandeling veel
gemakkelijker gemaakt.
Maar al zijn wij dan ook al zoover,
dat wij met kans op eenig succes den
huisjesmelker door het bouwen van goe
de en goedkoope arbeiderswoningen con
currentie kunnen aandoon, de arbeider
moet zelf nog leeren wat goed voor hem is.
Hoe onverschillig zelfs de kleine ne
ringdoende burgerstand in groote steden
nog is omtrent het woningvraagstuk, kan
blijken uit de wijze, waarop deze vaak
woont. Ons werd verhaald van een
kruidenier te Amsterdam, die woon
de en sliep in een kamer achter
zyn winkel, welke uitzag op een binnen
plaatsje, door hooge huizen omringd.
Die kamer was tevens kraamkamer voor zes
spruiten geweest,die in hun eerste levensja
ren mede daarin sliepen. Toen een nieu
we geneesheer daarop eens aanmerking
maakte, antwoordde onze kruidenier in
zijn egoïsme„niemand kan me wijs
maken, dat de gezonde asem-
pjes van zes kleine kinderen me kwaad
zullen kunnen doen".
Waar in den burgerstand zulke opvat
tingen omtrent hygiëne heerschen, kan
men het den arbeider niet kwaljk ne
men, dat h j daarover niet veel beter denkt.
Vraag eens, welke allerzonderlingste
denkbeelden men op het platteland om
trent luchtverversching heeft, waar men
warme en bedorven lucht geljk stelt,
en meestal de looden bij de ramen ont
breken zoodat deze met geen reuzen
kracht zijn omhoog te schuiven.
Wanneer bovendien een arbeidersgezin
slordig en onzin del jk is, ook bj het eigen
lichaam de wetten der gezondheidsleer
schendt, dan zal zelfs de gezondste en
ruimste arbeiderswoning weldra een brand
punt van besmetting kunnen worden.
Naar het ons voorkomt, heeft de
Staat, geholpen door het particulier ini
tiatief, in deze een driedubbele roeping
1°. roepe hj in het leven cursussen,
op populaire wjs gegeven, teneinde zoo
veel mogeljk in alle gemeenten van
ons land gezonde denkbeelden omtrent
gezondheidsleer en het woningvraagstuk
onder de arbeiders te verspreiden. De
arbeiders moeten de elementaire kennis
bezitten om te kunnen beoordeelen, of
de woning ongezond is of niet. Vooral
van een volgend geslacht, dat goed her-
halings-onderwjs zal hebben genoten, is
daaromtrent veel te verwachten.
2°. schenke de regeering een betere
onteigeningswet, ten einde gemeenten
en maatschappjen, welken het niet om
groote winsten te doen is, in staat te
stellen op te ruimen wat slechts op te
ruimen is. Het heilige eigendomsrecht zj
in deze minder onaantastbaar.
3°. steune de Staat het bouwen van
flinke arbeiderswoningen door onderne
mingen liefst van de arbeiders zeiven,
wier doel het is eenmaal te komen tot
een eigen woning. Verder helpe hj alle
andere ondernemingen, dien het in de
eerste plaats niet te doen is om winst
te behalen, opdat de hygiënisch ontwik
kelde arbeider, die weigert een krot te
betrekken, ook een goede en goedkoope
woning vinde.
„Vrome wenschen"! zal men uitroepen,
„de Engelvelden zullen zoo spoedig niet
verdwjnen"
Toegegeven, maar wj' hebben lang
genoeg gepraat, laten wj nu eindeljk
eens iets gaan doen. Voor alles onder-
zoeke men den toestand. Een goede di
agnose van de kwaal is reeds de halve
genezing.
De machinisten geduren
de de feesten.
Onder dit kopstukje schrjft het
N. v. d. D. het volgende:
Het te ARNHEM verschjnende „Or
gaan van de Vakvereenigiug van Machi
nisten en Leerlingen-machinist der Neder-
landsche hoofd- en locaalspoorwegen on
der de zinspreuk „Eendracht maakt
Macht"" bevat een flink artikel, waarin
de voorzitter van het centraal bestuur
machinisten en leerling-machinisten op
wekt om gedurende de aanstaande fees
ten, welke zooveel inspanning van hen
zullen vorderen, als altijd hun plicht te
doen Met een herinnering aan de ont-
zagljke verantwoordelijkheid, welke op
de machinisten is gelegd, doet de schr j'ver
een beroep op hun hoogste gevoelens
van eer en plicht, op hun toewjdingen
energie. „Al viert geheel Nederland feest
en al zjn wj' daarvan verstoken"
zegt de schrjver „laat het ons niet
afleiden van onze plichten. Mocht het
ook enkelen hunner gegeven zjn, een
korte stonde mee feest te vieren, laten
zj het doen op een wjze, die hunzelf
en den Bond tot eere strekt."
Ditzelfde stuk heeft een weldenkend
lezer buiten dezen kring aanleiding ge
geven tot het denkbeeld, om aan de
machinisten na afloop van de foesteljk-
heden een feest te bereiden, als dank
en hulde voor trouwe plichtsvervulling
en zelfopoffering. Hun, die bereid zjn
hiertoe mede te werken, wordt verzocht
voorstellen daartoe in te zenden bij den
technischen beekhandelaar Joh. G. Stem-
ler Czn,, Haarlemmerstraat, Amsterdam.
Het denkbeeld lacht ons zoo toe, dat
we bovenstaande gaarne onder de aan
dacht onzer lezers brengen en mede op
wekken om diea mannen, die gedurende
vele dagen een zeer zware taak zullen
hebben te vervullen, een bewjs van war
me hulde te brengen
Ook een huweljksplech-
t i g h e i d.
Een eigenaardige huweljksplechtigheid
had Woensdagmorgen te AMSTERDAM
plaats. Een zekere IIdie eenigen t jd
geleden veroordeeld was tot het onder
gaan van gevangenisstraf, was dien dag
vóór veertien dagen aangeteekend. Nu
wilde het toeval, dat men den bruidegom
juist in de bruidsdagen kwam wegha
len tot het ondergaan van die hechte
nis.
Om nu toch de trouwplechtigheid door
te laten gaan werd besloten, dat H. uit
de gevangenis naar het stadhuis zou
gebracht worden en na de plechtigheid
weer naar de Weteringschans zou ver
trekken. En zoo kwam 't, dat Woensdag
morgen de menschen, die naar het trouwen
keken, verrast werden door het aanko
men van den celwagen.
Bj aankomst werd hij door zjn bruid
je opgewacht, samen togen zj naar den
ambtenaar van den Burgerlijken Stand
en na de voltrekking van het huweljk
stapte de pas getrouwde man weer in
zjn nieuwerwetsche trouwkoets.
Alkmaar, 25 Augustus.
De nieuwe spoorljn Alkmaar—Hoorn
zal met den aanvang van den winter-
dienst, 1 October, voor het algemeen
verkeer worden opengesteld.
Purmerender v e e m ark
ten.
Wegens de stremming in het veever-
voer per spoor tusschen Amsterdam en
Rotterdam, gedurende enkele dagen van
de feestweek te Amsterdam, heeft het
gemeentebestuur van Purmerend be
sloten, op Donderdagen 1 en 8 Septem
ber markten te doen houden uitsluitend
van hoornvee, vette kalveren en schapen.
De gewone Dinsdagsehe markten gaan
even goed door. De maatregel zal zeker
door velen, die geregeld de Purmeren
der markt bezoeken, voor het koopen of
verkoopen van slachtvee, ten zeerste wor
den toegejuicht.
Tegel ijk met een groot
aantal portretten van H. M. de Koningin,
die gegeven worden voor secretariëen,
scholen enz., zjn aan de burgemeesters
der gemeenten pakjes met gedenkpen
ningen van bronsgoud verzonden. Deze
penningen zullen op 6 September, den
dag der inhuldiging, worden uitgereikt
aan de 12 beste leerlingen van elke la
gere schooleen tiental is ter beschik
king van de burgemeesters gesteld.
Eene nieuwe oplossing
der zaak-Hogerhuis. In het Volksdagbl.
komt uit Londen een ingezonden stuk
voor van de hand van A. M. Reens, waar
in een wjze van oplossing der Iloger-
huis-zaak aan de hand wordt gedaan,
welke waarschijnlijk nog bij niemand is
opgekomen.
Wj lezen hier n. 1. het volgende:
„Ik hoop, dat ik mij vergis, maar het
komt mij voor, dat zij, die hopen, dat
de gebr. Hogerhuis bj de a. s. kronipg
gratie zullen krijgen, bedrogen zullen
uitkomen.
Er moet dan meer dan ooit geagiteerd
worden, en nu meent ondergeteekende,
wanneer de gebrs. Hogerhuis candidaat
gesteld werden voor de Tweede