om
Aar en Halm.
Donderdag 8 September 1898.
42ste Jaargang No. 3343.
en
Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag-
Z a.t e r d a g a v o n d. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
AbVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Bureau: 8CHAGE0J, Laan, O 4.
UitgeverP. TRAPMAN.
MedewerkerJ. WIAKEL.
Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADYERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.2ö;iedere regel meer 5 ct.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Binnenlandsch Nieuws.
FEUILLETON.
10.
Zijpe, Sopt. 1898.
te Wieringer waard.
Alkmaar, 5 Sept.
SCHAG
si»! Nieiffr
Ainrieilis- Liallimilil.
Vergadering van J e n RAAD
der gemeente Z ij p Ogehouden op
Maandag 5 September 1898, des mor-
gem ten 10 ure.
Afwezig de heeren FeisserMerra en
De Wit.
Voorzitter de heer O. C. Hulst.
Na opening der vergadering, lezing en
goedkeuring der notulen.
Was wederom ingekomen de rekening
van het Weeshui», die in de vorige ver
gadering om den post over de hunrkwes-
tie was teruggezonden.
De rekening kwam onveranderd terug
met een memorie van toelichting en me-
dedoeling, dat door deD heer Paarlberg aan
Gtd. St. een ifquest was ingediend. De
heeren hadden er niets tegen, de re-
ktning, met het oog daarop, goed te
keuren, wat dan ook met algemeene stem
men geschiedde.
De begrooting van de gemeente werd
daarna aangeboden en tot commissieleden
benoemd de heeren FrancisNieuwland
en Vrijburg.
Bij de rondvraag, die nu volgde,
brengt de heer v. Beusekom de voor de
scholen uitgereikte portretten ter sprake,
die zonder lijst en glas zijnspr. zag
gaarnedat voor rekeniDg der gemeente
een lijst en glas daarom heen werd ge
maakt.
Voorzitter wijst «r op, dat de 6 schelen,
secretarie en Armbestuur en Weeshuis
elk een plaat hebben gekregen en hut dns
nog al dnnr zal worden, om die portret
ten alle van lijsten te voorzien.
De heer v. Beusehom meent, dat Arm
en Weesbestunr daarvoor zelf wel kunnen
zorgen.
Wordt daarna met algemeene stemmen
besloten, om de portretten voor gemeente
rekening lijsten te doen maken.
De heer Zeeman informeert, of de kin
deren van de Kluft en Hazepolder ook
nog een kroniigsbeker zullen ontvan
gen. 't Zijn, zoo zegt spr., Zijper kin
deren hun ouders dragen bij in de lasten
der gemeente, dus oordeel ik, dat ook zij
recht hebben op de lusten. De bekers
zijn aangekocht uit de gemeentekas en zoo-
HOOFDSTUK XI.
Toen het drietal in een volgende kamer
kwam, bleef majoor von Randen onwille
keurig staan. Zijn gelaat werd met een
donker rood bedekt en zgne wenkbrauwen
werden gefronst. Slechts weinige schreden
van hen verwijderd «at Ferdioacd Hammer
met generaal von Uringen en den Staats
raad Kleefald aan een tafeltje, oogenschijn-
lijk in een zeer levendig gesprek gewikkeld,
en meermalen hoorde men de heldere stem
van den generaal hartelijk lachen.
Hajoor von Rauden geloofde nog niet be
merkt te zijn geworden en wilde juist zioh
terogtrekken, toen Ferdinand Hammer heat
opmerkte. Daarbij geloofde de majoor een
spottend lachje om de mondhoeken van zijn
vijandigen buurman te bemerken. Het ean
trotsch gebaar wierp hij het hoofd in den
nek en zijn vijand soherp aansiende, nam
hg aan een daartegenoverstaand tafeltje plaats.
Arno hield nn de gelegenheid voor gun
stig, om afsoheid te nemen. Met
•ene buiging en een paar beleef
de woorden wilde hij zioh verwijderen.
Was rijn positie hem zooeven al pijnlijk
en onaangenaam voorgekomen, zoo scheen
sijn toestand hem nu nog onaangenamer,
door te staan tosschen de beide vijanden,
die nog feller op elkaar gebeten waren na
dat Hammer zijne bedreigingen was begin
nen ten uitvoer te brengen. En ierwyl bjj
het brood van Hammer at, beboerde hjj
toeh tot den stand van den baron en zijn
sympathie wa» eveneens aan diens zijde, want
immers, de bedreigde was de man van zyne
Hargsretba. Maar ditmaal liet majoor von
Randen hem niet los. Zonder dat bij er
sieb rekensohap van kon geven, volgde hij
een gevoel van wraak, terwijl hij Aroo vast
hield en een onderhond met hem begon.
Terwgl hg met den ondergeschikte van zgn
vijand vriendschappelijk verkeerde en diens
meester geheel over bet hoofd zag, maakte
hij het den laatste zeer duidelijk, dat zijn
rgkdom alleen hem geen toegang tot het ge
zelschap verschafte.
Endoor ean schertsend woord van Marge-
doende vermeen ik, dat ze er recht op hebben.
De voorzitter wijst er op, dat de kinde
ren te Petten school gaan, dus daar zeer
zeker ook wel met het feest zullen mee
doen; eo daarenboven kosten die kinders
de gemeente al f 300.
De heer Zeeman weet niet of ze te Pet
ten iets zullen ontvangen. Dat die kinde
ren op het gebied van onderwijs als 't
ware zijn uitbesteed, meent spr., mag aan
de kinderen geenszins worden geweten en
spr.drnkt er nogmaals op,dat, daar het kinde
ren van inwoners van de Zijpe zijn, zij
ook degelijk recht hebben op een beker.
In stemming gebracht, verklaren de hee
ren VrijburgNobel en Zeeman zich voor
het uitreiken van bekers aan de bewuste
kinderen, de rest tegen, zoodat de kleinen
aldaar van bekers zullen verstoken blijven.
De heer Nobel vraagt of, daar door het
vertrek vBn de heeren Morra en
Eeisser een vaoatme is gekomen ia de
commissie voor de verordening op den
Qoofdelijken Omslag, nog in die vacature
moet worden voorzieD, tenminste als men
nog eenige werkzaamheden van die com
missie verwacht.
Da voorzitter oordeelt het goed, dat
een lid benoemd wordt, waarvoor de heer
Vrijburg wordt aangewezen.
De heer Vrijburg informeert, of door
den voorzitter de medailles al reeds zijn
ontvangen, die aan de 12 beste leerlingen
moeten worden uitgereikt.
De heer Hulst zegt, dat de medailles
door hem nog niet zijn ontvangen.
Hierna wordt de vergadering gesloten.
Onder begunstiging van
mooi weer heeft men te Barsingerhorn
op Zoodag den 4 dezer den tweeden feest
dag gehouden.
De geheele voormiddag werd in beslag
genomen met het opstellen en uitvoeren
van den optocht door het dorp en over
de Kreil. In dien tijd bleef er natuur
lijk geen grootje bij 't spinnewiel, 't Was
dau ook de moeite waard I Versierde fiet
sen voorop en dito karretjes achteraan.
Daartusschen waren vertegenwoordigd boer
derij, bouwerij, ambachten, scheepvaart, mo
lenaarsbedrijf, visscherij en winkelnering.
De gymnasten te paard met vaandel voor
op en een versierde brug deden ook mee.
retha werd majoor von Rauden ondersleond,
dat in heer mond evenwol het beleedigonde
verloor, dat het andera zeer zeker voor
Arno zou hebben gehad
Vreest ge voor den toorn van mijnheer
Hammer, dat go ons wilt verlaten
Arno antwoordde niets, maar nam aan
bare Egde plaats. En van dat oogenblik
af was Margaretha els geheel veranderd.
Verdwenen was de scherpte in (rukken en
tcon, zij gaf zich, zooals «jj in den
grond van baar hart was: een tc9der go-
voelend, hoogbegaafd wezen, zooals hij io
haar, als jong meisje, altoos had gezien.
Onder haar vroolijk gebabbel verdween de
zwoele spanning, waarmede sooaven de om
geving nog bezwangerd scheen.
Maar ondanks dat Arno zich geheel aan het
onderhond met de mooie vrouw overgaf,
ontging het hem toch niet, welke plage
rijen er tnssehen de beide tafeltjes ge
wisseld werden-
De majoor had een fleseh gewonen roo-
den wijn besteld en die byne door al de
grondbezitters werd gedronken.
Dadelgk daarop bad Hammer den kellner
gewenkt en hem wat in bet oor gefluisterd.
Een paar minuten later prijkte voor hem
een groot koelvat, waaruit de halzen van
een paar flasschen champagne rondkeken.
Dat was zijn antwoord er op, dat ma
joor von Rauden hem over het hoofd zag.
Intussohen waren er laogiamerhand meer
en meer mensehen in de kamer gekomen
een levendig stemmen-gewirwar volde de
ruimte en de blauwe rookwolken begonnen
aardige afmetingen aan te pemen. Ofschoon
de polonaise reeds geëindigd was en men
in de daassaal reeds was beginnen te wal-
sqd, was noch baron Wenkel, noch Lotte
Hammer weder verschenen. Arno had zich
voorgenomen, den volgenden daos met het
jonge meisje te maken, om dat onaangena
me oogenblik maar zoo spoedig mogalyk
achter den rog te hebben. Nu echter, daar
bij hoorde, dat haar echtgenoot niet danste,
vroeg bg Margaretbs. Date legde, na een
toesiemmenden blik van den majoor, haar
smalle, wit-gesohoeide band op zgn arm,
terwijl zg bij bet gaan licht op hem
steunde.
En weder maakte dat eigenaardige gavoel
zioh van Arno meester, dat bem reeds bg
ban eerste ontmoeting in het woad had be
vangen. Gemakkelijk en door de wijs van
don wals gedragen, bewogen tij zioh beide
door do zaal. Eo Arno herinnerde zioh don
avond, dat zy eveneens met elkandar hadden
gedanst, toen hjj den eersten kas van hare
Zelfs was er een allegorisch gedeelte bij,
bestaande uit.' de muzen Melpomene en
Tbalia in tooneel-decoratie en daarachter
Sint Nicolaas en zijn knecht te paard, (wie
deze oombinatie vreemd mocht vinden, be
denke, dat de rederijkerskamer *Liefdadig-
heid" uitsluitend werkt ten behoeve van
het St. Nicoliasfonds voor kinderen van min
vermogenden te Barsiogerborn). Verder
zag men de godin Cérèj, met vier meisjes
om zich heen. Ook wss er een wagen
met muzikanten en een wagen met zingen
de schoolkinderen, en voorts versierde rij
tuigen, die zich daarbij hadden aangeslo
ten. Aan alle mooie dingen komt een
eind, maar men kon den wensch niet on
derdrukken, dut de optocht nog wat lan
ger was doorgegaan.
Na den middag begonnen de volksspe
len met ringsteken door paren, op versier
de karretjes gezeten; daarna volgde hard-
loopen met hindernissen, tobbespel en
hoedafslaan geblinddoekt.
Voor den avond was een fakkeloptocht
door het dorp bestemd, met een vuur
werk tot slot. Natuurlijk waren hier en
daar verlichtiogen aangebracht in verschil
lenden vorm en 's avonds gaf de verlich
ting met lampions tusschen de boomen
langs den nitgestrekten slingerenden weg
een heel aardig gezicht. Stellig heeft ge
durende den optocht het dorp er recht
feestelijk verlicht uitgezien.
Na dien tijd stak de wind een weinig
op en werd het nevelig, wat al zeer hin
derlijk werkt op illuminatie en vuurwerk,
zooals bekend is. Doch de groote men-
schenmenigte was wel zoo overtuigd, dat
het weer zieh zoo goed gehouden had op
het feest, dat hem deze kleine kwaadwil
ligheid niet zwaar aangerekend werd. Meer
was menigeen ontstemd over de baldadig
heid van doch ne8n't Feest is
best gesLagd, mag men te Barsingerhorn
zeggen. En daarom was het immers te doen!
In antwoord op het telegram van ge-
lukwensch, namens da schoolgaande kin
deren uit de gem. Barsingerhorn op het
schoolfeest van 31 Augustus j.1. aan H,
M. de Koningin gezonden, is aan hvt adres
van den Burgem, Harer Majesteits dank
aan die kinderen ontvangen.
Op een vraag door den
heer R. Vos, voorzitter der Kamer van
koophandel en fabrieken te ASSEN, ge
daan naar de kosten vsn eene damesplaats
in de Nieuwe Kerk te Amsterdam, ter
gelegenheid van de inhuldiging van H. M.
de Koningin, ontving hij uit Amsterdam
telegrafisch ten antwoord, dat hij eene
plaats bekomen kon tegen betaling van
f 1000. (P. D. C.)
lippen bad geroofd- Toon hadden zy een
zoet geheim mot elkander gehad en een
heerlijk gevoel had hun bart luider doeu
kloppen.
„Ik beb u lief I Ik heb u lief I*
Telkens en telkens weder hadden ze het
elkander toegefluisterd on de een had daar
bij de andor vol gelukzaligheid in de oogen
gezien.
Lang, zeer lang was dat geleden- Eo he
den dezelfde oogen glansdeo hem nu
tegen, dezelfde roode, lieve mond lachte
hem toe
Iats als een droom kwam over den jongen
man. De zoete, botooverende droom der
jeagd, die nooit geheel verdwijnt, waarvan
in een kleiu hoekje van het hart altoos nog
een weinig te vinden is, daarin verstopt
biyft, om dan plotseling weder voor den
dag te komen, op lichte elieosohoentjes, ver
langen opwekkends, gouden draden spinnend,
met een zwakke, maar bekoorlijke stem het
zwakke hart verleidelyke liedjes voorzingend.
De herinnering overmande hem zoo, dat
hij onwiliekeorig midden in den dans
staan bleef. Verwonderd zag Margaretha
hom in het donkere gelaat. Maar het op
noemen van zijn vermoeienis, toen zij bem
naar de reden vroeg, vergenoegde haar
niet. Haar fijn gevoel zeide haar, dat hem
iets drnkte, dat tot openbaring drong. En
dat leed was bet ook, dat hem stjjf
tegenover haar deed zijn, dat hem verhin
derde, dm vertrouwelyken toon te treffan,
die vroeger steeds tnsechen hen beiden had
geheersch'. Toen had hy steeds haar zyne
kleine zorgen gebiecht. Maar klein was het
zeker niet, dat hem heden van hsa^
seheidde en dat deze donkere, bgna vyandi-
go uitdrukking in zgne oogen opstggen
deed.
Zg moest bet weten, tot eiken prijs. Zoo
weigerdz zy, toen hg tot haar eohtgenoot
wilde tomgkeeren, dit kortaf.
„Willen we niet een oogenblik naar het
dansen kijken vroeg ze. „Ook heb ik hiar
niet zoo'n hst van den rook als daar in die
volgepropte kamer."
Hij gehoorzaamde niet ongaarne, Wer
kelijk had hg behoefte, met mensohen te
praten, bg wie bg oprechte deelneming vin
den zou. En zoo, zonder dat Margaretha
bem met vragen lastig viel, begon hy nit
zichzelf over zijne liefde tot Lucy te spre
ken. Hij noemde den naam van bet meisje
nie», maar hjj beschreef haar soo nauwkeu
rig in haar manieren, karakter en geheel
haar persoon, dat mevrouw von Randen er ze-
ker van wse, haar bjj de eerste ontmoe-
Ook de burgemeester der gemeente
Z ij p e is in het bezit gekomen van de
krouinge-medailles, zoodat men aldaar op
de verschillende scholen de uitreiking
spoedig kan tegemoet zien.
De feesten te Kolhorn.
^Prachtig weer' was het eerste, dat
dien dag Zaterdag den Se gehoord
werd en vroeg in den morgen
was het geheele dorp in feestdos.
Om half tien had er eene bijeenkomst
plaats in het Kerkgebouw, onder leiding
van Ds Ba». Het eerste gedeelte zijner
redevoering werd opgeluisterd door de
uitvoering van de Oranje-Nassau-Cantate
van Catharina van Rennes en het tweede
door de Krouings-Cantate van Albert
Reijger, beide gedirigeerd door den heer
Evenwel. De kerk was eivol en na af
loop sprak de heer Kluijver in de Kolf
baan eene feestrede uit. De muziek van
de Zaandamsche Schutterij en een alge
meene feestzang verhoogden nist weinig
de opgewektheid van dit feestelijk uurtje.
Nadat een telegram van gelukwen-
sching, onderteekend door *Het Feestvie
rend Kolhorn', aan H. M. de Koningin
verzonden was, werd om één uur de voor
genomen optocht georganiseerd, bestaande
uit een dertigtal ruiters, de mededingers
voor de Volksspelen, de muziek en hst
Zangkoor, en tegen tweeën bracht men den
ouden heer BreebAart eene serenade.
De nog krasse, bijna 90-juige grijsaard
was daar zeer mee ingenomen en nog zeer
goed wist hij zijne gevoelens in woorden
om te zetten. Na de ontbinding van den
optocht had er eene vermakelijke hard
draverij plaats, waaraa» onderscheiden
paarden deelnamen en die zoodanig was
ingericht, dat het luiste, het onhebbelijk-
ting ie zullen herkennen.
In don beginne was zij blaak geworden,
daar hjj baar van liefde voor een ander had
gesproken. Zonder dat zg hot zich duidr-
lgk wist te maken, bad in hasr bart de
lichte hoop gesluimerd, dat het de her
innering aan haar, aan Margaretha geweest
was, die bem met smart over ean verloren
geluk vervulde.
Dadelgk daarop had zg zieh als dwaas
gescholden. Deze man was te eerlijk, dan
dat hij haar, de vrouw van een ander, ge
zegd zou hebben wat voor haar, wat voor
beiden .begraven moest big ven. En tien
wilde smart had haar hart doen trillen, omdat
het zoo was en niot meer anders
kon worden. Daarna had een gevoel van
triomf haar aderen doen kloppen- Ne was
zij nat dan toeh niet meer alleen, die
leed. Zoo had bet zieh dan ook aan hem
gewroken, dat zij in hun jeugd door vrees
van weigering niet met hnn geheim voor
den dag waren gekomen. Hij, do ster
ke man, had het gelak met krucht
tot zioh moeten trekken, in plaats van het
angstig van zich te wyzen.
Maar nadat zg een oog geslegen had
in sgn verwoest hart, nadat zij de veran
dering had aanschouwd, die hst verdriot
in zgne sehoone trokken bad aangericht,
toen was er sloehts warme vriendschap en
medolijden in haar. In een opwelling van het
oogenblik stak zij bem haar beide handen toe.
„Ik dank n, dat ge mij dal alles gezegd
hebt, Arno, want nn eerst weet ik, hoe ik
n zal helpen. Gjj moet dat kluizenaarsle
ven opgaven, dat u zooveel gelegenheid
aanbiedt om te kniezen en Ie treuren. Pretti
ge en vroolgke mensohen moet ge om n
heen zien. En die vindt ge in Tannwald
niet, dis vindt ge by ons in Borna. Kom
das maar heel veel bij ons. Als een oud
en goed vriend, niet waar P De joogd is
gaarne bg ons, ondanks het zoarzoets ga
laat, dal mijn man moestal zien laat. Gij
weet 't evenals de anderen, dat hij het niet
zoo meent. En dan, wanneer ge weer ge
zond en opgewekt van harle zyt, dan ja
dan zollen we weer een vrouw voor jezoa-
ken, die naar je smaak is. Er zijn nog
wel zulke vrouwen, geloof mei Ook al
sohudt ge Dog zoo droefgeestig hot hoofd
Arme vriend, het moet dan wel werkoljjk
erg met je gesteld zijn, warneer ge zoo
geheel het geloof in de vrouwen verloren
hebt. Zooveel te meer moet ge van avond
dsDsen. Alle mooie, jonge meisjes zal ik
aan je voorstellen en het beroep op ja in
validiteit zal je niet helpen. Kom nel
ste paard als winnaar uit den strijd
kwam. Nn, het waren dan ook de knol
letjes welDaarna ging men Sprietloo-
pen. Ds spriet was over het water ge
legd en wie er niet overkwam, kreeg on
vermijdelijk een nat pak. Honderden bij
honderden sloegen dat vermakelijk spel
gade. Ook de wedloop mat hindernissen
liep erg grappig van stapel. Da vlugste
had kans, maar de bedaardste ging met
den prijs strijken. Tonzitten en vaatjes-
kruien waren de laatste spelen. Er was
een mooi terrein uitgekozen, een fraai
muziektempeltje stond in 't front en on
der vroolijke muziek werden de prijzen, die
in contanten bestonden, verdiend en la
ter uitgereikt. Inmiddels begon de duis
ternis in te vallen en werd alles voor de
Gondelvaart in gereedheid gebracht. Het
neusje van den zalm Een dozijn praoh-
tig versierde vaartuigjes, schitterend ver
licht door ontelbare lampions eD voort
bewogen door onbekende en totaal on
zichtbare krachten althans voor de
meevarenden ziedaar een geheeltje, dat
nog lang in herinnering zal blijven. Er
was gezorgd voor een vaartuig voor de
Commissieleden, een voor het Zangkoor,
een voor de muziek en da rest voor legio
gasten. Er was zeer weinig wind, dus
alles ging uitmuntend en geheel zender
ongslukken liep dit zaakje af. Als toe
maatje werd een klein vuurwerkje afge
stoken, waarmee het officieel program ein
digde, hoewel voor velea de echte pret
toen eerst begon. Lang en gezellig bleef
men nog bijeen. Vroeg in den volgenden
morgen was er uit de residentie een te
legram terng, waarin namens H. M. be
dankt werd voor de hartelijke woorden,
Haar toegezonden.
Benoemd tot Secondante
aan het Instituut van den heer Wilk ta
Haarlem, mejuffrouw Mella limmerman
Aangevoerd 627 Paarden en Veulens.
De prijzen liepen van f 60 tot f 500. Er
waren veil goede Paarden aangevoerd, de
handel was vrij goed. De markt werd
nogal door Duitsche kooplieden bezocht.
Laat ons met de mooiste beginnen
Zg liet daarop haar oog door de zaal
gaan, 'ernyl sg hem de namen dor verschil
lende joDge dames opnoemde.
„Kieskeurig als ean Turk!" lachte zij,
toea hg aan geen enkele zin had. „Maar
wie is die nieuwe ster daarP Baron Wen
kel danst mat haar?"
Zij wcos naar bet paar, dat jnist
in haar nabijheid voorbndanste. Onwille
keurig lachte Arno bittor.
„Ik geloof niot, dar ge mij deze dame
zult aanraden," zaide hg, de schouders op
halend, „wanneer ge harr tenminste keu'.
Hat is juffrouw Hammer, de nicht
van mijn patroon!"
Mevrouw vsn Randen zag verrast op en
Arno hoorde tot zgne groole ergernis van
daag de tweede maal d-zelfde vraag, dia
te voren baron Wenkel aan hem had ge
steld.
„Dat is een schoonheid/ En met die
woont ge onder één dak P»
Maar Margaretha's toon was een andero
d-n die van don kleinen baron. Iets sis van
schrik sidderde door haar stem. Eo dat
schrikken, els door oen gevsar, zeide hasr
duidelijk, dat zg zich tevoren in slaap ge
wied had, daar zij nooit in staat zou zijd,
Arno aan een andere vrouw te gonnen.
Erdmann had bet hoofd in den nek gewor
pen, in zijn oogen schitisrds de toorn, en
geringschatting wss op zijn gelaat doidulijk
te lezen.
„Biron Wenkel vroeg me reeds hetzelf
de 1" antwoordde hg met ironische scharpie.
„Deze juffrouw Hammer moet dan wel wer-
kelgk mooi sgn. Ik lette tot dusverre daar
niet op. Maar daar gij het ook zegt, waar
de mevrouw, ben iic tooh wei verplicht, haar
een weinig nauwkeuriger op te nemen. Te
meer, daar «y ook de nicht en de noiverseele
erfgename van mynhr er Hammer is.Sihoonheid
en gold in vereeniging raat elkaar - wat kan
een arme kerel uis ik nog meer van een
meisje verlangen, niet wear?'
Zg zog twij elend tot hem op. Was hg
werkelijk zoo zonder eenig warmor gevoel
ten opziohte vad juffrouw Hammai", zooals
zijne woorden schenen aan te dnidan P Of
lag er aan zgne bittere woorden een andere
reden ten grondalag, dia bg wellicht zelf
niet wist? Wellicht was do tegenzin, disn
hij voor dit meisje aan dun dsg legde, ras»r
een gehoicbelde en wellicht verzette zieh
de trots van zgn bart tegeu dan invloed, dien
sg onwillekeurig op hem uitoefende.
WORDT VERVOLGD.