en Halm
Donderdag 29 September 1898.
42ste Jaargang DTo. 3349.
OfiVi
en
Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag-
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN een dag vroeger.
Btureaa: SCHAQKW, £i»ait, I) 4.
Uitgever: P. TRAPMAN.
MedewerkerJ. WINKEL.
Prijs per jaar f 3.Franco per post f 8.60.
Afzonderlijke nummers 6 Cents.
ADVERTENTIEN van 1 tot 6 regels f 0.25;iedere regel meer 5 et.
Groote letter» worden naar plaatsruimte berekend.
Bekendmakingen.
'Gemeente Schagen.
Herhalings-Onderwijs.
Binnenlandse!) Nieuws.
Eerste Kennisgeving.
LOTING.
NATIONALE MILITIE.
KENNISGEVING.
Inkwartiering-.
FEUILLETON.
banrrn-nr
Alitieti Nieuws-
COURANT.
AiTerieitie- Laodbouwllad.
i
POLITIE.
Ter secretarie dezer gemeente zijn in
lichtingen te bekomen omtrent een op
Donderdag 15 dezer gevonden bank
biljet groot t 25.—.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van SCHAGEN brengen ter kennis van
belanghebbenden, dat het Herhalings-onder-
wijs aan de gemeenteschool aldaar zal aan
vangen Maandag 3 October a.s., des avonds
ten 41/, nar.
De leerlingen kannen zich, medebren
gende hun vaccine-bewijs, aanmelden aan
de gemeenteschool op Vrijdag en Zaterdag,
den 80 September en 1 October a.s.
Het onderwijs zal niet worden gegeven,
wanneer zich daarvoor niet minstens tien
leerlingen aanmelden.
Schagen, den 16 September 1898.
Burgemeester en Wethouders voor
noemd,
S. BERMAN.
De Secretaris,
DENIJS.
zig te zfjn, of, bij verhindering, zich aldaar
door hun vader, moeder of voogd te doen
vertegen woordigen.
Alsmede dat, overeenkomstig Art. 34 van
gemelde Wet, dadelijk na de trekking van
het Nummer, de redonen van vrijstelling,
welke de Ingeschrevene mocht hebben, moe
ten worden opgegeven.
Indien hij vermeent vrijstelling te kunnen
erlangen wegens BROEDERDIENST ot op
grond van te zijn EENIGE WETTIGE
ZOON, zal hij op Vrijdag den 21 Octo
ber a.s.,des voormiddags ten 10 ure,
in het Gemeentehuis moeten verschijnen, ver
gezeld van twee bij den Burgemeester be
kende en ter goeder naam en faam staande
meerderjarige ingezetenen, die de vereischte
getuigenis kunnen afleggen en het aldaar
op te maken getuigschrift onderteekenen.
Wanneer hij aanspraak maakt op vrijstelling
wegens BROEDERDIENST, zal hij mede
voorzien moeten zijn van zijne geboorte-acte
en van de gehoorte-acten van al zijne nog
in leven zijnde broeders, alsmede van de
zakboekjes ot paspoorten van gediend heb
bende broeders.
Bij overlegging van laatstgenoemde stuk
ken zullen door den Burgemeester bij den
Kommandant van het korps, waarbij zijn
broeders dienen of gediend hebben, worden
aangevraagd de bewijzen van werkelijken
dienst of een uittreksel uit het Stamboek.
Schagen, den 23 September 1898.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
S. BERMAN.
De Secretaris,
DENIJS.
meepte Schagen brengen ter kennis van
de Ingezetenen, dat de LIJST betrekke
lijk de INKWARTIERING, bedoeld bij
Art. 17 der Wet van 14 September 1866,
(Staatsbl. no. 138) is vastgesteld en ter
voldoening aan evengemeld Wetsartikel,
gedurende 14 dagen voor een elk ter in
zage aan het Raadhuis is nedergalegd, en
alzoo van al heden tot den Tienden Oc
tober.
Wordende tevens ter kennis gebracht, dat
zij, die tegen gemelde Lijst bezwaren heb
ben in te brengen, zulks schriftelijk be-
hooren te doen san Burgemeester en
Wethouders, binnen 14 dagen na bet
einde der ter visielegging en alzoo vóór
den lOen October 1898.
Schagea, den 26 September 1898.
Burgemeester en Wethouders voorn.,
(get.) S. BERMAN.
De Secretaris,
(get.) DENIJS.
Burgemeester en Wethouders der gemeente
Schagen;
Brengen, ter voldoening aan het tweede
gedeelte van Art. 28 der Wet op de Natio
nale Militie van den 19den Augustus 1861
(Staatsblad No. 72), voor de eerste maal ter
van de belanghebbenden, dat de
loting van de in 1898 voor de Nationale
ingeschrevenen, overeenkomstig de
ontvangene aanschrijving van Zyne Excellen
den Heer Commissaris dezer provincie,
2 September 1898, No. 8/2301 M/8, zal
hebben op den 19 October a, s.,
namiddags ten l'/3 ure, ten Raadhuize
gemeente, en worden zü, welke daar
moeten deelnemen, gelast, om op den
bepaalden tjjd aldaar, tot dat einde aanwe-
Burgemeester en Wethouders van Scha
gen brengen ter algemeene kennis, dat
gelegenheid tot kostolooza inenting en
horinenting zal worden gegeven op Vrij
dag 30 September a. s., des namid
dags ten 31/,, ure in de gemeenteschool, door
dan Heer A. C. Melchiorgemeente-genees
heer aldaar.
Schagen, 26 Septembar 1898.
Burgemeester en Wethoudeig voornoemd,
(get.) S. BERMAN,
De Secretaris,
(get.) DENIJS.
Burgemeester en Wethouders der Ge-
Met het oog op de ope
ning der jacht op hazen enz. met 1
Oct. deden wij bij een paar jagers een
ondeizoek naar den wildstand in onzen
omtrek. Wat wij vernamen, was voor de
liefhebben van hazen-wildbraad niet zeer
bemoedigend. De hazen zijn dit jaar in
d*Schager Kogge zeer dun.De langduri
ge koude en de vele regens hebben het
eerste Dest jongen vrijwel vernietigd. Het
zijn bijna alle jarige bazen, of driekwart,
die er zijn. Een volwassen haas van dit
jaar zal bijna eene zeldzaamheid zijn. In
de Zijpe is de sland(eenigszins gunstiger.
De vele luwe en beschntte plekjes, die men
daar vindt, kwamen dit jaar den jongen
uitstekend te stade. Konijnen zijn er veel.
Zoowel in de duinen als langs den duin
kant worden zij bij honderden aangetroffen.
De jacht op eenden enz. is zoo goed als
afgeloopen. Over de uitkomsten is men
nog al tevreden.
Bij gelegenheid der kermis
te Burgerbrug had Zondag «en zier goed
geslaagds ringrijderij plaats. 30 Paren na
men aan dezen interrssaDten wedstrijd
deel. De le prijs werd behaald door den
heer H. Schuit Kt. te Zijpe en mej. Aaf-
je Souwens te N. Soharwoude2e prijs
de beur K. Smit en mej. A. Zomerdijk, bei
den te Zijpe3e prijs de bter P. Pastoor
te Sint Maarten en mej. M. Boontjes te
Zijpe; de 4e prijs moest na een langen
strijd verdeeld worden tusschen de beeren
en dames A. Eriks en 1. Beleer, en C.
de Jongen M. Zomerdijkallen te Zijpe.
Het mooie weer had veel volk op de
been gebracht ea de commissie, bestsande
uit de hesren J. RaatJ. Francis, Jb.
Hagen, K. Bos en H. Oudt, had alle
eer van haar moeite en uitstekende leiding.
Beetworteloog s t.
Men schrijft uit ZEEUWSCH-VLAAN-
DEREN
Op vele plaatsen heeft msn een begin
gemaakt met het rooien der beetwortelen.
Nu men aan het steken gaat, ziet msn
earst, hoe nadeelig de langdurige droogte
gewerkt heeft op den groei en de ontwik
keling der beetwortelen. Zij zijn klein en
licht. Sommige zitten zoo vast in den
grond, dat zij er met stukken en brokken
uitkomen.
Algemeen verlangt men daarom naar
een malsche regenbui, die den grond wat
weeker maakt.
De opbrengst zal nog al wat mindar be
dragen dan het vorige jaar.
Een landbouwer, die het vorige jaar
18000 a 19000 kilogram bieten per ge-
met van zijn land gestoken heeft, verze
kerde, dat hyV dif jaar ter nauwernood
10000 z.1 halen.
Niet gecontracteerde bieten worden op
gekocht tegen 21 tot 22 francs psr duizend
Kilogram.
diep bewogen door de hartverscheurende
kreten zijner vrouw en zeven kinderen, die
bij het ongeluk tegenwoordig waren, deden
schier boven menschel ij ke pogingen, om den
ongelukkige te reddenmaar dis pogin
gen bleven vruchteloos. Earst uran na hat
ongeval werd het lijk van den ongeluk
kige boven gebracht.
Het geheele dorp ie begaan met het
treurig lot der weduwe v. B. en hare
kindaren, voor wie de overledene een zorg
vol echtgenoot en vader was.
Men schrijft uit de BETU
WE
Er heersoht hier een ware rupsenplasg
duizenden en duizenden van dat schade
lijke ongedierte zijn er reeds doodgemaakt
zonder dat hun aantal maar eenigezine
merkbaar vermindert.
Het is nog nooit zoo erg geweest als
dit jaar en dat goedje heeft one heel wat
tijd en werkloon gekost, wat natuurlijk op
de prijzen terugslaat. De vogels, onze
beste vrienden, zijn di&renlegen dit jaar
veal minder dan anders, zoodat wij hen
zeer missen.
16
Toen Hans Rënueberger den volgenden
leg ten huize van zijn compagnon kwam,
rond bij dezen druk bezig met den gerechts-
lienaar te betalen. Er bleef zoodoende even
nog een aardig sommetje over,
„De millioonaïr heeft dus geschoven F"
rroeg Rönneberger. „Drommels, dat heeft
heks dan goed klaar gespeeld."
Bsrnhard Hammer knikte verstrooid. In
tijn hoofd gingen mooie plannen, die hij
bet overige geld zou trachten te verwe-
„Jajal Het is een meisje van goud."
„Waar is ze P Hoopt ze nog?" vroeg
achteloos.
„Ze is reeds lsng niet meor hierZe zijn
eeds minstens twee oor op reis."
De schilder lachte
„Is zij nu al reeds met hem de stad in P Ze
hem dus niet gauw los. Ze heeft vol
gelijk. Men moet het ijzer smeden
het heet is. Hij schjjnt ditmaal een
ipen hart en een open geldbuidel meege-
ïomen te hebben. Dan zou ik ook
weet ge niet, waar ze heengegaan
lijn P Waar ik ben wellicht aantreffen
;an
Bernhard Hammer sag zijn compagnon
schend in het sluwe gelaat.
„Waar? Maar dat zult ge al heel moeilijk
spelen Dan moet ge bon nareizen
Daar Tannwald 1*
Hans Rönneberger zette een paar groote
ogen op en liet sjjn sigaar vallen, die hij
ussehen sjjn vingers had,
„Naar P Zonder mij er maar
van te zeggen Drommelsoho
eka
HOOFDSTUK XIV.
Het leven in Tannwald ging gedurende Ham-
"sr's afwezigheid zijn gewonen, kal men gang.
lentelfden dag nog, waarop Hammer op
611 was gegaan, was mevrouw Klee'eld
ersohenen en ingekwartierd.
Charlotte, die hare mouder nooit had ge-
end en weinig met oudere dames had om-
egaan, ging mevrouw Kleefeld met
en hart vol liefde te genoet. Maar deze
overdreef reeds haar goeds gezindheid te
genover Lotte zoozeer, dat het jonge meisje
al beel gsuw van die zoogenaamde voogdij
schap niet gediend was. Een kleine oor
log om do heerschappij in den huize
Tannwald ontwikkelde zich w.ldra tus
schen de beide dames on haar tegenzin
groeide bij Charlotte aan tot haat, toen zij
hij de oude dame eigenschappen opmerkte,
dia haar voor bet opzicht over een jong
meisje al heel slecht schenen te passen.
Mevrouw Kleefeld bezat een grooten harts
tocht, dien zij door niets liet afleiden, n. 1.
zij sloot graag huwelijken. Zij zelf was
zoogenaamd in haar huwelijk zeer g-lukkig
geweest.
Zoodoende speelde mevronw Kleefeld se
dert jaren in alle Grilnhageoer families een
rol van tanteer was geen koffiekransje,
waar zij niet als presidente optrad; geen
leerling voor het gymnasium deed zijn exa
men, of verzocht eerst baar voorspraak
bij den heer directeur der onderwijsinrich
ting; geen jongeman waagde het zich te
verloven, of hij informeerde eerst naar het
voorwerp zjjner keuze bij mevrouw Klee
feld, want zonder haar goedkeuring was hg
niet verzekerd een gelukkig hawelijk te
zullen sluiten.
Ferdinand Hammer had er niet openljjk
met haar over gesproken, welke plannen bjj
met Arno en Lotte voorhad. Maar nit
zijn uitdrukkingen bad de scherpzinnige
vrouw begrepen, dat het hem niet onwel
kom zou zijn, wanneer de beide joogelai
bet eens werden. Ea met al de warme
voornemens eener echte wereldverbeteraar
had eg zich van dit plan meoster gamaakt.
Aan haar sou het niet liggeD, als de
zaakjes niet liepen, sooals het moest.
Maar haar gewone kunstjes en listen hiel
pen bier al heel weinig. TusscheD Arno 'en
Charlotte scheen iets van een ijswand
opgetrokken te zjjn, die een ontzettende
koelheid aan deze beide meusoheukindereo
meedeelde, 's Morgens vroeg reeds ging de
direoteur het veld op, om eerst tegen den
middag terug te keeren, zich beel haas
tig te verkleedeo, te eten en opnieuw heeu
te gaan. 's Avonds verliet hg geon mo
ment zijn kamer en verdiepte zich in het le
zen van allerlei boeken, die alle, «ooals
mevrouw na een inspectiereis verklaarde,
betrekking hadden op landbouwgebied.
En ze had geljjk, want Arno was nu met
zjjn studie klaar en hi'Jd ziel bozig met
allerlei vraagstukken, die aan de orde van
den dag waren- Doordat Arno daarin ge
heel opging, bemerkte hij van al de pogin
gen van mevrouw Kleefeld, om hem in haar
Levend begraven.
Te BERGHAREN, in Maas-en-Waal,
waren dezer dagen drie mannen bazig op de
helÜDg van een heuvel ren put te graven.
Opeens stortte deze in. Ëan van de drie
mannen kw>m ongadeerd op den beganen
grondde twoede geraakte tot aan de
schouders onder het zand bedolven, maar
werd gered. Doch de derde, zekere P. vaD
Boekei, die onder in de put werkte, werd
helaas levend begraven.
De inmiddels te hulp gesnelde mannen,
Voor regenwater wordt
te GOES reeds 4 cent per gang (2 em
mers) betaald. Algemeen verlangt men in
Zeeland naar regen, want het watergebrek
begint zich zeer te doen gevoelen.
-—Als middel om de paarden
te beschermen tegen vliegen en horsels
heeft graaf De Saint-Marsault in Cosmos
het navolgende aanbevolen
Men laat gedurende vijf minuten een
goede handrol laurierbladeren koken in
een kilogram varkensreuzel. Het is vol
doende om een stnk laken te besmeren
met dit mengsel en daarmee de haid te
bewnjven van een paard (of een rund)
vóór dat men er mee naar 't werk gaat.
Reeds sedert lang, zegt de beer Saint-
Marsanlt, bezig ik dit middel, tot groot
nut vaa mijn werkpaarden, die, daarmee
besmeerd, hun werk geregeld en gerust
volbrengen.
Als ik zoo zegt hij per rijtuig
uitga, is mijn pzard aldus ingewreven,
róéidat het opgetuigd is. Geen enkele
vlieg, noch horsel plaagt 't dier.
kring te trekkea, eerst in 't geheel niets.
Earst toen zij in haar ongeduld naar ster
ker middelen greep, werd hjj opmerk
zaam.
Mevrouw Kleefeld logde eensklaps een
groota belangstelling voor den landbouw
aan den dag.
„Ik weet 'I niet, maar ik geloof," seide
zg op een middag aan tafel, „dat mijn man
ook nog alstamt van landbouwers, zijn naam
duidt daar ook nog op. De laatste genera
ties der familie zijn evenwel rechtsgeleerden
geweest. Het is eigenlijk Jammer. Naar mijn
meening is er geen mooier, edeler beroep
dan de landbouw."
„Maar heden ten dage is er ook geen
naarder en minder winstgevend bedr^fl"
antwoordde Arno kortweg,
Mevrouw wiegde bet hoog-gekapte hoofd.
„Ik geloof dat ook. De grondbezitters,
die bjj uijjo man om raad kwamen, zeiden
dat ook.
„Des te treuriger is het, dat wij, niet-land-
bouwers, ocs zoo weinig om dat beroep be
kommeren. Bjjvoorbeeld, joffroaw Charlot
te, tebt gij wel eenig begrip van de plichten
van een vrouw van een grondbezitter P"
Onwillekeurig zag Charlotte naar Arno
en bemerkte, hoe om zijne mondhoeken een
spottend laohje speelde.
„IkP* antwoordde zij, met moeite bedaard
blijvende, „hoa zou ik dat P Ik heb tot
dusverre altoos in de stad gewoond."
Een warme blos bedekte baar wangen.
Zjj voelde zich zeer verlegan door die
vraag, die iets trof wat ze tot dusverre
angstig verborgen hield. Reeds van den
eersten dag af, had zjj zich met de land-
bouwwerkzaamheden bezig gehouden. En met
haar ernstig karakter was dzt niet enkel
bjj liefhebberjj gebleven, die even gauw
verdwijnt als za ontstaat, maar zooals bjj
alles, wat ze begon, legde ze zich ook dit
op als plieht. Huldigende bet denkbeeld,
dat alleea diegene, die zelf bet werk kent,
in staat is om bevelen te geven, had ag
eerst allerlei werk zelve traobten te leeren.
Zoo had ze in deu tuio gegraven en gespit,
bloomen en plaoten verpleegd, in da stal
len had ze diensten van meidan verrieht, iu
de melkerg melken geleerd en verdere
zakan, die bg de behandeling der
verschillende machines Doodig warea.
Even zoo had ze in den hoenderhof en in het
waschhok gedaan. Ei hoewel in den be
ginne de zware arbeid menigmaal boven
haar kraohten was gegaan, bad se niet
eerder gerust totdat alles door baar goed
begrepen werd.
Ia den beginne hadden de meiden
Charlotte uitgelachen en achter haar
mg bespot, Zjj maakten zich vrooigk
over het stadsjuffertjegeringschattend
hadden ze naar haar sierlijks gestalte geke
ken en oudar elkaar gelachen, dat ie zich
mat haar ondargescbikten zoovsel afgaf.
Zij moust wel zeer gierig zjjn, dachten ze,
dat ze een meid uitwoa, on waaneer die
eenmaal de baas op Tannwald werd, zou
schraalhans ook wel keukenmeester worden.
Miar spoedig was die spot verstomd.
Eerst was men verwonderd geweest, dat
Charlotte niet dadelijk na de eerste proef
dat zware werk liggen liet en dat er nog
zooveel kracht en volharding ia
dat slanke lichaam zat.Daarna was de achting
gevolgd, daar ze alles zoo snel leerde en spoe
dig beter kende dan de meiden zeiven, die baar
levenlang niet anders hadden gedaan, en
ten laatste hadden zjj zich door hare recht
vaardigheid en vriendelijkheid tot Charlotte
aangetrokken gevoeld.
De meest weerspannigen voegden zich met
plezier naar Charlotte'» bevelen en noemden
het e«n genot, onder hare bevelen te mogen
werken. Wat zij Charlotte vroeger als gebreken
aanmerkten, was in haar oogen nu een goede
eigenschap geworden dat Charlotte zich met
haar ondergeschikten bsmoaide, werd nu tan-
gerekend als nederigheid en vriendelijkheid.
En dat alles had zij tot dusverre voor
Arno verborgen weten te bonden. Zjj leek
wel nit schaamte zoo te handelen. Zij
vreesde een afkonring zjjderzijds bjj mocht
denken, dat zjj bet deed om bsm te nade
ren. Tusschen hen beiden stond het verla
den, de vernedering, die zg hem, uit naam
van Lucy, bad doen Ijjden. Dat maakte elk
prettig verkeer tusschen hen beiden oumo-
geljjk. En bovendien, het bewustzijn, dat
*jjzelve Arno lief had, deed haar nog meer
teruggetrokken zjjn en acht geven op haar
handelingen.
Arno had geen ander antwoord van haar
op de vraag vau mevrouw Kletfeld ver
wacht. Hij zag in haar een weien zoo
als haar zuster was, een oppervlakkig s ads-
nufjf, dat alloan om haar pronkerijen dank'
en bevrediging voor haat ijdelheid zoekt.
„Maar", ging mevrouw Kleefeld hardnek
kig op baar thema voort, „gjj kent Tann
wald na tooh zeker heel nauwkeurig, juf
frouw Charlotte? Het moet een heerljjke
bezitting zijn, aooals er geen tweede in de
ze provincie meor is."
Charlotte haalde koel de schouders op.
„Ik ben een paar maal in het dorp ge
weest/ Anders
„Maar det Is meer dan zchande, mijn
liefste. Wie weet, of het landgoed nog
niet eenmaal uw eigendom wordt. Ge moet
u tooh eens alles laten aanwijzen.
Ea daar Ik eveneens gaarne iu da gelegen
heid zon zijn, daarvan te profiteersn, moet
g» het heel spoedig doen." Zij wendde
zich dasrna op kinderlijk, smeekenden toon
tot Arno. „Niet waar, beer baron, ge doet
ons hot genoegen en rijdt ons eens het
landgoed rond
Arno kon onmogeljjk de onaaDgonama
verrassing verbergen.
„Mijn hemal, als het don dames interes-
saert
„Maar natuurlijk 1 Ea dan neg onder
uwe leiding. Dat moet hcerljjk zijn. We
gaas vandaag nog, niet waar P Dadelijk na
tafel P Ja, ja I Een rjjtaig zult ge moeten
laten inspannen. Wandelen gaat niet voor
szg, ten minste niet een heel eind."
Arno boeg kool.
„Zooals u beveelt, mevrouw. U kunt de
calèche nemen, daar kunnen twee persouea
in en de koetaier zal n rijden."
Mevrouw Kleefeld sag hem verwonderd
aan.
„Twee plaatsen? En gjj dan, beerba
ron
„Ik zal te paard gaan."
„Te paard? Neen, dat gaat niet.Ik zal
a seer veel te vragen hebben en wanneer
ge dan steeds naast bet rijtuig zolt rijden
drommels, wat ingewikkeld. Er is niets
aan te doen, ge moet met ons in bet rij
tuig gaan en ons alles baal nauwkeurig
verklaren 1 Zeg nu eens ja P*
Wat blaef Arno anders over te doen?
Zoo r.->d«a ze dan na tafel uit mat boa
drieën in één rijtuig. En bjjiiederen akker
moest het rjjtuig stil houden en Arno moest
mevrouw Kleefeld verklaren, hae men de
versobillende soorten grond van elkander koa
soheiden. Ieder stoppelveld werd bssioh-
tigd, als was 't het scheoaate plantsoen.
Alles wilde ze woten t het onderscheid
tnsscheu zomer- en wintergraan, do koersen
van de markt, de verschillende groeiperio
den der gewassen, de beste vjjze van drai
neering, enz., enz.
Geen minuut stond de moud van de oude
dame ea dat zo allerlei onrin uitkraamde,
waarover Arno zioh iu stilte vrsolgk maak
te, daarin schoen tg zelve goeu erg te
hebben.
„Hebt ge anders nog niets gezien? riep
mevrouw Kleefeld verbaasd uit.
Iu den aanvang vond Arno het ritje
wel aardig. Toen Charlotte eerst schuch
ter, later wat vrijer verschillende vragen
deed en opmerkingen maakte, begon bjj ar
bepaald belang in te stellen en werd leven-