Zondag 26 Maart 18S9.
43ste Jaargang Uo. 3400.
TWEEDE BLAD.
Hinnenlandsch Nieuws.
F E U I L L E T O N.
Woensdagavond, den 22 sten
dezer, zouden te IVieuw© IViedorp
in „de Prins Miurits" twee openbare ver
gaderingen plaats hebben een van de af-
deeliig „Waard en Groet" van de H. M.
van Landbouw, waarin de haer V. R. IJ.
Kiotss tan Delft, zou spreken over: „Uit
betaling van melk naar het vetgehalte",
en een van het Departement van „het Nut",
waariD de hr.Mr.H. Smeenge van Hoogeveen
(afgevaardigde voor Meppel) een lezing zou
houden over: „de droogmaking der Zui
derzee,"
Om nu het kleine publiek dat
door het barre weer was opgekomen, niet
in nog geringer quantum te verdeelen en
daarbij de gelegenheid te scheppen, dat
elk der aanwezigen in de gelegenheid zou
ziin, beide onderwerpen te hoorea uiteen
zetten, kwam men overeen, in dezelfde
zaal te vergaderen en da ar bij ds landbouw-
vetgadeting san die van het Nut ts doeo
voorafgaan.
De heer Jb. van der Stok, waarname id
voorz. van „Waard en Groet," opende der
halve met een hartelijk welkom de bij-
eeukomstdeelde mede, dat treurige
familie-omstaudighedsn (het afster
ven van den ouden heer K. Bree-
bairt) den voorz. van de afd., den heer K.
Breebaart Jz,, betalten aanwezig te zijn
en dat juist nu nog een eigenaardige plech
tigheid wachtte.
Waa'd en Groet reikte bij enkele ge
legenheden bewijzen van trouwe en ijverige
dienstvervulling uit aan hen, die sedert
vele jaren denzelfden patrooD zoodanig
hadden gediend. Door den heer P. Vries
te Winkel was de afd. er opmerkzaam op
gemaakt, dït zijn arbeider, de heer K. van
Velzen, op dergelijk bewijs alle aanspraak
had, zoodat den spr. nu de niet-verwach-
te taak w»8 opgedragen, dit bewijs ter
hand te stellen en spr. deed dit met de
hartelijken wensch,dat Van Velzen nog ve
le jaren op dezeltde wijze zijn patroon
mocht dienen en ook nog een lange teek»
van jaren in zijn woonkamer het bewijs
van zijn trouw en ijver mocht aanschou
wen en daarbij anderen ten voorbeeld zijn.
De heer Van Velzen zeide, niet in woor
den zijn dank te kunnen uiten maat
niettemin hoogst dankbaar te zijn voor
zijne onderscheiding.
De heer Kro sa hierna het woord be
komende, dankte in de eerste plaats deu
heer Smeenge voor zijn beu-idwilligheid,
aan hem, (den br. Kioese,) den jongst", de
eerste spreekbeurt te willen efstran.
Bij de fabriekmatige bereiding van melk
producten, ging de spr. verder,gast men bij
de betaling nit van de waarde van de
grondstof en al schijut oppervlakkig de melk
op zichzelf de grondstof van boter en kaas
te zijn, zoo bastaat melk toch uit grond
stoffen, die van veel gewicht zijn bij de
bepaling van de waarde der meL. Wordt
dus eenvoudig betaald naar de hoeveel
heid kilo's melk, die geleverd is, dan
her ft men de onbillijkheid geen vergoe
ui
Toen de laatste gast was heengegaan en
het gedruis van bet afscheidnemen was ver
stomd, strompelde een gestalie, die vanaf
het portaal der derde verdieping naar bene
den bad gekeken, do opinstaande deur zijner
woning in en dook een oogenblik later in
een spaarzaam verlicht vertrek weder op,
waar een jongmeasoh juist bezig was voor
den spiegel zijn das om te doen. Het was
een raadselachtige verschijning een slordi
ge, oude man in een ksia huisjas, met een
opgebla'en dronkemans-gelaat, waarin twee
kleine, vochtige oogen listig fonkelden om
bet smalle hoofd waran eanige grijze heren
gestreken. Terwijl bij binnentrad miakte
hij voor een onsicbtbaar gezelschap diepe
buigingen naar rechts en naar links, zwaai
de met de armen en riep mei verdraaide
stem Goeden nsoht, mijnheer do regaerings-
raad! Adieu, mijnheer de recdant 1 Uw ge
hoorzame dienaar, mevrouw Wiese 1 't Is
mij aangenaam geweest, waaide juffrouw
Adieu! Adieu! Adieu!' Ten slotte voeg
de hij er op den natuurliiksten toon aan toe:
Dat vervloekte volk, tuig is hot!'
Het jonge mensch voor den spiegel draaide
zich een klein weinig nier hom om. „Zeg
toch nietaboos tuig! Het is zoon onaange
naam woord riep hjj grof.
De oude rag bem giltig aan en zeide met
ren geringschattende beweging: „Domme
Na tred het jonge mensoh op hem toe
„Ik verbied je dat drommelsohe gesohimp
eens en voor altijd Begrepen
De oude week vroesaohtig terog. „Wat
heb ik toch gtdaan?" riep hij jammerend,
„waarom igt ge zoo lealijk jegens mg i'
ding te geven aan hem, die door lerbetering
van zijn vee of land, de voor de kaas-
(of boter) bereiding meest noodige elemen
ten in meerdere mate aanvoert dan as-
deren.
Melk h°staat voor 88 °/0 uit water en
voor de rest uit droge stoffen, waarbij
n °/o melksuiker,die voor de kaasbereiding
van geen direct nnt is. De werkelijke
wairde v.in melk voor de kaasproductie
zit dus in de overige procenten en niet
alleen nu, dat iemand, dia deze laatsteo
vermeerdert, voor dat meerdere niet
wordt betaald, maar hij ontvangt ook
niets voor zijne moeite en kostau voor
verbetering van vee en land, terwijl hij,
die bij kilosgewijze uitbetaling zijne hoe
veelheid melk op de een of andere min-
eerlijse wijze verhoogt ot de innerlijke
waarde daarvan vermindert, zijn praktijken
goed beloond ziet.
Het stelsel, dat dezi onbillijkheden
voorkomt: de uitbetaling naar de geleverde
stof, die voor de kaasbereiding noodig is,
wordt in Nourd-Hollaud nog weinig toege
past, hoofdzakelijk omdat het zoo moeilijk
schijnt, de juisti hoegrootheid van die
aanwezige stof te bepilen.
Die stof wordt onderscheiden hooldztke-
iijk in kaasBiof en vat. Proeven nu hadden
bswezen, dat dit Lafste sterk afwisielt bij
de mtilk van verschillende koeien en dat
de kaasstof vrijwel constant is, maar èn
kwantiteit èn kwaliteit der kass stond in
nauw verband met de hoeveelheid iu de
melk aanwezige vet en bepaling daarvan
was dus zeer wenscbelijk.
Evenwel had men in deze ia overweging te
nemen, dat de in Noordöoll. voorname
lijk bestaande coöperatieve productie mede-'
bracht dat de belangen van leveranciers en
fabrikatiten feitelijk éét waren, in tegen
stelling met de speculatieve productie. H t
f«it echter, dat ook leden van ctöporaiits
zich soms ten koste van hunne medeleden
tiachttsu ie verrijkm, maakte nauwkeuriger
waardebepaling noodig.
De beste wijze daarvoor zou zijn, als boven
gezegd: ouderzo-k èi van kaas-tif èn van
vet, maar het ontbteekt tot heden aan een
methode, die dit dubbels onderzoek voor
de praktijk doeltreffend maakt, waarotn de
spreker voor zich geloofde, da', men voor
de praktijk het verstandigst deed met al
leen naar het vetg'halte ti bstaleD.
De vraag nu was gedaan, of het noodig
was telkens, du3 i- of tweemaal per
dag, dii onderzoek te doeo. Spreker vond
dit volstrekt niet noodig. Gemiddeld eens
per week was voldoende, mits me» niai bij
vaste lijden het vetgehalte opnam, omdat
men dan weer aan bedriegelijke practijken
was blootgesteld.
Het meest gebruikte en dan ook doel-
mstigste middel voor melk-onderzoek naar
velg-halte was het toestel v«n Dr. Gerber
de gegradueerde glazen huisjas, voorzieu
vaD afscheidende stoffen, die bij de snel
ronddraaiende beweging van de centiifuge
het vet scherp aanduiden. Misschisn was
de toesiel-Taraer nog beter, maar als zijn
de minder bekend en duurder, liet spreker
dezen buit n beschouwing.
Juist doar de betaling naar het vetge
halte werden de landbouwers opmerkzaam
gemaakt op de werkelijke waarde der
melk en aangespoord er voor te zorgen,
dit hun vee in die richting werd veredeld,
wat mtuurlijk den gsheelen veesttpel ten
goede kwam. Behalve de billijk heil dus
nog een zeer groot voordeel.
Hoewel door omstandigheden w-t haas
tig afgeh'ndeld, hoopte spreker de huofd-
ziken te hebben uiteengezet, die pleiten
voor het door hem aanbevolen stelsel van
melk-uitbetaliug en meende hij van da
welwillendheid des heereu Smeenge niet
meer te mogen vorderen.
De heer D. Kuilman vroeg, naar aan
leiding van eeD kwestie tusschen leveran
ciers en (abrikanten, onlangs in de bladen
vermeld, in hoeverre de toestel van
Dr. Gerber vertrouwbaar was, waarop
de heer Kroess antwoordde, dat z. i.
deze toestel voor de practijk
zeer voldoende was, mits men zorgde
voor esn gemiddeld monster melk.
Ook bij het proafstnion te Hoorn
was men na vele ondeizoekingen iot die
conclusie gekomen.
Da waarn. voorz., de heer Yan der Stok,
noemde het doof den heer Kroess aange
bodene een smakelijk, maar klein appeltje,
hoopte, dat men omtrent dit belangrijk
onderwerp bij gelegenheid meer zou
vernemen, dankte den spreker hartelijk
voor zijn heldere wijze van bespreking en
verklaard» de vergadering van „Waard en
Groet" voor afgeloopen.'
„Gi zult mij het verblijf bier niet ondra
gelijk maken, anders trek ik er tussehen nit."
„Ach God 1 Mag ik dan niet maer m me
ergernis lucht gaven Moei ik dan alles
maar als oefen koek binnenslikken, ik, arme,
ongelukkige man; door zijn eigen kinderen
met vos-en ge reden, die hij mei zorg en
moeite bsvfi groo'g'braobt."
Hij ging op de sofa zitten en begon te
weenen.
„La-.t dat gezanik toch!4 zeide de jangen
ongeduldig, die weer voor den spiegel was
gaan staan.
Maar de oude jammerde verder: „Wmrom
neemt de goeds God osij niet tot zich, mij
ouden, ellendigen kreupele? Dan bad ik die
eeuwige ver wijtingen niat meer san te hoo-
ren, die mjj tct esn last geworden rijn. Eu
dat gij mij verzorgen moe', is toch zoo erg
niet, dan dat ik mij door n moet laten mishan
delen 1"
„'t Wordt hoe langar hos mooier laohte
da ander, terwijl bjj naar eeu kaal ging eo
van bovenkleeren wisselde. ,Nu zult ge
dan monsehen gaan vertellen, dat ga honger
lijdt en slaag krijgt! Mijnentwege, ga je
gang. Een ieder weet reids, wat men van
je heeft te deuk n. Maar ik zeg je, in
mijn tegenwoordigheid duld ik dut scheid in
en lasteren niet maar. Wanneer ja dat ni t
naar oen zin is, hunr ik een andere woning
en dm knot gs zien, hoe ge den mond
op nhoadt."
Di oude had gedurende deze govoe'.loizc
woorden zijn oogoa gudreogd, de haudes
we r van bét galaat genomen en antwoord
de op heel na-nurlijksn toon „Heb ik dan
op jou geschimpt? Mig ik dra niet m« r
op d»t ciuai In d at ban dan schimp n D.ar
vreten en zuipen se en noodigen gasten en
makon eeu misbaar hier in huis, dat het eea
schande is 1 Eu ik, zijn beste vriend zoo
lang hot mij goed ging. ik moet hier boven
Bitten, heel alleen, bij mijn armzalig bea'.je
eten* en gesn mensoh bekommert icb om
mij 'g en mensoh g-eft m» esn go d woord
mi g -»n mensoh komt het in de hersens,
mij armen, ongolukkigen man nit »e noodigenl
Komen «ou ik ioch niet, want ik heb mets
om aan te trekkon en in geselschap van raads-
Hierop werd de Vüorzittershsiner naar
da Rud-re bestuurstafel ov rgabrscht en
Htm de heer Dr. P. Maats hbt woord,
mededeelend»,dat onder de vele onaangename
omstandigheden in N. Niedorp was de
ongesteldheid van de» Voorzitter van hit
departement, den heer J, Coster, waardoor
de spreker genoodzaakt w»a als voovz. te
fungeeren.
Dsafdeelnig bestond behalve het bestuur
uit eenige leden, tnaar dit had niet ver
hinderd, dat aan het beginsel „volksont
wikkeling" was tiouw gebleven. Hopende,
dat de lezisg van den heer Smeenge veel
tot die ontwikkeling zou mogen bijdragen
en dat hit aantal leden van het departe
ment grooter zou wordrn, gaf de Voorz.
het woord aan den b-er Smeenge.
Geachte Vergadering 1 zei de heer
Smeenge.
De eerste Voorzitter gewaagde van
tremige omstandigheden ia de familie van
dec heer Breebasrtde eerste spreker had
weinig tijd voor de behandeling van zijn
onderwerp de Voorz. van 't Nut had de
ziekte of ongesteldheid te rnsldsa van
deu Voo zitter van het departement;
ook ik moet beginnen met een ongeval
mtê te deelende kaarten, waarop ik
U een en ander zou kunnen taten zien
en aanwijzen, zijn niet meegekomen
ik most dus van Uwe welwillendheid
me r vrage», dan anders het g^val ge
weest wis. Uwe welwillendheid zal dus
moeten aanvullen, wat mijne voorstelling
aan duidelijkheid daardoor verliest. Mair
mijneheere», ik ben nog meer dan nuts-
)ez«?; ik heb de eer zitting te hebben iu
het Hoofdbestuur van de Maatsch-ppij en
heeren en secr-ia issso wil ik geen treurige
rol spelen en er als ean echte vogelschrik
uitzien 0
„Neen maar, die is mooi!' onderbrak de
jongen het gisnosf..Gij hebt das in werkel ik
heid gedacht, da? men js zon nitnood'geu P*
„Waarom niet f Ben ik slechte? dan da
anderen Omdat ik op kosten mijner
kinderen leef en goao fijne jas heb aan te
trekken P Wanneer «e geen canaille wa
ren dan hadden ze me nitgeuoodigd 1
Maar ik zeg je, gegaan was ik toch niet,
vast eo zeker niet. Ik heb ook nog mijn
eergevoel t -ganover dergelijk gespnis Ik was
niet gegvan.*
„Wat beeft dit 'och te bet eken nPG»
waart niet gegaan P Zoadt ge dm denken,
dat ik gegaan was
„Hm Igrijnsde do oads, «ik weet 't niet,
wellicht zijn bjj jon de druiven wat zuur
gawaast."
De andir haalde verachtelijk de schouders
op en voegde er asn tos: „Bib I je
bent gek.*
„Ja, ja, zoo zal 't wel zijn! Ik ben gek 1
Ik beold mij ook msi* in, dat je een
blauwtje gs'oopeo hebt bij dat verweande,
seibbigo ding, en dat zij je daarbeneden da
door voor den neus bebb n dichtgaworpeo.Ja,
ja, fn mijn dwa<sheid haal ik zulke rare
diogeu io mijn hoofd, is 't ni st, BranootjiP"
De jiuge man maakte aanatalren om op
den oude los te gasn, bezon zich
eohter, bleef voor de tsfil 8 aan en wendde
hen een verlept gelaat foe,dat door das
bngen,blonden baard nog langer oo smaller
scheen d m 't was,,Het is mij de moeite niet op
de-g l»k n onzin te antwooidin," veida bijen
gi-'g, zijn s era dempend, voort„Iu plaats
van nu al dis oude koeien uit de sloot op te
balen, rao st ge er liever eens over naden
ken,hoe ge hst dat hoogmoedige volkje kunt
betaa d zetten, dat het ons zoo vernederend
behandeld haeft. Begrepen?'
Da oude was één gehoor. Zijn gezicht
kr eg leven, de oogen siaard.-n den ;oon
vol verwacb'ing aan.
„Ge hebt gelijk, BrinoL fliisferdu bij.
„Ze zullen ha ons betilon dat canaille
„Met dat eeuwige oanaille komt gs niet
als ik eens nsgi, welke kosten en moeiten
sedert de oprichting de ma\t*chappij zich
heeft getroost voor de zedelijke en stof
felijke volkswelvaart, ja, dat een der doel
einden bij de oprichting is geweest het
beloonen van trouwe dienstvervalling, dan
doet het mij zeer veel genoegen, te. zien,
hoe ook „Waard en Groet" zich dit tot
tiak gestel.1 heeft, zooals wij daar straks
zagen, dit aan Van Velzen het teeken van
zijne trouwe plichtsbetrachting werd uit
gereikt. Ook het Nut geefc nog altijd
aan daarvoor in de termen vallende dienst
boden een medalje, en dat dezs oader-
scheidingen nog altijd op hoogsn prijs
g steld worden bewijst wel, dit het niet
waar is, dat ,,elke deugd zichzelf beloont",
ook al heeft dit voor de hoogere volks-
kriogen schijn van waarheid. Ook ik mag
dan ook zeker den heer Van Velzeu mijn
welgemeende felicitatie aanbieden dot hij
nog vele jaren, zooais straks de Voorz.
zeide, zijn patroon met eere moge dienen
en dat deze hena op den ouden d»g daar
voor beloone.
De drooglegging der Zuiderzee is, wat
ook reeds door den heer Maats werd ge
zegd, een onderwerp, dat wel degelijk bij
hel Nut thuisbehoort. Bij de bespre
king daarover wil ik mij dan ook deze
taak stellen voor dat vraagstuk meer
waardeering opwekken bij het publiek
de oogen openen voor de groote waarde,
die de oplossing dezer kwestie heeft, en
voor hen, die tot heden daaraan weinig
aandacht wijdden, hanne ambiiie te ver
meerderen en hen op te wekken, dit
voortaan wel te doen vanaf dezen d*g.
Ook voor hen, die met handenarbeid,
laat ik zeggen met spade en kruiwagen,
hun brood verdienen, is dit vraagstuk van
grool belang.
Wij mosten bij de behandeling dizer
kwestie beginnen met de vraag te stellen
waarom wil men toch de Zuiderzee droog
maken en het antwoord daarop is niet
zoo eenvoudig dat dit in een paar woerden
gezegd kan worden daarvoor zijn meer
dere redenen. Da drie voornaamste redenen
zijn le. de kwestie, die allereerst aanlei
ding gaf over dit punt na te denken
de kosten van onderhoud der Zuidsrzee-
weringen op kLiner bsdrvg terugbrengen,
wat nog niet in strijd is met het arbeiders
belang, zooals ge straks zult hooren2e.
de aanwinst van duizenden Hectaren grond
niot alleen goed voor bebouwing maar ook
voor weideland, weik laatste punt. belang
rijk is als inen vree», dat het hoofdzakelijk de
Groninger bouwers waren, zij, op wier
gror.d niets dan tarwe en rogge groeit,
die vóór een paar jaren om protectie
vraagden; en 8e. hst terugbrengen van
de werkloosheid tot kleinere proportie
Het spreekt van z If, dat eeu behandeling
van dit vraagstuk in vollen omvang op
één avond niet mogelijk is.
De geheele Zuiderz f-w. ring hestsat,
uitgezonderd de zoogenaamde G-ddersche
vallei, uit dijken, waarvsn de onderhouds
kosten bijzonder boog zij», en als me» nu
waarneemt, dat in de laatste jaren de
vloeden in de Zuiderz-e steeds hooger
wo:den, zil het «iemand verbazen, dat d-
Staten der provincië», waarop die laste»
verder, vader.
„Nean, neen, Brunootje, ik v.eg het niet
moer. Ge sijt affoos bee! vers'acdig ge
weest, ge vult ook nu wel weten, boe we
da? ziakje moeten aanvatten. Zeg mij maer
wat ik ie doen hab L Hjj was in gtorm-
achfigo opgewondenheid g-raikt en hobbel
de, nadat bij van de sofa was opgedaan,
op zijn voon soe. „Hebt ge een idéé, Bro-
no? Ge kunt het mij gerust (oevarirouwen'
ik vergeet het niet
„Och, wat idés «ou ik bfibbsn?" ant
woordde Bruno ontwijkend; bij voegde er
aan toe„Iu ieder gen! hebt ge iu huis
gosd uw oogen den kost te gr ven Men kan
niet welen. Met de meisjes beneden is bet
niei in deu haak.*
„Ja, js, Bruno," stemde de onde ijverig
toe. „Die zaak klopt niet. «Vie weet, wat daa?
wordt afgespeeld."
„Pas maar goed op 1 berhaalds Bruno.
„En wennear iemand een boodschap aan de
damss hoeft, of ern brief afgeven wil, of
oo i a wacneer ge dan »an de deur
zijl, komt go haal toevallig md rbij ge
doet alsof ge to: de familie Wiese behoort
Gesnapt, p paatje
„Ja, ja," riep de onde eo iripp !de vin
vreugde heen eu weer. ,Ik >al wol oppas
sen, Bruno, ik zal reeds
„Mooi, m«ir nu voor vandaag; Go den
nacht," zoo sueed Bruno het v rdar ges»a er
van den oude af, terwijl hij den bord op
zette en op de deur toesiepte. Deoadokwam
hem achterna. Waar gaat ge heen, Brano
vro-g bij
„Naar 't café Ik mout voor morgeo nog
't eeu en aud«r overdenken."
Braooo'jel" bedelde da oude. „Neem
mij med«, ik moet vandaag, evenals die
lui banedsn, Lesi hebben. Neem mi
mes l Moedai slaapt toch en bemarki nie
mendal."
,,Dai mank erde er nog maar aan," lachte
Bruno en schudde deu oude, die bem op d n
sobouder had vastgegrepen,van sich los. ,,Nu
is het tijd om te go&n slepen. Adieu
Da ouda bleef op rijn plaats s'ann fn
balde de vuisten acuter zijn z >on..Canaille 1"
sis e hjj. Duo atrompeldj hjj weer naar
drukken, haakten naar vei mindering van
die onderhondskosteD.
Dit hooger-worden van de vloeden had
ook in de Noordzee plaats, zooals men
ras te Scheveniogen ontdekte en ook
moesten bij de Limmer, Zwartslui» enz.
maatregelen worden gemomen om te voor
komen, dat een breuk in de zeewering
ontstond.
Friesland bekostigt dit onderhoud van
de zeedijken in die provincie gehesl zelf
en er is wel beweerd, dat „arm Friesland"
het ontstaan te danken heeft aan de hoo-
ge zeadijkslasten.
Geen wonder dus, dat men heeft overwo
gen en onderzocht, of daarin geen veraude-
ring kan worden gebracht en het gevolg
daarvan is geweest het ontwerpen vaD
plannen.
Het eerste plan in dit opzicht was dat
va» den ingenieur deu heer Van Diggelen.
Deze wilde de Groninger kust en de Noor
delijke eilandenreeks door eea dijk verbin
den en zoo de Noordzee afsluiteD en een
waterweg aanleggen vautf Ameland langs
d« bestaande kusten van Friesland, Over-
ijsel, Gelderland, Utrecht en Noordholland
tot Hoorn,en verder dwars naar de Noordzee.
Daar door zou de Noordzee natuurlijk afge
sloten woiden. De IJsel evenwel levert elk
jasr een enorme hoeveelheid water en
slib, en als men nu weet, dat tusschen
Amsterdam en de Oostkust van de Zui
derzee jaarlijks 40.000 schepen varen,
waarvan alleen voor deu IJsel 20.000, dan
is het wel aan te nemen, dat het gepro
jecteerde kanaal veel te klein was, niet
alleen om die 40.000 schepen te dragen,
maar ook voor den waterafvoer van de aan
grenzende provinciën. Iu 1868 werd een
nieuw plan ontworpen door de heereu Stiel
tjes eu Beijerma«,w«t evenwel (op de kaarteu,
die da heer Smeenge bij zich had aange
duid) niet voldoende kustbescherming in
zich sloot en waarbij door de kleinere
kom van de zee de waterafvoer nog slech
ter werd. Voornamelijk door den sterken
aandrang der Stiteu van Overijsal werd
onder den minister Heemskerk een staats
commissie inge8t)ld, dis een plan ont
wierp, welks uitvoering 124 millioen gul
den moest kosten, benevens een verzwaring
van de overblijvende zeedijken. Met den
val van den minister in 1870 werd dit
plan in de doos gestopt. Hoewel in dat
j tar de heer Opperdoes Alewiju een ge
heel 'nieuw plan ontwikkelde, hield men
zich daarna wonderlijk aan de plannen
van de Staatscommissie.
De afgevaardigde vm-r Hindeloopen, de
heer Bum», die van de toeslaoden uitne
mend op de hoogte was en daarna zelf
ook een ontwerp heeft isgediend, was
van oordeel, dat de zaak veel merr onder
het volk moest worden gebracht, opdat
uit het volk zelf verdedigers van de zaak
warden gereeruteerd, en tan dien tijd da
teert de oprichting van de Zuide zee-
vereenigisig, waarbij zich de eersre perso
nen op dit gebied aansloten. Alle poginJ
gen ter bevordering van de droogmaking
stuitten echter af op de oo bekendheid van
het volk met de ware toestanden daarom
trent. Meu beweerde, d«t de grond die
de sof», drukte sieh in een boek en gevoelde
tieh als ean ho^d wiens be r ronder hem
is nitgegasn. Na een poosje zakte het hoofd
hem op da borsl. Hij zvg er uit als was
bij ing s'apen en slecht droomde. Maar hij
was wakker. Wat hem de borst sfLmsnoerde,
en wat hem smart en pijn deei, was
geen droom, maar het bewust zijn van zijn
jammervol, elkndig, verloren leven
Da dingen die in het huis duf Wieses
waren geb urd in de laatste dagen, hadden
zijn gemoed in opstand gebraeht en zjjn op
gewondenheid was door het feest van heden
in de hoogste mate gestegen. Aan el het onge-
lak, door eigan sohuid of '.onder eigen schold,
had hij sich gwand, als eeu ge
vangene aan «ijn ketting nn evenwel
deed het sieh op eenmaal in al zijn zwaarte op
hem gevoelen, maar na des te dieper en
bloediger, na was het zwaarder te dragen
dan op de oogeu dikkon toen bet hem slag
op slag bid getroffen, toen hij deu man in
het benedenhuis, die na faes! vierde, zijn
besten vriend noemde I
Hoelang was d*t reeds geleden f Twin'ig,
dertig jivr, hij waet bet met meer te zeg-
g'U, stjni gedsehien zijn stomp geworden,
evenals sijn gevoelhet ligt zoo wijd achter
hem, als ineen andere wereld Maar nn
in de dieps e middernachtelijke s ïlte, is het
ham, alsof bli in dnze reiontan voor de
tweede maal doorleef', wa; eertijds in jaren
is afgespeeld. --
Zij waren b ideu afkoms ig nii ééa p!aft<s, had
den g»men één school bezocht en eenzelfde
beroep g koten. Hot toeval wilda ook, dat
«ij a n hetzelfde geraohi een betrekking
kregen T.o s bun verschillende na uo', kon
don zs beiden heel goed met elkander o-
verwegWiese was een trouwe kameraad
en areeds bereid voor rijn vriend op te
treden,wr.srtoe deze hem maar al te dikwffls
geleg tih-1d gaf. Hij was te vluchtig van
ksrekter en hij bezat een groo'o dosis
zelfsdcht. Hij was een asngenesm mensch
die bij de vrouwen zeer in de gonst Blond
men noemde hem algemeen den mooien
Schub r:. En dat was 'ijn ongeluk, want
hij verme nde, zich dcor die gunst allerlei
uitspattingen te kannen peimitieeren, leidde