Zondag 26 Maart 18S9. 43ste Jaargang Uo. 3400. TWEEDE BLAD. Hinnenlandsch Nieuws. F E U I L L E T O N. Woensdagavond, den 22 sten dezer, zouden te IVieuw© IViedorp in „de Prins Miurits" twee openbare ver gaderingen plaats hebben een van de af- deeliig „Waard en Groet" van de H. M. van Landbouw, waarin de haer V. R. IJ. Kiotss tan Delft, zou spreken over: „Uit betaling van melk naar het vetgehalte", en een van het Departement van „het Nut", waariD de hr.Mr.H. Smeenge van Hoogeveen (afgevaardigde voor Meppel) een lezing zou houden over: „de droogmaking der Zui derzee," Om nu het kleine publiek dat door het barre weer was opgekomen, niet in nog geringer quantum te verdeelen en daarbij de gelegenheid te scheppen, dat elk der aanwezigen in de gelegenheid zou ziin, beide onderwerpen te hoorea uiteen zetten, kwam men overeen, in dezelfde zaal te vergaderen en da ar bij ds landbouw- vetgadeting san die van het Nut ts doeo voorafgaan. De heer Jb. van der Stok, waarname id voorz. van „Waard en Groet," opende der halve met een hartelijk welkom de bij- eeukomstdeelde mede, dat treurige familie-omstaudighedsn (het afster ven van den ouden heer K. Bree- bairt) den voorz. van de afd., den heer K. Breebaart Jz,, betalten aanwezig te zijn en dat juist nu nog een eigenaardige plech tigheid wachtte. Waa'd en Groet reikte bij enkele ge legenheden bewijzen van trouwe en ijverige dienstvervulling uit aan hen, die sedert vele jaren denzelfden patrooD zoodanig hadden gediend. Door den heer P. Vries te Winkel was de afd. er opmerkzaam op gemaakt, dït zijn arbeider, de heer K. van Velzen, op dergelijk bewijs alle aanspraak had, zoodat den spr. nu de niet-verwach- te taak w»8 opgedragen, dit bewijs ter hand te stellen en spr. deed dit met de hartelijken wensch,dat Van Velzen nog ve le jaren op dezeltde wijze zijn patroon mocht dienen en ook nog een lange teek» van jaren in zijn woonkamer het bewijs van zijn trouw en ijver mocht aanschou wen en daarbij anderen ten voorbeeld zijn. De heer Van Velzen zeide, niet in woor den zijn dank te kunnen uiten maat niettemin hoogst dankbaar te zijn voor zijne onderscheiding. De heer Kro sa hierna het woord be komende, dankte in de eerste plaats deu heer Smeenge voor zijn beu-idwilligheid, aan hem, (den br. Kioese,) den jongst", de eerste spreekbeurt te willen efstran. Bij de fabriekmatige bereiding van melk producten, ging de spr. verder,gast men bij de betaling nit van de waarde van de grondstof en al schijut oppervlakkig de melk op zichzelf de grondstof van boter en kaas te zijn, zoo bastaat melk toch uit grond stoffen, die van veel gewicht zijn bij de bepaling van de waarde der meL. Wordt dus eenvoudig betaald naar de hoeveel heid kilo's melk, die geleverd is, dan her ft men de onbillijkheid geen vergoe ui Toen de laatste gast was heengegaan en het gedruis van bet afscheidnemen was ver stomd, strompelde een gestalie, die vanaf het portaal der derde verdieping naar bene den bad gekeken, do opinstaande deur zijner woning in en dook een oogenblik later in een spaarzaam verlicht vertrek weder op, waar een jongmeasoh juist bezig was voor den spiegel zijn das om te doen. Het was een raadselachtige verschijning een slordi ge, oude man in een ksia huisjas, met een opgebla'en dronkemans-gelaat, waarin twee kleine, vochtige oogen listig fonkelden om bet smalle hoofd waran eanige grijze heren gestreken. Terwijl bij binnentrad miakte hij voor een onsicbtbaar gezelschap diepe buigingen naar rechts en naar links, zwaai de met de armen en riep mei verdraaide stem Goeden nsoht, mijnheer do regaerings- raad! Adieu, mijnheer de recdant 1 Uw ge hoorzame dienaar, mevrouw Wiese 1 't Is mij aangenaam geweest, waaide juffrouw Adieu! Adieu! Adieu!' Ten slotte voeg de hij er op den natuurliiksten toon aan toe: Dat vervloekte volk, tuig is hot!' Het jonge mensch voor den spiegel draaide zich een klein weinig nier hom om. „Zeg toch nietaboos tuig! Het is zoon onaange naam woord riep hjj grof. De oude rag bem giltig aan en zeide met ren geringschattende beweging: „Domme Na tred het jonge mensoh op hem toe „Ik verbied je dat drommelsohe gesohimp eens en voor altijd Begrepen De oude week vroesaohtig terog. „Wat heb ik toch gtdaan?" riep hij jammerend, „waarom igt ge zoo lealijk jegens mg i' ding te geven aan hem, die door lerbetering van zijn vee of land, de voor de kaas- (of boter) bereiding meest noodige elemen ten in meerdere mate aanvoert dan as- deren. Melk h°staat voor 88 °/0 uit water en voor de rest uit droge stoffen, waarbij n °/o melksuiker,die voor de kaasbereiding van geen direct nnt is. De werkelijke wairde v.in melk voor de kaasproductie zit dus in de overige procenten en niet alleen nu, dat iemand, dia deze laatsteo vermeerdert, voor dat meerdere niet wordt betaald, maar hij ontvangt ook niets voor zijne moeite en kostau voor verbetering van vee en land, terwijl hij, die bij kilosgewijze uitbetaling zijne hoe veelheid melk op de een of andere min- eerlijse wijze verhoogt ot de innerlijke waarde daarvan vermindert, zijn praktijken goed beloond ziet. Het stelsel, dat dezi onbillijkheden voorkomt: de uitbetaling naar de geleverde stof, die voor de kaasbereiding noodig is, wordt in Nourd-Hollaud nog weinig toege past, hoofdzakelijk omdat het zoo moeilijk schijnt, de juisti hoegrootheid van die aanwezige stof te bepilen. Die stof wordt onderscheiden hooldztke- iijk in kaasBiof en vat. Proeven nu hadden bswezen, dat dit Lafste sterk afwisielt bij de mtilk van verschillende koeien en dat de kaasstof vrijwel constant is, maar èn kwantiteit èn kwaliteit der kass stond in nauw verband met de hoeveelheid iu de melk aanwezige vet en bepaling daarvan was dus zeer wenscbelijk. Evenwel had men in deze ia overweging te nemen, dat de in Noordöoll. voorname lijk bestaande coöperatieve productie mede-' bracht dat de belangen van leveranciers en fabrikatiten feitelijk éét waren, in tegen stelling met de speculatieve productie. H t f«it echter, dat ook leden van ctöporaiits zich soms ten koste van hunne medeleden tiachttsu ie verrijkm, maakte nauwkeuriger waardebepaling noodig. De beste wijze daarvoor zou zijn, als boven gezegd: ouderzo-k èi van kaas-tif èn van vet, maar het ontbteekt tot heden aan een methode, die dit dubbels onderzoek voor de praktijk doeltreffend maakt, waarotn de spreker voor zich geloofde, da', men voor de praktijk het verstandigst deed met al leen naar het vetg'halte ti bstaleD. De vraag nu was gedaan, of het noodig was telkens, du3 i- of tweemaal per dag, dii onderzoek te doeo. Spreker vond dit volstrekt niet noodig. Gemiddeld eens per week was voldoende, mits me» niai bij vaste lijden het vetgehalte opnam, omdat men dan weer aan bedriegelijke practijken was blootgesteld. Het meest gebruikte en dan ook doel- mstigste middel voor melk-onderzoek naar velg-halte was het toestel v«n Dr. Gerber de gegradueerde glazen huisjas, voorzieu vaD afscheidende stoffen, die bij de snel ronddraaiende beweging van de centiifuge het vet scherp aanduiden. Misschisn was de toesiel-Taraer nog beter, maar als zijn de minder bekend en duurder, liet spreker dezen buit n beschouwing. Juist doar de betaling naar het vetge halte werden de landbouwers opmerkzaam gemaakt op de werkelijke waarde der melk en aangespoord er voor te zorgen, dit hun vee in die richting werd veredeld, wat mtuurlijk den gsheelen veesttpel ten goede kwam. Behalve de billijk heil dus nog een zeer groot voordeel. Hoewel door omstandigheden w-t haas tig afgeh'ndeld, hoopte spreker de huofd- ziken te hebben uiteengezet, die pleiten voor het door hem aanbevolen stelsel van melk-uitbetaliug en meende hij van da welwillendheid des heereu Smeenge niet meer te mogen vorderen. De heer D. Kuilman vroeg, naar aan leiding van eeD kwestie tusschen leveran ciers en (abrikanten, onlangs in de bladen vermeld, in hoeverre de toestel van Dr. Gerber vertrouwbaar was, waarop de heer Kroess antwoordde, dat z. i. deze toestel voor de practijk zeer voldoende was, mits men zorgde voor esn gemiddeld monster melk. Ook bij het proafstnion te Hoorn was men na vele ondeizoekingen iot die conclusie gekomen. Da waarn. voorz., de heer Yan der Stok, noemde het doof den heer Kroess aange bodene een smakelijk, maar klein appeltje, hoopte, dat men omtrent dit belangrijk onderwerp bij gelegenheid meer zou vernemen, dankte den spreker hartelijk voor zijn heldere wijze van bespreking en verklaard» de vergadering van „Waard en Groet" voor afgeloopen.' „Gi zult mij het verblijf bier niet ondra gelijk maken, anders trek ik er tussehen nit." „Ach God 1 Mag ik dan niet maer m me ergernis lucht gaven Moei ik dan alles maar als oefen koek binnenslikken, ik, arme, ongelukkige man; door zijn eigen kinderen met vos-en ge reden, die hij mei zorg en moeite bsvfi groo'g'braobt." Hij ging op de sofa zitten en begon te weenen. „La-.t dat gezanik toch!4 zeide de jangen ongeduldig, die weer voor den spiegel was gaan staan. Maar de oude jammerde verder: „Wmrom neemt de goeds God osij niet tot zich, mij ouden, ellendigen kreupele? Dan bad ik die eeuwige ver wijtingen niat meer san te hoo- ren, die mjj tct esn last geworden rijn. Eu dat gij mij verzorgen moe', is toch zoo erg niet, dan dat ik mij door n moet laten mishan delen 1" „'t Wordt hoe langar hos mooier laohte da ander, terwijl bjj naar eeu kaal ging eo van bovenkleeren wisselde. ,Nu zult ge dan monsehen gaan vertellen, dat ga honger lijdt en slaag krijgt! Mijnentwege, ga je gang. Een ieder weet reids, wat men van je heeft te deuk n. Maar ik zeg je, in mijn tegenwoordigheid duld ik dut scheid in en lasteren niet maar. Wanneer ja dat ni t naar oen zin is, hunr ik een andere woning en dm knot gs zien, hoe ge den mond op nhoadt." Di oude had gedurende deze govoe'.loizc woorden zijn oogoa gudreogd, de haudes we r van bét galaat genomen en antwoord de op heel na-nurlijksn toon „Heb ik dan op jou geschimpt? Mig ik dra niet m« r op d»t ciuai In d at ban dan schimp n D.ar vreten en zuipen se en noodigen gasten en makon eeu misbaar hier in huis, dat het eea schande is 1 Eu ik, zijn beste vriend zoo lang hot mij goed ging. ik moet hier boven Bitten, heel alleen, bij mijn armzalig bea'.je eten* en gesn mensoh bekommert icb om mij 'g en mensoh g-eft m» esn go d woord mi g -»n mensoh komt het in de hersens, mij armen, ongolukkigen man nit »e noodigenl Komen «ou ik ioch niet, want ik heb mets om aan te trekkon en in geselschap van raads- Hierop werd de Vüorzittershsiner naar da Rud-re bestuurstafel ov rgabrscht en Htm de heer Dr. P. Maats hbt woord, mededeelend»,dat onder de vele onaangename omstandigheden in N. Niedorp was de ongesteldheid van de» Voorzitter van hit departement, den heer J, Coster, waardoor de spreker genoodzaakt w»a als voovz. te fungeeren. Dsafdeelnig bestond behalve het bestuur uit eenige leden, tnaar dit had niet ver hinderd, dat aan het beginsel „volksont wikkeling" was tiouw gebleven. Hopende, dat de lezisg van den heer Smeenge veel tot die ontwikkeling zou mogen bijdragen en dat hit aantal leden van het departe ment grooter zou wordrn, gaf de Voorz. het woord aan den b-er Smeenge. Geachte Vergadering 1 zei de heer Smeenge. De eerste Voorzitter gewaagde van tremige omstandigheden ia de familie van dec heer Breebasrtde eerste spreker had weinig tijd voor de behandeling van zijn onderwerp de Voorz. van 't Nut had de ziekte of ongesteldheid te rnsldsa van deu Voo zitter van het departement; ook ik moet beginnen met een ongeval mtê te deelende kaarten, waarop ik U een en ander zou kunnen taten zien en aanwijzen, zijn niet meegekomen ik most dus van Uwe welwillendheid me r vrage», dan anders het g^val ge weest wis. Uwe welwillendheid zal dus moeten aanvullen, wat mijne voorstelling aan duidelijkheid daardoor verliest. Mair mijneheere», ik ben nog meer dan nuts- )ez«?; ik heb de eer zitting te hebben iu het Hoofdbestuur van de Maatsch-ppij en heeren en secr-ia issso wil ik geen treurige rol spelen en er als ean echte vogelschrik uitzien 0 „Neen maar, die is mooi!' onderbrak de jongen het gisnosf..Gij hebt das in werkel ik heid gedacht, da? men js zon nitnood'geu P* „Waarom niet f Ben ik slechte? dan da anderen Omdat ik op kosten mijner kinderen leef en goao fijne jas heb aan te trekken P Wanneer «e geen canaille wa ren dan hadden ze me nitgeuoodigd 1 Maar ik zeg je, gegaan was ik toch niet, vast eo zeker niet. Ik heb ook nog mijn eergevoel t -ganover dergelijk gespnis Ik was niet gegvan.* „Wat beeft dit 'och te bet eken nPG» waart niet gegaan P Zoadt ge dm denken, dat ik gegaan was „Hm Igrijnsde do oads, «ik weet 't niet, wellicht zijn bjj jon de druiven wat zuur gawaast." De andir haalde verachtelijk de schouders op en voegde er asn tos: „Bib I je bent gek.* „Ja, ja, zoo zal 't wel zijn! Ik ben gek 1 Ik beold mij ook msi* in, dat je een blauwtje gs'oopeo hebt bij dat verweande, seibbigo ding, en dat zij je daarbeneden da door voor den neus bebb n dichtgaworpeo.Ja, ja, fn mijn dwa<sheid haal ik zulke rare diogeu io mijn hoofd, is 't ni st, BranootjiP" De jiuge man maakte aanatalren om op den oude los te gasn, bezon zich eohter, bleef voor de tsfil 8 aan en wendde hen een verlept gelaat foe,dat door das bngen,blonden baard nog langer oo smaller scheen d m 't was,,Het is mij de moeite niet op de-g l»k n onzin te antwooidin," veida bijen gi-'g, zijn s era dempend, voort„Iu plaats van nu al dis oude koeien uit de sloot op te balen, rao st ge er liever eens over naden ken,hoe ge hst dat hoogmoedige volkje kunt betaa d zetten, dat het ons zoo vernederend behandeld haeft. Begrepen?' Da oude was één gehoor. Zijn gezicht kr eg leven, de oogen siaard.-n den ;oon vol verwacb'ing aan. „Ge hebt gelijk, BrinoL fliisferdu bij. „Ze zullen ha ons betilon dat canaille „Met dat eeuwige oanaille komt gs niet als ik eens nsgi, welke kosten en moeiten sedert de oprichting de ma\t*chappij zich heeft getroost voor de zedelijke en stof felijke volkswelvaart, ja, dat een der doel einden bij de oprichting is geweest het beloonen van trouwe dienstvervalling, dan doet het mij zeer veel genoegen, te. zien, hoe ook „Waard en Groet" zich dit tot tiak gestel.1 heeft, zooals wij daar straks zagen, dit aan Van Velzen het teeken van zijne trouwe plichtsbetrachting werd uit gereikt. Ook het Nut geefc nog altijd aan daarvoor in de termen vallende dienst boden een medalje, en dat dezs oader- scheidingen nog altijd op hoogsn prijs g steld worden bewijst wel, dit het niet waar is, dat ,,elke deugd zichzelf beloont", ook al heeft dit voor de hoogere volks- kriogen schijn van waarheid. Ook ik mag dan ook zeker den heer Van Velzeu mijn welgemeende felicitatie aanbieden dot hij nog vele jaren, zooais straks de Voorz. zeide, zijn patroon met eere moge dienen en dat deze hena op den ouden d»g daar voor beloone. De drooglegging der Zuiderzee is, wat ook reeds door den heer Maats werd ge zegd, een onderwerp, dat wel degelijk bij hel Nut thuisbehoort. Bij de bespre king daarover wil ik mij dan ook deze taak stellen voor dat vraagstuk meer waardeering opwekken bij het publiek de oogen openen voor de groote waarde, die de oplossing dezer kwestie heeft, en voor hen, die tot heden daaraan weinig aandacht wijdden, hanne ambiiie te ver meerderen en hen op te wekken, dit voortaan wel te doen vanaf dezen d*g. Ook voor hen, die met handenarbeid, laat ik zeggen met spade en kruiwagen, hun brood verdienen, is dit vraagstuk van grool belang. Wij mosten bij de behandeling dizer kwestie beginnen met de vraag te stellen waarom wil men toch de Zuiderzee droog maken en het antwoord daarop is niet zoo eenvoudig dat dit in een paar woerden gezegd kan worden daarvoor zijn meer dere redenen. Da drie voornaamste redenen zijn le. de kwestie, die allereerst aanlei ding gaf over dit punt na te denken de kosten van onderhoud der Zuidsrzee- weringen op kLiner bsdrvg terugbrengen, wat nog niet in strijd is met het arbeiders belang, zooals ge straks zult hooren2e. de aanwinst van duizenden Hectaren grond niot alleen goed voor bebouwing maar ook voor weideland, weik laatste punt. belang rijk is als inen vree», dat het hoofdzakelijk de Groninger bouwers waren, zij, op wier gror.d niets dan tarwe en rogge groeit, die vóór een paar jaren om protectie vraagden; en 8e. hst terugbrengen van de werkloosheid tot kleinere proportie Het spreekt van z If, dat eeu behandeling van dit vraagstuk in vollen omvang op één avond niet mogelijk is. De geheele Zuiderz f-w. ring hestsat, uitgezonderd de zoogenaamde G-ddersche vallei, uit dijken, waarvsn de onderhouds kosten bijzonder boog zij», en als me» nu waarneemt, dat in de laatste jaren de vloeden in de Zuiderz-e steeds hooger wo:den, zil het «iemand verbazen, dat d- Staten der provincië», waarop die laste» verder, vader. „Nean, neen, Brunootje, ik v.eg het niet moer. Ge sijt affoos bee! vers'acdig ge weest, ge vult ook nu wel weten, boe we da? ziakje moeten aanvatten. Zeg mij maer wat ik ie doen hab L Hjj was in gtorm- achfigo opgewondenheid g-raikt en hobbel de, nadat bij van de sofa was opgedaan, op zijn voon soe. „Hebt ge een idéé, Bro- no? Ge kunt het mij gerust (oevarirouwen' ik vergeet het niet „Och, wat idés «ou ik bfibbsn?" ant woordde Bruno ontwijkend; bij voegde er aan toe„Iu ieder gen! hebt ge iu huis gosd uw oogen den kost te gr ven Men kan niet welen. Met de meisjes beneden is bet niei in deu haak.* „Ja, js, Bruno," stemde de onde ijverig toe. „Die zaak klopt niet. «Vie weet, wat daa? wordt afgespeeld." „Pas maar goed op 1 berhaalds Bruno. „En wennear iemand een boodschap aan de damss hoeft, of ern brief afgeven wil, of oo i a wacneer ge dan »an de deur zijl, komt go haal toevallig md rbij ge doet alsof ge to: de familie Wiese behoort Gesnapt, p paatje „Ja, ja," riep de onde eo iripp !de vin vreugde heen eu weer. ,Ik >al wol oppas sen, Bruno, ik zal reeds „Mooi, m«ir nu voor vandaag; Go den nacht," zoo sueed Bruno het v rdar ges»a er van den oude af, terwijl hij den bord op zette en op de deur toesiepte. Deoadokwam hem achterna. Waar gaat ge heen, Brano vro-g bij „Naar 't café Ik mout voor morgeo nog 't eeu en aud«r overdenken." Braooo'jel" bedelde da oude. „Neem mij med«, ik moet vandaag, evenals die lui banedsn, Lesi hebben. Neem mi mes l Moedai slaapt toch en bemarki nie mendal." ,,Dai mank erde er nog maar aan," lachte Bruno en schudde deu oude, die bem op d n sobouder had vastgegrepen,van sich los. ,,Nu is het tijd om te go&n slepen. Adieu Da ouda bleef op rijn plaats s'ann fn balde de vuisten acuter zijn z >on..Canaille 1" sis e hjj. Duo atrompeldj hjj weer naar drukken, haakten naar vei mindering van die onderhondskosteD. Dit hooger-worden van de vloeden had ook in de Noordzee plaats, zooals men ras te Scheveniogen ontdekte en ook moesten bij de Limmer, Zwartslui» enz. maatregelen worden gemomen om te voor komen, dat een breuk in de zeewering ontstond. Friesland bekostigt dit onderhoud van de zeedijken in die provincie gehesl zelf en er is wel beweerd, dat „arm Friesland" het ontstaan te danken heeft aan de hoo- ge zeadijkslasten. Geen wonder dus, dat men heeft overwo gen en onderzocht, of daarin geen veraude- ring kan worden gebracht en het gevolg daarvan is geweest het ontwerpen vaD plannen. Het eerste plan in dit opzicht was dat va» den ingenieur deu heer Van Diggelen. Deze wilde de Groninger kust en de Noor delijke eilandenreeks door eea dijk verbin den en zoo de Noordzee afsluiteD en een waterweg aanleggen vautf Ameland langs d« bestaande kusten van Friesland, Over- ijsel, Gelderland, Utrecht en Noordholland tot Hoorn,en verder dwars naar de Noordzee. Daar door zou de Noordzee natuurlijk afge sloten woiden. De IJsel evenwel levert elk jasr een enorme hoeveelheid water en slib, en als men nu weet, dat tusschen Amsterdam en de Oostkust van de Zui derzee jaarlijks 40.000 schepen varen, waarvan alleen voor deu IJsel 20.000, dan is het wel aan te nemen, dat het gepro jecteerde kanaal veel te klein was, niet alleen om die 40.000 schepen te dragen, maar ook voor den waterafvoer van de aan grenzende provinciën. Iu 1868 werd een nieuw plan ontworpen door de heereu Stiel tjes eu Beijerma«,w«t evenwel (op de kaarteu, die da heer Smeenge bij zich had aange duid) niet voldoende kustbescherming in zich sloot en waarbij door de kleinere kom van de zee de waterafvoer nog slech ter werd. Voornamelijk door den sterken aandrang der Stiteu van Overijsal werd onder den minister Heemskerk een staats commissie inge8t)ld, dis een plan ont wierp, welks uitvoering 124 millioen gul den moest kosten, benevens een verzwaring van de overblijvende zeedijken. Met den val van den minister in 1870 werd dit plan in de doos gestopt. Hoewel in dat j tar de heer Opperdoes Alewiju een ge heel 'nieuw plan ontwikkelde, hield men zich daarna wonderlijk aan de plannen van de Staatscommissie. De afgevaardigde vm-r Hindeloopen, de heer Bum», die van de toeslaoden uitne mend op de hoogte was en daarna zelf ook een ontwerp heeft isgediend, was van oordeel, dat de zaak veel merr onder het volk moest worden gebracht, opdat uit het volk zelf verdedigers van de zaak warden gereeruteerd, en tan dien tijd da teert de oprichting van de Zuide zee- vereenigisig, waarbij zich de eersre perso nen op dit gebied aansloten. Alle poginJ gen ter bevordering van de droogmaking stuitten echter af op de oo bekendheid van het volk met de ware toestanden daarom trent. Meu beweerde, d«t de grond die de sof», drukte sieh in een boek en gevoelde tieh als ean ho^d wiens be r ronder hem is nitgegasn. Na een poosje zakte het hoofd hem op da borsl. Hij zvg er uit als was bij ing s'apen en slecht droomde. Maar hij was wakker. Wat hem de borst sfLmsnoerde, en wat hem smart en pijn deei, was geen droom, maar het bewust zijn van zijn jammervol, elkndig, verloren leven Da dingen die in het huis duf Wieses waren geb urd in de laatste dagen, hadden zijn gemoed in opstand gebraeht en zjjn op gewondenheid was door het feest van heden in de hoogste mate gestegen. Aan el het onge- lak, door eigan sohuid of '.onder eigen schold, had hij sich gwand, als eeu ge vangene aan «ijn ketting nn evenwel deed het sieh op eenmaal in al zijn zwaarte op hem gevoelen, maar na des te dieper en bloediger, na was het zwaarder te dragen dan op de oogeu dikkon toen bet hem slag op slag bid getroffen, toen hij deu man in het benedenhuis, die na faes! vierde, zijn besten vriend noemde I Hoelang was d*t reeds geleden f Twin'ig, dertig jivr, hij waet bet met meer te zeg- g'U, stjni gedsehien zijn stomp geworden, evenals sijn gevoelhet ligt zoo wijd achter hem, als ineen andere wereld Maar nn in de dieps e middernachtelijke s ïlte, is het ham, alsof bli in dnze reiontan voor de tweede maal doorleef', wa; eertijds in jaren is afgespeeld. -- Zij waren b ideu afkoms ig nii ééa p!aft<s, had den g»men één school bezocht en eenzelfde beroep g koten. Hot toeval wilda ook, dat «ij a n hetzelfde geraohi een betrekking kregen T.o s bun verschillende na uo', kon don zs beiden heel goed met elkander o- verwegWiese was een trouwe kameraad en areeds bereid voor rijn vriend op te treden,wr.srtoe deze hem maar al te dikwffls geleg tih-1d gaf. Hij was te vluchtig van ksrekter en hij bezat een groo'o dosis zelfsdcht. Hij was een asngenesm mensch die bij de vrouwen zeer in de gonst Blond men noemde hem algemeen den mooien Schub r:. En dat was 'ijn ongeluk, want hij verme nde, zich dcor die gunst allerlei uitspattingen te kannen peimitieeren, leidde

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1899 | | pagina 5