Zondag 1? December 1893. 43ste Jaargang 2To. 3470. M IEP f J i A B 8 ff E NSCHES, iSureasi: SCHAttlBM, laan, u UitgeverP. TRAPMAN. Medewerker.1. WI k E 1.. 4. EERSTE BLAD. Oudejaarsavond, Zondag 31 December a. s., hetwelk Zaterdag 30 December wordt uitgegeven, a 25 Cts., a contant, Gemeente Scha gen. Bekendmakingen. 8ste VOLKSTELLING. Openbare Vergadering TRANSVAAL. Ilisrlglllt- kLllllllVlIil Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en COVERT EN TI F N "in h *nzefD(?j?B tot 's morgens 9 ure, wordsn ^m6n nUmü56r SePlaat8t' STUKKEN één dag vroeger. Dit Nummer bestaat uit twee bladen. In het nummer van den zal weder gelegenheid bestaan tot het plaatsen van van 1 tot 5 regels. die zich met 1 Januari e. k. op dit blad abon- neeren, ontvangen de a voor dien datum ver- schijnende nummers gratis. Burgemeester en Wethouders van Schagen herin neren de ingezetenen aan het bepaalde hij alinea 4 van art 122 der aigemeene Politie-verordening Toor die gemeente, luidende als volgt „Onder privaten, geplaatst boven vaarten, slooten of wateringen, moet bij eene uitgestrektheid van min- «tens 1 M'. een waterdiepte van minstens 0.5 M. aanwezig zijn." Een onderzoek, of deze bepaling behoor]ijk wordt nagekomen, zal worden ingesteld in de eerste dagen van de maand Maart des volgenden jaars. Nalatigheid is strafbaar met eene geldboete van ten hoogste f 25 of hechtenis van ten hoogste zes en. Schagen, 5 December 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, 6 S. EERMAN. De Secretaris, DENIJS. Burgemeester en Wethouders van Schagen Gezien art. 97 der aigemeene Politie-verordening voor die gemeente; Bevelen den eigenaars, vruchtgebruikers of beheerders van binnen of aan de grens van de kom gelegen slooten of wateren, die ton «lnntp.n nn ftftoe dieüte vau v zulks der gemeente gelegen slooten ot wateren, u.c doen uitbaggeren ofte doen slooten op eene diepte van 0-80 Al. 0 90 M., en en een bodembreedte van voor den len Maart 1900. Belanghebbenden worden herinnerd, dat nalatigheid ten deze strafbaar is met eene geldboete van f 25.of hechtenis van ten Onverminderd de bevoegdheid Wethouders tot het doen ten hoogste hoogste zes van Burgemeester en uitbaggeren of slooten ten koste van vruchtgebruiker of beheerder. Schagen, 5 December 1899. Burgemeester en Wethouders De Secretaris, DENIJS. rWct van 22 April 1879,-Staatsblad no. 63.) (Koninklijk besluit van 2 Mei 1899, Staatsblad no. 113). Burgemeester en Wethouders van Schagen^brengen ZXZ aigemeene t^che vtdW Deze heeft ten doel de aanwijzing van allen die te onverschillig of zij woning al dan niet zonder werkelijke 1900 hebben. Deze allen worden aangewezen op genoemd tijdstip in hunne aanwezig zijn- Ook worden aangewezen zij, aie, woonplaats binnen Nederland te hebben, op genoemd "ezTIne'u Zêteu de opgaven verstrekt bezorgd en dadelijk terDoorhofvoor ieder moet aan zijne woning worden uoor u lonwft kaart (voor een man of jon- ingevuld: eene vrouw of meisje), gen),of eene w. ka»^ O (,e woninK,waar Bovend.cn moet door ol^ voor ie wul.icD: eene hy tydelyk tijdelijk aanwezigen man of jongen) of eene r o iê' k» a r t (voor eene tydelyk aanwezige vrouw of meisjebe8tuuraer van pLln ivnan (1P Het hoofd van of schip, waar dc nood'g zijn. voorschriften betredende de Overtreding van de tikci 20 der wet van volkstelling wordt kr,e 64,) gestraft met 15 April 1886 (Staa sbladiw. WJg[ u hechtenis van ten hoogste veertien uag van ten hoogste honderd 8ul^"' t verkrijgen unge door do volkstol ling een bevolkiDK i» eene zaak van b k i ir Tot het verkrijgen dier kennis is noodig, belang Tot het vcrKrygmee8t mogelijke Jlc nauwkeurige, door do kennis der elke kaart nauwkeurigheid en verzoek der aandrang uit, keurige en volledige int .,1.1*» t vSSttm. Wethouders voornoemd, S. BEUMAN. De Secretaris, DENIJS. allo vrar?°°cid°Pen v0Uedigheid worden beantwoord. Op verzoek der Regeering noodigen Burgemses^ e„ Wethouders allen aandrang uit, door Burgemeester en 8 morgens 10 van don RAAD der gemeente Schagen op Woensdag 20 Dec., uro. Punten van behandelir Ingekomen stukken. Wijziging verordening heffing school gelden. Wijziging verordening legesgelden. 4 Wijziging en aanvulling politieverordening. 5 Vaststelling verordening Rietboscb. 6 Benoeming commissie Rietbosch. 7 Adres A. Broere, uitstalling op het trottoir langs zijn koffiehuis Idem E. P. Ke6t, uitstalling rijtuigen op de Gedempte Gracht. 9 Adres beplanting gemeentewegen. Schagen, 15 December 1899. De Burgemeester, 8. BERM AN. Prijs per jaar f 8.—. Franco por post f 8.60, Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;ied8re regel meer 5 ct Groor,e letters worden naar plaatsruimte berekend. invordering aigemeene commissie liet vraagstuk is uiet van jonge dagteekeniug. Van het oogenblik af, dat de menschen het zich tot eeu gewoonte maakten, om zich in steden op te hoopen, trad het op den voorgrond, maar het heeft eerst in de laatste kwarteeuw een hoogere beteekenis gekregen, toen de moderne wetenschap aantoonde, hoe zelfs door meer bemiddelden in zake het woning-vraagstuk alle regelen der hygiène in het aangezicht werden geslagen en hoe nadeelig de opeenhoopiog was in allerlei vuile krotten van duizenden en duizenden, ook voor hen, die naar de laatsten in den regel niet omzagen dan wauneer ze dezen noodig hadden op de markt der arbeidskrachten. Daarbij voegde zich echter nog een andere meer krachtige factor, die wel dreigde verloren te gaan iu het egoïstische stelsel der productie, maar toch al meer en meer zijn invloed deed gelden, toen men bespeurde, dat de samenleving dreigde over te gaan tot een opeenhooping aan de eene zijde vau archimilliounairs en aan de andere van mierarme tobbers. Tegenover het eenzijdig ontwikkeld individua listische type, dat de maatschappij in haar stelstel van laisser faire laisser aller, tot dien tijd had vertoond, kwam te staan de gemeenschapsmensch, die, gedreven door zijn gemeenschapsgevoel, opkwam voor het gemeenschapsrecht, en van zelf werd toen de vraag gesteld: waarom moeten die mier-arme tobbers aldus wonen en hebben zij geen recht op ondersteuning door de gemeenschap, waar zij zelfs tot in hun woningeu aldus worden geëxploiteerd Die vraag, hoewel niet aldus gesteld, dreef vermoedelijk ook Koning Willem III, toen hij in 1853, dus kort na zijn troonsbeklimming, het Koninklijk Instituut van Ingenieurs uitnoodigde een rapport uit te breögen betreffende de vereischten en inrichting van arbeiderswoningen en omtrent de middelen, welke zouden kunnen leiden tot verbetering van den hoogst ongnnstigen toestand, waarin de arbeidende klasse verkeerde. In de „Handelingen van het Koninklijk Instituut" van 1854—1855 kan men het uitgebrachte rapport vinden, en daarin lezen, dat deze Koninklijke ingenieurs reeds tot de overtuiging waren gekomen, „dat de verblijven der dieren vaak minder slecht waren dan die der menschen." Met den zwaren last van deze wetenschap op de borst, heeft de Neflerlandsche Regeering meer dan veertig jaren noodig gehad, aleer zij zich op eenigszins beteekenisvolle wijze met de volkshuisvesting bemoeide Toch was er wel iets gedaan, maar door gemeente besturen of particulieren, en daartoe werkte het verschijnen der cholera in 1866, en in hef bijzonder in 1892, krachtig mede. Vooral na 1892 werd er in verschillende gemeenten door partionlieren, maatschappijen of vereenigingen in Amsterdam o. a. door den „Volkshond" eeu eenigszins syste matisch onderzoek naar de volkshuisvesting ingesteld, en schromelijke toestanden kwamen toen vaak aan het Eindelijk nam de Maatschappij tot Nut van 't Alge meen de zaak ter hand en aan de heeren mr. H. L. Drucker, mr. B. II. Greven en mr. J. Ktuseman werd opgedragen, een rapnort over het woningvraagstuk uit te brengen. Onder den titel„Het vraagstuk dei Volkshuisvesting" verscheen dit rapport in de eerste helft van 1896' De heeren Drucker, Greven en Kruseman waren er in geslaagd in een vrij kort bestek een uiterst volledig overzicht te geven van het woningvraagstuk en vooral hetgeen hier t. lande van overheidswege en door particulieren voor de volkshuisvesting reeds was gedaan PDIn 1897 hadden'de verkiezingen plaats en, uitgezonderd in het program van den „Christelyk-H.storischen Kiezersbond"! vond men in alle programma'sj der UMl-nde nartiien meer of min scherp belynde verschillende party n tuk_ De „Liberale UMo""vroeg in haar program van urgentie: va3t^'ling_ W»nlin"fln tot ingrijpende verbetering van woning het onteigeningsrecht. Na het Nutsrapport wns'dc belangstelling voor het woningvraagstuk jn ons tadfc. 1898 fo bet",,Handelsblad" en mr. Treub m 1896 in Sociaal Weekblad" volkshuisvesting gepredikt, in mr S. F, van Nierop uitgebracht, welke tot richtsnoer van het debat zouden kunnen dienen. Iu de prae—adviezen van de heeren Van Houten bd Krabbe kwamen de beide richtingen, de conservatief- liberale en de vrijzinnigdemocratische, aan het woord. De eerste erkende, dat de arbeidende klasse, in welker belang toch grootendeels de verbetering der woningen diende te gecchieden, in to onstelling met de meer door de fortuin begunstigden, zeer duur woonde. Tot deze erkenning zal hem wel zijn kieswet ge bracht hebben. De verhouding van den huur- en loon- kiezer toont toch aan, dat de laatste ongeveer eeu vijfde gedeelte vau zijn inkomen verwoont. Als er nu maar betere woningen waren, meende mr. Van Houten, en daarby „eveuredige inkom sten", dan zouden ongezonde, bouwvallige woningen en afgelegen krotten veel minder worden betrokken, of gezinnen verblijven in woningen, die voor bun getalsterkte te klein waren. Precies ons idee, maar zoolang de huurprijs der „betere woningen", die in groote steden toch overal verrijzen, gelijken tred houdt met dat zoogenaamde betere, zullen de «evenredige inkomsten" wel zeldzame vogels blijven. Wij lazen onlangs, dat een woning- kiezer in de hoofdstad voor zbn 12 50 wekelijksche huur, welke hem tot kiezer stempelt, in een tamelijk gezonde arbeiderswijk kan huren een woning „bestaande uit één kamer, een keukentje en één alcoof, drie hoog, voor" en dat in zulk een verblijf vader, moeder en vijf kinderen huizen. Meet daarnaar nu eens de verblijven af van hen, die geen woningkiezer zijn De eigenlijke werkzaamheid der regeering achtte de heer Van Houten te wezen „het verbeteren der wouingen zonder ze duurder te maken." Zij kon dit ten deele rechtstreeks doen, door hier en daar in het verbeteringsproces in te grijpen, zij kon het ook doen door particuliere maatschappijen, welker doel verbetering van huisvesting was, te helpen. Dit zijn vrij wel algemeenheden, maar daaraan werd zelfs nog eenige beteekenis ontnomen, waar de beer Van Houten „overheidszorg" uit een hygië nisch oogpunt, niet aehtlt te liggen op den weg der gemeentebesturen. Daarop lag volgens hem niet het radicale middel der onbcwoonbaarverklaring. Wel mocht een woning ongezond worden verklaard, maar onbewoonbaar niet, want de individneele vrijheid van den huurder in deze moest niet verhinderd worden. Wilde deze een ongezonde en derhalve onbewoonbare woning betrekken, ii la bonheur, dat moet hy weten. Apiès nous le déluge! Zelfs geconstateerde besmetting door ongedierte was, volgens Mr. Van Houten, geen oorzaak voor het openbaar gezag om tusschenbeide te kooien, en evenmin overbevolking. Op dien grond bad hij dan ook indertijd als minister een Koninklijk Besluit uitgelokt, waarby eeu bepaling in de verordening te Utrecht werd vernietigd, welke overbevolking en ongedierte een motief voor onbewoonbaarverklaring achtte te zijn. In het algemeen stond volgens de gemeentewet onbewoonbaarheid niet in verband mei de gezondheid, maar wel met de bouwvalligheid van de woning. Mr. Krabbe daarentegen ging van een geheel ander standpunt uit. Volgens hem moest aan de gemeenteraden de meest mogelijke vrijheid gegeven worden in het vaststellen van regelen betreffende het bouwen en bewoueu van pefceelen. Bovendien moesten zij in staat zijn of gesteld worden, om het werken van vereenigingen en genootschappen, die verbetering van woningtoestanden teu doel bidden, zoo krachtig mo gelijk te ondersteunen, maar alleen dezulken die het doel niet ondergeschikt maakten aan het behalen van winst. De overheid moet dat doel steunen door aan die vereenigingen het recht tot onteigening te ge*en en wyziugen te brengen in de regeling van schadevergoe ding, zoodanig, dat niet meer als maatstaf werd genomen de marktwaarde of veilingswaardeder goederen. Rovendien wilde de heer Krabbe, dat kapitaal tegen matige rente beschikbaar zou worden gesteld, waartoe in het bijzonder du gelden der rykspostspaarbauk, voornamelijk bijeengebracht door dezelfde klasse van menschen, naar verbetering van wier woningen in de eerste plaats moest worden gestreeld, kond«u worden aangewend, Het geschutvuur begon Zondagmorgen; den ganschen dag werd een hevig vuur onderhouden. De kanonnen des vijands schenen tot stilzwijgen te zjjn gebracht. Maandagmorgen werd het geschutvuur hervat en tegelijkertijd werd een macht infanterie uit het kamp afgezonden. De artillerie onderhield een vreeselijk vuur op de Boerenstelliugen en de infan terie rukte op om de positie te nemen, doch de vijand bleef in zijn loopgraven en toen de infanterie naderde, werd zij met een moordend geweervuur ontvangen. Engelsche verliezen zijn zwaar. Vooral de Hooglanders hebben geleden. Verder wordt bericht Maandagavond kwam een brigade van Schotsche regimenten, marcheerende met vieren uit de flank, tot op omstreeks 200 meter van de stelling dor Boeren, zonder te vermoeden dat de vijand zoo nabij was, toen de Boeren van twee kanten het vuur openden. Dit bracht den Hooglanders gevoelige verliezen toe zij waren genoodzaakt terug te trekken, maar zij verzamelden zich weer onder beschutting van een terreinplooi en be hielden moedig hun stelling. Door de Gordon Hooglanders ver sterkt, rukten zij opnieuw op in den looppas, gesteund door het marine-kanon en de overige artillerie, waarvan het vuur de verschansing der Boeren geheel be streek. Het geschut der Boereu werd tot zwijgen gebracht. Toen beproefde een colonne der burgers de vlakte over te steken en onze troepen van achteren aan te pakkon, maar zij werden daarin verhinderd door de garde en de artillerie. In den loop van den avond heropende het geschut der Boeren het vuur, maar het had geen uitwerking. Onze troepen kampeeren in hunne stel ling. Wij verwachten morgen hervatting van het gevecht. De verliezen zijn aan beide zijden zeer ernstig. Het Engelsche departement van oorlog publiceerde het volgende van Methuen „Daar do Boeren Dinsdagmorgen de loopgraven met een sterke macht bezet ten, heb ik mijne troepen in volkomen orde naar de Modderrivier teruggetrokken. Ik beu in volkomen veiligheid. „Van gevangenen vernam ik, dat de verliezen der Boeren verschrikkelijk zijn ettelijke corpsen zijn geheel vernietigd. De Boeren betoonen aan mijne gewonden alle mogelijke zorg." Bij het gevecht sneuvelde generaal W auchope. Dit is dan de tweede generaal, dien Engeland in den oorlog verloren heeft. Eerst Symons, die, toen de toestand van De heer Van Nierop schetste de moeilijkheden Engelschon hij de bestorming van den waarvoor een gemeentebestuur te staan kwam, wanneer i-. n het met ernst en kracht in bestaande toestanden wilde lalariaticuvei uac l ,ipiv weru, Daar ae ingrijpen. voorhoede reed en hun toeriep, dat de Hjj gaf daartoe een overzicht van een zitting van stelling genomen worden moe8t, en daar den Amsterdamsen Gemeenteraad, waarin bepalingen Wauchope. Het is hem mis- omtrent minimale eischen voor de woniugen, door den directeur van den gezondheidsdienst ontworpen, werden SCQieQ net ZOO gegaan De Hooglanders besproken.Volgens het verslag van den heer Van Nierop gtormden vooraan tegen de kopjes op, ging de behandeling echter niet door, en toen zij terugdeinsden voor het scbro- voorzitter, wijzende op bovengenoemd Koninklijk j öu J o Besluit, uitgelokt door den minister Van Houten, I melijke geweervuur van de Boeren, zal bezwaar maakte die bepalingen in het leven te roepen, „omdat de regeering ze toch niet zou goedkeuren." overheidsbemoeiing in zake een land, waar men het nwr zii!1 kant had laten gaan, dat Veertlge„rchen waren, die nog slechter dan dieren wetsontwerp Vereeniging voor de Staat- huishoudkunae a|,,emeene vergadering van 1898 voor haar jo nDe werkzaamheden van staat ter verbetering der volk,h,m,s,rcp9,!nAnB_ der agenda verkreeg voorahaar he.ang het onderwerp plaatste en gemeente ter verbek Dit p»nt der sgco op verzoek van het rijkheid door drie mr. H. Krabbe en bestuur door mr. o. Natuurlyk was dit geheeld verslageen verdichtsel van het geestige Amsterdamsche raadslid, maar het toonde maar al te juist aau, waar de schoen wrong, als er bij toeval eens een gemeentebestuur was, dat den weg wilde inslaan, in tal van brochures wij wijzen o.a ook op „Over arbeiderswoningen" van Helena Mereier en dagbladartikelen dringender en drin gender aan de orde gesteld. De regeer ing, dank zij vooral het Nutsrapport, kunnende beschikken over een vrij uitgebreid materiaal, heeft eindelijk haar belofte, in de troonrede van 1897 uitgesproken, nagekomen en den lldeu September een ontwerp ingediend, houdende wettelijke bepalingen betreffende de volkshuisvesting. De ministers van Biunenlandsche zakeu, van Justitie en van Financiën hebben het nieuwe wetsontwerp onderteekend. Als Engelschmati, moet men toch wel verbazend optimistisch zijn, wanneer men nu den moed niet verliest op een goeden uitslag, bij zo'óveel tegenspoed en neder- kgen. Men is nog niet eens bekomen vau het ongeluk, Gatacre met zijn colonne overkomen, of liever, men weet feitelijk nog niet eens, wat er precies met hem daar weer de hij naar voren zijn gesneld en hun den weg hebben willen wijzen. Zoo is bij den heldendood gestorven, gelijk zoove- len der zijnen. Maar wat een kerels zijn toch die Boeren Twee dagen lang is het lyd- diet over hun stellingen losgebarsten. Hun verschansingen schenen kort en klein geslagen. Maandagochtend braakte het zware Engelsche geschut opnieuw zijn vernielende granaten tegen hen uit. Maar toeu de Engelsche infanterie, een heele brigade Hooglanders en nog meer bataljons daarachter, nu aan kwamen rukken, lagen zij daar nog, en hun zenuwen waren door het ijselijke kanonvuur niet geschokt eD zij schoten niet in het wilde, maar wachtten tot de vijand binnen bereik was. En toen toonden zij, dat zij daar nog waren, niet weggeveegd door het granaatvuur. Deze nederlaag zal wederom een tal rijke schare Aftikaanders naar de Boeren doen overgaan, en deze macht zal het ontzettiDgsleger van Kimberley kunnen tegenhouden, tenminste als het niet tot is gebeurd, of daar weer de mare Methuen is bij Modderrivier een formeelen terugtocht wordt gedwongen, verslagen. In de Kaapkolonie is op ditoogenblik Laat ons eens nagaan, wat de eerste het brandpunt van den oorlog. telegrammen daaromtrent melden Een uitvoerig bericht uit het Handels- Lord Methuen zond Zaterdagavond de blad over den sLg bij Magersfontein artillerie uit tegen de Boerenstelliugen (Modderrivier) laten we hier volgen, het brigade, onder generaal Barton vooruit- liet noorden op de heuvels bij Magers- geefc een te mooien kijk op de manier geschoven, en deze staat op een uur gaans waar de vijand zich sterk had van vechten van de Boeren, om het weg j van Colonso. Dc Boeren hebben iritusrchen te laten. We beginnen evenwel bij het gevecht op Maandag, daar de eerste bijzonderheden van Zaterdag en Zondag hierboven reeds zijn vermeld Bij het aanbreken van den dag her opende do Britsche artillerie het vuur. Het marinekanon en de houwitsers tracht ten de verschansingen der Boeren te enfileeren en beschoten deze onophoudelijk met iyddietgranaten. IS iet minder dan 31 kauonnen namen aan dit sologevecht deel. De vuurmonden der Boeren be waarden het stilzwijgen. Toen de Eogelsche troepen opnieuw tot den aanval voorwaarts rukten, begon nen de geweren der Boeren weer te spreken. Een atdeeling Boeren, die in een paar dichte boschjes aan de oostzijde der stelling was geposteerd onderhield een doodend vuur op de rechterflank der Engelschen en dekte zich zoo, dat zij feitelijk niet te zien waren. Trouwens, tijdens het vuur der En gelsche artillerie scheen de stelling der Boeren geheel verlaten te zijn en als de bevelhebber, meenende dat zijn onophou delijk krachtig geschutvuur den grootsten tegenstand bij den vijand zou hebben gebroken, bevel gaf tot hervatting van den aanval, werd uit deze oogenschijnlijk verlateu stelling zoo een verwoed, maar welgericht geweervuur op de Engelsche troepen gericht, dat deze onmogelijk stand konden houden. In den loop van den dag werd het eerste bataljon Gordon's, de bestormers van Dargai, door lord Methuen vooruit gezonden om het centrum van den vijand aan te vallen. De mannen gingen met ijzeren moed voorwaarts, maar konden de opdracht niet volvoeren. Het geweer vuur der verdedigers en zijn ijzerdraad- versperritigeo stuitten hun marsch. Zij moesten terug en daarmede was de aanval voor goed afgeslagen. De nederlaag is voor generaal Methuen's troepen een eervolle nederlaag. Dat zijn troepen na het onthaal door de Boeren aan de eerste aanvallen bereid, den strijd hebben volgehouden, de ge lederen hebben hersteld en zelfs met waarachtige doodsverachting tot een twee den aanval zijn overgegaan, legt een hooge getuigenis at van de waarde der troepen die tot ontzet van Kimberley waren op gerukt. Een nederlaag is geen schande es. vooral tegenover een vijand als de Boeren vau Cronjé. Welkeen geestkracht, welk een zeifbeheersching, welk een vast vertrouwen moeten deze Boeren bezitten, die op het artillerievuur van den vijand niet antwoorden, als ze er geen voordeel in zien, die de aanvallers laten naderen tot 300 a 200 yards van hun stelling zonder een schot te lossen en dan zich kalm een doelwit kiezen en door hun verpletterend geweervuur den aanval tot staan brengen! Welk een machtig voor beeld. Er gaan nog meer troepen naar Afrika. De zesde divisie is gemobiliseerd; vie? bataljons zullen worden ingescheept. Het oorlogsdepartement heeft ook tot de mobilisatie van de zevende divisie be- aebtste divisie als De reservisten zul- de wapenen worden reeds 300 artilleristen van uit Gibraltar naar de Kaap gezonden.- Het gerucht gaat, dat Ladysmith zou ziju ontzet en 3000 Boeren krijgsgevan gen zijn gemaakt, terwijl velen sneuvel den. Het is onmogelijk bevestiging te krijgen. Aan het departement van oorlog te Londen zijn daaromtrent geen berichten ontvangen. Wil men weten, hoe de Vrijstaters, die generaal Gatacre's leger verstrooiden en die bij Magersfontein aan de Iyddiet granaten het hoofd boden en Lord Methuen tot den terugtocht dwongen hoe zij vechten Lees de „Globe." De Vrijstaters willen nieta£ "'<*ver dan hard wegloopen naar huis, .-.war de Transvalere leggen ze in de voorste gelederen, en zoodra een Vrijstater er van door wil, pang! dan krijgt hij een kogel van een Trans valer in den rug. Dus moeten de stakkers wel vechten. In Natal verwacht men elk oogenblik een grooten slag. Generaal Bulier heett zorgvuldig al zijn maatregelen genomen en de botsing kan nu niet lang meer uitblijven. Reeds Leeft hij een infauterie- sloten en een reserve te vormen, len spoedig onder geroepen. Er zijn in fontein, verschanst hun linie naar het Oosten uitgebreid^

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1899 | | pagina 1