AiidGie&B Bitlis-, ïéfawsit E1 s j e. Donderdag 24 MEI i900. 44ste Jaargang No. 3524. Muireaa: KCJHAWilN» liaan, 9 4. Uitgever: P. TRAPMAN. Medewerker.1. WINKEL. Bekendmakingen. SCHAKER COURANT. Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden \DVERTENTLKN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Prijs per jaar f 8.Franco per post f 8.60, Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 6 ct Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Gemeente S c h age n. NATiONAÏTMILITIE. Welke verlofgangers op genoemde data bij hunne korpsen present zullen moeten zijn voor des namiddags 4 nre. Schagen, 22 Mei 1900. De Burgemeester voornoemd, S BEKMAN. Burgemeester en Wethouders v in Schagen, brengen ter kennis van belanghebbenden, dat het onderzoek van de in die gemeente verblij {houdende verlofgangers der Militie te land, voor zoovene jij vóór den lsten April 1900 in het genot van onbepaald verlot waren gesteld, zal plaats hebben te Schagen, op Maandag, den 11 Juni 1900, des voormiddag» ten 9 ure, en dat mitsdien op evengenoemd tijdstip zich voor dat onderzoek, aan het raadhuis aldaar moeten bevinden de onderstaande personen Lichting. Namen en Voornamen. Korps. 1894. Molenaar, Jacob 4e Reg. Vest. art. de Graaf, Arie le Reg. Inf. 1895 Spaans, Willem Pantserf art. de Jongh, Anthonie 4e Reg. Vest. art. Visser, Hark 2e Reg. Veld. art. Dekker, Pieter 4e Reg. Vest. art. de Graaf, Cornelis Pantserf. art. de Wit, Gerrit Gren. en Jagers. Starke, Menso Pieter id. Steinmeier, Hendrik le. Reg. Inf. 1896. Melker, Cornelis Jacobns 4e. Reg. Vest. art. Weeland, Maarten le. Reg. Inf. Bakker, Pieter id. v. Krieken, JohanDes Peter 3e Reg. Vest. art. Admiraal, Simon 7e Reg. Inf. 1897. Houtkooper, Martinns Korps torpedisten Bakker, Cornelis le Reg. Veldart. Castricum, Jacobns Johannes 4e Reg. Vest. art. de Graaf, Pieter Smit, Cornelis Keet, Theodorus A. J. Broekhuizen, Pieter 1898. Dekker, Johannes Ploeger, Nicolaas Joseph Deutekoin, Hendericus le. Reg. Inf. 1899. Stompedissel, Hayo 2e Comp. hosp. sold. 1898. Spreeuw, Jan Korps pantserf.art. Zoomede de verlofgangers, in de termen voor het onderzoek vallende, welke zich vóór den datum der inspectie alsnog van elders in de gemeente komen vestigen. Belanghebbenden worden verder herinnerd, dat zij mootou verschijnen in uniform gekleed en voorzien van de kleeding- en uitrusting-stukken, hun bfj hun vertrek met verlof medegegeven, alsmede van hunne zakboekjesdat zij, in uniform zijnde, onderworpen zijn aan het reglement van krijgstucht, en zich bij verzuim, nalatigheid of wangedrag blootstellen aan arreststratl'en van twee tot zes dagen, alsmede aan opioeping tot werkelijken dienst voor den tijd van drie tot zes maauden. Schagen, den 15 Mei 1900. Burgemeester en Wethouders voornoemd, S. BKRMAN. De Secretaris, DENIJS. De Burgemeester van Schagen, daartoe de noodige aanschrijving ontvangen hebbende, brengt ter algemeene kenuis.dat tot den werkelijken dienst worden opgeroepen onderstaande verlofgangers der lichtingen 1897 en 1898, te weten Schut Gerrit, behoorende tot het korps pant- serforl-artillerie, Garnizoen Helder, tegen 26 Juni a s Houtkooper Martinus, behoorende tot het korps torpedisten, Garnizoen Helder, tegen 24 Juli a,s. Ploeger Nicolaas Joseph en Dekker Johanues. beiden behoorende tot het 4e Reg. Vest. artillerie, Garnizoen Helder, tegen 25 Juli a.s. FEUILLETON. ROMAN van HANNA ASCHENBACH. 19: Mevrouw von Buchwald staart haar zoon een paar minuten verbluft aan. Die uiting, dat haar Werner niet met Erna zal willen trouwen, is haar zóó nieuw, dat ze een paar oogenblikken noodig heeft om te snappen, wat Werner toch wel be doelt. Eindelijk roept ze uit„Maar, om Godswil, Werner, denk aan de toekomst en als deze een ongeduldige beweging maakt: „maar, mijn jongen, jelui behoeft je ook dadelijk niet te verklaren. Erna is pas achttien jaar en dus kan het nog wel wachten, en wellicht doet ze uit zichzelf wel een andere keus." Werner had al reeds een paar maal de beweging gemaakt, dat hij zijn moeder in de reden wilde vallen dan had hij zich evenwel op de lippen gebeten en haar verder laten praten. Hij wilde nu den knoop meteen doorhakken, dat moest immers toch eenmaal geschieden. Toen de oude vrouw dan ook zweeg, begon Werner, zijn blik in de verte gericht. Zijn stem sidderde van aandoening. „Moeder, ik zal Erna nooit trouwen, ik wijs alles van de hand, wat tante mij onder die voorwaarde aanbiedt. Zij weet dat reeds, en mijn besluit is onherroepelijk." Hij had niet bemerkt, dat de oogen zijner moeder groot en star geworden waren, en dat alle bloed uit haar bleeke wangen was verdwenen. Een kreet van ontzetting ontwringt zich aan zijn borst, als hij haar plotse ling ziet wankelen. Zij is een onmacht naby, zóózeer heeft zijn bekentenis haar doen schrikken zij ziet voor haar verwenden lieveling een zwaren, zorgvollen tijd aan breken, want ach, zij kent haar stijfkop. Onder de liefdevolle zorgen van Werner weet ze evenwel haar onmacht meester te TRANSVAAL. Respect hebben we voor de meer dan taaie volharding, waarmede Baden- Powell Hafeking heeft verdedigd tegen de Boeren, zeven lange maanden. Voor dien man moet de ontzetting een dubbele belooning zijn. Jammer, dathet ge drag van dien Engelschman tijdensde bele gering niet zoo nobel is geweest, als zijn moed en volharding prijzenswaardig was. Hij toch heeft steeds oneerlijke middelen te baat genomen om de Boeren te bestrijden, en steeds nagelaten mensch- lievend te zijn, waar hij dat kon wezen. In Engeland wordt de kolonel verheer lijkt en de naam van den nieuwen kolonel-generaal is op aller lippen. Londen is als razend van blijdschap na deze overwinning, en de corres pondent van het Hdbld. geeft daarvan een goed denkbeeld in het volgende Het was ongeveer 10 uur's av., toen het bericht bekend werd. In een oogwenk waren de straten vol menschenwaar ze zoo spoedig vandaan kwamen, kon niemand zeggen. Voor het „Mansion House" stonden de menscben blootshoofds, mannetje aan mannetje. Men schreeuwde, men lachte, men zong, men huilde, alles wild dooreen. Op „Leve Baden-Powell volgde „God save the Queen", op „Three cheers for Mafeking", „Rule Britannia", en velen schreeuwden en zongen zoo óver-luid, dat de stem hun begaf. Even over tienen verscheen de lord- mayor op het balkon Hernieuwde kreten, die weldra zich oplosten en zich vereenigden in den gebiedenden eisch „spreek En de lord-mayor sprak hij wenschte, dat het gejubel te Mafeking hoorbaar zou zijn, hij wees op den moed der Britsche troepen,die in een „rechtvaardige" zaak moest overwinnen. Hij sprak van geestdrift, van den strijd voor de vrijheid niet de vrijheid der Boerenen de menschen juichten en juichten tot ze niet meer konden. In de schouwburgen en tingeltangels werd het bericht tegen half elf bekend. Het werd van de galerijen in de zaal geroepen, de menschen stonden op en herhaalden de blijde tijding, de muziek zette het volkslied in en de geheele zaal blijven en in de eerste de beste fiacre wordt ze naar huis gebracht. Werner houdt gedurende den rit het hoofd van de oude vrouw tegen zijn borst en duistert haar alle lieve naampjes in het oor maar het eene woord, dat haar slechts verlichting kan brengen, dat woord „ik herroep alles dat spreekt hij niet, dat kin hij niet uiten. Anna-Lies brengt mevrouw naar bed en Werner, die alleen aan tafel zit, eet geen bete en denkt„Nu heb ik haar zoozeer verschrikt, mijn arm moedertje, en zekerheid heb ik, trots dat, niet verkregen. Zou het nu werkelijk zoo erg met ons ge steld zijn, dat ze door mijn woorden zoo behoeft te ontstellen Och, ze is wat zenuw achtig, en mij als slotheer op Buchwald te zien, is haar lievelingswensch. Ja, met mijn Elsje zou het mij daar ook wel bevallen, maar met Erna, die maneschijn-prinses brrrrr En terwijl Elsje den geheelen dag zingend doorbrengt, en maar steeds denkt aan het genot, dat de dag van morgen haar zal schenken, brengt Werner een zeer onaange- namen Zondag door. Zijn moeder ligt te slui meren en hij kwelt zich met allerlei onaan gename gedachten. HOOFDSTUK XXH. Bertha's bruiloftsdag Stralend lacht de zon aan den wolkenloozen hemel. Geen won der Bertha is immers een gelukkige bruid, een harer lievelingskinderenop haar eere dag moet ze zich toch wel in al haar pracht vertoonen. In de bloemenkamer van den huize Herwig staat een officier in fonkelend parade-uniform. Hij draait ongeduldig de blonde snor en kijkt telkens naar de deur. Hij is waarachtig vóór zijn tijd, zijn ongeduld heett hem hierheen gedreven. En nu maakt het wachten hem zenuwachtig. Er heeft eene verandering met hem plaats gegrepen. De ernstige trek op het anders zoo opgewekte mannengelaat, is daar zoo vreemdvreemd is Werner ook het bange gevoel, dat vandaag zijn borst beklemt. En dat juist vandaag, op den dag, waarin hij zich reeds te voren zoo had verheugd. Het is te dolDe officier zong mede. Den geheelen nacht bleef de drukte op straat aanhouden. Muziekinstrumenten, schelle fluitjes, ratels, alles wat maar leven maakte, kwam er hij te pas, als dollen hosten de menschen langs de stra ten, in wilden rondedans slierden ze over de pleinen. Het verkeer was totaal ge stremd geen rijtuig was in staat door de menigte te komen, de omnibussen waren tot spreek- en zangtribunes ge maakt en bezet door menschen met vlaggen, die onophoudelijk de menigte aanvuurden. En in stroomen togen de menschen naar het departement van oorlog om het heuglijk bericht te lezen. Doch in groote zwarte letters stond daar aangeplakt „No news" geen berichten Bij het bekend worden in de opera van de ontzetting, moet daar een buiten gewone geestdrift hebben geheerscht. Het publiek zong in gloeiend pathos het „God save the Queen", waarop de aanwezige koninklijke personen,o.a. de ko ning van Zweden, die in Londen vertoefde, in hunne loges naar voren kwamen, ter wijl de prins van Wales de maat sloeg! Dat maakte natuurlijk indruk en pakte. Dat Londen blij is, we kunnen het begrijpen in hun plaats zouden we het ook zijn; ons nationaliteitsgevoel zou ons eerbied doen hebben voor zooveel moed ea volharding, maar waarom die blijdschap niet waardiger, niet grootscher geuit Het ontzet van Mafeking is weer te wijten aan een dier zonderlinge hande lingen, die in dezen oorlog al meermalen het succes der Boeren hebben bedorven. De Boeren hadden nog steeds met succes gestreden tegen het Engelsche legertje, dat tot ontzet van Mafeking optrok en het belet, zijn opdracht te vol voeren. Een der Boeren-officieren trekt 's avonds eensklaps terug, zonder dat daartoe last is gegeven, ja zelfs zonder te waarschuwen, en 't gevolg was natuur lijk, dat de weg vrij kwam. Zóó kwam Buller in Ladysmith en zóó hebben de Boeren zich menigmaal van succes beroofd, dat anders bepaaldelijk invloed moest gehad hebben op den loop van den oorlog. Door deze manoeuvre is niet alleen Mafeking ontzet, niet alleen het werk van zeven maanden verloren gegaan, maar is, als het bericht waarheid bevat, een flinke Boerecmacht in handen der Engelschen gevallen. Baden-Powell bericht van den IBeu vergeet in zijn mismoedigheid plaats en uur en stampt van ergernis op den grond, als hem het gebeurde van dien morgen in de gedachten komt. Het was eene der weder waardigheden, die hem het noodlot sedert weken bereidde. De ziekte zijner moeder juist in een tijd, waarin hij haar het meest noodig had, het was om razend te worden, zooals het hem tegenliep. En nu vanmorgen weerAnna-Lies had hem ontvangen, toen hij. in groote haast van dienst komend,toilet had moeten maken. Moeder was zeer zwak, had ze gezegd. Zij had een brief gekregen, en nadat ze dien gelezen had, was ze in zeer opgewonden toestand de kamer op en neêrgeloopen. Anna-Lies had zich er meê bemoeid en haar bijna in onmacht op de sofa gelegd, en toen had de zieke krampachtig haar hand gevat en gefluisterd „Zeg Wer ner, dat hij niet naar die bruiloft moet gaan, hij moet nietDan wap ze, door zwakte overmand, in een zware verdooving gevallen. Werner was zeer verschrikt geweest over deze boodschap. In dit laatste oogenblik niet naar het feest gaan, dat was immers onmogelijkhoe kon zijn moeder nu zoo iets wenschen Dat was nu weer eeij zeer ziekelijk idee Hij snelde naar haar toe. Zij lag in haar gewone verdooving, zoo zonder iets op te merken, alsof ze sliep. Hij wist, dat hij haar niet mocht wekken. Hij keek om zich heengeen brief doch daar lag een couvert op den grond. Hij raapte het op en aan het schrift zag hij dadelijk wie de afzendster was. Juist die groote, krachtige halen, die waren be slist van tante Thérèse. En nu wist hij alles, als had hij den geheelen brief gelezen. Er was hier sprake van Elsje en daarom de smeekbede van zijne moeder. Toornig vloog het couvert in een hoek en Werner richtte zich trots op. Daarmede zou zij nu eens niets bereiken, die goede, lieve tante Arm moedertje, ook uw wensch kan ik niet vervullen. Hij drukte een kus op de hand van de ziekedan stapte hij de kamer uit. In de gang wachtte Anna-Lies hem. „Moeder slaapt, maar ik m o e t gaan. Een macht van 250 Boeren onder Eloff viel Mafeking aan, kwam in het kamp, doch werd verdeeld en ten deele omsingeld, of trok zich buiten het gevecht terug, dat den geheelen dag voortduurde. Bij het vallen van den nacht gaf een gedeelte der Boeren zich over. Zij, die staande gebleven waren, werden door het hevige vuur teruggedreven. De Boeren lieten tien dooden, negentien gekwetsten en honderd-acht gevangenen achter, onder wie Eloff en negen officieren. Er waren verder zeventien Franschen en vele Duit- schers bij de gevangenen. De Engelschen hadden zes dooden en elf gekwetsten. Er gaan geruchten, dat Kruger om vrede zou hebben gevraagd, eerst aan Amerika, doch daar schijnt interventie geweigerd, toen rechtstreeks aan Salis bury. Ook wordt gemeld, dat de Trans- vaalsche regeering besloot, aan Roberts te vragen de staking der vijandelijk heden en den waarborg dat het leven en de eigendommen der kolonialen, die met de Boeren hebben gevochten, zullen worden gespaard. Wordt aan deze voor waarden niet voldaan, dan zullen de mijnen worden vernield en zal Johan nesburg worden verwoest. President Kruger moet aan de buitenlandsche con suls hebben meegedeeld, dat Johannes- burg zou worden verdedigd. De president verklaarde, dat zijn regeering zich niet verantwoordelijk kan stellen voor letsel aan personen of schade aan eigendommen. We lezen steeds van commando's, die zich overgeven. Dit zijn Yrijstaters, en er werd zelfs gemeld, dat de Vrijstaatsche generaal De Wet zich met zijn heele commando op zekere voorwaarden zou willen overgeven.De latere berichten zeggen evenwel, dat het niet generaal Christiaan de Wet is, de held van Reddersburg, maar commandant Piet de Wet. Ook is niet de groote Botha gevangen genomen, maar commandant Philip Botha. De correspondent van de „Times" te Lourengo Marquez seint, dat er onder de Transvalere zelf groote verdeeldheid schijnt te heerschen omtrent het plan voor den komenden veldtocht, dat inmid dels geheim gehouden wordt. De buiten landsche bondgenooten dringen aan op verdediging van Pretoria, waarin echter de Pretorianen zelf weinig lust hebben. Vermoedelijk zullen de vreemdelingen belast worden met de verdediging van de forten, terwijl de hoofdmacht van de Boeren terug zou trekken naar Lijden burg, werwaarts de regeering zich klaar maakt haar zetel, mitsgaders het staats archief, over te brengen. De Nederlandsche Zuid-Afrikaansche Spoorwegmaatschappij hoopt tusschen Pretoria en Ressanogarcia veel spoorweg materiaal op. Er is van Boerenzijde een voor stel gedaan om krijgsgevangenen in te wisselen. Of het daar het geschiktste tijd stip voor is Buller en zijn generaals gaan niet hard vooruit, doordat de Boeren een paar spoorwegbruggen hebben doen springen. Binnenlandsch Nieuws. Breng haar mijn duizend groeten." De oude getrouwe zag hem met haar eerlijke oogen aan. „Ge zoudt den wensch uwer moeder vervullen, als ge dat kondet, mijnheer." „Ja, trouwe ziel, ik kan en ik mag het niet doen, maar laat mij nu gaan, ik heb groote haast." Zoo was het gekomen, dat de vroolijke stemming van den luitenant glad-weg bedor ven was en hij met zulk een droeve uit drukking op zijn gelaat,op Elsje wachtte. Daar weerklinkt een lichte stap, een ge ritsel van zijde, de deur springt open en daar staat de verpersoonlijking van alles, wat mooi en lieftallig is. De luitenant ver geet groet en alles, hij staart de bekoor lijke verschijning aan als een wezen uit de andere wereld. Elsje snelt op hem toe. „Gegroet, mynheer von Buchwald, dit maal bent gij nu eens niet op tijd, ziet maar", aij wijst op de pendule, „precies elf; te vroeg is ook niet zoo het behoort. Maar wat zet ge een groote oogen op, beval ik u niet Zij draait zich half lachend, half verwijtend om. „O, juffrouw Elsje," roept Werner lachend uit, „Heide roosje Gij zijt bovenaardsch ik kan mij niet voorstellen,dat ge niet het wezentje uit den zomernachtsdroom bent." Elsje lacht zoo hartelijk als ze maar kan. „Wees toch blijde, mijnheer de luitenant, dat ik van vleesch en bloed ben wie zou er anders met u naar de bruiloft gaan Zulke zomernachts-prin- sesjes, die rijden op een rozen wagen door de lucht, getrokken door vlinders die wil len niet in een gewonen bruiloftswagen. Gij hebt u anders zelf ook heel mooi gemaakt," voegt ze er naïef aan toe en monstert met onverholen welgevallen het schitterende uniform van haar cavalier. „O, ik weet, waarom ik zoo veel van militairen houd." De jonge man is betooverd door de kin derlijke bewondering, die het meisje in woord en oog toont. Vergeten is al wat hem drukt, hij is aan de zijde zijner geliefde en haar hartelijk wezen verdrijft alle leed. Mevrouw Herwig treedt binnen en brengt de handschoenen harer dochter. Ook zij is getroffen door de mannelijke schoon heid van Werner. Het toeval wil, dat De hoofdopzichter van de gemeente-reiniging te HAARLEM, de beer V., van wiens verdwijning wij dezer dagen melding maakten, is terecht. Hij meldde zich zelf Zondagavond bij de politie aldaar aan. Naar hij mededeelde, was hij niet verder geweest dan Den Haag. Heden, Woensdag, wordt zijn ontslag in den Gemeenteraad behandeld en zullen waarschijnlijk meerdere inlich tingen over deze duistere zaak worden verstrekt. Bij kon. besluit is de heer dr. K. H. M. v. d. Zande te HOORN benoemd tot voorzitter van het college van directeuren der Rijkslandbouw proefstations. Nabij denPrin s-H e n d r i k- polder, op TEXEL, is door de gebrs. Dogger een pijlrog gevangen, die het zeldzame gewicht had van 50 ponden. De lever woog meer dan 7 pond. Het dier zwaaide vreeselijk met den gevaar lijken staart, docb men slaagde er in dezen af te snijden en het zoo onschadelijk te maken. Het is wel! :h' net algemeen bekend,dat uit die levdt pi irogache olie bereid wordt, die in onze huisapotheek eene zoo'n groote rol speelt. In een barbierswinkel worden heel wat blikken ten hemel ge slagen waarheen moet men ook anders zijn oogen richten als men onder het mes zit Een vindingrijk barbier te AMSTER DAM is daardoor op den inval gekomen, het plafond van zijn winkel rentegevend te maken en op zijn ramen prijkt thaus de aankondiging: „plafond-vlakte te huur." Als de onderneming slaagt en de ad- verteerlustigen van die buitengewone gelegenheid goed gebruik maken, is de barbier tevens van het onderhoud tan zijn plafond bevrijd. Echt een mes,dat aan twee kanten snijdt f Werner en Elsje te zamen voor den grooten spiegel te staan komen. Verrast zien zij beiden dat stralende beeld en ook mevrouw Herwig koestert de gedachte, dat die twee toch uitstekend bij elkaar zouden passen. De luitenant grijpt schertsend den arm van het meisje en legt dien in den zijnen. „Laat ons eens probeeren, juffrouw Elsje," zegt hij overmoedig. „Doen we de bruiloft van Bertha Sensteich eer aan Passen we bij elkaar voegt hij er beteekenisvol bij. Elsje lacht hartelijk.„Mama moet beslissen," fluistert ze scheimsch, en keert zich dan met Werner naar haar moeder. „Jawel, opdat ge nog ijdeler zult worden, nietsdoenster," plaagt deze. „Het wordt anders nu tijd, dat ge beiden gaat. als ge tenminste de laatsten niet wilt zijn." Terwijl Elsje de handschoenen aantrekt, verontschuldigt Werner zich, dat hij geen bloemen heeft gestuurd. „Het is ons namelijk gezegd geworden, dat niet te doen." „Ja, dat is goed, want we ontvangen bloemen, die bij ons toilet passen, en ik weet, dat Bertha die wagenraderen niet lijden mag." „Dus alles volgens den wensch van Hare Hoogheid," zegt Werner. ..Ja zeker, zij is ook een geldprinses," luidt het antwoord, dat voor Werner een dubbele beteekenis heeft. Het jonge paar neemt hartelijk afscheid van mevrouw Herwig en gaat dan in het rijtuig. Buiten, vóór dat ze in het rijtuig is, wendt Elsje nog tweemaal het kopje, en wenkt naar het venster der veranda, waaruit zich een oud, rimpelig vrouwenge laat buigt, Miss Wilson, die gekomen is om te zien, zonder evenwel gezien te worden. Als de elegante coupé met de beide gelukkige menschenkinderec naar Villa Anna rolt,heerscht er eerst een beklemmend stilzwij gen tusschen hen. Het eerste bij-elkander-zijn zonder getuigen maakt het meisje verward, en de jonge man moet al zijn krachten in spannen om te voorkomen, dat hij niet het lieve schepseltje in zijn armen neemt en haar eens innig kust. WORDT VERVOLGD-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1900 | | pagina 1