AOurtEBlle- LaiilBifblai.
Zondag 17 JÏÏMI 1900.
Politiet muite te veel.
GEEN CRISIS?
Hureau: ICHAftKN, taau, O 4.
UitgeverP. TRAPMAN.
MedewerkerJ» W I.\ R E L.
Dit nummer
twee bladen.
bestaat uit
EERSTE BLAD.
Gemeente S c h agen.
Buitenlandsch Nieuws.
TRANSVAAL.
SCHAGER
AIieicci Nieuws-,
COURANT.
Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTENTTRN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Prijs per jaar f 8.Franco per post f 8.6G.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 6 et
Groote letter» worden naar plaatsruimte berekend.
Bekendmakingen.
POLITIE.
Ter Secretarie dezer gemeente worden
inlichtingen verzocht omtrent twee ver
miste Ijammeren, terwijl inlich
tingen zijn te bekomen omtrent een
opgevangen
hond.
Kennisgeving.
D« Burgemeester van Schagen;
daartoe de noodige aanschrijving ontvangen
hebbende, brengt ter algemeene kennis, dat tot den
werkelijken dienst wordt opgeroepen onderstaande
verlofganger der lichting 1897
Leijeu Marln», behoorende tot het regiment grenadiers
en jagers, garnizoen 's-Gravenhage,
tegen 20 Augustus e. k.
Schagen, den 12 Juni 1900.
De Burgemeester voorn.,
S. BERMAN.
Toen negen-en-twintig leden van de Eerste Kamer
op den eersten van deze maand aan de Nederlandsche
arbeiders verkondigden, dat „verminkten, weduwen en
weezen" zeker nog voor het heden en vermoedelijk
ook voor een zeer lange toekomst, de slachtoffers
zouden blijven van een door geheel de volksvertegen
woordiging erkend onrecht, en derhalve negen-en-twintig
mannen, die het intellect van het kapitaal vertegen
woordigden, èn Regeering,èn TweedeKamer verhinderden
om recht te doen, zich, zooals mr. Van Aalte in
de vergadering der Liberale ünie zeer juist opmerkte,
stelden tegenover de sociale wetgeving, en dus het
beginsel der sociale rechtvaardigheid een klap in het
aangezicht gaven, rees van alle zijden de vraag op
wat zal het ministerie nu doen
Laten Wij op den voorgrond mededeelen, dat nagenoeg
alle katholieke en anti-revolutionnaire bladen met de
beslissing der Eerste Kamer hijzonder ingenomen
waren en daaraan voor het meereudeel de conclusie
vastknoopten, dat het ministerie moest heengaan.
De dagbladen van allerlei Blag hadden dus sinds
Vrijdag 1 Jnni de gelegenheid, om als een soort van
biechtvaders op te treden, die de consciëntie van het
kabinet leidden en den ministers vertelden wat hun nu
te doen stond, tot dat Woensdag 6 Jnni j.1., des
morgens te 11 uur, de Tweede Kamer bijeen kwam
Wat toen gebeurd is, vinden wij in de Arnhemsche
Courant, welker hoofdredacteur, mr. Van Gilse, lid
van de Tweede Kamer is, als volgt omschreven
Reeds vóór de opening der zitting deed
het gerucht de ronde, dat eene oplossing
der crisis gevonden was, waarvan de Minister
president door eene regeeringsverklaring aan
de Kamer mededeeling zon doen, en inderdaad,
wij 1 onder het tingelen der presidiale
clectrische schel de afgevaaidigden van alle
zijden de zittingszaal binnenkwamen, troonde
daar reeds op den middelsten zetel achter de
Ministerstafel de heer Pierson, onaandoenlijk voor
het gewone gewoel der leden bij 't begin van
elke zitting, waaronder zijne ambtgenooten voor
Waterstaat, Justitie en Binnenlandsche Zaken
zich echter wel ongedwongen mengden, natuurlijk
evenwel zonder iets te verraden van het geheim,
dat de premier weldra onthullen zou. Ook zij
namen echter plaats achter de tafel, toen de
Voorzitter het woord gaf aan den Minister van
Financiën, die opstaande, de verklaring voorlas,
(die reeds in een vorig nummer van dit blad
is vermeld.)
Het spreekt van zelf, dat de verschillende organen
der openbare meening, al naar mate zij het kabinet
aanraadden heen te gaan of te blijven, hun
ontevredenheid of tevredenheid over dezen stap der
regeering hebben betuigd. Daarvoor varen Arnhemsche
Courant en Het Volk in één Bchnitje, wil De Tijd
afwachten met welke wet de Ministers voor den
dag zullen komen, en voorspelt dit blad, dat
wanneer zij weer met „dezelfde hoogheid" tegen
het Parlement optreden, kans bestaat, dat ze ten
tweeden male met hnn ontwerp een „verdiend échec"
zullen lijden.
Waar Het Vaderland van gevoelen was, dat met
eeaigen goeden wil de behandeling der nieuwe wet
in de beide Kamera spoedig kon afgedaan zijn
het komt ons ook voor, dat er niet veel meer over
valt te praten had reeds De Standaard bij voorbaat
voorspeld, dat voor het reces daaraan geen denken
is en de zaak eerst in 1902 in orde kan komen.
Laten wij op den voorgrond stellen, dat wij ook
meer dan verheugd zijn, dat het ministerie niet is
heengegaan. Dit zon oneindig gemakkelijker geweest
zijn, dan aan te bljjven Er is zedelijke moed noodig
om te blijven zitten, waar de clericalen op het
ontslag aasden en de tegenstanders van sociale
wetgeving daarbij in de handen zouden geklapt
hebben. Hoe gemakkelijk zou het geweest zijl), om
te zeggen„Nu gij, mijne heeren, toont nn eens wat
gij kant en maakt eens een wet, die sociaal recht
vaardig is 1"
Want dit was zeker, het nieuwe kabinet zou geen
andere taak gekend hebben, dan het indienen van
een nieuwe Ongevallenwet en het afdoen der loopende
zaken.
De groote vraag zon dan echter wezen,waar er zoovelen
zijn, die dit reeds un doen, of „verminkten, weduwen
en weezen" daarbij niet het gelag zonden betalen
Wjj roepen nogmaals met dr. Knyper uit: „Heere,
mijn God, zij kunnen niet wachten, geen dag en geen
nacht .660
En deze overtuiging was het, die, volgens onze
meening, het kabinet noopte om aan te bljjven en
met een nieuw wetsvoorstel voor den dag te komen,
gebouwd op dezelfde grondslagen van de vorige,
waarbij het reeds erkende recht van den werkman
volkomen verzekerd is en hij voor de regeling zijner
positie tegenover den patroon volkomen onafhankelijk
blijft.
De kameroverzicht-schrijver van het Handelsblad
weet mede te deelen, dat het ontwerp binnen eenige
dagen de Kamer bereiken zal, en de oplossing zou
gezocht worden in de richting van het amendement-
Lohman c, g.
Dit amendement wilde den werkgevers toestaan, óf
de risico der verzekering zelf te dragen, óf deze over
te doen aan een particuliere maatschappij. In geval
.van een ongeluk zon dan de contante waarde der toe
te kennen rente door den werkgever moeten worden
gestort, in het tweede geval zou de particnliere
maatschappij de toegekende rente geregeld moeten
storten, doch niet als kapitaal maar als rente.
Nn ia het zeer zeker mogelijk, dat, wanneer politieke
overwegingen niet te veel haar invioed zullen doen
gelden en dit zal wel het geval wezen, omdat er
zooveel teleurgeatelden zijn, wier raad niet is opge
volgd indien de regeering iets in bovenataanden
geest indient, de Tweede Kamer met eenigen goeden
wil daarmee spoedig gereed kan zijn en het
wetsvoorstel zal aannemen, maar van de E3rste
Kamer is dit niet dadelijk te zeggen, omdat wij
daarin ten eerste de mannen hebben, die zich nit
beginsel tegen sociale wetgeving verzetten, deze
staatsgevaarlijk achten, en ten tweede de juristen,
of, zooals hét Handelsblad schreef, „de civilisten",
die de Ongevallenwet afwezen omdat hierin de gewone
rechtsvordering tot vergoeding wegens door een
ongeval geleden nadeel was omgezet in een publiek
rechterlijke aanspraak.
De door dr clerieale pers zoo hoog geprezen
mannen van beginsel zullen dus, waar de wet haar
in hun oogen „staatsgevaarlijk en staatssocialistisch
karakter" blijft behouden, niet wijken de „civilisten,"
die met hnn theorie nog in 1848 thuis beboeren en
geen oogen hebben voor de evolutie in onze wetgeving,
gegrond op de eischen van het werkelijke leven, kunnen
evenmin, na zoo luid een uitgesproken overtuiging,
hun draai nemen en wanneer wij dan de nemen
tellen, dan hangt het lot van het nieuwe wetsontwerp
toch nog altijd aan een zijden draad.
Het is waar, zoodra een nienw wetsontwerp door
de Tweede Kamer zal zijn aangenomen, zal de agitatie
in den lande nog méér dan vroeger toenemen, maar
dr. Knyper heeft met het oog op de „onzinnige
betooging" van Zondag 27 Mei jl., „die óf tot wijken
uit vreeze noopte, óf prikkelen moest tot weêrstand",
reeds de Eerste Kamer het wachtwoord toegeroepen
„Voor bedreigingen gaan mannen van karakter niet
uit den weg".
Bij al de loftuitingen, welke de negen-en-twintig
tegenstemmers over hnn „karakter" van de zijde der
clericalen hebbeu mogen hooren, is het das wel te
verwachten, dat zij, tenzij de ministers meer water
in hun wijn doen, dan van eerlijke staatsmannen is
te hopen, ook, wanneer de tweede editie der wet de
Eerste Kamer bereikt, dat karakter niet zullen ver
loochenen.
De crisis is dus niet uit en zij kan alleen opgelost
genoemd worden, wanneer een wet, gebaseerd op de
door den minister Pierson Woensdag 6 Juni verkon
digde beginselen, ook door de Eerste Kamer zal zijn
aangenomen. Wy moeten echter ona oordeel nog op
schorten, totdat de nieuwe wet, zal zijn ingediend,
wat volgens de Nieuwe Arnh. Courant nog in deze
week zal geschieden
Wel kannen wij uit het gebeurde een moraal trekkeu
en zij is deze, dat we voor alles voor het denkbeeld
van grondwetsherziening, ook met het oog op de
samenstelling en de bevoegdheid der Eerste Kamer,
meer en meer propaganda moeten maken.
De raad van de Arnhemsche Courant, dat er nn
reeds een ministerie van grondwetsherziening zon
optreden, was prematuur maar zeker niet te ver
werpen met het nog op de verkiezingen in 1901
daarom was de opmerking, door den heer Van Aalte
in de Liberale Unie geuit, „dat de beslissing van
gister veel spoediger dan anders tot grondwetsherziening
zal voeren," zoo juist. De natie begint zich aan het
begrip te gewennen, ziet de noodzakelijkheid meer
en meer in, en zelfs het Handelsblad waarschuwt er
voor, dat het „hooge college" weldra niet meer be
schouwd zal worden „als een noodzakelijke rem tegen
ondoordachte maatregelen, maar als een hinderlijke
sta-io-deu-weg voor noodzakelijke hervormingen."
Hoewel afschaffing der Eerste Kamer van zekere
zijde reeds aangekondigd wordt, zal dit denkbeeld
slechts daar wortel schieten,waar men den klassenstrijd
prediktmaar zeer zeker is het, dat de verwerping
der Ongevallenwet op eeo bijzonders wijze de aan
dacht op het „hooge college" heeft gevestigd en dat
dit de eenige lichtzijde ia van deze overigens zoo
roekelooze daad.
Terecht merkt het weekblad De Amsterdammer,van
/.ondag 10 Juni jl. op, dat de onbeduidendheid der
Eerste Kamer oorzaak was, dat haar bestaan zoolang
onaangevochten bleef, maar even terecht heeft de
Katholieke Residentiebode er op gewezen, dat de
Kamer overtuigd was, dat nu de tijd was aan
gebroken,om front te maken tegenover
een verkeerde wetgeving.
„Een volgende maal was dit," volgens dat blad,
„te laat geweest en had men gelachen om de reeds
eenmaal ydel gebleken bedreigingen der Seniores."
Als de kiezers dit nu maar willen begrypeu, de
Eerste Kamer niet langer willen beaehuuwen als een
ornament van onze parlementaire instellingen, maar
als een lastig groepje „Seniores", oude heeren, die
niet alleen mopperen als er wat nieuws wordt ver
kondigd, maar ook dat nieuwe vierkant in den weg
treden, dan zal het zoo moeilijk niet zijn, om in 1901
de verkiezingen zoodanig te leiden, dat uit de stembus
het ministerie der grondwetsherziening worde geboren.
Ook de katholieke en anti-revolutionnaire werklie
den-kiezers, waaronder er zjjn die nu reeds het gelag
betalen, ïyllen, tenzij zij als machines stemmen, de
karaktervolle maar tevens karakteristieke daad der
„Seniores" bij de stembus van 1901 zeer zeker niet
uit het oog verliezen.
verrassingen geven. De tunnel van Lan- De Britsche hospitalen zijn vol
gesnek is niet ernstig beschadigd, zoodat zieke en uitgeputte soldaten. De paar-
hot treiaenverkeor weer spoedig geopend denziekte neemt toe Te Kroonstad zijn
zal kunnen worden.
Nadat Roberts lang niets van zich had
laten hooren, heeft hij Dinsdag het vol
gende telegram afgezonden
„Johannesburg is volkomen rustig.
„Na de overgave van Pretoria trok
commandant-generaal Botha terug naar I
oen stelling vijftien mijlen naar het
Oosren, aan den weg naar Middelburg.
Ik gaf mijn troepen bevel Botha den
llen Juni aan te vallen, doch daar diens
stelling in het front zoo goed als onaan
tastbaar is, trokken de divisies-French
op onzen linkervleugel en Hamilton op
de rechterflank om. Beide divisies ont
moetten ernstigeu tegenstand.
«Twee van Ilamilton's iufanterie-bacai-
jons namen voor duister bijna den sleu
tel van des vijands verdedigende stelling
aan zijn linkervleugel. De strijdmacht
ontving daarop bevel om op den ver
overden grond te bivakkeeren. De divisie—
Pole Carew, die het centrum uitmaakte,
rukte voorwaarts om generaal Hamilton
te steunen."
Lord Roberts voegde hieraan toe
„Harer Majesteits Regeering behoeft
zich niet ongerust te maken over de
veiligheid van het leger in Zuid-Afrika.
De vijand heeft enkel kleine successen
behaald, die ongelukkig zijn, doch dit is
in zeer korten tijd te verhelpenhet zal
niet veel tijd kosten om de schade aan
den spoorweg te herstellen. Ik kan nu
de lijn tusscheri Pretoria en de Rhenos-
ter-rivier sterk bezetten. Lord Methuen
zal de lijn al voortrukkende bewaken.
„Ik heb met Sir Red vers Buller ge
correspondeerd, die zonder twijfel spoedig
de tegenwoordigheid van zijn legermacht
voelbaar zal kunuen maken.
„Ik hoop nog, dat de verliezen op 11
Juni niet zwaar zullen zijn. De Earl
of Airlie is onder de gesneuvelden.
„Kroonstad is volkomen veilig."
Van denzelfden dag seinde de opper
bevelhebber uit Katbosch
„In het gevecht van gisteren verloor
Lord Methuen's leger een gesneuvelde
en 18 gewonden.
„Den 7en Juni verloor het Derbyshire-
regiment 36 gesneuvelden en 104 ge
wonden.
,De gekwetsten zijn
duizenden dieren gestorven.
Nu de Duitsche oorlogsvloot verdubbeld
zal worden, heeft men in Frankrijk en
Engeland ook gemeend, om op versterking
der marine bedacht te moeten zijn. In
zoo'n edelen wedstrijd mag immers geen
beschaafde natie achterblijven! In Engeland
zullen volgens de begrooting van de
marine dit jaar 2 slagschepen, 6 gepant
serde kruisers 1ste klasse, 1 kruiser 2de
klas, 8 korvetten, 2 kanonueerbooten,
4 torpedobooten en 21 torpedojagers op
stapel worden gezet. Dit zal een drijvend
kapitaal van 8.460.146 pond sterling
vertegenwoordigen. Frankrijk heelt nog
grootscher plannen. Daar zullen in een
tijdvak van 7 jaren niet minder d m
177 nieuwe schepen worden gebouvd.
Deze kolossale versterking zal besta..n
uit 6 pantserschepen, 5 gepantserde
kruisers, 28 torpedojagers, 112 torpedo
booten en 26. onderzeesche boot
Volgens de berekening zal dit vlootpl.
eene uitgave van 716.500.000 francs
vorderen. Denk nu maar niet, dat het
daar voorloopig meê afgeloopen is. Lang
voor het laatste schip in een der groote
Europeesche rijken van stapel is geloopen,
zullen opnieuw op dit gebied aan de
heerschzucht der vorsten en de eerzucht
der volken groote tinancieële offers wor
den gebracht.
De jacht op koloniën en de naderende
verdeeling van het Chineesche rijk, die
de aandacht der regeeringen naar over-
zeesche gewesten voeren, zijn mede
belangrijke oorzaken van de koortsachti
ge bedrijvigheid in den scheepsbouw. Men
moet en wil klaar zijn, als de groote
dag daar is, waarop het Hemelsche Rijk
in pachtprovinciën wordt opgelost.
Het is een feit, dat de politieke lucht
ia Oost-Azië al meer met dreigende
donderwolken wordt bedekt. De Chi
neesche crisis wordt nog gecompliceerd
door een Koreaansch-Japansch conflict
en door de gespannen betrekkingen tus-
I schen Rusland en Japan. De Koreaansche
allen in het regeering heeft voor eenigen tijd twee
Yeomanrysche hospitaal, dat door de mensehen doen martelen en ter dood
Boeren werd genomen, doch door Lord brengen, die beschuldigd werden van
Methuen is hernomen." medeplichtigheid aan den moord op de
Zooals blijkt hebben I
Buller heeft een voordeel behaald, en
nogal van eenige beteekenis ook Hij
heeft n.1, den Langesnek genomen. Hier
mede is de eerste groote poort ontsloten op
den weg via Ermelo naar de Delagoalyn,
en in de tweede plaats de poort op de
spoorlijn via Heidelberg naar Boksburg
en Pretoria.
Direct gevolg zal deze overwinning
van Buller wel niet hebben, ofschoon hij
het nu de Boeren in het Oosten vau den
Vrijstaat nogal lastig kan maken, als hij
langs den spoorweg naar Boksburg op
rukt in de richting van Standerton. Zelf
staat hij echter ook aan de kans bloot,
veel meer door de Boeren te wbrden ver
ontrust, daar hij ze dan van alle kanten
krijgt. Dat kan nog wel eens aardige
de Boeren, even
als gewoonlijk,tot den avond gevochten en
toen hebben ze hun stellingen ontruimd.
Het bericht van Roberts is per bode naar
Kroonstad gezonden, omdat de verbinding
afgesneden was.
Lord Roberts meldt, in verband met
het afsnijden van zijn verbindingslijn,
dat hij lord Kitchener met zooveel
troepen als hij kon missen, tegen De Wet
heeft atgezonden, met bevel om naar het
zuiden door te dringen en zich met lord
Methuen in verbinding te stellen. Aan
dezen zond lord Roberts bevel, om zoo
spoedig mogelijk op te rukken naar den
spoorweg. Beide officieren ontmoetten
elkander den avond van den lOen bij
Vredelort-statiou Zij rukten voorwaarts
naar Rbenoster-rivier, waar lord Methiien
een „volkomen" overwinning op generaal
De Wet behaalde, diens lager nam en'
zijn troepen in alle richtingen verspreidde
Hij en Kitchener marcheerden vervolgens
naar Kroonstad, t- <-■
De correspondent van de Daily Express
te Machadodoip meldt, dat commandant
De Wet den 7eu Juni (den dag van de
overrompeling van het. Derbyshire-
bataljon,(het glacé-hMH^^gjjj-^tgljon)
3000 stellen uniformen, oyerjassen
dekens buitmaakte.Daar hij deze artikelen'
niet kon medevoeren, verbrandde hiyze.
Bovendien vielen hem duizenden lyddiet-
bomraen en granaten in handen, jje
Engelschen klagen over de koude, er
zijn veel zieken.
In het geheel werden den 7en Juni
1000 Engelschen buiten gevecht gesteld
en voor 100.000 p. st. aan goederen
vernietigd.
In een klein gevecht bij Vredeforj
werden door generaal Steenkamp 38
Engelschen gevangen genomen. Een trein
met 500 man kwam tot
maar keerde na een
Burgers od verrichter zake
den terug
vernietiging van het Oost-Aziatische eska
der te voorkomen. Ook te land zal Japan
langen tijd de meerdere zijn. Tegenover
een gezamenlijke troepenmacht van 65.000
Russen kan Japan terstond 130.000 man
stellen.
Zoolang de TransSiberische spoor-
weg nog niet klaar is, zal de Russische
strijdmacht in die streken niet spoedig
belangrijk versterkt kunnen- worden,
zoodat Japan vrijwel van de zege
verzekerd is. Daarbij komt nog, dat het
Russische leger alleen langs een moei
lijken landweg van proviand en ammunitie
kan worden voorzien, terwijl Japan
spoedig en ongestoord het noodige kan
aanvoeren. Dat alles weet Rusland, zoodat
het van zijne diplomatie een waar
kunststuk is geweest, om Japan op een
afstand te houden zonder dat het zich daar
bij ook maar eenige opofferingen behoefde
te getroosten.
Engeland zou een strijd tusschen Japan
en Rusland wel gaarne zien, doch liefst
zou het daarbij niet met gebonden han
den staan. Het zou in de Engelsche
kraam uitstekend te pas komen, als de
groote mededinger in Azië voor eenige
jaren vleugellam werd geslagen. Maar,
zooals we zeiden, het zou liefst bij dit
luel volle vrijheid van beweging hebben,
wat thans niet het geval is.« De West
minster Gazette heeft ruiterlijk erkend,
waar de schoen wringt. Engeland, zegt
het, had te kiezen tusschen Oost-Azië
en Zuid-Afrika. Het heeft Zuid-Afrika
gekozen. Nu moet het van Oost-Azië
afzien. Beide tegelijk gaat niet. Het
comediespel voor de rechten der Uitlan-
ders, voor de afschaffing der staats-
octrooien lost zich dus eindelijk op in een
strijd om het bezit van Zuid-Afrika.
Tegen wil en dank komt de aap zoo nu
en dan uit de mouw kijken. Het onbe
twist bezit der beide Z. A. republieken ligt
echter nog in een verre toekomst. De
toestand is er in de laatste dagen voor
Engeland niet beter op geworden. In
de Kaapkolonie is het Afrikaander minis
terie heengegaan.
De vervanging van den Eersten Minister
Schreiner door Sir Gordon Sprigg wordt in
Boerenkringen als eene gelukkige veran
dering beschouwd.Dit Engelsche ministerie
moet zich beslist tegen den Afrikaander
Bond verklaren, waardoor de lijn,die beide
partijen in de Kaapkolonie scheidt, steeds
scherper zal uitkomen. Wanneer de Boeren
in de Kaapkolonie, door den drang der
omstandigheden, steeds nader tot hunne
vrienden in den Vrijstaat en de Transvaal
worden gedreven, moet zulks de Engelsche
regeering tal van moeilijkheden varoor-
I zaken. Een lijdelijke tegenstand is in
enkele gevallen meer te duchten dan een
gewapend verzet. Wanneer de Hyjlauder-
partij de Engelsehen links l^at jjggen,
Koningin. Deze mannen hadden bescher
ming in Japan gezocht. Op de plechtige
verklaring van Korea aan Japan, dat
genoemde mannen vrijelijk naar hun land
konden terugkeeren, hadden zij hun
vaderland weer opgezocht. In Japan is
men over deze woordbreuk zeer gekrenkt
en eischt de openbare meening eene alle economische, financiëele banflels-
«P o.Se»b,*I be.'rekl^" -e'
in Japan weder oppermachtig is, dringt
aan op krachtige maatregelen tegen de
onbetrouwbare Koreanen, doch, en dit
is juist het gevaarlijke van den toestand,1
dan is een botsing met Rusland inpde
onvermijdelijk. Nu is de Russisch#
diplomatie ver ziende, zoodat ze mëii tiaré
bekende geslepenheid zich reeds voor
een mogelijken oorlog mét Japan heeft
gedekt. Daarvóór heeft ze het Chinëesche
vraagstdk, waarbij óók Japan ernstig
betrokken is, tot een algemeen Eurö-
peesch gemaakt, zoodat Japan hoogst
waarschijnlijk tegenover een vereenigd
Europa zou komen te staan. Gaat Japan
het hülpelooze China opnieuyj te fijt,
waartoe het wegens den moord van dé'
Jap^nsche legatie te Peking wel =een
reden kan vinden, dan zal het al spoedig
j. wjv.j(.k.uvuj uit PplsrAurtf, waarvan zich de eclio a
schoenen, handschoeneu, ondergoed en te Berlijn, Rome, Weenen en Parijs
zal men in LopdSfJ «mij* dfrt mep een
vrij volk nipt tegen zyy,wi],ijj onderwerping
kan houden, AJs 4n.ndt^im^t,c«even
koppen, ?f\ fmm. spi<#Wfl wpetmid-
delén krijgen; als de veelarmigg,,po}iep
.zpJJ^p ^;epV.^qe,:gevreeade; ^nggrmen
°menw tptdat d% vijand,
strydens moe, den kamp-opgeeft.[r,„
Wij aiep een p^nschanleeftjjd vw yer-
drukkiug en strijd fegejpoot» mgar ;eens
wJl; Zuid-Afrifca (jpehoctfgn, aan hem, die
er ftatpurlplre rechten pp hebbennav
Dat zij zo9i£ ,,a n9
Zullen herhalen, klinken„Tot hiertoe
en niet verder! Ij
Japan zon waarschijnlijk thans wel
lust gevoelen, zich eens met Rusland
te méten, doch de ervaring,opgedaan in toen was 't „instappen!"
1896, toen het tegenover een vereenigd
Europa kwam te staan, doet het voor
zichtig zijn. b R -
lp een oorlog tussehen Rusland en
ui:
Binneulandsch iïfieuws.
il'
't 'Söhéen eériWarme dag te zullen
worden, Woensdag, toëns de schooljeugd
bek beloofde Fijtoertj<b Zófi mWken: doch
wie< daagde» vréésde,«rfifeC dé'4riiapën en
meisjes, die reeds lang voor den bepaklflen
tijd verschenen in Zoudagséh géwaad en
hun '-' blijdsobap op luidruchtige vrjjze
uitende. Eerét had er één tractatie
plaats door den kastelein BrómfliiBr, en
De tocht ging door 9t. Maartèn eri een
gedeelte van de Zijpe naar Petten. Eerstden
honger nu gestild en de dorstigen gelaafd,
en toen over ,den dijk, tot mentg- '6 gfcimd
Japan zou de kans .op de overwinning kwam. Wat oen genot hier Al spoedwEag
zeker aan dó zijde van deze laptstejtijn.1«-----
De Japapsche vlootdn de Oost-Jyzi^ij^he jri ,.rawiUTO eu
wateren Is belangrijk; sterkere/da^ Ldip l'Vofieeh uiteen «e fctybdjtff wftterbdge"
o«j deaantjejlen^E! goflges afée tvaebten
en 'tdèliwdé ni#| langy>f1 dit-veorbeeki werd
door meerderen gevolgd.'t Ging zoo pret-
komen, om de tig, men was zoo rustig en zoo vrjj