Donderdag 5 JULI 1900.
Elsj e.
UitgeverP. TRAPMAN.
MedewerkerJ. W I K E L.
Sinnenlandsch Nieuws.
WIERINGERFEEST,
FEUILLETON.
SCHAGER
A
i Nitms-
COURANT.
Alnrieniie- k Liilliivllil
L)it blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
A.DVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Hureao: iCHAÖ^Af, Laan, II 4,
Prijs per jaar f 8.Franco per post f 8.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct.
Oroote letters worden naar plaatsruimte berekend.
l^Yj-jarig bestaan
der Muziek vereen. ,Harmonie.'
Jongen, wat keken we j 1. Zondagmor
gen op onzen neus, toen de regen
zoo ongenood ons tochtje naar
Wieringen dreigde te verstoren. Bij ouze
wandeling van het station AnnaPaulowna
naar de Kleine Sluis en later op de
motorboot werden we van water
zeer goedkoop en in nogal ruime mate
voorzien.
Aan de Kleine Sluis was alles op de
beendie niet mede naar Wieringen
ging, stond toch op den kant, om de
verschillende vaartuigen te zien ver
trekken. We kregen een plaats binnen
in de motorboot van schipper Kaan. Al
vonden we ons zitplaatsje juist niet al
te ruim, de inrichting was toch zeer
practisch en de meesten kwamen bene
den droog over, dat was, vooral voor de
dames, op dat oogenblik het voornaamste.
Van het kleine zeereisje, dat voor
velen natuurlijk mede een groot amu
sement zou zijn geweest, werd zoodoende
niet veel genoten.
Aan de Haukes, waar we binnenliepen, nu
met een vriendelijk zonnetje van tusschen
de wolken, dat ons den ganschen dag niet
meer verliet, was het Wieringer corps,
dat ons met een opgewekt nummer ver
welkomde, en stond een drom van men-
schen hun gasten op te wachten. We
zeggen gasten, daar we den ganschen
dag zulk een hartelijke ontvangst hebben
genoten, die steeds de prettigste herinne
ring zal achterlaten.
Vlug het een en ander gebruikt in
de herberg van De Vries en toen in optocht,
met de banieren omhoog en onder een
lu8tigen,vroolijken marsch, gingen we naar
Hippolytushoet, het hoofddorp van het
oiland, waar het feest zou worden gevierd.
Zoo de Haukes uitmarcheerende en
links omslaande, ziet men het eiland voor
zich liggen en voor velen, waaronder
ook wij, die er nog nooit eens waren
geweest, had het landschap, dat zich daar
aan ons oog ontplooide, een eigenaardige
bekoring.
Die kleine weidjes, met aarden dam
metjes omringd, zoo dalende naar het
midden, om straks weer glooiend omhoog
te gaan, daarin, als zoo vele zwarte
punten, de houten kappen, waaronder
het wier wordt bewaard, dan hier en daar
een klein korenveld, en op de weidjes
gebonden schapen en gezeelde paarden
en koeien, die later, bij het hooren
der muziek, de dolste capriolen
maakten, en daarbij een kijkje op het
boscbje, de vogelenkooi" genoemd, zooals
gezegd voor een vreemdeling op Wie
ringen interessant.
Na een wandeling van ongeveer een
uur langs boerenwoningen, waarvan de
bewoners natuurlijk allen buiten,
om den optocht te zien voorbijgaan,
en door velen zoo kneutertjes toegeknikt,
ten blijke dat we welkom waren, kwamen
we te Hippolytushoet, een allervriende
lijkst en net dorp, dat we bijna in de
geheele lengte doortrokken, voorbij de
R. C. en Prot. kerk, om eindelijk op
het feestterrein aan te landen.
Daar waren we het eerste oogenblik
bepaald verrast door het uitermate
geschikt-zijn van het terrein. Op stoelen
en banken, onder de boomen, als het
goed droog weer was geweest lang-uit
in het gras, als geknipt om daar luiste
rende naar de muziek een middag onder
het genot van een ditje of een datje
door te brengen. We zagen onze tocht-
genooten dan ook met een waar
genoegen de beste plekjes in bezit nemen
en alras volgden we hun voorbeeld.
Nu, de wandeling die achter den rug
was, had er het zijne aan toegedaan,
dat naar een lommerrijk plekje werd
verlangd.
De gelegenheid om iets te gebruiken,
was er uitstekend, en wat je kreeg,
uiterst smakelijkde inrichting van
dergelijke eet- en drinkfabrieken hebben
we wel eens slechter aangetroffen, en
wat een goecï ding was, men had voor
al die hongerige en dorstige menschen
genoeg.
Het officiëele vervolg van het feest
werd geopend met een hartelijk welkom
van den eere-voorzitter, den heer Kolff,
burgemeester van Wieringen. Spr. noemde
het voor Wieringen een eer, dat zooveel
gezelschappen aan de uitnoodiging van de
Harmonie hadden gehoor gegevenhij
hoopte, dat men zich zou amuseeren en
dat men een aangename herinnering van
Wieringen zou meenemen. Nu, voor dat
laatste zal wel geen nood bestaan, en het
hartelijk applaus, dat op de woorden vaD
den heer Kolff volgde, zal hem toen reeds
een bewijs zijn geweest, dat de eerste
indruk uitnemend was
De gezamenlijke uitvoering van Le Vo
lontair, pas-redoublé van Colint, door alle
meewerkende leden, volgde onder leiding
i van den heer C. Rijkeboer, den staf-
zwaaier van het Wieringer korps, en dat
hem dat is toevertrouwd, bewees het
goed-slagen van deze gezamenlijke uit
voering van een wel door allen bestudeerd
Harmonie begon met de opening van het
feestprogramma, wat een flinke inleiding
mocht heeten van het vele goede dat is
gevolgd. Achtereenvolgens speelden nu,
ieder 2 nommers de volgende corpsen
van Oudcarspel, van Anna Paulowna,
van Opperdoes,van Helder(Dir.Wernecke),
van Medemblik, van Nieuwe Niedorp,
nummer, maar dat toch nooit samen was hier en daar een jol, die vroolijk op de De voordracht was samengesteld uit
geblazen. Bepaald, het klonk goed, er zat golven danste, het klotsen van het water de dames Zunderdorp van Den Helder,
waarachtig voeling en eenheid in. Een tegen het schip, dan achter ons het eiland De Jong uit Leeuwarden, Dekker van
paar raiuder ijverige groote-trom-slaanders Wieringen, met den toren van het dorpje Schagen en Pras van Den Helder,
en het zou voor zoo'n ensemble nummer Westerland, dat langzaam wegdoezelde, en
uitstekend geweest zijn. De Wieringer voor ons Ewjjcksluis, zich steeds scherper
afteekenende, tenslotte nog de imitatie-
stranding onzer boot, dit alles was zoo
prettig, dat we het gaarne van langer duur
hadden gewenscht.
Onder de vroolijke muziek van het
Anna Paulowna-er corps dreven we de
Ewijcksluis binnen, begroet door lachende
gezichten en vroolijke uitroepende
van Winkel, van Andijk, van Twisk, I ontvangst aan de Kleine Sluis was even den eerste werd rapport uitgebracht, dat
van Middelie, van Kolhorn, en van Abbe- opgewekt en ook daar een groot aantal tot toelating adviseerde, waartoe dan ook
kerk. Het is onze gewoonte niet, over festi- nieuwsgierigen om de feestvierenden to zien met algemeene stemmen werd besloten.
Met algemeene stemmen werd mejuf
frouw P. Zunderdorp van Den Helder
benoemd.
Te voren deelde voorzitter nog mede,
dat Ged. Staten de jaarwedde van f 550.
hadden goedgevonden.
Tot commissie om de geloofsbrieven,
der 2 nieuwgekozen raadsleden na te
zien, werden benoemd de heeren Francis,
Van Beusekom en De Wit. Bij monde van
vals in uitvoerige besprekingen te treden 1 terugkomen
en we zullen ons dus bepalen tot de ver- Vlug de loopplank af, met een spron-
klaring, dat over 't algemeen de meeste getje aan wal, en met grooten spoed
nummers een zorgvuldige uitvoering ge- naar het station om den laatsten trein naar
noten.
Gedurende de uitvoering bewogen zich
vele belangstellenden op het feestterrein,
het getal verkochte kaarten beliep ongeveer
800, zoodat we ons niet vergissen als we
gelooven, dat er een 1200 personen aan
wezig waren.
De uitslag van de vei loting was, dat
het Harmonie-gezelschap van Anna Pau
lowna den Cornet Piston won, dien de
heer Kessels ten geschenke had gegeven,
Helder's Harmonie-kapel won de f 25.
f 15.trok Winkel's Harmonie en
De raad ging daarna in geheime zitting
voor een reclame op den Hoofdelijken
omslag.
.—Spoorwegverkeer AMSTER-
Schagen te halen, wat ons gelukte en DAM—ENKHUIZEN—STAVOREN—
zoodoende na twee uur wel vermoeid LEEUWARDEN.
maar toch voldaan thuis.
Onze correspondent meldt ons, dat
het verder gedeelte van het feest, waar
van de voornaamste plaats werd inge
nomen door de avonduitvoering van
De Kamer van Koophandel en Fabrie
ken te SNEEK heeft aan den Raad van
Administratie van de Holl. IJzeren
Spoorwegmaatschappij een adres gezonden,
houdende klacht over de bestaande rege
ling van den trein i nloop op het traject
Harmonie, ook uitstekend is geslaagd en Amsterdam -Enkhui ,en—S avoren-Sneek-
dat het Wieringer corps daar, evenals
op het feestterrein 's middags, zijn naam
heeft hoog gehouden.
Vergadering van den
f 10.won „Crescendo" van Medemblik. Raad der gemeente Kijpe, gehouden
Aan al de medewerkende vereenigin-
gen, liefst 12 in getal, plus het Wierin
ger corps 13, werd een keurige herinne-
rings-medaille uitgereikt. Verguld koper,
van een royaal formaat, waarop aan de
eene zijde„Harmonie, Wieringen 1 Juli
1900," anderen kant: „Herinnering 12y2-
jarig bestaan
Toen de verloting was afgeloopen, werd
het meer dan tijd, dat de boot aan de
Haukes werd opgezocht, en zoodoende
verlieten we Hippolytushoet, niet even
wel vooraleer we nog een bezoek
hadden gebracht aan de Protestantsche
kerk, door de hulp van den heer Jansen
van Amsterdam zoo keurig gerestaureerd
en dat door zijn vreemdig en eenigszins
antiek uiterlijk, niet zulk een nieuw
modisch en toch zoo vriendelijk interieur
geeft te verwachten.
Door een allervriendelijksten Wieringer
werden we naar de Haukes gereden en
weldra vertrokken we van het eiland,
waar we bepaald eenige aangename
uren hadden doorgebracht.
Onze terugtocht was aangenamer dan
de heenreis, nu boven op het dek, met
een frisschen bries om de ooren, een heer
lijk vrij gezicht over het water, met
G. C.
Leeuwarden, waardoor ce Hollandsche
bladen en beursberichten niet voor 10 uur
's avonds te Sneek en in noordelijk ge
legen plaatsen aankomen en dientenge
volge eerst den volgenden morgen worden
besteld. De Kamer geeft daarom in over
weging, den trein Amsterdam-Enkhuizen
van 's namiddags 2.32, die zonder bezwaar
Hulst, voor het locaal verkeer in Noord-Holland
op Dinsdag 3 Juli 1900, des morgens
ten 10 ure.
Afwezig 2 vacatures.
Voorzitter de heer
burgemeester. j kan worden gemist, bij den aanstaanden
Na opening der vergadering en lezing winterdienst te doen vervallen en daarvoor
en goedkeuring der notulen, deelt de in de plaats te 8t.,llen een 8Deltrein, dio
voorz. mede, dat naar aanleiding van om 4.10 uur van Amsterdam zou kunnen
de opmerking, door den heer De Wit i vertrekken en om 7.35 te Sneek en om
in de vorige vergadering gedaan over 8>5 te Leeuwarden zou aankomen,
de postbestelling aan t Zand, geschreven 1
was aan de directie der posterijen. De er Y gemeente-
Inspecteur met den Directeur van Schagen e ^RDAM.
hadden een bezoek aan voorzitter Gedurende het 2e kwartaal 1900 zijn
vervoerd 5.945.041 passagiers, tegen
5.645.850 in hetzelfde tijdvak van 1899,
schillende gebreken gewezen. Door de
heeren was toen gezegd, dat zoo mogelijk in&en 10-559.930
verbetering zou volgen.
gebracht en voorzitter had toen de
wenschen kenbaar gemaakt en op ver- TTf "Jaya* ya? iayyl
«r-hillondo „phreten ™we*en Flnnr 3» d°0r de A' °- M' T°taal Vana* 1 Januari
Voorz. zegt verder, dat in de vorige
in het vorige jaar.
Eenige dagen
geleden
ROMAN
van
HANNA ASCHENBACH.
31.
Hoe had mevrouw Adeline haar man
wellicht gepijnigd, nadat liij met Dr. Herbert
kwade vrienden was geworden, want toen
was het immers niet meer noodig, den
armen man zand in de oogen te strooien
met haar lievigheden, om zoodoende ge
makkelijker spel met den ander te kunnen
drijven? Ze had hem geruïneerd en met de
erkenning daarvan, was hij bepaald ook
ten prooi geworden aan berouw over het
verloren levensgeluk met zijn eerste, zoo
brave vrouw en over het onverzorgd achter
laten zijner kinderen. Waarachtig, zijn
ellende moest reuzengroot geweest zijn, geen
wonder dat zijn hoofd en hersenen daar
onder duchtig hadden geleden arme, arme
vriend
Daar wordt driftig aan de bel getrok
ken. Dr. Herbert schrikt uit zijn gedachten
°P- In het volgende oogenblik staat er
iemand in de kamerdeur. Het is reeds
duister in de kamer en zoodoende kan
uien de trekken van den bezoekei niet
onderscheiden, maar dr. Herbert heeft hem
reeds aan zijn stap herkend en roept vroo-
jk,,Kom er maar in, je vindt je ouden
oom droomend in het schemeruurtje." Met
een paar groote stappen staat Heinz 1 rank
naast zijn oomzijn forsche gestalte is
ujna even laDg als die van den doctor en
wat de een aan mannelijke kracht wint.
vergoedt de ander door een zonnig, vroolijk
gelaat.
Zij schudden elkaar de hand. „W at ver
schaft me de zeldzame eer van uw bezoek,
mijnheer neef?" vraagt de oom na de
begroeting schertsend, „Schulden? of geld
gebrek?" De jonge man schudt het hoofd.
„O neen, oom, ik ben tegenwoordig vree-
selijk solide, mijn kameraden zeggen, dat
ik langzamerhand rijp voor het gekkenhuis
begin te worden. Ik vrees bepaald, dat ze
zachtkens aan gelijk krijgen."
Dat klinkt uitermate tragisch en de
doctor heeft moeite, zijn vroolijkheid in te
houden. Hij klopt zijn neef opbeurend op
den schouder. „Nu, nu, Heinz, zóó erg zal
het toch wel in geen geval zijn. Maar zeg
me eens, kereltje, steekt er dan een ongeluk
kige liefde achter De student zucht
diep. „Zoo", lacht de doctor, „dus ook
weer hier de vrouwHeinz springt op
en begint als een bezetene de kamer op
en neer te draven; daarbij komt afgebroken
het volgende hem over de lippen „Ja, het
moet er uit ik stik er anders nog in.
Ben hierheen gerend zonder lang te
overleggen en hoewel het eigenlijk moei
lijker is dan ik dacht het moet er uit
„Dat is goed, jongen, kom er maar mede
voor den dag", antwoordt oom en hij
kan eenige onaangename gedachten niet van
zich afzetten, want er zweven hem allerlei
vrouwen voor den geest, kellnerinnen, dan
seressen, en bloemenmeisjes; voor dat soort
ontvlamt gewoonlijk een studentenhart.
Een heftige smak doet hem opschrikken,
zijn neef heeft een stoel omvergeloopen en
zet dien op niet minder hardhandsche
manier weer op zijn plaats. „Ik zal het
licht opsteken", zegt de voorzichtige oom,
maar Heinz wil dat niet.
„Neen, neen, oom, het gaat beter in don
ker." „Nu, zooals je wilt, mijn jongen.
Ik luister dus." „Ziet u, oom, ik kwel
mij daar al reeds lang mee en het ontneemt
me alle rust. Ik houd het niet meer uit."
Dr. Herbert zucht een weinig ongeduldig,
maar een „val me niet in de reden, oom"
doet hem de opmerking „tei zake" onder
drukken. „Het is het heerlijkste schepseltje
ter wereld," gaat de begeesterde jonge
ling voort, „een gratie een koningin
ee Hjj zoekt naar verdere uitdruk
kingen, die passend zijn op het voorwerp
zijner liefde, maar een blik op het spottende
gelaat van zijn oom doet hem zwijgen. Na
een oogenblik vervolgt hij „Zij is natuurlijk
van een goede familie," de oom haalt ver
licht adem, „maar het gelukte mij tot dus
verre niet, haar te naderen. Maar toen ik
zooeven zag, dat gij haar óók kent, toen
werd het licht in mij."
Dr.Herbert ziet getroffen op. „Ik haar ken-
nen?"herhaalt hij verwonderd.„Maar ik heb
haar toch een paar uur geleden uw woning
zien verlaten De duisternis verbergt den
blos, die er op het gelaat van den jongen
man gloeit, want hij vreest de vraag, waar
hij dan geweest was. maar die donkerte
verbergt ook een trek van medelijden op
het gelaat van den oom. Secondenlang is
het stildan vraagt dr. Herbert langzaam
„Ge meent juffrouw Herwig?" „Natuur
lijk." Heinz is blijde, dat de bekentenis er
uit is. Hij let niet op den harden klank van
de stem van zijn oom, hij bemerkt ook
niet, dat deze als vernietigd in zijn stoel zit.
De slag, een mede-minnaar te hebben,
treft hem te plotseling. Hij luistert slechts
met een half oor naar de vertelling van
den neef, die, nu het zwaarste is gestreden,
met de aan beminnenden eigen uitvoerig
heid alles in de kleinste bijzonderheden
beschrijft. „Wat raadt ge mij te doen, om
dezen onhoudbaren toestand te veranderen
vraagt hij aan het slot van zijn vertelling.
Bij deze directe vraag ontwaakt de doctor
uit zijn dof peinzen. Zonder den zin te
begrijpen van hetgeen zijn neef hem vraagt,
zegt hij, en het is hem, alsof zijn hart stil
staat voor de beslissing van de volgende
minuut„En zij heeft jou ook lief Heeft
ze dat gezegd De student kijkt ver
wonderd op. „Dat precies nietIk zeide u
immers reeds, dat ze mij heelemaal links
laat liggen? Zij trekt een boos gelaat,
zoodra ze mij maar ziet. en gaat me steeds
uit den weg, waar ze kan toch weet ik,
dat mildere gevoelens voor mijn persoon
in haar hart (luimeren, maar dat haar trots
onderwijzeres aan de Burgerbrug zou
krijgen. Er hadden er zich 29 aangemeld
en dus was het voor B. en W., in
overleg met het hoofd der school, geen
gemakkelijk werk geweest een viertal
op te maken.
vergadering door eenige leden de vrees word het bericht verspreid, dat de Czaar
was geuit, dat men voor f 550.geen van Rusland ons land zou bezoeken,
sollicitanten voor de betrekking van Uit bericht wordt nu uit Petersburg
bevestigd.
Wieringen.
V oor het Heemraadschap Wieringen
is j 1. Zaterdag tot Hoofdingeland in de
plaats van wijlen den heer F. Kuijt
gekozen de heer C. Kooijman.
toe was dat alles waar," luidt het beteekenis-
volle antwoord. „Staat het finantiëel dan
zoo slecht met Herwig „Hij is reeds
failliet." „Hoe zal die ziekelijke man dat
verdragen vraagt Heinz medelijdend.
„Hij is dood. Hij wist, dat hij den wan
kelenden boel niet meer kon redden en
zoo heeft hij in een oogenblik van waanzin
en wanhoop de hand aan zichzelf ge
slagen."
De student staat als door den bliksem
getroffen. „Myn Godli inkt het bevend
van zijn lippen, terwijl c.e loctor voortgaat
„Hertha was bij me om mijn hulp in te
roepen, want ik ben vroeg jr de vriend van
haar vader geweest. Het arme kind. Het
is roerend en bewonderenswaard, met welk
een moed dit meisje de zwaarste slagen
draagt en de moeilijkste plichten voor de
toekomst op haar schouders neemt. Vermogen
is er geen cent aanwezig, de levensverzeke
ring vervallen. Zoo hebben Hertha's eigen
moeder en zuster en broer slechts hetgeen
Hertha verdient, om van te leven." „Ver
dient „Het is een geheim, doch jij
hebt er toch recht op het te weten, en het is
beter,dat ik het je zeg, onder geheimhouding
evenwel, dan dat ge onderzoek naar de zaak
doet. Zij schildert, dat trotsche prinsesje,
schildert voor geld, en zooals het schijnt,
met succes."
Dr. Herbert zwijgt en wacht op een
uiting van zijn neef.Als deze, nog getroffen,
blijft zwijgen,neemt hij den draad van zijn
vertelling weer op, terwijl een eigenaardig
schijnsel zich op zijn gelaat legt:„Ge ziet,beste
Heinz, dat diegene, aan wien Hertha met
haar liefde, ook haar hand zal schenken, in
staat moet zijn de zorgen voor hare familie
op zich te kunnen nemen."
Mismoedig byt de jonge man zich op de
onderlip. Zijne talrijke in dolle vroolykheid
doorgebrachte studiejaren gaan hem door
het hoofd hij ziet in, hoe ver hij er nog
van verwijderd is, eer hy in staat zal zijn om
Hertha om haar hand te vragen.
WORDT VERVOLGD. H
zich er tegen verzet, dat te bekennen. Zij
is, moet u weten, verbazend trotsch, mijn
lieveling, men noemt haar algemeen
de prinses.De oom haalt verlicht adem
de hoop trekt zijn hart weer binnen. „En
waaiin bestaan de „teekenen", waaruit gij
opmaakt, dat jij haar niet onverschillig
bent vraagt hij een weinig spottend.
Heinz aarzelt verlegen. Hij had gezin
speeld op de ontmoeting op het station
in K., waar Hertha naar hem had rondge
keken, of hij nog op het perron was en er
naar zijn idéé teleurgesteld had uitgezien,
toen dat niet het geval was. Maar wat voor
zijn goedgeloovig hart een bewijs scheen,
dat zou door den oom niet als zoodanig
worden aangenomen en zoodoende zwijgt hij
daarover liever en antwoordt ontwijkend
„Dat zijn gevoelszaken, oompje, het in
stinct der liefde wellichtredenen voor een
dergelijke o rtuiging aangeven, kan men
nooit."
De ander lacht fijntjes. „Dan kan ik
natuurlijk ook geen oordeel vellen. Maar ik
wil je er toch opmerkzaam op maken, dat
een zoo eigenaardig meisje als Hertha
Herwig heel moeilijk te winnen zal zijn.
Wanneer zij u liefheeft, dan geluk mijn
jongen, want dan heb je het hoogste lot
uit de loterij getrokken. Maar je bent nog
lang niet aan het doel van je wenschen.
Want die parel van hooge waarde verdient
in goud te worden gezet, o neen, hoog-
eischend is ze niet, zeer nederig en met
weinig tevreden zelfs maar zij heeft eene
lamilie, die zonder het krachtige, zichzelf
steeds opofferende meisje aan de armoede
is prijsgegeven. Zij onderhoudt haar familie
met het werk van haar vlugge vingers.
Begrijp je, mijn jongen?" „Neen oom,"
klinkt het zachtkens van de lippen van den
jongen man, die met zwijgende verwon
dering heeft geluisterd naar de woorden
van zijn oom. „Zijn de Herwigs dan zoo
arm Zij bewonen toch een mooie villa en
leven daar op grooten voet, en dan de fabriek
in W." zegt hy ongeloovig. „Tot nu