INGEZONDEN.
Bitmenlandsch Nieuws.
56Sste STAATSLOTERIJ.
GEMENGD NIEUWS.
Getrokken Prijzen.
WftWO voorgesteld met het onderschrift
„De hemelvaart op Donderdag 5 Maart
1896 van 144.000 levende Christenen".
Vervolgens gaat als achtste vermelding
wonderbare natuurverschijnselen op de
aarde, op de zee, op de rivieren, op de
•terrengroepen zullen zich voordoen
wanneer de eerste vier bazuinen zullen
klinken, zooals voorspeld is in OpeDb.
VIII: 5-12, van Augustus 1896 tot
Scpt. 1897*. Ook niets van gekomen.
„Er zullen buitengewone donderslagen
en bliksemen zijn in Augustus 1896 en
eene aardbeving tusschen 17 en 30Sepf.
een geweldige hagel, vermengd met vuur,
welke al het groene kruid en een derde
deel der boomen zal verbranden, zal
neerslaan tusschen 2 en 20 October
1896. Dan zal in den loop van Februari,
Maart en April 1897 een derde deel
van de zee in bloed veranderd worden
en een derde deel der schepen zal
vergaanin den loop van April, Mei,
Juni en Juli 1897 zal een derde deel
van het drinkwater bitter worden als
alsem en een groot aantal menschen
den dood aandoen en in den loop van
Augustus en September 1897 zal een
derde deel van de zon, van de maan
en van de sterren verduisterd worden."
'k Herinner me niet, of dit alles ge
beurd is in onze buurt evenwel zeker
niet. En zoo gaat, met belangrijke voor
spellingen, het boekje voort tot 11 April
1901 en dan gaat de wereld met alle
menschen er op naar de haaien.
Och arme, die man met zijn voor
spelling van regen in dezen wintertijd
Hij is een onnoozeltje bij den geduchten
Baxter Die sloeg het record 1
Ik zal het boekje zuinig bewaren als
een monument van menschelijke geloofs-
dwaasheid. Men zegt, dat de Enkhuizer
Almanak de voorspellingen uit een bus
trekt, daar is althans nog eenige kans
op waarheid, maar het raffinement van
dezen voorspeller is monumentaal.
Hoeveel ouwe dames hebben zich met
deze Baxtersche dwaasheden geld uit
den zak laten kloppen. Want daar
schijnt het boekje op geschreven. Als
méér litteratuur met „hemelmachten en
hellevuur".
I>.
In de Friesche gemeente
ACHTKARSPELEN vond men bij de
jongste strenge koude een kindje van 9 da
gen oud, waarvan de kleederen aan het
lichaam bevroren wareneen zusje zat
te bibberen in eene bedstede op wat
•troo, terwijl het broertje ter verwarming
op een oude kachel was gelegd, waarin
weinig vuur brandde.
Gelukkig werd deze erbarmelijke toe
stand door buren opgemerkt en werd het
arme gezin van het noodige voorzien.
De op last van hertog Hen
drik in de bosschen nabij het Paleis
't Loo losgelaten Mecklenburgsche herten
zijn bijna alle in handen van stroopers
gevallen. Door hun betrekkelijke tam
heid waren ze een gemakkelijke prooi.
Een tweeling uit twee
eeuwen.
In de Friesche gemeente SCIIOTER-
LAND zijn bij den overgang van de
19e eeuw naar de 20e eeuw tweelingen
geboren. De eerstgeborene nog op 31
December 1900, de tweede op 1 Januari
1901.
De tweelingen behooren alzoo tot ver
schillende eeuwen.
gerd, waren zij niet hoon, spot tegen
over de ongehoordheid van haar schuld
Want zelfs wanneer er geen misdaad voor
de wet begaan was, dan was het feit
toch genoeg dat zij den smaad van zulk een
verdenking over zijn huis had gebracht
en dat was voldoende om haar voor eeuwig
te brandmerken.
Midden in zijn overpeinzingen hoorde hij
de* Iioefslag van een paard. Dat was de
leeraar die vertrok.
Hy belde een bediende en gaf dezen
order, zijn vrouw te roepen.
Met een uitdrukking van groote ver
wondering op het gelaat, kwam Lydia bij
haar man binnen.
„Ik wist niet dat je thuis gekomen
waart, niemand heeft je hooren komen. Ge
moet al heel onopgemerkt te huis gekomen
zjjn. Het rijtuig is naar den laatsten trein
gezonden om je te halen."
,,Ik zal toch wel in mijn huis mogen
komen wanneer het mij belieft," was het
antwoord. „Maar ik moet zeggen, ik
vind het zeer onnoodig dat Anderen
hier komen en gaan zooals dat hun belieft.
Dat vind ik niet passend."
Lydia zag hem verwonderd aan.
„Meen je dr. Balduin Of wat bedoel
j« anders Ik begrijp je niet
„Nu, ik denk dat ge mij zeer goed zult
begrijpen als ik u zeg, dat het mij zeer
onaangenaam is, niet meer thuis te kunnen
komen zonder dat mensch hier aan te
treffenals ik u zeg, dat ik de vertrouwe
lijkheid van uw omgang met hem achter
mijn rug meer dan onpassend vind."
Lydia richtte zich hoog op.
„Ge moet u zeker wel kunnen voor
steden, dat ik u niet goed begrijp. „Dit
mensch", zooals gij dr. Balduin noemt, is
u nog nooit onwelkom geweest, en ik vraag
u vriendelijk, mij wat duidelijk te verkla
ren wat ge onder „vertrouwelijkheden" ver
staat."
„En ik verzoek u vriendelijk, dit vuile
d ng te lezen. Ge zult u herinneren, dat
gij bij ontvangst van een brief die over
mij handelde, daaraan ook zeer veel gewicht
k«bt gehecht."
K RUG E R.
President Kruger zal te UTRECHT,
waarheen hij nu Dinsdag a. s., althans
indien de weersgesteldheid 't dien dag
toelaat, zal vertrekken, intrek nemen in
het Hotel des Pays-Bas. Ook de Zuid-
Afrikaansche deputatie zal, tijdens het
verblijf van den President te Utrecht,
aldaar aanwezig zijn.
De heer Kruger zal een lichte operatie
aan do oogen moeten ondergaan, te ver
richten door prof. Snellen, waarop een
tijd van volslagen rust voor den Presi
dent zal moeten volgen.
Het is niet onwaarschijnlijk dat hij daar
na weder naar 's-Gravenhage zal komen.
Intocht der Koningin.
Naar wij vernemen is de intocht van
Hare Majesteit de Koningin mot haar Ge
maal binnen AMSTERDAM bepaald op
Dinsdag 5 Maart e k.
Gratie voorde Hogerhuizen.
Vrijdag is bij de Koningin, naar „Het
Volk" mededeelt, de delegatie van het
landelijk Hogerhuis-comité in audiëntie
ontvangen. De delegatie bestond uit de
heeren J. G. Gütze en C. van Schooten
en Mej. M. Schaafsma. Der Koningin
is het gratie-adres aangeboden,
benevens de lijsten met bijbehoorende
handteekeningen, waarvan het aantal
ongeveer 10 300 bedraagt.
Een lieve ega, In eone na
burige gemeente, zoo wordt uit Vechel
aan de L. K. geschreven, was de baas
dermate aan 't sukkelen geraakt, dat hij
bedlegerig werd. Zijne ega, misschien meer
bevreesd voor haar goeden naam dan voor
haren echtgenoot, liet de dokter komen,
die na eenige bezoeken verklaarde, dat
Hannes gehemeld was.
Noe waor! roept met zwakke stemde
gewaande doode, die uit een flauwte
weer bijkwam.
Wild'oe motdeme wel is stil haauwen,
Haünes! riep de lieve echtgenoote tame
lijk kribbig. Es mijnheer Dokter zegt,
dat ge dood zijt, dan zal wel waor zijn ook.
Als bewijs van de gewel
dige drukte aan het IJ op 1.1. Zondag,
wordt gemeld, dat dien dag door de ge-
meentestoomponten vervoerd werden ruim
22.000 personen en door de Noordhol-
landsche tram circa 6000.
Verkoop van gebouwde
eigendommen, op Woensdag 16 Januari,
in het lokaal van den heer D. Kist te
Kollioi'ii, ten overstaan van Notaris
C. L. v. d. Bergh te Schagen
't Perceel, bewoond door Cs. Eriks,
gemijnd door Cs. Eriks voor f 1950.
't Perceel, bewoond door wijlen Wed. C.
Eriks, gemijnd door C. Eriks voor
f 855.'t Perceel, bewoond door W.
Bestevaar, gemijnd door C. Eriks voor
f 1100.
Alle deze perceelen behoorden tot
de nalatenschap van wijlen wed. C. Eriks.
Een Perceel in drieën bewoond, (eigen
dom van de wed. J.H.IIagemann),gemijnd
door J. Dikker voor f 860.
Hardrijderij voor paren
te !?£olIiorri, opgeluisterd door mu
ziek, op Woensdag 16 Januari.
9 paren namen aan den wedstrijd deel
le prijs, 20 gldJ. Steenman en
echtgenoote, (Medemblik)2e prijs, 10
gld, 8. Liefhebber en A. de Graaf Ld.;
3e prijs, 6 gld., J. Bakker en R.
Voorthuizen-Keezer, (Kolhorn)4e
prijs, 4 gld., P. Pool en A. de Graaf Cd.
Jongenswedstrijden te KOL
HORN.
Jammer, dat Donderdag de thermometer
boven 't vriespunt steeg.Op verscheidene, niet
gewilde plekken kwam water op het ijs en
waar dit niet kwam, werd het ijs zacht. Toch
schaadde dit niet aan de opgewektheid, waar
mede een 45-tal jongens op de banen der
Kolhorner IJsclub kwamen om elkander een
16-tal prijzen te betwisten. De jongens wer
den daartoe in twee ploegen verdeeldschool
jongens, en knapen beneden den 16-jarigen
leeftijd. Van de laatsten lieten zich 21
inschrijven. Voor elk der pattijen was een
baan in gereedheid gebracht van ruim 80
meter. Op onderling gelijke afstanden waren
tonnen geplaatst. Degroo'sto jongens vonden
er drie op hun wegde schooljongens één. Elk
der rijders kreeg een lepel in de hand waarop
een glazen stuiter. De lepel moest aan 't
eind vastgehouden worden. En nu gold de
volgende wetwegrijden met den gestuiter-
den lepel, één toer rondom elke ton; wie den
stuiter liet vallen, mocht hom oprapen en
doorrijden, maar wie het eerst aan don eind
streep kwam, had gewonnen. Wat is er
smakelijk gelachenDe gekste capriolen
werden gemaakt, buiteling op buiteling,
maar de hoop op gunstigen uitslag bleef
onverzwakt. En de uitslag Zooals vermoed
werd, gingen de voorzichtigste rijders met
de prijzen strijken Dank do flinke regeling,
door het bestuur getroffen, kon men om
half 2 beginnen, terwijl de jongens om 4
uur mot de prijzen in den zak huiswaarts
keerden. Daar inmiddels do wind aanstalten
maakte om naar het vrieshookje terug te
keeren, werd onmiddellijk door het bestuur
der Club het noodige personeel aan 't werk
gezet, om de banon toch Zondag
wanneer er schoonrijderij zal gehouden
worden weer flink in orde te hebben.
De uitslag van den wedstrijd was als volgt
Schooljongensle prijs Sijbrand Kuiper,
2e pr. Jan Blaauboer, 3e pr. Elbert Groet,
4e pr. Piet Overtoom, 5e pr. Gradus Kiste-
maker, 6e pr. Jacob Pool Wz7e pr. Reier
Beerslaagste pr. 25 cthoogste pr. 2 gld.
Oudere knapenle prils Corn. Timmerman,
2e pr. Piet v d. Welle, 3e pr. Jacob Kossen,
4e pr. Prederik Krap, 5e pr. Corn. Jonk, 6e
pr. Corn. den Adel, 7e pr German v. d.
Klooster, 8e pr. Frans Jonk, 9e pr. Jan
Liefhebber.
Geachte Beer Redacteur
Verleen mij s v. p. een klein plaatsje
in Uw veelgelezen blad, om de vele vragen
omtrent het adresboek van Schagen te be
antwoorden.
Allereerst zij opgemerkt, dat de uitgave
van het adresboek buiten de kas der vereeni-
ging „Algemeen Belang" omgaat; echter
meende het bestuur, dat een dergelijk boek
heel nuttig zou zijn, waarom getracht is een
uitgever te vinden, die nu met goedkeuring
gebruik maakt van den naam der vereeniging,
op wier verzoek hij zal trachten de uitgave
tot stand to brengen.
Het doel van het adresboek is,niet alleen
alle namen van Schagen's inwoners daarin
te vermelden, maar ook meer andere dingen
er in op te nemen, bijv. de datums van
verschillende markten, Kermis, Tentoonstel
ling, enz., den tijd van verschillende kantoren,
als Post-, Telefoon-, Ned. Bank-, Ontvanger
Registratie, Direete-belasting, Gemeente-Ont
vanger, Secretarie, enz. Gemeente-, Polder-,
Kerk-, Armbestuur, besturen van bekende
vereenigingen, enz., enz., zoodat het niet
alleen een adresboek, maar tevens een gids
voor Schagen zal worden. Hiermede hoop
ik te hebben aangetoond, dat het adresboek,
dat tegen een zeer lagen prijs
zal verkocht worden, niet alleen is
voor menschen die zich in Schagen vestigen,
ot voor hen die zich een oogenblik hier
ophouden - maar ook reeds lang gevestigde
burgers zullen meermalen dezen gids ter
hand nemen, om zich van verschillende
zaken op de hoogte te stellen.
Wat de adverteerders betreft, zjj opgemerkt
dat het boek wel tusschen 3 en 5 jaar zal
blijven bestaan vóór het wordt vernieuwd,
dus meen ik, dat de prjjs voor eene annonce
zeer laag is gesteld, temeer daar niet enkel
inwoners van Schagen, maar ook de om
wonenden heel zeker dezen gids zullen
raadplegen om hun inkoopen te doen.
U dankend voor de verleende plaatsruimte,
Hoogachtend,
de 1ste Secr. van Alg. Bel.,
Joh. Merz
Lydia las en werd doodsbleek. De schrik
verlamde haar bijua. Hare knieën knikten,
zij moest zich vasthouden.
„Nu, mijn gestrenge rechteres, wat zegt
ge nu wel daarvan vroeg mijnheer von
Kraschwitz hoonend, die met groote stappen
de kamer op en neer liep en nu voor haar
bleef staan. „Wie van ons beiden bezoedelt
nu het aanzien van dit huis en brengt onzen
goeden naam in discrediet Wie offert de
kinderen en hun toekomst op aan zijn
egoïsme en zijn hartstocht?"
„Ik nietbij God, ik nietriep Lydia
buiten zichzelve. „Wanneer ik in mijne
ellende als verraden, bedrogen, geruïneerde
vrouw, in mijne radeloosheid en verlatenheid,
in den angst voor mijn kinderen, raad,
troost en steun bij anderen heb gezocht,
die ik bij u niet vond, dan hebt gij niet
het recht, mij daarover eenig verwijt te
maken. Gij hebt al mijn smeeken en vragen
om ophelderingen met minachting behan
deld. Kunt gij het van mij verlangen, dat
ik mij blindelings in het verderf laat lei
den Zonder ook slechts een vinger te
roeren tot redding van mijzelf en mijne kin
deren Ia d&t de deugd, de trouw, die
gij mannen van uw vrouw, van de moeder
uwer kinderen verlangt, dan was het
beter dat ge nog een stap verder gingt en
haar achter slot en grendel, als een dier,
opsloot, evenals bij de Turken. Ik zeg u,
eens en voor altijd, dat ge van mij zulk
een gedweeheid niet hebt te verwachten 1"
„Zoo, zooDus troost en steun hebt
ge gezocht bij anderen, bij dezen gymna
siumleraar bijvoorbeeld. Dat is al heel
aardig. Ge hebt hem uw hart, als verra
den, bedrogen echtgenoote, uitgestort en
hem gemaakt tot deelgenoot van al onze
familie-aangelegenheden. Oude jonggezellen
van classieke opvoeding, met heel mooie
leefregels, leenen er zich buitengewoon
goed voor om als zielenarts op te treden bij
verwaarloosde vrouwen, die in haar inte
ressante jaren verkeeren. Hoe aardig is
dat alles gegaan. En de met blindheid
1 geslagen echtgenoot, die op het tooneel
steeds de rol van grooten ezel speelt, was
er ia dit geval ook by. 't Klopt alles
Trekking van Woensdag 16 Januari.
5e klasse. 3a lijst.
Nos. 9260 en 14374 elk f 1000.
Nos. 5895 8705 8823 9701 en 12510 elk f 400.
Nos. 4567 13941 en 17239 elk f 200.
Nos. 3627 4235 5912 6167 13462 13o09 17801
en 20211 elk f 100.
Priizen van f 70.
5777 18639
821 736
0103 852
188 19035
221 079
252 132
297 361
779 367
7055 530
190 564
390 687
493 807
496 884
580 20183
655 188
911 351
930 468
940 798
8004 892
081 947
135
257
317
Trekking van Donderdag 17 Januari.
5e klasse. 4e lijst.
No. 20000 f 1500.
Nos 3867 4368 6379 13224 15203 en 15311
elk f 1000.
Nos 2875 4581 6182 en 14795 elk f400.
Nos. 6736 en 7643 elk f 200.
Nos. 536 1642 4739 7623 8893 10909 13222
14574 17387 17539 18375 en 19705 elk f 100.
11
2195
5944
8439
11117 13170
340
2738
6084
8546
160
230
60
2890
6105
8633
188
536
432
3257
6-289
61
214
567
549
3332
6568
8966
219
671
634
3618
6740
9030
327
992
705
66
60
9157
335 14105
869
3984
94
9206
483
126
1142
4066
7030
89
585
151
84
4284
36
9356
627
241
1223
4313
7108
92
704
292
84
27
63
9432
763
418
1341
76
7254
86
12014
572
1441
4411
7336
9520
023
645
72
35
75
9800
080
684
1560
4573
7545 10178
110
742
78
4679
7603
260
174 15024
1721
4833
45
386
176
041
50
5022
95
394
349
081
92
89
7748
529
377
176
1947
98
7929
590
634
378
65
5343
57
703
663
405
2172
55
8035
851
668
460
2300
5681
8325 11007
718
494
04
5719
29
073
799
501
45
5869
82
074 13123
686
Prijzen
van f 70
204
2477
5347
7286
10323 13116 15694 18696
17
2623
5506
7394
400
155
803
843
83
87
5608
7493
531
304
911
922
345
91
27
7526
672
312
16-288
970
437
3040
5706
7624
720
627
302 19009
72
3168
36
7707
844
713
358
069
557
3268
5810
65
927
848
539
247
94
3348
44
7931
11192
915
554
455
968
3634
79
8043
266 14057
617
977
1059
48
5916
8169
452
061
626 20033
1150
3712
6202
8488
497
067
840
051
65
95
79
8887
598
264
910
108
1426
4107
6552
8925
639
282 17037
160
47
420»
6612
9151
673
373
360
175
91
4570
41
9480
714
469
560
302
1979
91
92
9599
987
507
642
314
2102
4703
6735
9624
12022
690
686
429
79
92
6818
67
256 15062
932
498
2263
4826
84
9865
260
196 18240
499
2433
4906
6927
72
375
223
416
674
63
5151
7151
9920
773
309
451
732
64
5327
7282
63
13030
415
491
magnifiek. En hier hebt ge het publiek,
dat bravo klapt,"
Bij deze woorden slingerde hij haar het
anonieme schrijven voor de voeten.
„Gij kunt mij niet beleedigen, Aribert,"
zeide Lydia met ijzige kalmte. „Mijn ge
weten spreekt mij vrij. Gij hebt onze eer
gemaakt tot dat wat zij is. Ik heb je eens
liefgehad, zooals een eerlijke vrouw haar
man liefheeft aan wien zij zich geheel over
geeft. Uw ontrouw heeft mijne liefde ge
dood. En wanneer gij, mannen, uw wetten
maakt die u alles veroorloven, dan verzet
ik mij als vrouw daartegen en zal mij daar
naar nooit voegen.. Ik veracht den man,
die heimelijk zijn woord verbreekt, en ik ver
laat hem. Ja, ik zal je verlaten, ik wil
niet langer je vrouw blijven. Ik zal een
scheiding aanvragen."
„Zoo antwoordde de vrijheer, die bij
haar woorden zichtbaar bleek werd,
„wellicht zal ik u daarmede voor zijn.
Wellicht klaag ik u wegens echtbreuk aan.
De feiten spreken zeer tegen unu ik
dezen brief heb, zal het ook wel niet aan
getuigen ontbreken, die u in uw vertrou-
welijken omgang met dien mijnheer hebben
gadegeslagen. Dat kan een heel mooi
schandaalproces geven. Heel voordeelig
voor een zoon die officier wil worden, en
eene dochter, die naar haar staud moot
worden uitgehuwelijkt. Ook is het geen
gewoonte bij het gerecht, dat do kinderen
worden toegewezen aan de moedor, zoo
deze de schuldige is. Hebt ge daarover
wel nagedacht?"
„Ik moet op mijn goed recht vertrouwen
ik houd het niet voor mogelijk dat de
leugen over my zal triomfeeren. Ik houd
het niet voor mogelijk, dat een vrouw met
een eerlijken naam en een man als dr.
Balduin, een man met zulk een edel karak
ter, zullen vallen onder de aanklacht van
zulk een verdachtmakerij. Geen mensch
zou daaraan gelooven, in ieder geval niet de
rechters. Neen, Aribert, daarmede jaagt ge
mij geen schrik aan
„Je moet mij dat niet kwalyk nemen,
Lydia, maar de wereld kent ge nietdaarin
ben je nog een kind. Ge denkt, dat alle
Hei beschaafde Europa.
Herhaaldelijk zijn door Engelsche corres
pondenten da Russen beschuldigd van
wreedheden tegenover da Chineezen in
M*'>tsjoeiije, bestaande in plundering en on-
noodige slachting onder den overwonnen
vijand. Dat dit ook door Duitsche en Fran-
?che soldaten is geschied, is gebleken uil
btitven van minderen en officieren, die door
de bladen zijn gepubliceerd. Io de Frank f.
Zt. wordt thans een brief van een tot. hel
Duitsche Oost-Aziatische expeditiekorps b -
nooranden soldaat openbaar gemaakt. Hij
maakte den tocht naa Paotingfoe mee. Hij
vertelt daarin dat de soldaten daar „fijne
kw-rtieren" betrokken, waarin zij vele zij
den stoffen en ook zilver buitouaakten. Wij
verkochten «lies en ieder onzer bracht ze
ker 30 h 50 dollar mee naar P.-kiog,
Op onzen terngmarsch daarheen hebben
wij geleefd als God in Franknjk, dikwijls
nog beter dan de officieren. Waar ei zich
onderweg maar Boxers vertoonden, werd
alles verwoest en verbrand. De briefschrij
ver onderteekent: uw „welgestelde" zoon.
Een ander staaltje van Europeesche be
schaving staat te lezen in een brief afgedrukt
in het Journal da Pontarlier
menschen zoo zijn als gijzelf, even goed
vertrouwend. De wereld gelooft aan geen
idealen. Met uw naïeve verafgoding van
dezen leeraar, hebt ge den grond reeds
verlaten en zweeft boven de wolken, waar
heen de openbare meening u nooit kan
volgen. Ik was er over verwonderd, toen ik
laatst bij de Harkows vernam, hoe boos men
algemeen op u ishoe kwalijk men het u
heeft genomen, dat ge u zoo afzondert en
en alle goede vrienden verwaarloost. Men
was geneigd daaraan alle mogelijke uit
leggingen te geven. Zelfs de oude, goede
mevrouw Harkow is boos op u en oordeelde
zoo scherp, dat ik er van schrikte."
Lydia haalde de schouders op.
„Het is onmogelijk dat menschen, die
mij reeds zoo lang kennen, mij dadelijk
van iets slechts zouden verdenken,
omdat ik niet meer uitga. En wanneer
zij-eens mijn redenen daarvoor zullen te
weten komen, dan zullen zij mij gelijk
moeten goven."
„Geen mensch zal zeggen dat je gelijk
hebt. Men zal je onverstandig blijven
noemen. Je omgang met dr. Balduin zal nie
mand rechtvaardigen. En gij hebt er boven
dien geen denkbeeld van, dat de wereld hem
anders beoordeelt dan gij. Hy is daar niet de
onaantastbare man, dien gij gelooft dat hij
is. Bij zijn collega's is hij lang niet
bemind, de directeur heeft nogal wat op
hem aan te merken. In gezelschappen hoort
men hem steeds aanduiden als een man
die gevaarlijk is. Ik was er zelf door ver
rast toen ik dat alles hoorde
„Dat is maar nijd en ijverzucht",viel Lydia
levendig in „elk man die geestelijk boven de
anderen staat, heeft zijne benijders."
„Of andoren hem als zoodanig aanzien
zal nog te bezien staan."
„Dat is voor mij bijzaak. Ik geloof een
oordeel te kunnen hebben ik heb hem
leeren kennen."
"Lyf a'\., z®!.de de vrijheer op anderen
toon, terwijl hy een stoel trok naast dien
van zijn vrouw, „alles wat men zegt
is leugen, dat weet ik al te goed,ik kén fe i
Je haat jegens my, je dwepen met d'ien
leeraar, is alles kunstmatig. Arm kind, ik
„Mijnheer de redacteur IID
dou.neloods ran Pontarlier bevindt zicjj
sedert «enige dagen een Kist van ongeveet
een M*. io omvang. Zij is gevuld
el-gante kleedingstukkenmantels ;ne(
vossen bon', blouses, gevoerd met schnaps,
pels, kleeren en rokken voor vrouwen jö
de prachtigste kleuren, voorzien van zijden
borduurwerk, afgezet met, d« fijnste kaut,
alles pracht g afgewe-kt. Naar het schijnt
h«eft men hier te dosn met een curopUtg
gtrdernbe van den een o! anderen hosggg
mand,rijn of van een prins De prachtige
uitvoering doet zien, op welk een hooge
trap v»n ontwikkelihg de kunstnijverheid
in China statt, welke men tevergeefs ZOu
zieken bij hen, die daarheen gesonden
worden om er de „beschaving" te brengen,
Maar dat is nog niet het interessants^
van de bezending. Dit zit in een hoek van
de kist weggestopt. Het is n. 1. de schedel
van een man, zorgvuldig in een p pie[
gewikkeld, waarop (op den schedel) de
volgende insciptie te lezen staat
Het hoofd van een Boxer,
Ouderdom ongeveer 25 jaar.
Door mij gedood
Bil de verovering van P. T. Hang
dpn 16a i Augustus 1900.
Laat ons voor hem bidden !(De profutidis),
Mr Lafrance.
Da schedel ziet er uit alsof hij van een
man is, die rpeds 15 of 20 jaar dood is,
zoo zorgvuldig zijn de beenderen van hoofd
en aangezicht van het vleesch ontdaan
en als men bedenkt, dat de arme duivel
voor 6 maanden nog le-fde, dan kau men
nagaan welk een zorgvuldigen slagersarbeid
de officier, die hem doodde, heeft verricht.
Het idéé, den schedel van den door hem
verslagen Chinees te bewaren en ris tropee
naar huis te zenden, kan slechts in hei
orein van een vrouwen- en kinderslachter
opkomen."
De redacteur van het genoemde blad
verklaart, dat hij zich van de waarheid
van het in den brief gemelde heeft over
tuigd.
Zooals men weet, heeft de Eransche
r-gaering gelast dat alle dergelijke „tro-
p eën", die door moord en plundering zijn
verkregen en die reeds in grooten getale
zflfs door hooggeplaatste officieren naa'
Frankrijk waren gezonden, naar China
terug geëxpelieerd moesten worden. Der
Frausohe regeering daarvoor alle eer!
Doch het teit, dat er noodeloos gemoord
en geplunderd is en misschien nbg wordt,
kan cLardoor niet worden goed gemaakt,
En vraagt men nn, welk een indruk dit
op de Chiutesen maakt, dan geef' air
Robrrt Hart, de directeur van de Chi-
neescho douane, daarop antwoord en dit
luidtde Chineezen beschouwen de Toe
pen der mogendheden als een woeste horde
van vreemde bandieten 1
Leve de Westersche beschaving
■—Trouw tot in den dood.
Een huwelijksvoltrekking met een tra
gisch einde was die van twee broeden
Frans en Anton Palolay, die twee zusters,
Anna en Marie Beoczy, huwden. Na het
huwelijk in de kerk in het Marmaroi-
district gi' g->n zij in een slede bezoeken
afleggen bij oude en gebr-kkige kennissen
in de naburige dorpen, alvorens hun gasten
weer aan het bruiloftsmaal te vereenden,
Dit is daar de gewoonte en zij wenschten
hier geen uitzondering op te maken.
Het bosch van Borg-twei naderend, weid
de slede door twee wolven aangevallen,
De voerman, vertrouwende op de vlugheid
zijner paarden, wilde doorrijden, maar een
van de bruidegoms trok zijn revolver
schoot een der wolven dood.
Oogenblikkelijk verscheen toen een groots
heb je reden gegeven aan mij k
twijfelen, ik heb je veel alleen gelaten me'
je zorgen en wanhoop. Maar, God weet
't, die vermaledijde zakelijke zorgen waren
er de schuld van, zij hebben mij in de wa'
gebracht en mij alle plezier in mijn huise
lijk leven ontnomen. Het is een onrecht
vaardige gedachte, als ge denkt dat aflik
ren mij van u aftrekken. Laat dl'
gedachte, die ijverzucht, los en vertrouw
mij weer. Gij hebt mij lief en zult noo»
een ander beminnende gedachte is ree
belachelijk, dat een burgerman, een leeraar.
mij zou kunnen verdringen. Neen, Lyfe
geloof me, ik heb je nooit ernstig ver'.
dacht. Ha, ha, haGij en een leeraar
met je trots en je standsgevoel 1 Belachelijk
En weet ge, zooveel zelfbewustzijn heb i>
nog wel, dat ik voor zulk een concurreoi
niet bang ben. Ge wilt mij alleen W#
jaloersch maken, nietwaar, myn oudje
Hij wilde zijn arm om haar heenslaan
haar naar zich toetrekken, maar Lr'
weerde hem af.
„Je hebt gelijk," zeide ze toonl®^
„daarvan is geen sprake ik heb even
óók niet het plan je ijverzuchtig ten-
Ik geloof, dat alles in my dood is. I"
lange jaren van eenzaamheid en elk-
alles gestorven. Ik kan niet meer je vro°
zijn,ik kAn niet.Ikwil niets anders dan lU"
en redding vóór den geheelen ondergang;
„Gij zult onvermijdelijk de ruïne ver°
zaken, als ge het tot een openlijke br
tusschen ons laat komen. Wellicht kan
ons met vereende krachten nog ge!u
een catastrophe te verhoeden, totdat, J
totdat tante Wanzlow het tijdelijke
het eeuwige verwisselt. Van de oude
is bij haar leven geeo cent te hal0D'
hebt gij bij haar laatste bezoek
netjes klaargespeeld maar wannfi
bijv. besluiten kondt op de erfe'"^
een wissel met mij te onderteekenen,
zou het een kleinigheid zyn, het
boven water te houden, want voo'
eersten der maand moet ik geld he
anders komt het landgoed onder den 1
WORDT VERVOLG5'
JU